Organisatie | Noord-Brabant |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent subsidies voor het behoud en de ontwikkeling van natuurgebieden en landschappen (Subsidieregeling natuur- en landschapsbeheer Noord-Brabant 2016) |
Citeertitel | Subsidieregeling natuur- en landschapsbeheer Noord-Brabant 2016 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | natuur en landschap, subsidies, financieel kader |
Externe bijlage | Bijlage 2 |
Bijlage 4 treedt met terugwerkende kracht op 1 januari 2020 inwerking.
art. 2 Algemene subsidieverordening Noord-Brabant
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2020 | artikel 1.1, 2.1, 2.3, 2.4, 2.5, 2.5a, 2.5b, 2.5c, 2.6, 2.9, 3.11, 3.13, bijlage 2, 4, 5 | 29-09-2020 | C2268653/4759038 | ||
22-10-2019 | 10-10-2020 | artikel 1.1, 1.2, 1.3, 2.1, 2.3, 2.4, 2.5, 2.5b, 2.5c, 2.7,2.9, 2.13, 2.14, 3.5, 3.11, 3.12, 3.14, 4.1, bijlage 5 | 08-10-2019 | ||
06-09-2019 | 22-10-2019 | artikel 3.4, 3.6a, 3.6b, 3.7, 3.8, 3.11, 3.12, 3.13, 3.14, bijlage 4, 8 | 27-08-2019 | C2249323/4562200 | |
03-11-2018 | 06-09-2019 | artikel 1.1, 1.3, 2.1, 2.3, 2.4, 2.5a, 2.5b, 2.5c, 2.6, 2.12, 2.13a, 3.6, 3.6a, 3.6b, 3.7, 3.8, bijlage 5 | 23-10-2018 | C2232977/ 4423924 | |
15-08-2018 | 03-11-2018 | artikel 3.6b, 3.10 | 07-08-2018 | C2230178/4397624 | |
26-05-2018 | 15-08-2018 | artikel 1.1, 1.5, 2.3, 2.5, 2.6, 2.9, 2.13, 3.4, 3.6a, 3.6b, 3.11, 3.12, 3.14, bijlage 3, 4, 8 | 15-05-2018 | ||
11-11-2017 | 26-05-2018 | artikel 1.1, 1.2, 1.5, 2.3, 2.4, 2..5, 2.5a, 2.5b, 2.5c, 2.9, 2.13, 3.3, 3.6, 3..6a, 3.6b, 3.10, 3.11, 3.12, 3.15, bijlage 1, 2, 5, 7, 8 | 31-10-2017 | C2216403/ 4267519 | |
13-06-2017 | 11-11-2017 | artikel 1.1, 3.2, 3.3, 3.4, 3.6a, 3.6b, 3.8, 3.11, 3.12, 3.13, 3.14, bijlage 3, 4 | 30-05-2017 | C2207641/4190824 | |
10-11-2016 | 13-06-2017 | artikel 1.1, 1.2, 2.1, 2.2, 2.4, 2.5, 2.5a, 2.5b, 2.6, 2.8, 2.9, 2.10, 2.11, 2.12, 2.13, bijlage 3, 5, 6 | 01-11-2016 | 4068209 | |
05-10-2016 | 27-07-2016 | 10-11-2016 | artikel 3.13 | 27-09-2016 | S0316447 |
02-08-2016 | 15-07-2016 | 05-10-2016 | artikel 3.6a | 26-07-2016 | 4046785 |
15-07-2016 | 02-08-2016 | artikel 3.2, 3.3, 3.4, 3.6a, 3.6b, 3.7, 3.8, 3.11, 3.12, 3.14, 3.15, bijlage 1, 4 | 12-07-2016 | 4004874 | |
25-02-2016 | 01-01-2016 | 15-07-2016 | art. 3.11, 3.15 | 23-02-2016 | S0309450 |
06-11-2015 | 25-02-2016 | art. 1.1, 1.2, 1.3, 2.5, 2.14, 3.5, 3.6, 3.11, 3.12, 3.14, 3.15 | 03-11-2015 | S0304538 | |
30-06-2015 | 06-11-2015 | art. 1.1, 3.2, 3.6a, 3.6b, 3.7, 3.11, 3.12, 3.14, bijlage 3 | 23-06-2015 | S0299977 | |
25-04-2015 | 30-06-2015 | nieuwe regeling | 14-04-2015 | 3790346 |
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
Overwegende dat Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) (PB EU L 347/487) van toepassing is op de uitvoering van deze verordening;
Overwegende dat Verordening (EU) 1306/2013 en 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake financiering, beheer en monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB EU L 347/549 van toepassing is op de uitvoering van deze verordening;
Overwegende dat Verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betaling aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB EU L 347/608) van toepassing is op de uitvoering van deze verordening;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten het vanwege het grote aantal noodzakelijke wijzigingen in het onderdeel agrarisch natuurbeheer van de Subsidieregeling Natuur- en Landschapsbeheer Noord-Brabant wenselijk achten een geheel nieuwe subsidieregeling vast te stellen;
In deze regeling wordt verstaan onder:
beheeractiviteit: activiteit opgenomen in bijlage 3;
beheerfunctie: functie van een beheeractiviteit
certificaat: certificaat afgegeven door de Stichting Certificering Subsidiestelsel Natuur- en Landschapsbeheer, waarmee wordt gewaarborgd dat een natuurbeheerder of agrarisch collectief voldoet aan bepaalde beheereisen en het beheer op de afgesproken manier uitvoert;
gescheperde schaapskudde: rondtrekkende schaapskudde die niet permanent op een plaats graast en die gehoed wordt door een herder met een of meer honden;
grote onderneming: onderneming waar minstens 250 personen werkzaam zijn en waarvan de jaaromzet € 50 miljoen of het jaarlijkse balanstotaal € 43 miljoen overschrijdt, en daarmee niet voldoet aan de criteria, bedoeld in artikel 2 van bijlage I van Verordening (EU) 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU 2014, L 193);
knooppuntennetwerk: bij de Stichting Landelijk Fietsplatform of de Stichting Wandelnet geregistreerd routenetwerk voor fietsen of wandelen bestaande uit genummerde knooppunten en bewegwijzering tussen de knooppunten;
landbouwer: natuurlijke persoon of rechtspersoon dan wel een groep van natuurlijke personen of rechtspersonen die een landbouwactiviteit als bedoeld in de Uitvoeringsregeling rechtstreekse betalingen GLB uitoefent op landbouwgrond;
landbouwgrond: landbouwareaal als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder f, van verordening 1305/2013, met daarbij eventuele landschapselementen of watergangen, waarbij er sprake kan zijn van een scheiding van die landbouwgrond door een kavelpad of watergang;
landbouwsteunkader: Richtsnoeren van de Europese Unie voor staatssteun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden 2014-2020 (PbEU 2014, C 204);
landelijke fietsroutes: bij de Stichting Landelijk Fietsplatform geregistreerde landelijke fietsroutes en ANWB-bewegwijzerde routes als onderdeel van een landelijk fietsroutenetwerk;
landelijke wandelroutes: bij de Stichting Wandelnet geregistreerde Lange-Afstand-Wandelpaden en Streekpaden als onderdeel van een landelijk wandelroutenetwerk;
landschapsbeheertype: in bijlage 1 bij deze regeling opgenomen en nader beschreven beheertype;
leefgebied: in het natuurbeheerplan begrensde landbouwgronden waarop planten of dieren voorkomen of kunnen voorkomen die bepaalde eisen stellen aan de inrichting, het beheer en het gebruik van hun omgeving;
monitoring: uitvoeren van metingen en het vastleggen van de ontwikkelingen op het natuurterrein of de landbouwgrond met uitzondering van metingen in het kader van natuur- en landschapsbeheer;
monitoringsprogramma: door Gedeputeerde Staten vastgesteld meerjarig programma van metingen om de effecten van maatregelen en ingrepen te kunnen volgen vanuit vastgestelde beleidsdoelen en beleidstaken;
monitoringstoeslag: extra vergoeding voor het uitvoeren van metingen en het vastleggen van de ontwikkelingen op het natuurterrein;
natuurbeheerplan: provinciaal plandocument waarin de overeengekomen doelen op het gebied van natuur- en landschapsbeheer en agrarisch natuur- en landschapsbeheer zijn vastgelegd;
natuurbeheertype: in bijlage 2 bij deze regeling opgenomen en nader beschreven beheertype;
natuurcompensatie: het nemen van maatregelen om het verlies van beschermde natuur als gevolg van ingrepen, elders te compenseren;
natuurterrein: binnen de provincie gelegen grond met als hoofdfunctie natuur die in het natuurbeheerplan is aangeduid, alsmede gronden waarvoor een subsidie functieverandering is verstrekt als bedoeld in de Subsidieregeling kwaliteitsimpuls natuur en landschap Noord-Brabant en het Investeringsreglement van het Groen ontwikkelfonds;
normbedrag: bedrag voor de openstellingsbijdrage, monitoringstoeslag, schapentoeslag, of de vaartoeslag, zoals opgenomen in bijlage 5 bij deze regeling;
opslag voor de prijsstijging: op de consumentenprijsindex gebaseerde opslag van de subsidie om de kostenstijging gedurende de looptijd van de beschikking te compenseren;
openstellingsbijdrage: vergoeding voor het recreatief toegankelijk maken en houden van een natuurterrein of het houden van toezicht op een opengesteld natuurterrein;
toeslag gescheperde schaapskuddes: vergoeding voor de inzet van gescheperde schaapskuddes ten behoeve van het beheer van natuur- en landschapsbeheertypen;
tarief: tarief voor de in artikel 2.2 genoemde subsidiabele activiteiten, opgenomen in bijlage 5 bij deze regeling;
transactiekosten: kosten als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder e, van verordening 1305/2013, die niet direct met de uitvoering van de dienst te maken hebben, maar verbonden zijn aan het vervullen van de randvoorwaarden zodat de dienst daadwerkelijk uitgevoerd kan worden;
vaartoeslag: vergoeding voor transportkosten in verband met het beheer van natuur- en landschapsbeheertypen op een natuurterrein dat alleen varend kan worden bereikt, opgenomen in bijlage 5 bij deze regeling;
verordening 1305/2013: Verordening (EU) 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad (PbEU 2013, L 347);
verordening 640/2014: Gedelegeerde verordening (EU) 640/2014 van de commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem en de voorwaarden voor weigering of intrekking van betalingen en voor administratieve sancties in het kader van rechtstreekse betalingen, plattelandsontwikkelingsbijstand en de randvoorwaarden (PbEU 2014, L 181);
verordening 809/2014: Uitvoeringsverordening (EU) 809/2014 van de commissie van 17 juli 2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem, plattelandsontwikkelingsmaatregelen en de randvoorwaarden (PbEU 2014, L 227);
verordening 908/2014: Uitvoeringsverordening (EU) Nr. 908/2014 van de commissie van 6 augustus 2014 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad, wat betreft betaalorganen en andere instanties, financieel beheer, goedkeuring van de rekeningen, voorschriften inzake controles, zekerheden en transparantie.
Als onderdeel van het natuurbeheerplan stellen Gedeputeerde Staten een elektronische ambitiekaart met een topografische ondergrond vast, waarop de begrenzing is vastgelegd van alle bestaande en nog te realiseren natuur waarvoor Gedeputeerde Staten een investeringssubsidie willen verstrekken met daarbij de aanduiding van de kwaliteit per natuurbeheertype of landschapselement.
Artikel 1.4 Verplichtingen algemeen
Aan de subsidieontvanger wordt in ieder geval de verplichting opgelegd dat de administratie en de daartoe behorende bescheiden die betrekking hebben op de verstrekte subsidie ten minste gedurende een periode van vijf jaar na vaststelling van de desbetreffende subsidie worden bewaard.
§ 2 Natuur- en landschapsbeheer
Onverminderd het eerste lid kan subsidie worden aangevraagd door gemeenten en samenwerkingsverbanden als bedoeld in de Wet gemeenschappelijke regelingen waaraan in meerderheid gemeenten deelnemen, voor zover deze voor het natuurterrein waarvoor subsidie wordt aangevraagd, subsidie ontvangen op basis van de Subsidieregeling natuurbeheer Noord-Brabant of de Subsidieregeling natuur- en landschapsbeheer Noord-Brabant, waarbij:
Onverminderd het eerst lid, kan subsidie worden aangevraagd door personen als bedoeld in het eerste lid voor een natuurterrein waarvan zij nog geen eigenaar of erfpachter is indien tussen de aanvrager en de provincie voor het natuurterrein waarvoor subsidie wordt aangevraagd op het moment van aanvragen een koopovereenkomst is gesloten.
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2.2 in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende vereisten:
de subsidieaanvrager, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder c en d, beschikt over een certificaat samenwerkingsverband natuurbeheer, of de natuurlijke personen of rechtspersonen als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder a of b, die het beheer uitvoeren beschikken elk afzonderlijk over een certificaat natuurbeheer;
de subsidieaanvrager, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, dient bij de subsidieaanvraag afschriften in van de in dat artikel genoemde overeenkomst die hij heeft gesloten met de natuurlijke personen of rechtspersonen als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a of b, die het beheer uitvoeren;
Indien de subsidieaanvrager niet voldoet aan een van de vereisten in het eerste lid, onder g, wordt voldaan aan het vereiste dat het project wordt uitgevoerd:
op percelen met het label Bestaande natuur, als aangeduid op de kaart, genoemd in artikel 1.2, tweede lid, waarvan de subsidieaanvrager aannemelijk kan maken dat de aanwezigheid van bodemverontreiniging of saneringsverplichting er toe geleid heeft dat de gronden na 1 januari 2010 verworven zijn, middels eigendom of erfpacht.
Artikel 2.5 Subsidiabele kosten
Artikel 2.5a Niet-subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 2.5 komen kosten waarvoor voor het betreffende natuurgebied al op grond van deze of enige andere regeling voor dezelfde periode of een deel van de periode een subsidie is verstrekt met betrekking tot natuurbeheer of agrarisch natuurbeheer in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking.
Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidie voor nieuwe aanvragen als bedoeld in artikel 2.2 en aanvragen tot wijziging als bedoeld in artikel 2.13 vast op:
De hoogte van de subsidie, bedoeld in artikel 2.2, onder a en b, wordt bepaald door het aantal subsidiabele hectares van het desbetreffende natuurbeheertype, en het aantal hectares, meters of stuks van het desbetreffende landschapsbeheertype, te vermenigvuldigen met het tarief vermenigvuldigd met zes jaar.
Artikel 2.9 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Artikel 2.13 Wijziging subsidieverlening vanwege vergroting areaal
In afwijking van het derde lid blijven op aanvragen als bedoeld in het eerste lid, indien de subsidieontvangers bij hun aanvraag gedaan in 2017 gebruik hebben gemaakt van de ‘tarieven 2017 ten behoeve van herbeschikken’, de hiervoor genoemde ‘tarieven 2017 ten behoeve van herbeschikken’ van toepassing.
§ 3 Agrarisch natuur- en landschapsbeheer
Subsidie kan worden aangevraagd door een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid bestaande uit landbouwers en andere grondgebruikers van landbouwgrond.
Artikel 3.2 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor projecten met beheeractiviteiten gericht op behoud en versterking van:
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 3.2 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
het project voldoet aan de beoordelingscriteria voor gebiedsaanvragen zoals die in het natuurbeheerplan zoals geldend op het moment van indiening van de subsidieaanvraag in paragraaf 4.5 zijn opgenomen en wordt uitgevoerd binnen een leefgebied dat is aangemerkt als een onderdeel waarvoor subsidie kan worden aangevraagd in het natuurbeheerplan;
aan het project ligt een gebiedsaanvraag ten grondslag waarin in ieder geval is opgenomen:
per leefgebied, of onderdeel van het leefgebied een projectomschrijving op het niveau van beheerfunctie, een en ander afhankelijk van het gekozen abstractieniveau voor de beoordelingscriteria voor gebiedscriteria in het natuurbeheerplan, zoals geldend op het moment van indiening van de subsidieaanvraag.
Artikel 3.5 Subsidiabele kosten
Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:
Artikel 3.6 Niet subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 3.5 komen kosten waarvoor voor het betreffende leefgebied al op grond van deze of enige andere regeling voor dezelfde periode of een deel van de periode een subsidie is verstrekt met betrekking tot natuurbeheer of agrarisch natuurbeheer in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking.
Artikel 3.6a Vereisten subsidieaanvraag
Subsidieaanvragen worden ingediend van 3 september 2019 tot en met 3 oktober 2019.
Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de periode genoemd in artikel 3.6a, voor nieuwe aanvragen en aanvragen om wijziging, als bedoeld in artikel 3.13, voor subsidies als bedoeld in:
Indien binnen de aanvraagperiode meerdere volledige subsidieaanvragen of wijzigingsverzoeken van reeds afgegeven subsidiebeschikkingen voor dezelfde locatie binnen een leefgebied zijn ingediend, wordt een aanvraag geselecteerd door te bepalen welke aanvraag het meest ecologisch effectief wordt uitgevoerd.
Na toepassing van het eerste lid maken Gedeputeerde Staten, indien de binnen de aanvraagperiode ingediende volledige subsidieaanvragen het vastgestelde subsidieplafond te boven gaan, voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie, een afweging tussen de verschillende volledige aanvragen op basis van de volgende criteria:
Indien toepassing van het tweede lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen en het subsidieplafond te boven gaan, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen bepaald door de gemiddelde kosten per hectare leefgebied, bedoeld in artikel 3.7, tweede lid, waarbij de aanvraag met de laagste gemiddelde kosten het hoogst wordt gerangschikt.
Artikel 3.9 Externe adviescommissie
Gedeputeerde Staten kunnen aanvragen voor subsidie als bedoeld in artikel 3.2 voor advies over artikel 3.8 voorleggen aan de adviescommissie.
Artikel 3.10 Subsidieverlening
De subsidie, bedoeld in artikel 3.2, wordt verleend voor een periode van drie aaneengesloten kalenderjaren, welke periode steeds begint op 1 januari.
Artikel 3.11 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Onverminderd artikel 1.4 heeft de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:
hij meldt wijzigingen van activiteiten op perceelsniveau die gedurende het kalenderjaar optreden aan Gedeputeerde Staten door die wijzigingen binnen de termijnen, bedoeld in bijlage 8, onder 1, tweede kolom, bij deze regeling en uiterlijk 30 september van het lopende beheerjaar door te voeren via het systeem, bedoeld onder b;
hij meldt wijzigingen bestaande uit het toevoegen van percelen met de daarbij horende beheeractiviteit in het lopende beheerjaar aan Gedeputeerde Staten door die wijzigingen binnen de termijnen, bedoeld in bijlage 8, onder 1, tweede kolom, bij deze regeling en uiterlijk op de laatste dag waarop de Gecombineerde data inwinning kan worden ingediend door te voeren via het systeem, bedoeld onder b;
hij meldt wijzigingen bestaande uit het terugtrekken van percelen met de daarbij horende beheeractiviteit uiterlijk 30 september van het lopende kalenderjaar via het systeem, bedoeld onder b, tenzij artikel 3, tweede lid, van verordening 809/2014 zich tegen de wijziging verzet, in welk geval wijzigingen niet mogelijk zijn;
Artikel 3.12 Bevoorschotting en betaling
De hoogte van het voorschot wordt bepaald door per leefgebied het totaal aantal subsidiabele hectares, waarvoor daadwerkelijk subsidiabele beheeractiviteiten zijn uitgevoerd, te vermenigvuldigen met de voor het betreffende leefgebied geldende gemiddelde kosten per hectare leefgebied, bedoeld in artikel 3.7, tweede lid en de daaruit resulterende bedragen bij elkaar op te tellen.
Artikel 3.14 Subsidievaststelling
De hoogte van het resterende bedrag wordt bepaald door het totaal aantal hectares opgegeven in het betaalverzoek, bedoeld in artikel 3.11, onder h, en waarvoor daadwerkelijk beheeractiviteiten zijn uitgevoerd, per leefgebied te vermenigvuldigen met de gemiddelde kosten per hectare leefgebied, bedoeld in artikel 3.7, tweede lid.
Ter uitvoering van verordening 640/2014 verlagen Gedeputeerde Staten de verleende of vastgestelde subsidie indien bij de uitvoering van controles als bedoeld in artikel 28 en 37 van verordening 809/2014 is geconstateerd dat de subsidieontvanger niet voldoet aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.
’s-Hertogenbosch, 14 april 2015
Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter prof. dr. W.B.H.J. van de Donk
de secretaris mw. ir. A.M. Burger
Bijlage 4 als bedoeld in Maximale vergoeding als bedoeld in artikel 3.12, zesde lid, en 3.14, vierde lid, van de Subsidieregeling natuur- en landschapsbeheer Noord-Brabant 2016
Mogelijke vanggewassen bij beheercode 15d: Bladrammanas (3504), Gele mosterd (428), Sarepta mosterd/Caliente (3517),Bladkool (3502), Engels raaigras (3506),Italiaans raaigras (3512), Westerwolds raaigras (3513), Rietzwenkgras, industriegras (3805), Rietzwenkgras, anders dan voor industriegras (3807), Soedangras/Sorghum (3519), Facelia (3508), Spurrie (3520), Japanse haver (670), Wikke, bonte (802), Wikke, voeder (803), Klaver, Alexandrijnse (3500), Klaver, Perzische (3515), Klaver, Rode (799), Klaver, Witte (3524), Bladraap (3503), Deder (3505), Ethiopische mosterd (3507), Franse boekweit (3510), Klaver, incarnaat (3511), Lupine (663), Niger (3514), Seradelle (3518), Stoppelknollen (3521), Festulolium (3509), Vezelvlas (3736), Zwaardherik (669), Beemdlangbloem (3501), Veldbeemdgras (3523), Timothee (3522), Erwten, groene/gele, groen te oogsten (244), Raketblad (671), Afrikaantje(hoog)/Tagetes erecta (346), Afrikaantje/Tagetes patula (347), Erwten (droog te oogsten) (308), Zonnebloem (515)
Bijlage 5 Tarieven natuurbeheer
De opslag voor prijsstijging bedoeld in artikel 1.1 van de SVNL’16, waarmee de tarieven in bijlage 5 voor het jaar 2021 worden verhoogd, bedraagt 3,24%.