Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Haaren

De verordening op de rekenkamercommissie 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHaaren
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingDe verordening op de rekenkamercommissie 2015
CiteertitelDe verordening op de rekenkamercommissie 2015
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Op grond van artikel 28 Wet algemene regels herindeling is deze regeling per 1 januari 2023 vervallen, tenzij de hierna genoemde bestuursorganen de betreffende regeling al eerder vervallen hebben verklaard.

- De raad van de gemeente Oisterwijk heeft op 7 januari 2021 besloten deze verordening vervallen te verklaren voor zover deze van kracht is voor het gebied binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Oisterwijk zoals dat per 1 januari 2021, op grond van de Wet van 8 juli 2020 tot splitsing van de gemeente Haaren, is ontstaan.

- De raad van de gemeente Boxtel heeft op 4 januari 2021 besloten deze verordening vervallen te verklaren voor zover deze van kracht is voor het gebied binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Boxtel zoals dat per 1 januari 2021, op grond van de Wet van 8 juli 2020 tot splitsing van de gemeente Haaren, is ontstaan.

- De raad van de gemeente Tilburg heeft op 4 januari 2021 besloten deze verordening vervallen te verklaren voor zover deze van kracht is voor het gebied binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Tilburg zoals dat per 1 januari 2021, op grond van de Wet van 8 juli 2020 tot splitsing van de gemeente Haaren, is ontstaan.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art 81.o sub a

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-05-2015Nieuwe regeling

23-04-2015

Gemeenteblad, 29 april 2015

Raadsvoorstel, 23 april 2015

Tekst van de regeling

Intitulé

De verordening op de rekenkamercommissie 2015

De raad van de gemeente Haaren;

in zijn vergadering van 23 april 2015;

gelet op de behandeling in de raadscommissie van 23 april 2015;

gelet op artikel 81oa van de Gemeentewet

BESLUIT:

  • 1.

    De verordening op de rekenkamercommissie 2006 in te trekken.

  • 2.

    De verordening op de rekenkamercommissie 2015 vast te stellen.

Verordening op de rekenkamercommissie 2015

 

 

Paragraaf 1 Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

 

wet: gemeentewet

rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente Haaren

raadscommissie: vaste commissie voor de gemeenteraad, als bedoeld in Verordening op de raadscommissie 2011

college: college van burgemeester en wethouders

doelmatigheid of efficiency: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken

doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie er in slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de gewenste maatschappelijkeeffecten te bereiken

rechtmatigheid: de mate waarin voldaan wordt aan de wettelijke kaders en

regelgeving

extern lid: een lid van de rekenkamercommissie, niet zijnde tevens raadslid van de gemeente Haaren

Intern lid: een lid van de rekenkamercommissie en tevens raadslid van de

gemeente Haaren

 

Paragraaf 2 Taak, samenstelling en lidmaatschap van de rekenkamercommissie

Artikel 2.1 Rekenkamercommissie

  • 1.

    Er is een gemeentelijke rekenkamercommissie door de raad ingesteld.

  • 2.

    De rekenkamercommissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur (raad, college, burgemeester en commissies) gevoerde bestuur.

Artikel 2.2 Samenstelling van de rekenkamercommissie

  • 1.

    De rekenkamercommissie bestaat uit net zoveel leden als er raadsfracties zijn en een voorzitter.

  • 2.

    De raad benoemt de leden van de rekenkamercommissie, waarvoor iedere fractie een kandidaat voordraagt.

  • 3.

    De te benoemen leden kunnen tevens raadslid zijn, maar zijn in ieder geval woonachtig in de gemeente Haaren.

  • 4.

    De leden worden voor een periode gelijk aan de zittingsduur van de raad benoemd.

  • 5.

    De raad benoemt de voorzitter, die geen lid is van een fractie en van wie de woonplaats buiten de gemeente Haaren mag liggen.

  • 6.

    De voorzitter van de rekenkamercommissie wordt benoemd voor de periode van 4 jaar waarna herbenoeming mogelijk is.

  • 7.

    Bij ontstentenis van de voorzitter treedt het langstzittende lid op als voorzitter, dan wel het oudste lid in jaren.

Artikel 2.3 Eed en gelofte

Ten aanzien van de externe leden en de voorzitter is artikel 81g van de Gemeentewet overeenkomstig van toepassing.

Artikel 2.4 Eind van het lidmaatschap

  • 1.

    De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-actief.

  • 2.

    Het lidmaatschap van een lid of de voorzitter eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      indien hij een functie aanvaardt die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie;

    • c.

      indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van lid van de rekenkamercommissie te vervullen.

  • 3.

    het lidmaatschap eindigt voor het interne lid indien het raadslidmaatschap wordt beëindigd.

Artikel 2.5 Vergoeding voor de werkzaamheden van de leden van rekenkamercommissie.

  • 1.

    Leden van de rekenkamercommissie vallen niet onder de ambtelijke rechtspositie van de gemeente.

  • 2.

    De externe leden en de voorzitter van de rekenkamercommissie ontvangen een vergoeding pervergadering gelijk aan de wettelijke vergoeding voor raadscommissieleden.

  • 3.

    Een extra vergoeding voor de externe leden en de voorzitter is mogelijk als zij zelf uitvoering geven aan de onderzoekstaken.

  • 4.

    De vaste en de extra vergoeding komen ten last van het budget van de rekenkamercommissie,

  • 5.

    De raadsleden ontvangen de extra vergoeding voor het lidmaatschap van de rekenkamercommissie die de wet aangeeft.

Artikel 2.6 De voorzitter

  • 1.

    De voorzitter draagt zorg voor :

    • -

      het tijdig en periodiek bijeenroepen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie

    • -

      het leiden van de vergaderingen

    • -

      het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze

    • -

      het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming

    • -

      onderhouden van contact met de gemeenteraad, ambtelijke organisatie en naburige rekenkamers

  • 2.

    De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat.

  • 3.

    De voorzitter voert namens de rekenkamercommissie het woord in de gemeenteraad.

Artikel 2.7 Ambtelijk secretaris

  • 1.

    In overleg met de rekenkamercommissie draagt de griffier er zorg voor dat de rekenkamercommissie wordt bijgestaan door een secretaris.

  • 2.

    De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de rekenkamercommissie over de wijze waarop de ondersteunende taken worden verricht.

  • 3.

    De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers.

  • 4.

    De secretaris is tevens contactpersoon voor de onderzoeker(s) en zorgt voor de facilitering van het te houden onderzoek en het verkrijgen van de contacten met de gewenste personen in de gemeentelijke organisatie

 

Paragraaf 3 De werkwijze van de rekenkamercommissie

Artikel 3.1 Reglement van orde

  • 1.

    De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast.

  • 2.

    Het reglement wordt na de vaststelling onverwijld ter kennis gezonden aan de gemeenteraad en gepubliceerd op de gemeentelijke website.

Artikel 3.2 Besluitvorming

  • 1.

    In vergaderingen van de rekenkamercommissie wordt besloten bij meerderheid.

  • 2.

    Besluiten kunnen niet worden genomen tenzij een meerderheid van de leden van de rekenkamercommissie ter vergadering aanwezig is.

Artikel 3.3 Onderwerpen van onderzoek

  • 1.

    De rekenkamercommissie beslist over de onderwerpkeuze en stelt het jaarlijkse onderzoeksplan vast.

  • 2.

    De rekenkamercommissie formuleert ten aanzien van de voorgenomen concrete onderzoeken de probleemstelling en de onderzoeksvragen en stelt de onderzoeksopzet vast. Deze onderzoeksopzet wordt door de rekenkamercommissie rechtstreeks ter kennisneming gezonden aan de raad en het college.

  • 3.

    De raad kan de rekenkamercommissie verzoeken bepaalde onderzoeksonderwerpen inoverweging te nemen. Indien de rekenkamercommissie niet aan het verzoek voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

Artikel 3.4 Criteria voor onderzoeken

  • 1.

    De volgende criteria dienen door de rekenkamercommissie te worden gehanteerd bij de selectie van de te onderzoeken onderwerpen:

  • -

    het onderzoek heeft betrekking op de doelmatigheid, doeltreffendheid of rechtmatigheid van het beleid;

  • -

    er is sprake van een substantieel belang;

  • -

    het betreft door de gemeente te beïnvloeden beleid;

  • -

    er is sprake van evenwichtige spreiding over de gemeentelijke beleidsterreinen in opvolgende onderzoeken;

  • -

    de resultaten zijn communiceerbaar naar de bevolking.

  • 2.

    De rekenkamercommissie beargumenteert de te onderzoeken onderwerpen op basis van deze criteria.

  • 3.

    De onderzoeken voldoen aan de volgende kwaliteitseisen:

    • -

      zorgvuldig

    • -

      objectief

    • -

      onderbouwd

    • -

      consistent

    • -

      bruikbaar

    • -

      onafhankelijk

    • -

      doelmatig

    • -

      controleerbaar

Artikel 3.5 Uitvoering van het onderzoek en rapportage

1.De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek

volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De rekenkamercommissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De rekenkamercommissie is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur (raad, college, burgemeester en commissies) en van alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen welke zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek.

  • 4.

    De rekenkamercommissie kan de bevoegdheid tot het inwinnen van inlichtingen mandateren aan de secretaris van de rekenkamercommissie en onderzoekmedewerkers die haar bij de uitvoering van haar taak terzijde staan.

  • 5.

    De leden van het college en de ambtenaren van de gemeente verstrekken de gevraagdeinlichtingen binnen de door de rekenkamercommissie gestelde redelijke termijn.

  • 6.

    De rekenkamercommissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar testellen termijn van ten minste twee weken hun zienswijze op het feitenonderzoek aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn diegenen wier taakuitvoering (mede)onderwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 7.

    De rekenkamercommissie stelt het gemeentebestuur in de gelegenheid om binnen een door haarTe stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, zijn zienswijze op het onderzoek en de conceptnota aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken.

  • 8.

    Na hoor en wederhoor ten aanzien van de feiten en na het bestuurlijk hoor en wederhoor formuleert de rekenkamercommissie haar conclusies en aanbevelingen in een nota.

  • 9.

    Na vaststelling door de rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport en de nota metconclusies en aanbevelingen zo spoedig mogelijk aan de raad aangeboden. Hierbij worden de ambtelijke en bestuurlijke reacties gevoegd. De raad bespreekt de onderzoeksresultaten op basis van het rapport en de conclusies en aanbevelingen.

  • 10.

    Op grond van belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamercommissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

     

Artikel 3.6 Vergaderingen

  • 1.

    De rekenkamercommissie vergadert zoveel zij nodig acht, ter bespreking van procedurele en inhoudelijk aspecten van het onderzoek.

  • 2.

    De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. De leden van de rekenkamercommissie en degenen die ten behoeve van de commissie werkzaam zijn, zijnverplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in hun hoedanigheid van lid, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.

  • 3.

    De rekenkamercommissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

     

Paragraaf 4 De ondersteuning van de rekenkamercommissie

Artikel 4.1 Onderzoekmedewerkers

  • 1.

    De rekenkamercommissie kan ten laste van het budget als bedoeld in artikel 5 onderzoekmedewerkers inhuren.

  • 2.

    Onderzoekmedewerkers kunnen, indien de rekenkamercommissie hen daartoe de bevoegdheid toekent, alle informatie verzamelen die de rekenkamercommissie in het belang van het onderzoeknodig acht. Zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de rekenkamercommissie.

  • 3.

    De rekenkamercommissie is tevens bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 5 externe deskundigen in te schakelen. Het hiervoor in het tweede lid gestelde is op de externe deskundigen dienovereenkomstig van toepassing.

     

Paragraaf 5 De kosten van de rekenkamercommissie

Artikel 5 Budget

  • 1.

    De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • -

      de vergoedingen die krachtens artikel 2.5 zijn toegekend aan de voorzitter en de externe leden van de rekenkamercommissie;

    • -

      de vergoedingen aan onderzoekmedewerkers en/of externe deskundigen die door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

    • -

      de overige uitgaven die de rekenkamercommissie nodig oordeelt voor de uitvoering van haar taak.

  • 3.

    De rekenkamercommissie stelt elk jaar voor 1 april een verslag op van haar werkzaamheden in het voorgaande jaar met daarin opgenomen een financiële paragraaf en zendt het verslag naar de raad en in afschrift naar het college.

     

Paragraaf 6 Slotbepalingen

Artikel 6.1 Citeertitel en inwerkingtreding

De verordening kan worden aangehaald als “Verordening Rekenkamercommissie Haaren 2015”.Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking. Op dat tijdstip vervalt de “Verordening op de rekenkamercommissie 2006”.

 

De raad van de gemeente Haaren,

Els Boers, interim-raadsgriffier

Jeannette Zwijnenburg-van der Vliet, voorzitter

Toelichting Verordening op de Rekenkamercommissie 2015 Haaren

Artikel 1

Spreekt voor zich

Artikel 2.1

Spreekt voor zich

Artikel 2.2

De raad van de gemeente Haaren wil dat de samenstelling van de rekenkamercommissie een afspiegeling is van de raad, voor wat betreft de politieke stromingen. Op zich is het dan niet nodig dat een persoon namens een fractie een fractielid is. Dit kan ook iemand zijn van wie de fractie vindt dat deze de politieke stroming van de fractie vertegenwoordigt, als het maar een inwoner van de gemeente is. Omdat het gaat om afvaardiging van de fracties, eindigt het lidmaatschap op het moment dat de raadsperiode voorbij is. De voorzitter staat los van de fracties en hoeft niet in de gemeente te wonen. De benoemingsduur van de voorzitter hoeft niet gelijk te zijn aan de raadsperiode, de periode van 4 jaar telt vanaf het tijdstip van de benoeming. De vervanging is gelijk geregeld aan die van de vervanging van plaatsvervangend lid van de raad.

Artikel 2.3

De externe leden, dus niet zijnde raadslid leggen de eed of gelofte af in dezelfde raadsvergadering als de benoeming.

Artikel 2.4

De raad benoemt en ontslaat de leden. Een lid kan ontslagen worden op eigen verzoek of als de raad het vertrouwen verliest in het lid dat hij zijn rol in de rekenkamercommissie goed en integer vervult. Bij de wisseling van de raadsperiode eindigt het lidmaatschap van alle leden behalve dat van de voorzitter als de periode van 4 jaar nog niet voorbij is.

Artikel 2.5

Raadsleden ontvangen de extra vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie of het uitvoeren van werkzaamheden voor deze rekenkamercommissie zoals de wet deze mogelijk maakt. Deze vergoeding komt uit het raadsbudget en niet uit het budget van de rekenkamercommissie. De externe leden ontvangen dezelfde vergoeding per vergadering als wettelijk aangegeven voor de vergoeding voor raadscommissieleden. De voorzitter heeft daarnaast recht op reiskostenvergoeding. Overige onkosten die de leden maken, waaronder ook reiskosten, worden vergoed. De vergoedingen komen uit het budget van de rekenkamercommissie.

Artikel 2.6

Kortom: De voorzitter is het gezicht van de rekenkamercommissie.

Artikel 2.7

Elke commissie van de raad heeft een secretaris dus ook de rekenkamercommissie. De griffier vervult deze rol in Haaren, maar zou deze kunnen uitbesteden aan de griffiemedewerker. De griffier blijft dan wel verantwoordelijk voor de kwaliteit van het werk van de secretaris. De secretaris vervult de rol van adviseur van de rekenkamercommissie en voert alle ondersteunende taken uit. De secretaris schrijft alle jaarplannen en jaarverslagen en zonodig de onderzoeksrapporten en brieven. De secretaris heeft daarvoor de benodigde uren per week, die ingezet worden in afstemming met de overige griffiewerkzaamheden. De secretaris bewaakt de kwaliteit van de onderzoeken en de onderzoeksrapporten, al dan niet uitgevoerd door externe onderzoekers.

Artikel 3.1

Het reglement van orde biedt duidelijkheid binnen de rekenkamercommissie en daarbuiten over hoe de rekenkamercommissie vergadert en besluiten neemt.

Artikel 3.2

Voor de besluitvorming gelden dezelfde regels als die voor raadsbesluiten.

Artikel 3.3

De rekenkamercommissie opereert transparant naar buiten en geeft daarom duidelijk aan wat wordt onderzocht en wat de onderzoeksvragen zijn en hoe het onderzoek opgepakt gaat worden. De raad kan vragen om een onderzoek, maar de rekenkamercommissie bepaalt zelf of zij vindt dat het onderzoek uitgevoerd kan worden binnen het programma van de rekenkamercommissie of dat zij het te onderzoeken onderwerpt zinvol vindt. Mocht de rekenkamercommissie negatief op het verzoek ingaan dan legt de rekenkamercommissie heel helder uit waarom zij niet ingaat op het verzoek.

Artikel 3.4

De rekenkamercommissie kiest niet zomaar onderwerpen voor een uit te voeren onderzoek. Er zijn criteria waar het onderwerp aan moet voldoen, zodat de onderzoeksonderwerpen zinvol zijn voor de raad.

Het beeld over de onpartijdigheid en integriteit van de rekenkamercommissie wordt mede bepaald door de onderwerpen van de onderzoeken.

Artikel 3.5

Voor de transparantie is het nodig dat de rekenkamercommissie volgens de eigen regels opereert, zodat voor iedereen duidelijk is waar een onderzoek aan moet voldoen en hoe een onderzoek plaatsvindt.

Artikel 3.6

Vergaderingen zijn niet openbaar, maar in het reglement van orde geeft de rekenkamercommissie aan hoe vaak zij per vergadert. De vergaderingen zijn werkvergaderingen en daarmee besloten. De rekenkamercommissie kan openbare bijeenkomsten organiseren, bijvoorbeeld om informatie voor een onderzoek te vergaren.

Artikel 4.1

De leden van de rekenkamercommissie kunnen zelf het onderzoek uitvoeren als het gaat om een afgebakend klein onderzoek. Als het gaat om een groot onderzoek dan kan een onderzoek te veel tijd vergen van de leden en kan een externe onderzoeker worden ingehuurd die samen met de rekenkamercommissie het onderzoek uitvoert. De secretaris begeleidt dan de externe onderzoeker. Het budget bepaalt de ruimte die er is om externe onderzoekers in te kunnen zetten.

Artikel 5

De raad bepaalt het budget van de rekenkamercommissie. Alle kosten van de rekenkamercommissie vallen onder dat budget met uitzondering van de inzet van de secretaris en de maandelijkse extra vergoeding van de raadsleden. 1/9 deel van de griffieruren staan voor de rekenkamercommissie. Tevens worden de vergaderkosten, zoals gebruik van vergaderruimte en koffie ed niet in rekening gebracht bij de rekenkamercommissie.

Artikel 6

Spreekt voor zich.