Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wierden

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet Invensteren in Jongeren

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWierden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet Invensteren in Jongeren
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet werk en bijstand, art. 47
  2. Wet investeren in jongeren, art. 12
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-10-200922-05-2019Onbekend

29-09-2009

De Driehoek, datum onbekend

200984

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet Invensteren in Jongeren

 

 

GEMEENTE WIERDEN

RAADSBESLUIT

Nr.: Raad200984

Besluit van de gemeenteraad van Wierden over de Verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en Bijstand en Wet investeren in jongeren gemeente Wierden.

.

De raad, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 juli 2009

Besluit

Vast te stellen de Verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en Bijstand en Wet investeren in jongeren gemeente Wierden met ingang van 1 oktober 2009.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Wierden d.d. 29 september 2009.

De raad voornoemd,

de plv. griffier, de plv. voorzitter,

drs. A. ten Brinke A.M.I. van Rijk-Veenendaal

Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

Artikel 1

Begripsbepalingen.

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      Wwb: de Wet werk en bijstand. In deze verordening wordt onder de Wwb tevens verstaan de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz) en de Wet inkomensvoorziening kunstenaars (Wik);

    • b.

      WIJ: de Wet investeren in jongeren;

    • c.

      cliënt: de persoon die een uitkering ontvangt van de gemeente Wierden op grond van de Wwb, als bedoeld in het eerste lid, alsmede de persoon die behoort tot de personen kring als omschreven in artikel 7, eerste lid, onder a, van de Wwb; Onder client wordt mede verstaan een jongere als bedoeld in artikel 2 van de WIJ;

    • d.

      cliëntenorganisaties: organisaties van cliënten alsmede organisaties die mede de belangen van cliënten behartigen zoals kerken, vakbonden; seniorenbonden, landbouworganisaties etc.

    • e.

      cliëntenraad: een uit vertegenwoordigers van cliënten en cliëntenorganisaties bestaand gremium met taken en bevoegdheden zoals in deze verordening omschreven;

    • f.

      College: het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Wierden.

  • 2.

    Voorzover niet anders bepaald, worden begrippen in deze verordening gebruikt in dezelfde betekenis als in de wet.

Artikel 2

Taak, doelstelling en werkwijze.

  • 1.

    Er is binnen de gemeente Wierden een cliëntenraad als bedoeld in artikel 47 van de Wwb en artikel 12 van de WIJ

  • 2.

    Met de cliëntenraad en het overleg wordt beoogd meerwaarde te bereiken in de kwaliteit van de dienstverlening bij de uitvoering van de Wwb en de WIJ.

  • 3.

    De cliëntenraad heeft tot taak gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen aan het college, en de gemeenteraad over alle onderwerpen die de vorming, de uitvoering, de controle en de evaluatie van het gemeentelijk beleid ten aanzien van cliënten betreffen, daaronder begrepen de wijze waarop rijksregelgeving wordt uitgevoerd.

  • 4.

    De cliëntenraad is niet bevoegd te adviseren naar aanleiding van klachten, bezwaarschriften en andere zaken die op individuele cliënten betrekking hebben, met uitzondering van de hierbij gehanteerde procedures en regelingen.

  • 5.

    De adviezen worden schriftelijk middels brieven of verslagen kenbaar gemaakt.

  • 6.

    De cliëntenraad voert zijn taken voornamelijk uit door middel van overleg in de vergadering van de cliëntenraad.

Artikel 3

Samenstelling van de cliëntenraad.

  • 1.

    De cliëntenraad telt ten minste negen en ten hoogste vijftien leden.

  • 2.

    De cliëntenraad bestaat uit vertegenwoordigers van organisaties van cliënten en vertegenwoordigers van organisaties die mede de belangen van cliënten behartigen. Per organisatie kunnen maximaal twee vertegenwoordigers lid zijn.

  • 3.

    De organisaties als bedoeld in het tweede lid die vertegenwoordigers mogen voordragen worden uitgenodigd een vertegenwoordiger af te vaardigen naar de cliëntenraad.

  • 4.

    De cliëntenraad kan organisaties verzoeken vertegenwoordigers voor te dragen om zitting te nemen in de cliëntenraad.

  • 5.

    Indien een organisatie drie maanden na het ingaan van een nieuwe zittingstermijn van de cliëntenraad geen vertegenwoordiger heeft aangewezen, vervalt dat recht en zijn de overige wel in de cliëntenraad vertegenwoordigde organisaties bevoegd uit hun midden het aantal leden van de cliënten raad aan te vullen tot maximaal vijftien.

  • 6.

    De zittingstermijn voor leden van de cliëntenraad bedraagt vier jaar waarbij wordt aangesloten bij de zittingsduur van de gemeenteraad.

  • 7.

    De zittingsduur van de leden is maximaal 2 keer vier jaar.

  • 8.

    Bij tussentijds aftreden van een lid voorziet de afvaardigende organisatie in een voordracht voor een opvolger. Tussentijdse vervanging geschiedt voor de resterende zittingstermijn. Wordt niet binnen drie maanden een vervanger voorgedragen, dan is het bepaalde in het vijfde lid van dit artikel van overeenkomstige toepassing.

  • 9.

    De leden verrichten hun werkzaamheden zonder last, maar voeren, waar nodig, wel ruggespraak met hun achterban.

  • 10.

    Bij ernstig disfunctioneren van een van de leden kan de cliëntenraad het vertrouwen opzeggen. Indien overleg tussen de voorzitter, en het desbetreffende lid onvoldoende resultaat heeft, stelt de voorzitter het disfunctioneren in eerste instantie bij de afvaardigende organisatie aan de orde. Leidt dit niet tot een voor allen acceptabele oplossing, dan kan de cliëntenraad besluiten betrokkene niet meer toe te laten tot de vergaderingen van de raad.

Artikel 4

De voorzitter.

  • 1.

    De vergaderingen van de cliëntenraad worden voorgezeten door een voorzitter, die uit de cliëntenraad wordt benoemd.

  • 2.

    De voorzitter wordt voor een termijn van vier jaar benoemd door het college, op voordracht van de cliëntenraad. De voorzitter kan een keer voor een periode van vier jaar worden herbenoemd.

  • 3.

    Bij afwezigheid van de voorzitter draagt de cliëntenraad zorg voor aanwijzing van een vervanger uit zijn midden.

Artikel 5

Het secretariaat.

  • 1.

    Een medewerker van de sectie Werk Inkomen en Zorg (WIZ) kan voorzien in het secretariaat van de cliëntenraad, voorzover het werkzaamheden betreft die verband houden met het voorbereiden en het verslagleggen van de vergaderingen.

  • 2.

    In de overige secretariaatswerkzaamheden van de cliëntenraad voorzien de leden van de cliëntenraad zelf.

Artikel 6

De vergadering.

  • 1.

    Er wordt minimaal vier keer per jaar een vergadering belegd of zoveel vaker als de voorzitter dan wel ten minste drie leden dat nodig achten.

  • 2.

    De chef van de sectie WIZ, of zijn vertegenwoordiger woont als regel de vergadering bij en kan gevraagd een toelichting geven. De vergaderingen worden door hem / haar in ieder geval bezocht indien de cliëntenraad dit nodig oordeelt.

  • 3.

    De cliëntenraad heeft de mogelijkheid derden uit te nodigen in verband met een van de agendapunten van de overlegvergadering.

  • 4.

    De portefeuillehouder van de sectie WIZ bezoekt op verzoek van de clientenraad de vergadering, met een minimum van een keer per kalenderjaar.

  • 5.

    De cliëntenraad kan geen besluiten nemen indien niet ten minste de helft van het aantal stemgerechtigde leden aanwezig is. Alle besluiten worden met meerderheid van stemmen genomen.

  • 6.

    De vergaderingen zijn openbaar en voor iedereen toegankelijk. De stukken voor de vergadering zijn voor aanvang van de vergadering voor de leden beschikbaar.

  • 7.

    De cliëntenraad kan besluiten tot het houden van een besloten vergadering.

  • 8.

    Van de vergadering wordt een verslag opgesteld.

Artikel 7

De informatievoorziening.

  • 1.

    De chef van de sectie WIZ draagt zorg voor een goede en tijdige informatievoorziening richting cliëntenraad met betrekking tot zaken die tot het taakgebied van de cliëntenraad behoren. Het is voor een goede taakuitoefening essentieel dat de informatie-voorziening plaatsvindt in een zodanig vroeg stadium, dat advisering door de cliëntenraad zinvol kan zijn.

  • 2.

    De sectie WIZ betrekt, waar mogelijk, de cliëntenraad bij het ontwikkelen en aanpassen van de informatievoorziening door de sectie WIZ , bijvoorbeeld waar het gaat om formulieren en voorlichtingsmateriaal.

Artikel 8

Vergoedingen.

  • 1.

    Voor het bijwonen van de vergaderingen kan een vergoeding worden verstrekt.

  • 2.

    De reiskosten in verband met het bezoeken van vergaderingen worden vergoed.

  • 3.

    Overige kosten worden slechts vergoed na voorafgaande goedkeuring door het college.

Artikel 9

De facilitering.

Het college stelt vergaderaccomodatie en -faciliteiten beschikbaar voor de vergaderingen

Artikel 10

Garantstelling.

Het college draagt er zorg voor dat cliënten die lid zijn of zijn geweest van de cliëntenraad uit hoofde van hun lidmaatschap, op geen enkele wijze worden benadeeld ten aanzien van hun uitkering of voorziening en de bejegening door medewerkers van de sectie Sociale Zaken.

Artikel 11

Evaluatie.

De cliëntenraad evalueert eens per vier jaar het functioneren van de cliëntenraad en eventueel vaker indien de cliëntenraad, het college of de gemeenteraad tussentijdse evaluatie nodig acht.

Artikel 12

Slotbepalingen.

  • 1.

    In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, voorziet het college, na daartoe advies te hebben ingewonnen van de cliëntenraad.

  • 2.

    De cliëntenraad stelt, indien zij dit nodig oordeelt, ten behoeve van haar werkzaamheden een huishoudelijk reglement vast.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening op de cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

  • 4.

    Deze verordening treedt in werking op 1 oktober 2009 .