Organisatie | Den Helder |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel Bestuurlijke boete Participatiewet, IOAW en IOAZ |
Citeertitel | Beleidsregel Bestuurlijke boete Participatiewet, IOAW en IOAZ |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Regeling vervangt de Beleidsregel Bestuurlijke boete Participatiewet, IOAW en IOAZ, zoals vastgesteld op 25 november 2014
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-06-2015 | 01-02-2016 | Nieuwe regeling | 26-05-2015 Stadsnieuws 2015, 24 | B15.00299 |
Het Besluit aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving is op 13 oktober 2012 (Stb 484) vastgesteld.
In dit besluit is geregeld dat per 1 januari 2013 bij schending van de inlichtingenplicht bestuurlijke boeten worden opgelegd, waar voorheen de uitkering werd afgestemd door middel van een verlaging.
De inlichtingenplicht houdt in dat de belanghebbende op grond van artikel 17 van de Participatiewet of artikel 13 van de IOAW/IOAZ verplicht is aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededelingen te doen van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dan zij van invloed kunnen zijn op zijn arbeidsinschakeling of het recht op bijstand/uitkering.
Binnen het Besluit aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving heeft de gemeente de bevoegdheid om nadere regels te stellen met betrekking tot het begrip onverwijld, het afzien van een bestuurlijke boete, het afgeven van een waarschuwing, de hoogte van een boete bij nul-fraude en verminderde verwijtbaarheid.Vorenstaande wordt in navolgende beleidsregels ingevuld.
Op 24 november 2014 heeft de Centrale Raad van Beroep (CRvB) een uitspraak gedaan over het sinds 1 januari 2013 in het sociale zekerheidsrecht geldende boeteregime op grond van de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW regelgeving.
De CRvB stelt vast dat de wet niet exact voorschrijft hoe hoog een bestuurlijke boete moet zijn bij schending van de inlichtingenplicht en een boete daarom moet worden getoetst aan het evenredigheidsbeginsel van artikel 5:46, tweede lid, van de Awb.
Naar aanleiding van deze uitspraak worden er verschillende percentages gehanteerd voor het vaststellen van het boetebedrag indien er sprake is van het schenden van de inlichtingenplicht met benadeling van de gemeente.
Het college ziet eveneens af van het opleggen van een boete indien daarvoor dringende redenen aanwezig zijn. Om af te zien van de boete bij dringende redenen moet onomstotelijk vaststaan dat er sprake is van een dermate acute noodsituatie dat het opleggen van een bestuurlijke boete tot onevenredige omstandigheden leidt.
Artikel 4 Verminderde verwijtbaarheid
Er is sprake van verminderde verwijtbaarheid wanneer is voldaan aan de criteria van artikel 2a van het Boetebesluit socialezekerheidswetten.