Organisatie | Roosendaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels voor gemeentegaranties 2015 ten behoeve van de Woonagenda |
Citeertitel | Beleidsregels voor gemeentegaranties 2015 ten behoeve van de Woonagenda |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-05-2015 | Nieuwe regeling | 24-03-2015 Gemeenteblad 2015 nr. 40215 ; Roosendaalse Bode 17-05-15 | 15-5562 |
Met deze regels wenst het college invulling te geven aan zijn bevoegdheid om gemeentegaranties te verstrekken in het kader van de Woonagenda. Deze bevoegdheid is gebaseerd op artikel 160 Gemeentewet. Dit betreft de algemene bevoegdheid om privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten, waartoe ook het garant staan voor derden toegerekend dient te worden.
Het gebruik van de bevoegdheid van het college om garanties te verstrekken vindt plaats binnen een stringent juridisch kader. Onder andere van toepassing zijn de Europese regels van Staatssteun, de wet fido, wet Houdbare Overheidsfinanciën, artikel 169 vierde lid Gemeentewet en de door de gemeenteraad vastgestelde financiële verordening. Deze beleidsregels kunnen niet afwijken van dit juridische kader en waar desondanks een strijdigheid aanwezig zou zijn dienen deze beleidsregels te wijken en zijn ze niet van toepassing.
Deze regeling is bedoeld voor projecten van meerdere woningen in het kader van de Woonagenda. Voor particulieren kan een beroep worden gedaan op de verordening startersleningen, de beleidsregels starters- en duurzaamheidsleningen en de regeling “ik bouw betaalbaar in Roosendaal” (IBAR);
Los van eventuele besluiten op individuele garantstellingen zal het college in de Woonagenda concrete woonprogramma’s voordragen waarbij het college zijn bevoegdheid tot het garantstellen met in achtneming van deze beleidsregels in overweging zal nemen. Bij de vaststelling van deze woonprogramma’s zal de gemeenteraad tevens gevraagd worden om zijn wensen en bedenkingen bij het verstrekken van garanties ter uitvoering van deze programma’s kenbaar te maken. Deze woonprogramma’s zullen een duidelijk omschreven financieel en maatschappelijk resultaat dienen te hebben.
3. Criteria voor het verlenen van garanties
Door het college worden twee soorten criteria gesteld:
Relatieve criteria. Deze criteria wegen in hun onderlinge samenhang mee bij het al dan niet garant staan. Deze criteria zijn op voorhand niet uitputtend op te schrijven. Ook indien er voldaan wordt aan alle genoemde relatieve criteria en harde criteria betekent dit niet dat daarmee en positief besluit volgt. Los van de bevoegdheid van de gemeenteraad zal het college steeds alle belangen voor de gemeente blijven wegen en steeds in redelijkheid kunnen besluiten om geen medewerking te verlenen.
De volgende harde criteria gelden voor garantstelling.
bij een eventuele uitgevoerde toetsing van de bestuurders, beleidsbepalende personen en/of de investeerders in de rechtspersoon en/of diens moeder en/of dochtermaatschappijen dient een bibob advies niet tot een negatief advies te leiden. De rechtspersoon dient op verzoek medewerking te verlenen aan een dergelijke toets;