Organisatie | Krimpenerwaard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Treasurystatuut gemeente Krimpenerwaard 2015 |
Citeertitel | Treasurystatuut |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Op 1 januari 2015 zijn de gemeenten Bergambacht, Nederlek, Ouderkerk, Schoonhoven, Vlist en de gemeenschappelijke regeling GR K5-gemeenten vanwege de herindeling van rechtswege opgeheven. De gemeenten zijn opgegaan in de gemeente Krimpenerwaard. De gemeente Krimpenerwaard dient een nieuw Treasurystatuut vast te stellen.
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-05-2015 | 01-12-2020 | Nieuwe regeling | 20-05-2015 GVOP | Onbekend |
Onder treasury wordt verstaan het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s.
In de Gemeentewet en de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) zijn de kaders gesteld voor een verantwoorde, prudente en professionele inrichting en uitvoering van de treasuryfunctie van decentrale overheden.
De gemeente Krimpenerwaard onderkent het belang van een verantwoord en adequaat beheer van haar financiële middelen. Zij wenst haar activiteiten op het gebied van treasury op een zo transparant en beheersbaar mogelijke wijze in te richten.
De Wet fido en de bijbehorende ministeriële regelingen geven het bindende kader voor de uitoefening van de treasury van de gemeenten. De onderliggende regelingen zijn:
Op grond van artikel 212 Gemeentewet is de gemeente verplicht een financiële verordening vast te stellen. Tevens dient een financieringsparagraaf op te worden genomen in de begroting en het jaarverslag. In de financiële verordening worden de kaders van het beleid vastgelegd.
Het treasurystatuut kent de kwalitatieve randvoorwaarde dat het bankieren met winstoogmerk door decentrale overheden niet is toegestaan. Het aangaan van leningen en het uitzetten van middelen evenals het verlenen van garanties en het verstrekken van geldleningen, zijn alleen toegestaan voor de uitoefening van publieke taak, en dus niet voor het behalen van rendement.
In het treasurystatuut worden allereerst het begrippenkader en de doelstellingen van de treasuryfunctie van de gemeente geformuleerd.
In hoofdstuk 2 worden deze vervolgens geconcretiseerd voor de verschillende deelgebieden van treasury: risicobeheer, gemeentefinanciering en kasbeheer.
Tevens komen in hoofdstuk 2 de administratieve organisatie en interne controle van de treasury-functie aan de orde. Daarbij ligt het accent op de eenduidigheid omtrent de verdeling van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Tot slot worden de uitgangspunten vastgelegd voor de informatie die noodzakelijk is om het gehele proces beheersbaar en meetbaar te maken en te houden.
In de Memorie van Toelichting (hoofdstuk 3) worden waar nodig de in het treasurystatuut opgenomen artikelen toegelicht.
In dit statuut wordt verstaan onder:
Publieke taak Gemeenten kunnen uitsluitend leningen aangaan, middelen uitzetten en garanties verlenen voor de uitoefening van de publieke taak. De Wet fido geeft aan het begrip publieke taak een beperkte invulling. Bankactiviteiten, zoals het aantrekken en uitzetten van middelen met als doel het genereren van inkomen, worden hiertoe niet gerekend en zijn verboden. Overigens is het de raad van de gemeente die het kader van de publieke taak, binnen de normen van de Wet fido, bepaalt.
Renterisiconorm De norm waarmee de vaste schuld – verminderd met verstrekte leningen – jaarlijks maximaal een renteherziening mag ondergaan. Voor gemeenten bedraagt de renterisiconorm 20% van het begrotingstotaal. Bedoeling van de renterisiconorm is het vermijden van renteschokken. Gemeenten die – per saldo – een schuld lager dan € 2,5 miljoen hebben, zijn vrijgesteld van deze verplichting.
Treasuryfunctie De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit drie deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering en kasbeheer.
III Uitgangspunten risicobeheer
Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:
De gemeente kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd middels de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut. Het is niet toegestaan middelen aan te trekken met het enkele doel deze tegen een hoger rendement uit te zetten;
V Kredietrisicobeheer / schatkistbankieren
Alle overtollige liquide middelen (boven het drempelbedrag) van de gemeente Krimpenerwaard worden belegd bij de staat conform het reglement van het schatkistbankieren.
De volgende onderwerpen zijn uitgezonderd van het schatkistbankieren:
Bestaande beleggingen van voor 18.00 uur op 4 juni 2012.
Bij deze beleggingen dienen financiële instellingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) onder Nederlands of Europees toezicht te vallen
(zoals De Nederlandsche Bank of de AFM).
De rating van de financiële instellingen moet ten minste een A-rating zijn. Deze rating moet zijn afgegeven door twee van de volgende erkende ratingbureau’s: Moody’s, Standard & Poors, Fitch of DBRS;
VI Intern liquiditeitsrisicobeheer
De gemeente beperkt haar liquiditeitsrisico’s door haar treasuryactiviteiten te baseren op een liquiditeitenplanning, waarbij rekening wordt gehouden met zowel de korte en de lange termijn liquiditeit. De liquiditeitenplanning wordt regelmatig bijgesteld op basis van realisaties en hernieuwde prognoses.
XIII Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle
De verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de gemeente staan in onderstaande tabel gedefinieerd.
In onderstaande tabel staan bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven alsmede de daarbij benodigde fiattering.
Met betrekking tot de treasuryactiviteiten dient tenminste de in de onderstaande tabel opgenomen informatie te worden verstrekt door de betreffende functionarissen: