Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Woerden

Verordening op de heffing en de invordering van een BIZ-bijdrage en op de subsidie voor de BI-zone centrumgebied Woerden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWoerden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van een BIZ-bijdrage en op de subsidie voor de BI-zone centrumgebied Woerden
CiteertitelVerordening BI-zone centrumgebied Woerden
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is vervangen door de Verordening bedrijveninvesteringszone Woerden 2017

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201701-01-2017ingetrokken

23-06-2016

Gemeenteblad 2016, 124905

124905/2016
01-01-201201-01-2017Nieuwe regeling

23-06-2011

Gemeenteblad 26 oktober 2011

2011/17

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van een BIZ-bijdrage en op de subsidie voor de BI-zone centrumgebied Woerden

De raad van de gemeente Woerden;

 

gelezen het voorstel d.d. 10 mei 2011 van burgemeester en wethouders;

 

gelet op het bepaalde in de Gemeentewet;

 

gelet op artikel 1, eerste lid en artikel 7, vierde lid, van de Experimentenwet Bedrijven Investerings­zones (BI-zones); en

 

gelet op de tussen de gemeente Woerden en vereniging Stadshart gesloten Uitvoeringsovereenkomst van mei 2011;

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

"Verordening op de heffing en de invordering van een BIZ-bijdrage enop de subsidie voor de BI-zone centrumgebied Woerden"

Hoofdstuk I - Algemene bepalingen

Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    BI-zone: het bij deze verordening aangewezen gebied in de gemeente waarbinnen de BIZ-bijdrage wordt geheven. Het aangewezen gebied is vermeld op de bij deze verordening behorende en daarvan deeluitmakende kaart;

  • b.

    de wet: de Experimentenwet BI-zones;

  • c.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente;

  • d.

    uitvoeringsovereenkomst: de tussen de gemeente Woerden en Vereniging Stadshart gesloten Uitvoeringsovereenkomst van 26 mei 2011.

Artikel 2 - Aanwijzing vereniging

De BIZ-vereniging Stadshart Woerden wordt aangewezen als vereniging als bedoeld in artikel 7 van de wet.

Hoofdstuk II - Belastingbepalingen

Artikel 3 - Aard van de belasting

Onder de naam ‘BIZ-bijdrage’ wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten die zijn gericht op het bevorderen van leefbaarheid, veiligheid, ruimtelijke kwaliteit of een ander mede publiek belang in de openbare ruimte van de BI-zone.

 

Artikel 4 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1.

    De BIZ-bijdrage wordt gedurende een periode van 5 jaar jaarlijks geheven ter zake van binnen de BI-zone gelegen onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen.

  • 2.

    De BIZ-bijdrage wordt geheven van degenen die bij het begin van het kalenderjaar in de BI-zone gelegen onroerende zaken al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht, gebruiken.

  • 3.

    Voor de toepassing van het tweede lid wordt:

    • a.

      gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;

    • b.

      het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld; degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld.

  • 4.

    Indien een onroerende zaak bij het begin van het kalenderjaar niet in gebruik is, wordt de BIZ-bijdrage geheven van degene die van die zaak het genot krachtens eigendom, bezit of beperkt recht heeft. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het kalenderjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.

 

Artikel 5 - Belastingobject

  • 1.

    Als belastingobject wordt aangemerkt de onroerende zaak, zoals bedoeld in hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken, die niet in hoofdzaak tot woning dient en die niet is genoemd in artikel 220d, eerste lid, van de Gemeentewet.

  • 2.

    Een onroerende zaak dient niet in hoofdzaak tot woning indien de waarde die op grond van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld voor die onroerende zaak niet in hoofdzaak kan worden toegerekend aan delen van die onroerende zaak die dienen tot woning dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden.

  • 3.

    Als een onderneming in meerdere doorgebroken (aaneengeschakelde) panden is gevestigd, wordt deze gezien als één onderneming. Als sprake is van meerdere doorgebroken (aaneengeschakelde) panden met verschillende ondernemingen, wordt dit gezien als één onderneming

Artikel 6 - Maatstaf van heffing

  • 1.

    De BIZ-bijdrage wordt geheven naar de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor het belastingobject vastgestelde waarde voor het kalenderjaar.

  • 2.

    Bij de bepaling van de heffingsmaatstaf wordt buiten aanmerking gelaten de waarde van gedeelten van de onroerende zaak die in hoofdzaak tot woning dienen dan wel in hoofdzaak dienstbaar zijn aan woondoeleinden.

  • 3.

    Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 16, 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.

Artikel 7 - Vrijstellingen

Vrijgesteld van heffing van de BIZ-belasting zijn:

  • a.

    onroerende zaken voor zover die bestemd zijn te worden gebruikt voor de publieke dienst van de gemeente;

  • b.

    straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen;

  • c.

    plantsoenen, parken en waterpartijen, die bij de gemeente in beheer zijn of waarvan de gemeente het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, met uitzondering van delen van zodanige onroerende zaken die dienen als woning;

  • d.

    begraafplaatsen, urnentuinen en crematoria, met uitzondering van delen van zodanige onroerende zaken die dienen als woning;

  • e.

    objecten genoemd in de Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten Wet waardering onroerende zaken;

  • f.

    onroerende zaken in gebruik als opslag, distributie, werkplaats, geldautomaat of kantoren op de begane grond die geen winkelfunctie hebben of kantoren zonder winkelfunctie op de 1e etage of culturele instellingen met een non-profit achtergrond.

Artikel 8 - Belastingtarief

  • 1.

    De BIZ-bijdrage per belastingjaar bedraagt bij een waarde van:

    • a.

      € 200.000 of minder

    • b.

      meer dan € 200.000 doch minder dan € 400.001 € 500,00;

    • c.

      meer dan € 400.000 doch minder dan € 600.001 € 750,00;

    • d.

      meer dan € 600.000 doch minder dan € 800.001 € 1.000,00;

    • e.

      meer dan € 800.001 € 1.250,00.

Artikel 9 - Wijze van heffing

De BIZ-bijdrage wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 10 - Termijnen van betaling

  • 1.

    De aanslagen moeten worden betaald uiterlijk drie maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet. In afwijking van bovenstaande geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan meer is dan € 50,00, maar minder is dan € 5.000,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 11 - Nadere regels door het college

Niet van toepassing

Hoofdstuk III - Subsidiebepalingen

Artikel 12 - Algemeen

Indien en voor zover in deze verordening daarvan niet is afgeweken, is de Subsidieverordening Welzijn c.a. gemeente Woerden 2004, hoofdstuk I t/m IV en VIII van toepassing.

Artikel 13 - Subsidievaststelling

  • 1.

    De subsidie wordt verstrekt aan de BIZ-vereniging Stadshart Woerden voor de uitvoering van de activiteiten die zijn opgenomen in de Uitvoeringsovereenkomst.

  • 2.

    De subsidie bedraagt maximaal het bedrag van de jaarlijks te ontvangen BIZ-bijdragen, verminderd met de daarmee samenhangende perceptiekosten.

  • 3.

    In de Uitvoeringsovereenkomst worden nadere regels gesteld over de wijze van bevoorschotting en de verrekening van meer- en minderopbrengsten van de ontvangen BIZ-bijdragen.

Artikel 14 - Melding van relevante wijzigingen

  • 1.

    De BIZ-vereniging Stadshart Woerden stelt het college zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte van meer dan ondergeschikte veranderingen in haar financiële situatie.

  • 2.

    De Vereniging Stadshart stelt het college zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte van een wijziging van de statuten, dan wel van verandering of beëindiging van activiteiten.

Hoofdstuk IV - Slotbepalingen

Artikel 15 - Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2012 onder de voorwaarde dat van voldoende steun als bedoeld in artikel 4 van de wet is gebleken.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

Artikel 16 - Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening BI-zone centrumgebied Woerden’.

 

Bijlage: kaart als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van deze verordening.

Aldus door de raad van de gemeente Woerden in zijn openbare vergadering, gehouden op 23 juni 2011.

De griffier De voorzitter

E.M. Geldorp mr. H.W. Schmidt