Uitvoeringsbesluit beschut werk Maastricht-Heuvelland 2016-2018

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie	Maastricht
Organisatietype	Gemeente
Officiële naam regeling	Uitvoeringsbesluit beschut werk Maastricht-Heuvelland 2016-2018
Citeertitel	Uitvoeringsbesluit beschut werk Maastricht-Heuvelland 2016-2018
Vastgesteld door	college van burgemeester en wethouders
Onderwerp	bestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Participatiewet, artikelen 6, 7, 8a, 9, 9a, 10, 10a, 10b, 10c, 10d, 10da en 10f; Verordening re-integratie en tegenprestatie Maastricht-Heuvelland 2015, artikelen 2, 3 en 4

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerkingtreding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerkingtreding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
01-01-2016			Nieuwe regeling	16-06-2015 1Maastricht, d.d. 22 oktober 2015	2015.19287

Tekst van de regeling

Intitulé

Uitvoeringsbesluit beschut werk Maastricht-Heuvelland 2016-2018

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN MAASTRICHT,

Overwegende dat

-	op grond van artikel 8a lid 1 sub a Participatiewet, de gemeenteraad bij verordening regels stelt met betrekking tot het op grond van artikel 7, lid 1, sub a Participatiewet ondersteunen bij arbeidsinschakeling en het aanbieden van voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling;
-	de gemeenteraad deze regels op hoofdlijnen heeft vastgesteld in de “Verordening re-integratie en tegenprestatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2015” d.d. 16 december 2014 en
-	de gemeenteraad het college heeft gemandateerd om nadere regels te stellen ter uitwerking van de “Verordening re-integratie en tegenprestatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2015” d.d. 16 december 2014;
-	dit ook geldt voor artikel 10b lid 4 sub a, b en c van de Participatiewet;
-	personen behorende tot de doelgroep overeenkomstig de verordening bedoeld in artikel 8a, lid 1, sub a Participatiewet aanspraak hebben op ondersteuning bij arbeidsinschakeling en op de naar het oordeel van de gemeenten noodzakelijk geachte voorziening gericht op arbeidsinschakeling en
-	de gemeente op grond van artikel 7, lid 1, sub a Participatiewet tevens verantwoordelijk is voor het bepalen en aanbieden van een voorziening gericht op arbeidsinschakeling, indien het college deze voorziening noodzakelijk acht.

Gelet op de artikelen 2, 3 en 4 van de “Verordening re-integratie en tegenprestatie Maastricht-Heuvelland 2015” alsmede de artikelen 6, 7, 8a, 9, 9a, 10, 10a, 10b, 10c, 10d, 10da en 10f van de Participatiewet alsmede de Algemene Wet bestuursrecht.

Gezien de Verordening re-integratie en tegenprestatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2015 d.d. 16 december 2014.

BESLUIT

Vast te stellen: Uitvoeringsbesluit beschut werk Maastricht-Heuvelland 2016-2018

1. Inleiding

In de nieuwe visie van de gemeenten in de regio Maastricht-Heuvelland gaan mensen werken naar vermogen en doen zij dat bij voorkeur bij werkgevers in reguliere banen: MAASTRICHT-HEUVELLAND WERKT NAAR VERMOGEN. Economische onafhankelijkheid is hierbij het primaire doel. Wanneer dat niet lukt en/of regulier werk nog niet tot de mogelijkheden behoort, werken mensen naar vermogen in andere vormen van werk (gesubsidieerd werk, werken met behoud van uitkering, tegenprestatie, beschut werk, dagbesteding). Zij doen dat in de wijken en kernen van de regio Maastricht-Heuvelland in het beheer van de openbare ruimte, bij maatschappelijke organisaties, bij verenigingen etc. Op die manier worden zij in staat gesteld om ervaring op te doen en zich verder te ontwikkelen. Ook kan op deze manier een koppeling gemaakt worden met andere beleidsvelden (zoals de Wmo). Dit soort initiatieven dragen bij aan burgerkracht.

De Participatiewet beoogt de gemeenten het instrument in handen te geven om mensen naar werk toe te leiden en hiermee problemen die in gezinnen spelen op te lossen dan wel te voorkomen: immers, met werken verwerven mensen kans op economische onafhankelijkheid, kunnen ze in eigen levensonderhoud voorzien, nemen ze deel aan sociale verbanden en zijn ze in staat financiële vraagstukken beter het hoofd te bieden. Ook flankerende instrumenten van de Participatiewet, zoals minimabeleid, bijzondere bijstand en schuldhulpverlening, kunnen er toe bijdragen dat mensen makkelijker naar werk toe kunnen worden geleid en dus minder beroep hoeven te doen op voorzieningen in het sociale domein.

Gemeenten krijgen met de Participatiewet ook de mogelijkheid om de participatievoorziening beschut werk (hierna te noemen: beschut werk nieuw) (de term beschut werk nieuw is gekozen om een duidelijk onderscheid aan te brengen met het beschut werken zoals dat in de Wsw gehanteerd wordt) in te zetten. Beschut werk nieuw is bedoeld voor mensen die door hun lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking een zodanige mate van begeleiding en aanpassing van de werkplek nodig hebben, dat niet van een reguliere werkgever verwacht mag worden dat hij deze mensen in dienst neemt. Bepalend of iemand voor beschut werk nieuw in aanmerking komt, is dus niet zo zeer de productiecapaciteit, (vertaald in loonwaarde), maar de begeleidingsbehoefte van de kandidaat. Het gaat om een breed scala aan aanpassingen, bijvoorbeeld fysieke aanpassingen aan de werkplek of de werkomgeving, een uitsplitsing van taken of aanpassingen in de wijze van werkbegeleiding, werktempo of arbeidsduur, etc.

2. Participatievoorziening beschut werk nieuw Maastricht-Heuvelland

Voor het inzetten van de participatievoorziening beschut werk nieuw gelden de volgende bepalingen:

1.	Het college kan ambtshalve, met behulp van screening en/of (verdiepende) diagnose, bij wijze van voorselectie, boordelen of een persoon uit de doelgroep re-integratie uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden kan werken. Het college doet dit alleen als er plekken beschut werk nieuw beschikbaar zijn.
2.	Het college kan ten behoeve van de persoon, bij wie uit beoordeling zoals bedoeld in lid 1 is gebleken dat hij/zij uitsluitend in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden kan werken, alle overige voorzieningen zoals opgenomen in de Participatiewet en in de “Verordening re-integratie en tegenprestatie Participatiewet Maastricht-Heuvelland 2015” en de rechtsopvolgers daarvan, inzetten.
3.	Het college besluit om voor de jaren 2016-2018 het Maastricht-Heuvelland alternatief aan te bieden in plaats van de voorziening beschut werk nieuw.
4.	Het Maastricht-Heuvelland alternatief is gelimiteerd tot de aantallen die door het Rijk zijn bepaald voor de opbouw van beschut werk nieuw, conform onderstaand overzicht.

3. De Maastricht-Heuvelland aanpak

Uitgangspunt van de gemeenten in Maastricht-Heuvelland is zo veel mogelijk mensen te ondersteunen om naar vermogen te kunnen werken en participeren in de maatschappij. Daarbij hebben gemeenten de keuze om beschut werk nieuw in te zetten. De gemeenten in de regio Maastricht-Heuvelland kiezen er voor beschut werk nieuw niet in te zetten, maar aan de kwetsbare groep mensen met een grote begeleidingsbehoefte, voor wie het Rijk de participatievoorziening beschut werk nieuw heeft bedacht, wel een passend alternatief te bieden met perspectief op participatie. Dit, op een wijze die meer maatwerk mogelijk maakt en waarbij zoveel mogelijk gebruik gemaakt wordt van de infrastructuur die aanwezig is. Deze aanpak wordt de Maastricht-Heuvelland aanpak genoemd.

De Maastricht-Heuvelland aanpak komt in plaats van de voorziening beschut werk nieuw en is gelimiteerd in omvang, analoog aan de aantallen die door het Rijk zijn bepaald voor de opbouw van beschut werk nieuw. Daarbij wordt landelijk uitgegaan van structureel 30.000 plekken beschut werk nieuw in 2040. Voor Maastricht-Heuvelland betekent dit c.a. 12 plekken in 2015 en in 2040 450 plekken structureel. In het onderstaande overzicht is het volume beschut werk nieuw voor de komende jaren toegerekend naar de gemeenten in de regio Maastricht-Heuvelland.

volume beschut werk nieuwe stijl (fte)	2015	2016	2017	2018	structureel
landelijk	800	2.500	4.200	5.800	30.000
Eijsden-Margraten	0,8	2,5	4,2	5,8	30
Gulpen-Wittem	0,8	2,5	4,2	5,8	30
Maastricht	8,0	25,0	42,0	58,0	300
Meerssen	0,8	2,5	4,2	5,8	30
Vaals	0,8	2,5	4,2	5,8	30
Valkenburg a/d Geul	0,8	2,5	4,2	5,8	30
totaal Maastricht-Heuvelland	12	37,5	63	87	450

Middels het Maastricht-Heuvelland alternatief worden mensen ondersteund om toch actief aan de samenleving deel te kunnen nemen. Bij voorkeur via betaald werk in het bedrijfsleven, zo nodig met inzet van loonkostensubsidie en tijdelijke ondersteuningsvormen zoals jobcoaching en scholing. Echter, realistisch gezien zal deze mogelijkheid maar voor een klein aantal mensen zijn weggelegd. Daarom krijgen zij ook perspectief op duurzame zinvolle maatschappelijke participatie, bijvoorbeeld middels vrijwilligerswerk.

Via de bestaande (praktijk)diagnose, met eventueel aanvullende diagnostiek, wordt vastgesteld of iemand intensieve, structurele begeleiding nodig heeft om te kunnen participeren. Als dat het geval is, dan krijgt de kandidaat gedurende 6 maanden ondersteuning om te komen tot plaatsing. Hierbij zijn er 3 alternatieven:

1.	Zinvolle maatschappelijke participatie / dagbestedingsactiviteiten bij maatschappelijke organisaties in de regio. Het gaat daarbij om het organiseren van plekken bij bestaande, vaak gemeentelijk gesubsidieerde organisaties. Het kan zowel organisaties betreffen die actief zijn in de wijkaanpak, als bestaande vrijwilligersplekken die vaak via vrijwilligerscentrales en soortgelijke initiatieven ingevuld worden. Concreet gaat het om de “voorraad” participatieplaatsen, vrijwilligersplekken en sociale activeringsplekken voor jongeren die nu ook al door de consulenten van sociale zaken worden ingezet. Deze worden dus ook voor de onderhavige doelgroep ingezet.
2.	Een aparte vorm van social return wordt uitgewerkt, vooral ten aanzien van de inkoop van maatschappelijke ondersteuning in het kader van Wmo. Organisaties die activiteiten verrichten op het gebied van maatschappelijke ondersteuning hebben vaak de expertise in huis om intensieve begeleiding te bieden. Door een aparte vorm van social return op te nemen in de contracten die worden afgesloten, kunnen zij hun expertise als extra gunningcriterium inzetten en daarmee aan hun social return verplichting voldoen zonder dat zij zelf personen in dienst hoeven te nemen. Uiteraard wordt naar aanleiding van deze ontwikkeling de social return paragraaf die de gemeenten hanteren, aangepast.
3.	Arbeidsmatige dagbesteding. Door te experimenteren wordt onderzocht of arbeidsmatige dagbesteding voor mensen met een intensieve ondersteuningsvraag leidt tot meer zelfredzaamheid. Een verhoogde zelfredzaamheid kan uiteindelijk leiden tot uitstroom uit de Wmo en (ondersteuning gericht op) arbeidsparticipatie. De komende jaren wordt met deze aanpak geëxperimenteerd en met een drietal partijen (MTB met haar infrastructuur en expertise gericht op arbeidsparticipatie en 2 andere partijen die meer expertise in zorggerelateerde dienstverlening, begeleiding en activering hebben) worden afspraken gemaakt over inzet, doel en randvoorwaarden van dit experiment.

Mocht het na 6 maanden nog niet gelukt zijn om mensen in één van de drie alternatieven te plaatsen, dan wordt een tijdelijk dienstverband bij de uitvoeringsorganisatie aangeboden. Via een detacheringsconstructie worden mensen dan zoveel mogelijk bij reguliere werkgevers geplaatst. Bij het aanbieden van de tijdelijke dienstverbanden wordt uiteraard rekening gehouden met de bepalingen van de Wet Werk en Zekerheid (duur maximaal twee jaar).

Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat met het inzetten van de Maastricht-Heuvelland aanpak, geen plekken beschut werk nieuw worden ingevuld. Het aantal alternatieve plekken dat wordt gecreëerd in de Maastricht-Heuvelland aanpak is gelimiteerd op het aantal plekken beschut werk nieuw zoals in bovenstaand schema wordt aangegeven.

4. Slotbepalingen

4.1. Onvoorziene omstandigheden

In gevallen, de uitvoering van dit uitvoeringsbesluit betreffende, waarin dit uitvoeringsbesluit niet voorziet, beslist het college.

4.2 Hardheidsclausule

Het college kan in geval van onbillijkheid of klaarblijkelijke hardheid afwijken van de in dit uitvoeringsbesluit opgenomen bepalingen.

4.3 Inwerkingtreding

Dit uitvoeringsbesluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2016.

4.4 Citeertitel

Dit uitvoeringsbesluit kan worden aangehaald als: Uitvoeringsbesluit beschut werk Maastricht-Heuvelland 2016-2018.

Aldus besloten door het college van Burgemeester en Wethouders van Maastricht d.d. 16 juni 2015.

De secretaris,

P.J. Buijtels

De burgemeester,

O. Hoes