Overheidsorganisatie | Gemeente Goeree-Overflakkee |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van watertoeristenbelasting 2015 |
Citeertitel | Verordening watertoeristenbelasting 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Vervangt de Verordening watertoeristenbelasting 2014.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-12-2014 | 01-01-2016 | Nieuwe regeling | 13-11-2014 | Onbekend |
De raad van de gemeente Goeree-Overflakkee;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014;
gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;
b e s l u i t : vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van watertoeristenbelasting 2015.
Deze verordening verstaat onder:
vaartuig: een vaartuig dat is bestemd of wordt gebezigd voor vakantie- of andere recreatieve doeleinden;
lengte: de lengte over alles;
vaste ligplaats: een ligplaats die naar plaatselijk gebruik, zulks ter beoordeling van het college van burgemeester en wethouders, is bestemd voor het regelmatig afmeren of ter anker leggen van een zelfde vaartuig gedurende een periode van ten minste een maand;
etmaal: een aaneengesloten tijdvak van 24 uren, aanvangend om 21.00 uur;
maand: een aaneengesloten tijdvak van 30 etmalen;
kapitein/schipper: de gezagvoerder van een vaartuig of degene die deze vervangt;
passanten: diegenen die verblijf houden in de gemeente, met of op een vaartuig, zonder het hebben van een vaste ligplaats.
Ter zake van het houden van verblijf binnen de gemeente op vaartuigen waarvoor wegens de aanwezigheid in het watergebied van de gemeente in welke vorm dan ook een vergoeding wordt betaald door personen, die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven, wordt onder de naam ‘watertoeristenbelasting’ een directe belasting geheven.
1. Belastingplichtig is degene die tegen vergoeding gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2 aan hem ter beschikking staande ligplaatsen dan wel op hem ter beschikking staande vaartuigen.
2. De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene ter zake van wiens verblijf de belasting verschuldigd wordt.
3. Indien met toepassing van het eerste lid geen belastingplichtige is aan te wijzen, is belastingplichtig de kapitein/schipper, de eigenaar of de gebruiker van een vaartuig als in artikel 2 bedoeld dan wel een andere persoon die werkelijk verblijf houdt aan boord van een dergelijk vaartuig.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
door degenen die verblijf houden aan boord van:
een vaartuig dat is ingericht en wordt gebruikt tot verpleging of verzorging van zieken, van gebrekkigen, van hulpbehoevenden of van bejaarden;
kano’s, roei- en volgboten;
motor en zeilboten met een lengte van ten hoogste 4 meter;
een vaartuig dat zich op last of bevel van de overheid in het gemeentelijke watergebied bevindt.
waarvoor de gemeente belasting heft ingevolge de Verordening forensenbelasting.
waarvoor de gemeente belasting heft ingevolge de Verordening toeristenbelasting.
1. De belasting wordt geheven naar het aantal etmalen dat verblijf is gehouden.
2. Voor de toepassing van dit artikel wordt een gedeelte van een etmaal voor een vol etmaal gerekend.
Ter zake van vaartuigen met een vaste ligplaats wordt, indien een belastingplichtige als bedoeld in artikel 3, eerste lid, is aangewezen:
het aantal personen dat verblijf heeft gehouden, bepaald op 2,6:
het aantal etmalen dat door de onder a bedoelde personen verblijf is gehouden, bepaald op 20,5.
In afwijking van het bepaalde in artikel 6, wordt op een door de belastingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag de maatstaf van heffing vastgesteld op het werkelijke aantal etmalen dat verblijf is gehouden, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op de voet van artikel 6 berekende aantal.
Het tarief van de belasting bedraagt per persoon per etmaal € 0,86.
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Belastingaanslagen van minder dan € 9,00 worden niet opgelegd.
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de belastingaanslag worden betaald uiterlijk drie maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.
2. In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de belastingaanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot verblijf verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels geven voor de heffing en de invordering van de watertoeristenbelasting.
De Verordening watertoeristenbelasting 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 16, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening watertoeristenbelasting 2015.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad
van de gemeente Goeree-Overflakkee op
13 november 2014.