Organisatie | Bunschoten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening bedrijveninvesteringszone Haarbrug-Noord 2016 |
Citeertitel | Verordening bedrijveninvesteringszone Haarbrug-Noord 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Bijlage |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2020 | art. 9 | 10-12-2015 | 1014073o | |
19-06-2015 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 04-06-2015 zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-51768.html, 11-06-2015 | 1067 |
De raad van de gemeente Bunschoten;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van (datum en nummer);
gelet op de artikelen 1, eerste, derde en vierde lid, 2 eerste lid, 2 eerste lid, eerste lid, en 7, eerste en vierde lid van de Wet op de bedrijveninvesteringszones;
gezien de uitvoeringsovereenkomst van (datum) gesloten met Stichting Beveiliging Bedrijfsterrein Haarbrug-Noord en het advies van de commissie bestuur en middelen;
vast te stellen de Verordening bedrijveninvesteringszone Haarbrug-Noord 2016.
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
uitvoeringsovereenkomst: de tussen de gemeente Bunschoten en de Stichting Beveiliging Bedrijfsterreinen Haarbrug-Noord gesloten uitvoeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 7, derde lid, van de wet;
Hoofdstuk II Belastingbepalingen
Artikel 2 Belastbaar feit en aard van de belasting
Onder de naam “BIZ-bijdrage” wordt jaarlijks een directe belasting geheven ter zake van binnen de bedrijveninvesteringszone gelegen onroerende zaken die op grond van artikel 220a Gemeentewet niet in hoofdzaak tot woning dienen.
De BIZ-bijdrage wordt geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten in de openbare ruimte en op internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.
Voor de toepassing van dit artikel wordt:
gebruik door degene aan wie een deel van een belastingobject in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een belastingobject voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die dat belastingobject ter beschikking heeft gesteld; degene die het belastingobject ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie het belastingobject ter beschikking is gesteld;
Indien een belastingobject bij het begin van het kalenderjaar geen gebruiker kent, wordt de van de gebruiker te heffen BIZ-bijdrage geheven van de eigenaar, zijnde degene die bij het begin van het kalenderjaar het genot krachtens eigendom, bezit of beperkt recht heeft van een in de bedrijveninvesteringszone gelegen belastingobject.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De BIZ-bijdrage wordt geheven naar de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor het belastingobject vastgestelde waarde voor het kalenderjaar.
Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met toepassing van artikel 6, alsmede met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
In afwijking in zoverre van artikel 5 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf buiten aanmerking gelaten, voor zover dit niet reeds is geschied bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van:
één of meer onroerende zaken die deel uitmaken van een op de voet van de Natuurschoonwet 1928 aangewezen landgoed dat voldoet aan de voorwaarden genoemd in artikel 8 van het Rangschikkingsbesluit Natuurschoonwet 1928, met uitzondering van de daarop voorkomende gebouwde eigendommen;
Artikel 9 Termijn van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moeten de aanslagen wordenbetaald in één termijn die vervalt twee maanden na dagtekening van de aanslag.
Belastingaanslagen waarvoor de belastingschuldige een machtiging heeft afgegeven om deze afte schrijven door middel van automatische incasso, dienen te worden betaald in zoveel gelijkemaandelijkse termijnen als er na de dagtekening van de aanslag nog in het desbetreffende kalen-derjaar volle dan wel gedeeltelijke kalendermaanden resteren, met dien verstande dat het aantalmaandelijkse termijnen niet minder dan zes bedraagt. Voor de overige aanslagen geldt onverkortde in lid 1 van dit artikel neergelegde hoofdregel.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Hoofdstuk III Subsidiebepalingen
Stichting Beveiliging Bedrijfsterrein Haarbrug-Noord wordt aangewezen als de stichting als bedoeld in artikel 7 van de wet.
Artikel 13 Buiten toepassing algemene subsidieverordening
Op de subsidie bedoeld in artikel 14 is de Algemene subsidieverordening gemeente Bunschoten 2011 niet van toepassing.
Artikel 15 Intrekken oude verordening en overgangsrecht
De Verordening BI-zone Haarbrug-Noord 2012-2015 wordt ingetrokken op de datum van ingang van de heffing bedoeld in artikel 16, tweede lid, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Deze verordening treedt in werking acht dagen nadat het college heeft bekendgemaakt dat van voldoende steun als bedoeld in artikel 4 van de wet is gebleken;