Organisatie | Olst-Wijhe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Olst-Wijhe |
Citeertitel | Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Olst-Wijhe |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Participatiewet, art. 8, eerste lid, onderdeel d
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-05-2015 | 01-01-2015 | 01-01-2017 | Nieuwe regeling | 11-05-2015 | Raadsstuk 2015/21 |
De raad van de gemeente Olst-Wijhe;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van nr. ;
gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel d, van de Participatiewet;
overwegende dat het noodzakelijk is de uitoefening van de bevoegdheid tot verrekening als bedoeld in artikel 60b van de Participatiewet bij verordening te regelen;
Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Olst-Wijhe
Hoofdstuk 2. Bescherming beslagvrije voet bij verrekening wegens recidive
Artikel 2. De uitoefening van de bevoegdheid tot verrekening
Het college verrekent het openstaande boetebedrag met de algemene bijstand gedurende de eerste drie maanden na dagtekening van het besluit tot oplegging van een recidiveboete zonder dat het bepaalde in artikel 4:93, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht in acht wordt genomen.
Artikel 3. Verzoek tot doorbetaling huur/hypotheekrente
Belanghebbende kan verzoeken om, in afwijking van het bepaalde in artikel 2, de huur dan wel hypotheekrente na aftrek van huurtoeslag respectievelijk hypotheekrenteaftrek, gedurende de in artikel genoemde periode direct vanuit de bijstand te voldoen. Indien dit verzoek wordt toegekend wordt de verrekening daarop aangepast.
Artikel 4. Verrekenen met inachtneming van artikel 4:93, vierde lid van de Algemene wet bestuursrecht
In afwijking van artikel 2 verrekent het college het openstaande boetebedrag met inachtneming van artikel 4:93, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht voorzover:
Artikel 5. Eerder opgelegde bestuurlijke boetes
De artikelen 2, 3 en 4 zijn van overeenkomstige toepassing op de verrekening van de bestuurlijke boete,bedoeld in artikel 18a, eerste lid, van de Participatiewet, indien en voor zover deze boete nog niet isbetaald op het moment van verrekening van de recidiveboete.