Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Steenbergen

Protocol Jeugdhulp

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSteenbergen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingProtocol Jeugdhulp
CiteertitelPrivacyprotocol gegevensverwerking Jeugdhulp
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpprotocol

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet bescherming persoonsgegevens
  2. Jeugdwet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Privacybeleid Sociaal Domein

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-06-201501-01-2015Protocol

09-06-2015

Gemeenteblad

BBM1500404

Tekst van de regeling

Intitulé

Privacyprotocol Gegevensverwerking Jeugdhulp

Aanleiding

De aanleiding voor dit protocol zijn de decentralisaties binnen het sociaal domein die het voor de gemeente mogelijk maken om dienstverlening in het sociale domein aan burgers beter te organiseren. Daarbij gaat het er om te zorgen voor een integrale dienstverlening aan de burger binnen de domeinen Jeugdwet, Wet maatschappelijke ondersteuning en Werk&Inkomen, vanuit het principe 1- gezin- 1 plan – 1 regisseur. Dit protocol betreft de verwerking van persoonsgegevens in het kader van de Jeugdhulp.

Burgemeester en wethouders van Steenbergen;

Overwegende dat;

 

  • I.

    Het Rijk aan gemeenten meer taken en verantwoordelijkheden geeft op de terreinen:

    • -.

      jeugdzorg

    • -.

      werk, participatie en inkomen

    • -.

      maatschappelijke ondersteuning

       

  • II.

    Het vertrekpunt van de gemeente Steenbergen (hierna te noemen de gemeente) is dat de burger in staat is zelf regie te kunnen voeren over zijn leven.

  • III.

    In een aantal gevallen de burger niet of verminderd zelfredzaam is en hierbij een risico bestaat dat dit negatieve gevolgen kan hebben voor zijn welzijn.

  • IV.

    In deze situaties noodzakelijk is dat de regie wordt overgedragen naar de gemeente.

  • V.

    De gemeente streeft naar een integrale hulpverlening, gericht op het vergroten van de zelfredzaamheid van de burger.

  • VI.

    De integrale hulpverlening noodzakelijk is om tot een coherent plan van aanpak te komen (één plan), zodat problemen die voorrang behoeven als eerste worden aangepakt.

  • VII..

    Dit, ter voorkoming van:

    • a.

      Verdere opstapeling van problemen van de burger;

    • b.

      De burger hierdoor in de zwaardere zorg of ondersteuningstrajecten komt;

    • c.

      Deze ontwikkelingen gepaard gaan met hogere kosten voor de gemeente.

  • VIII.

    Bij de totstandkoming van dit plan sprake is van vastlegging en uitwisseling van persoonsgegevens waarbij het de taak is van de gemeente om zorg te dragen voor de privacy van de burger.

  • IX.

    Dat de uitvoering van de Jeugdwet is belegd bij het Centrum voor Jeugd en gezin, dat sinds 1 januari 2015 onderdeel is geworden van de gemeente.

 

Besluiten vast te stellen:

het navolgende protocol gegevensverwerking Jeugdhulp

 

Artikel 1 Defenities

Beheerder 

Degene die, onder de verantwoordelijkheid en op aanwijzing van de verantwoordelijke, de dagelijkse zorg heeft voor het beheer van de gegevens die in het bestand zijn opgenomen, zijnde de coördinator van het Centrum Jeugd en Gezin.

Bestand 

De digitale verzameling van persoonsgegevens over cliënten in beheer van het CJG.

Betrokkene 

Degene op wie een persoonsgegeven betrekking heeft, te weten de cliënt en andere personen die betrokken zijn bij de jeugdhulp aan de cliënt.

Bijzondere persoonsgegevens 

Gegevens over iemands godsdienst of levensovertuiging, ras, politieke gezindheid, gezondheid, seksuele geaardheid, het lidmaatschap van een vakvereniging en strafrechtelijke persoonsgegevens.

CJG 

Centrum Jeugd en Gezin, die het uitvoerende orgaan is van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenbergen waarbinnen de toeleiding naar de jeugdhulp en jeugdhulp wordt verleend door jeugdhulpprofessionals.

Cliënt

De jeugdige en/of zijn ouders als bedoeld in art. 1.1 van de Jeugdwet.

Medisch beroepsgeheim 

Het beroepsgeheim; de plicht tot geheimhouding van een hulpverlener, als bedoeld in art. 7:457 van het Burgerlijk Wetboek, de Geneeskundige behandelingsovereenkomst, kortweg de WGBO.

Persoonsgegevens 

Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Verantwoordelijke 

Het bestuursorgaan dat, samen met de partners, het doel van en de middelen voor de verwerking van persoonsgegevens vaststelt, zijnde het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenbergen.

Verwerking van persoonsgegevens 

Elke handeling of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens, waaronder in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van gegevens.

Artikel 2 Doel gegevensverwerking CJG

De gegevensverwerking door het CJG heeft als doel jeugdigen en hun ouders bij opgroei en opvoedproblemen:

  • 1.

    informatie, advies en hulp te bieden, en

  • 2.

    indien nodig toeleiding te verzorgen naar de niet-vrij toegankelijke hulp bij vrijwillige hulpvraag, en / of;

  • 3.

    indien noodzakelijk toe te leiden naar gedwongen interventies.

Artikel 3 Verantwoordelijke

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Steenbergen is de verantwoordelijke in de zin van de Wet bescherming Persoonsgegevens (hierna: Wbp) voor de verwerking van persoonsgegevens binnen het CJG.

  • 2.

    De coördinator van het CJG is ambtelijk belast met de uitvoering van de Wbp.

Artikel 4 Grondslagen voor de verwerking van persoonsgegevens

  • 1.

    Het CJG is in het kader van de advisering over en de toeleiding naar jeugdhulp bevoegd om persoonsgegevens te verwerken op grond van de Jeugdwet.

  • 2.

    Indien het CJG zelf jeugdhulpverlening biedt, kan het CJG haar bevoegdheid om persoonsgegevens te verwerken ontlenen aan artikel 8, onder b van de Wet bescherming persoonsgegevens(behandelingsovereenkomst).

  • 3.

    In situaties waarin de voorgaande leden van dit artikel niet voorzien, is het CJG bevoegd om persoonsgegevens, waaronder bijzondere persoonsgegevens, te verwerken op grond van de ondubbelzinnige toestemming van de cliënt, zoals genoemd in art. 8, onder a van de Wet bescherming persoonsgegevens. De toestemmingsverklaring is opgenomen in bijlage 1.

  • 4.

    Indien het vitaal belang van de betrokkene in het gedrang is, waarbij de betrokkene dringend is aangewezen op hulp en het vragen van toestemming aan de betrokkene redelijkerwijs niet mogelijk is, is het CJG bevoegd persoonsgegevens te verwerken op grond van artikel 8, onder d van de Wet bescherming persoonsgegevens.

Artikel 5 Gegevensset

  • 1.

    Het CJG is in het kader van de advisering over en de toeleiding naar jeugdhulp bevoegd om persoonsgegevens te verwerken op grond van de Jeugdwet.

  • -.

    Indien het CJG zelf jeugdhulpverlening biedt, kan het CJG haar bevoegdheid om persoonsgegevens te verwerken ontlenen aan artikel 8, onder b van de Wet bescherming persoonsgegevens(behandelingsovereenkomst).

  • -.

    In situaties waarin de voorgaande leden van dit artikel niet voorzien, is het CJG bevoegd om persoonsgegevens, waaronder bijzondere persoonsgegevens, te verwerken op grond van de ondubbelzinnige toestemming van de cliënt, zoals genoemd in art. 8, onder a van de Wet bescherming persoonsgegevens. De toestemmingsverklaring is opgenomen in bijlage 1.

  • -.

    Indien het vitaal belang van de betrokkene in het gedrang is, waarbij de betrokkene dringend is aangewezen op hulp en het vragen van toestemming aan de betrokkene redelijkerwijs niet mogelijk is, is het CJG bevoegd persoonsgegevens te verwerken op grond van artikel 8, onder d van de Wet bescherming persoonsgegevens.

De afsluiting van de ondersteuning, het oordeel van de cliënt hierover, en de resultaten die met de ondersteuning zijn behaald.

  • 2.

    In bijlage 2 is een overzicht opgenomen van de set van persoonsgegevens die wordt verwerkt ten behoeve van de ondersteuning van de cliënt.

Artikel 6 Verstrekken van persoonsgegevens

  • 1.

    Voor zover noodzakelijk voor de ondersteuning van de cliënt kunnen de medewerkers en de coördinator van CJG persoonsgegevens van de cliënt aan elkaar verstrekken.

  • 2.

    Indien dat voor de ondersteuning noodzakelijk is, kunnen medewerkers en de coördinator van het CJG persoonsgegevens van de cliënt delen met anderen buiten het CJG. De persoonsgegevens worden alleen gedeeld, nadat de betrokkene zijn toestemming heeft verleend voor het delen van zijn persoonsgegevens, tenzij dit bij of krachtens wet anders is bepaald.

  • 3.

    De toestemming genoemd in lid 2 blijft achterwege, indien de cliënt in een zeer ernstige situatie verkeert, waarbij deze dringend is aangewezen op behandeling, zorg, onderzoek of een andere interventie die het CJG niet zelf kan bieden en ondanks de inspanningen van het CJG het niet mogelijk is om de toestemming van de cliënt te verkrijgen.

  • 4.

    Alvorens er wordt overgegaan tot het verstrekken van persoonsgegevens van de cliënt genoemd in lid 3, vindt er indien mogelijk eerst overleg plaats met minimaal één ander medewerker of de coördinator van het CJG.

  • 5.

    Van een verstrekking genoemd in lid 3, wordt een aantekening gemaakt in het bestand met een duidelijke omschrijving van welke persoonsgegevens het betreft, aan wie deze verstrekt worden en de overwegingen die tot het besluit om de persoonsgegevens te verstrekken hebben geleid.

  • 6.

    De hoeveelheid aan verstrekte persoonsgegevens van de cliënt dient te allen tijde in verhouding te zijn met de beoogde ondersteuning van de cliënt.

Artikel 7 Beveiliging en inzage

  • 1.

    De medewerkers van het CJG voor zover deze betrokken zijn bij de ondersteuning van de cliënt, hebben inzage in de persoonsgegevens van de cliënt die in het bestand zijn opgenomen.

  • 2.

    Indien noodzakelijk voor de taakuitoefening hebben daarnaast inzage in de persoonsgegevens in het bestand:

    -. De coördinator van het CJG;

    -. Degene die belast is met de afhandeling van klachten over de geboden ondersteuning;

    -. De verantwoordelijke;

    -. Indien er huiselijk geweld aan de orde is, de medewerkers van Veilig Thuis.

  • 3.

    Aan anderen dan in het tweede lid genoemde personen wordt geen inzage gegeven in de persoonsgegevens in het bestand, tenzij een wettelijke plicht daartoe noodzaakt.

  • 4.

    In een interne regeling is per functie-indeling bepaald welke inzagerechten en schrijfrechten de medewerkers van het CJG hebben met betrekking tot het bestand.

  • 5.

    De coördinator van het CJG wordt als zodanig als beheerder binnen het CJG aangewezen en kent autorisatie toe aan personen, die hen voor zover noodzakelijk is voor hun taakuitoefening inzage verschaffen in (bepaalde delen van) het bestand en die hen zo nodig bevoegdheden geven om gegevens in het bestand op te nemen, aan te vullen of te wijzigen.

Artikel 8 Bewaren en verwijderen van opgenomen persoonsgegevens

  • 1.

    De persoonsgegevens in het bestand worden 15 jaar bewaard, te rekenen vanaf het jaar waarin de ondersteuning is afgesloten, tenzij een langere bewaartermijn noodzakelijk is uit een oogpunt van zorgvuldige ondersteuning.

  • 2.

    De beheerder draagt er zorg voor dat de gegevens genoemd in het eerste lid na de bewaartermijn genoemd in het eerste lid zo spoedig mogelijk worden vernietigd of dat de gegevens van hun kenmerken worden ontdaan, zodat deze niet meer herleidbaar zijn tot het desbetreffende individu.

Artikel 9 Geheimhouding

  • 1.

    Een ieder die op grond van deze regeling kennis neemt van persoonsgegevens van een cliënt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, tenzij de wet of deze regeling anders bepaalt.

  • 2.

    In het kader van de uitvoering van de jeugdhulp, mag het medisch beroepsgeheim slechts worden doorbroken wanneer er sprake is van:

    • a. De ondubbelzinnige toestemming van de cliënt

    • b. Bij een conflict van plichten

      Een conflict van plichten kan zich voordoen wanneer er sprake is van een zwaarwegend belang van de cliënt of een ander dan de cliënt die de doorbreking van de geheimhoudingsplicht rechtvaardigt.

  • 3.

    Alvorens het beroepsgeheim wordt doorbroken, vindt er eerst overleg plaats met minimaal één ander lid of de coördinator van het Centrum Jeugd en Gezin, tenzij er sprake is van een dringende medische noodzaak.

Artikel 10 Gebruik Signaleringssysteem Zorg voor Jeugd

  • 1.

    Het CJG kan zonder toestemming van de jeugdige of zijn wettelijke vertegenwoordiger en zo nodig met doorbreking van de op grond van zijn ambt of beroep geldende plicht tot geheimhouding, een jeugdige tot en met 23 jaar melden aan het Signaleringsysteem Zorg voor Jeugd indien hij een redelijk vermoeden heeft dat de jeugdige door één of meer van de hierna genoemde risico’s in de noodzakelijke condities voor een gezonde en veilige ontwikkeling naar volwassenheid daadwerkelijk wordt bedreigd:

    • a.

      aDe jeugdige staat bloot aan geestelijk, lichamelijk of seksueel geweld, enige andere vernederende behandeling, of verwaarlozing;

    • b.

      De jeugdige heeft meer of andere dan bij zijn leeftijd normaliter voorkomende psychische problemen, waaronder verslaving aan alcohol, drugs of kansspelen;

    • c.

      De jeugdige heeft meer dan bij zijn leeftijd normaliter voorkomende ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen;

    • d.

      De jeugdige is minderjarig en moeder of zwanger;

    • e.

      eDe jeugdige verzuimt veelvuldig van school of andere onderwijsinstelling, dan wel verlaat die voortijdig of dreigt die voortijdig te verlaten;

    • f.

      De jeugdige is niet gemotiveerd om door legale arbeid in zijn levensonderhoud te voorzien;

    • g.

      De jeugdige heeft meer of andere dan bij zijn leeftijd normaliter voorkomende financiële problemen;

    • h.

      De jeugdige heeft geen vaste woon- of verblijfplaats;

    • i.

      iDe jeugdige is een gevaar voor anderen door lichamelijk of geestelijk geweld of ander intimiderend gedrag;

    • j.

      jDe jeugdige laat zich in met activiteiten die strafbaar zijn gesteld;

    • k.

      kDe ouders of andere verzorgers van de jeugdige schieten ernstig tekort in de verzorging of opvoeding van de jeugdige, of

    • l.

      De jeugdige staat bloot aan risico’s die in bepaalde etnische groepen onevenredig vaak voorkomen.

  • 2.

    Naast het burgerservicenummer van de jeugdige worden in het Signaleringsysteem Zorg voor Jeugd bij een melding uitsluitend de volgende gegevens opgeslagen:

    • a.

      De identificatiegegevens en contactgegevens van de meldingsbevoegde die de melding doet;

    • b.

      De datum en het tijdstip van de melding;

    • c.

      De datum waarop de melding op grond van art. 7.1.4.5 tweede lid, onderdeel a Jeugdwet, uit het Signaleringsysteem Zorg voor Jeugd zal worden verwijderd.

  • 3.

    Over het opnemen van een jeugdige in het Signaleringsysteem Zorg voor Jeugd, voert het lid van het Centrum Jeugd en Gezin, zo mogelijk vooraf overleg met de desbetreffende jeugdige.

Artikel 11 Melding Veilig Thuis

  • 1.

    Het CJG is te allen tijde bevoegd om inlichtingen die noodzakelijk worden geacht om een situatie van huiselijk geweld of kindermishandeling te beëindigen of een redelijk vermoeden daarvan te onderzoeken, aan Veilig Thuis desgevraagd of uit eigen beweging te verstrekken zonder toestemming van de betrokkene die het betreft en indien nodig met doorbreking van de plicht tot geheimhouding op grond van een wettelijk voorschrift of op grond van hun ambt of beroep.

  • 2.

    Bij een melding als bedoeld in lid 1 worden de wettelijke stappen doorlopen van (art. 2 lid 2 ) van het Besluit verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling.

  • 3.

    Van de verstrekking als bedoeld in lid 1 wordt een aantekening gemaakt in het bestand.

Artikel 12 Informatieplicht

  • 1.

    Het CJG draagt er zorg voor dat een betrokkene zo spoedig mogelijk wordt geïnformeerd over de verwerking van persoonsgegevens. De betrokkene wordt geïnformeerd over welke gegevens er worden vastgelegd, met welk doel dit gebeurt, met wie deze gegevens worden gedeeld, welke rechten de betrokkene kan uitoefenen ten aanzien van de verwerking van zijn gegevens en tot wie hij zich voor de uitoefening van deze rechten kan wenden, tenzij de cliënt hier reeds van op de hoogte is.

  • 2.

    Het informeren van de betrokkene kan uitsluitend worden uitgesteld indien en voor zover er concrete aanwijzingen zijn om aan te nemen dat de veiligheid van de betrokkene of van de medewerkers van het CJG of die van anderen door dit informeren worden bedreigd.

Artikel 13 Rechten van de betrokkene

  • 1.

    Recht op inzage

    Iedere betrokkene heeft het recht zich schriftelijk tot de verantwoordelijke te wenden met het verzoek hem mede te delen of persoonsgegevens worden verwerkt die op hem betrekking hebben.

    • a.

      De verantwoordelijke deelt de betrokkene binnen vier weken mee of persoonsgegevens die op hem betrekking hebben, worden verwerkt. Indien dit het geval is biedt de verantwoordelijke de betrokkene een volledig overzicht van de persoonsgegevens die zijn opgenomen in het bestand en die op hem betrekking hebben, het doel daarvan, alsmede een overzicht van de personen en instellingen aan wie de verantwoordelijke persoonsgegevens van de betrokkene heeft verstrekt en het doel van deze verstrekkingen.

    • b.

      De rechten van betrokkene genoemd in dit artikel kunnen worden geweigerd in het belang van;

    • -.

      de veiligheid van de Staat;

    • -.

      het voorkomen, opsporen en vervolgen van strafbare feiten;

    • -.

      gewichtige economische en financiële belangen van de Staat en van andere openbare lichamen;

    • -.

      het toezicht op de naleving van wettelijke voorschriften die zijn gesteld ten behoeve van de hier boven bedoelde belangen;

    • -.

      de bescherming van de betrokkene, of van de rechten en vrijheden van anderen.

    • -.

      De verantwoordelijke deelt de betrokkene zijn afwijzing op het verzoek binnen vier weken na ontvangst van het verzoek schriftelijk en met vermelding van de motieven voor de afwijzing mede.

  • 2.

    Recht op correctie

    De betrokkene kan de verantwoordelijke verzoeken de op hem betrekking hebbende persoonsgegevens, aan te vullen, te verwijderen of af te schermen voor zover deze gegevens onjuist, onvolledig of niet ter zake dienend zijn dan wel in strijd zijn met de wet. Het verzoek bevat de aan de te brengen wijzigingen.

    • a.

      De verantwoordelijke bericht de betrokkene binnen vier weken na ontvangst van het verzoek schriftelijk of betrokkene hieraan voldoet. Een weigering is met redenen omkleed.

    • b.

      Leidt het verzoek tot aanpassing of verwijdering van gegevens, dan draagt de verantwoordelijke er zorg voor dat deze aanpassingen zo spoedig mogelijk worden uitgevoerd en dat derden die op grond van deze regeling kennis hebben genomen van deze persoonsgegevens tevens bekend zijn met deze aanpassingen.

  • 3.

    Recht op verwijdering

    Betrokkene kan een verzoek indienen tot verwijdering van de op hem betrekking hebbende persoonsgegevens bij de verantwoordelijke. Een verzoek tot verwijdering kan geweigerd worden voor zover het verzoek gegevens betreft waarvan redelijkerwijs aannemelijk is dat de bewaring van aanmerkelijk belang is voor een ander dan de betrokkene, alsmede voor zover het bepaalde bij of krachtrens de wet zich tegen vernietiging verzet. De beheerder draagt er zorg voor dat de gegevens binnen drie maanden na een daartoe strekkend verzoek van betrokkene zijn vernietigd.

  • 4.

    Voor de uitoefening van de in dit artikel genoemde rechten van de betrokkene worden geen kosten in rekening gebracht door de verantwoordelijke.

Artikel 14 Uitoefenen van rechten door de wettelijke vertegenwoordigers
  • 1.

    De rechten die een cliënt of een betrokkene op basis van deze regeling heeft, worden uitgeoefend door de wettelijk(e) vertegenwoordiger(s) indien de betrokkene nog geen twaalf haar oud is.

  • 2.

    De rechten zoals bedoeld in het eerste lid worden uitgeoefend door de wettelijk(e) vertegenwoordiger(s) en de betrokkene beiden, indien de betrokkene al twaalf, maar nog geen zestien jaar oud is.

  • 3.

    Vanaf zestien jaar oefent de betrokkene zijn rechten zelfstandig uit.

  • 4.

    In geval een betrokkene van zestien jaar of ouder voor het uitoefenen van zijn rechten wilsonbekwaam wordt geacht, worden zijn rechten uitgeoefend door zijn wettelijk(e) vertegenwoordiger(s). Heeft een meerderjarige wilsonbekwame betrokkene geen wettelijk(e) vertegenwoordiger(s), dan oefent de echtgenoot of de levensgezel deze rechten uit. Heeft de betrokkene geen echtgenoot of levensgezel, of wenst deze de rechten van de betrokkene niet uit te oefenen, dan kan een ouder, een meerderjarige broer of zus, of een meerderjarig kind van de betrokkene zijn rechten uitoefenen.

Artikel 15 Inwerkingtreding

De dag na de datum van vaststelling door de verantwoordelijke van het protocol is de datum van inwerkingtreding. Dit protocol werkt terug tot en met 1 januari 2015.

 

 

Bijlage 1 Toestemmingsverklaring Privacy Protocol

 

Ondergetekende,

Naam ………………………………………………………………………………

Adres ………………………………………………………………………………

Postcode …………………………. Woonplaats ……………………......

Geboortedatum …………………………. Geboorteplaats ……………………….

 

geeft hierbij toestemming aan het Centrum Jeugd en Gezin, om de hieronder aangekruiste persoonsgegevens over hem of haar op te vragen die van belang is voor de beoordeling van een verzoek om Jeugdhulp. Deze gegevens worden slechts gebruikt voor het op stellen van een plan van aanpak en om op basis van dat plan ondersteuning te kunnen bieden.

Daartoe mogen gegevens worden gedeeld en opgevraagd bij:

°. Naam organisatie

Naam organisatie en hulpverlener ………………………................................................

De gedeelde en opgevraagde gegevens betreffen:

°. De gegevensset zoals vermeldt in bijlage 2 van het protocol gegevensverwerking Jeugdhulp

°.Andere persoonsgegevens, namelijk

 

………………………………………………………………………………………………

(duidelijke omschrijving van de opgevraagde gegevens)

 

Indien noodzakelijk voor de ondersteuning,

°.Ik stem er ook mee in dat mijn huisarts geïnformeerd wordt, dat ik cliënt ben bij het Centrum Jeugd en Gezin.

 

Voor akkoord,

Datum: Plaats: Handtekening:

 

 

Bijlage 2 Gedeelde gegevens

Gegevensset

Betrokken organisatie

Doel

Grondslag

BSN[1], NAW, situatie- en probleemomschrijving

Vraagwijzer

Afstemming van de vraag en het bieden van hulp in het plan bij meervoudige problemen.

Ondubbelzinnige toestemming

BSN, NAW, situatie- en probleemomschrijving

ISD

Afstemming van de vraag en het bieden van hulp in het plan bij meervoudige problemen.

Ondubbelzinnige toestemming

BSN, NAW, situatie- en probleemomschrijving

Huisartsen

In kaart brengen van de eigen mogelijkheden en onmogelijkheden en afstemming van de door de huisarts toegewezen jeugdhulp.

Ondubbelzinnige toestemming

BSN, NAW, gegevens die nodig zijn om de beoogde hulp in het plan te realiseren.

Zorgaanbieders

Levering van zorg.

Artt. 7.4.1. t/m 7.4.4 Jeugdwet

 

 

 

 

[1] BSN uitwisselen alleen mogelijk met alleen die partners van Vraagwijzer die op grond van de wet bevoegd zijn om het BSN te verwerken. Dit zijn bijvoorbeeld BIG-geregistreerden, gecertificeerde instellingen.