Organisatie | Barneveld |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Participatiebeleidsregels |
Citeertitel | Participatiebeleidsregels |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Toelichting participatiebeleidsregels |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-06-2016 | 31-05-2016 | 28-09-2017 | Art. 15a | 31-05-2016 | 1013900 |
01-01-2015 | 10-06-2016 | nieuwe regeling | 10-12-2014 zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2014-77342.html, 19-12-2014 | 614062 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Barneveld;
gelet op de Participatiewet, de Wet maatregelen WWB, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze zelfstandigen (IOAZ), de Participatieverordening en de Verordening IOAW en IOAZ;
HOOFDSTUK 2 RE-INTEGRATIEVOORZIENINGEN
Het college betrekt bij de beoordeling of een in artikel 8 van de Participatieverordening bedoeld scholingstraject wordt aangeboden ook:
Artikel 4 Persoonlijke ondersteuning / jobcoach
Indien het college een jobcoach aanbiedt in de vorm van een externe jobcoach, wordt de werkgever bij de keuze voor een externe jobcoach betrokken. De werkgever kan er in dat geval ook voor kiezen de begeleiding zelfstandig uit te voeren. Als de werkgever de begeleiding zelfstandig uitvoert, komt hij voor een door het college vastgestelde vergoeding in aanmerking.
De voorziening Beschermd Werk wordt alleen aangeboden aan een belanghebbende met een geschatte loonwaarde tot 40 procent, die een hoge mate van structurele ondersteuning nodig heeft en structurele belemmeringen heeft om tot de reguliere arbeidsmarkt toe te treden en alleen als vanuit het belang tot arbeidsparticipatie een beschermde werkplek meerwaarde biedt.
Artikel 6 Loonkostensubsidie als re-integratievoorziening
Onder kwetsbare werknemer, zoals bedoeld in artikel 14, derde lid van de Participatieverordening, wordt verstaan de persoon die voorafgaand aan de indienstneming ten minste 6 maanden geen regulier betaalde betrekking heeft gevonden, geen startkwalificatie bezit en ouder is dan 50 jaar of alleenstaande ouder is.
Artikel 10 Inkomstenvrijlating
Indien werk in deeltijd, dat de uitkeringsgerechtigde tijdens de uitkering aanvaardt, naar het oordeel van het college bijdraagt aan de verdere arbeidsinschakeling van betrokkene, komt deze persoon, indien hij niet jonger is dan 27 jaar, in aanmerking voor de wettelijke inkomstenvrijlating als bedoeld in artikel 31, tweede lid onder n van de Participatiewet.
HOOFDSTUK 4 VERLAGEN UITKERING WEGENS WOONSITUATIE, SCHOOLVERLATERS EN INKOMSTEN UIT COMMERCIËLE VERHUUR
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
- commerciële verhuur: het in gebruik geven van een onroerend goed voor een bepaalde periode tegen periodieke betaling en marktconforme prijs;
- kostganger: degene die tegen een financiële vergoeding een gedeelte van een woning huurt van iemand die de woning in zijn geheel huurt van een andere dan wel in eigendom heeft, waarbij de huurder/eigenaar en de kostganger geen partners van elkaar zijn of bloedverwanten in de eerste graad. Het verschil tussen huurder en kostganger is dat de kostganger naast het woongenot ook de maaltijden op kosten van de verhuurder nuttigt;
- gehuwdennorm: de norm als bedoeld in artikel 21 onderdeel c van de Participatiewet;
- woning: een woning als bedoeld in artikel1, onderdeel j, van de Wet op de huurtoeslag;
- woonkosten: 1. indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs als bedoeld in de Wet op de huurtoeslag (wet van 24 april 1997, Stb. 1997, 197), 2. indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de ten behoeve van de financiering van de woning verschuldigde netto hypotheekrente, de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten (het rioolrecht, het eigenaarsdeel van de onroerende zaakbelasting, de opstalverzekering, het eigenaarsdeel van de waterschapslasten en de erfpachtcanon) en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag aan onderhoud;
- woonlasten: alle kosten die verbonden zijn aan het bewonen van een woning, zoals woonkosten, energiekosten etc. conform constante jurisprudentie.
De bepalingen van dit hoofdstuk gelden alleen voor belanghebbenden van 21 jaar of ouder doch jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd. In geval van gehuwden gelden de bepalingen van deze verordening alleen als beide echtgenoten 21 jaar of ouder doch jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd zijn.
Als commerciële prijs voor een kamer, zoals bedoeld in artikel 19a en 22a van de Wet, wordt aangemerkt een bedrag voor kale huur dat minimaal gelijk is aan € 230,–. Dit is een afgerond bedragen afgeleid van het bedrag van de basishuur als bedoeld in de artikel 16 juncto 17, tweede lid,van de Wet op de Huurtoeslag.