Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Alkmaar

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlkmaar
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ)
CiteertitelVerordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is vervangen door de Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente Alkmaar.

Deze verordening vervangt per 12-06-2010 de Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet werk en bijstand 
  2. Wet investeren in jongeren 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-06-201001-07-2015nieuwe regeling

29-04-2010

Officiële Medelingen, 09-06-2010

Onbekend.

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ)

 

 

Artikel 1 Begrippen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ): De gestructureerde wijze waarop de gemeente maatschappelijke organisaties en zelforganisaties van cliënten via het Platform Sociale Zekerheid Alkmaar (PSZA) betrekt bij de gemeentelijke beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in jongeren;

  • b.

    integraal beleid Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren: De samenhangende wijze waarop de gemeente in al haar beleid en verantwoordelijkheden werkt aan verbetering van de mogelijkheden voor haar doelgroep om te komen tot het (weer) deelnemen op de arbeidsmarkt. Alsmede de samenhangende wijze waarop de gemeente in haar beleid en verantwoordelijkheden werkt aan ondersteunende maatregelen ten behoeve van personen die een beroep doen op de WWB en de WIJ, alsmede andere doelgroepen met een minimuminkomen;

  • c.

    Platform Sociale Zekerheid Alkmaar: De overlegvorm waarin maatschappelijke organisaties en zelforganisaties deelnemen en overleggen over het te voeren en gevoerde gemeentelijk beleid op het gebied van de Wet werk en bijstand alsmede over uitvoeringszaken;

  • d.

    Jongerenraad Alkmaar: Adviesorgaan dat gemeente gevraagd en ongevraagd advies geeft over beleid dat de jeugd van Alkmaar aangaat en om de belangen van deze jeugd te behartigen.

Artikel 2 Doelstelling.

  • 1.

    De cliëntenparticipatie WWB en WIJ heeft als doel te bewerkstelligen dat maatschappelijke organisaties en belanghebbenden door zelforganisatie, vanuit een onafhankelijke positie, optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijke beleid op het gebied van de WWB en de WIJ in Alkmaar.

  • 2.

    De cliëntenparticipatie WWB en WIJ zal moeten bijdragen aan de totstandkoming of verbetering van het gemeentelijke beleid op het gebied van de WWB en WIJ. Dit beleid zal enerzijds gericht zijn op activiteiten die ondernomen moeten worden ten behoeve van de (toekomstige) deelname op de arbeidsmarkt en anderzijds ter ondersteuning van diegene die een beroep moeten doen op een uitkering ingevolge de WWB of een inkomensvoorziening ingevolge de WIJ.

Artikel 3 Beleidsterreinen.

In het kader van cliëntenparticipatie WWB en WIJ wordt het Platform Sociale Zekerheid Alkmaar (PSZA) betrokken bij:

  • 1.

    beleid met betrekking tot het verkrijgen van algemeen geaccepteerde arbeid voor personen als bedoeld in artikel 7, lid 1 van de Wet werk en bijstand. Dit gaat om personen die algemenebijstand ontvangen, personen met een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet (Anw) en niet-uitkeringsgerechtigden;

  • 2.

    beleid met betrekking tot het leerwerkaanbod, zoals geregeld in de WIJ in artikel 12, eerste lid, onderdeel a.;

  • 3.

    beleid met betrekking tot het tijdig en rechtmatig verstrekken van uitkering (WWB) of inkomensvoorziening(WIJ), inclusief handhaving;

  • 4.

    beleid met betrekking tot de kwaliteit van de dienstverlening van de uitvoerende organisatie;

  • 5.

    minimabeleid: hieronder wordt verstaan alle maatregelen op het gebied van minimabeleid waarin de gemeente eigen beleidsruimte heeft.

  • Het PSZA wordt betrokken bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het beleid.

Artikel 4 Werkwijze.

  • 1.

    In het kader van cliëntenparticipatie vraagt het college het PSZA om advies over zaken die betrekking hebben op de in artikel 3 genoemde beleidsterreinen.

  • 2.

    Het PSZA kan uit eigen beweging advies uit te brengen aan het college over zaken die betrekking hebben op de in artikel 3 genoemde beleidsterreinen. Een uit eigen beweging ingediend advies wordt door het college schriftelijk beantwoord.

  • 3.

    Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. Dit houdt in dat:

    • a.

      het PSZA in ieder geval wordt betrokken bij de vaststelling van de hoofdlijnen van nieuw beleid;

    • b.

      het PSZA in ieder geval wordt betrokken bij het vaststellen van de opzet en de vragen die ten grondslag liggen aan de evaluatie.

  • 4.

    a. Het PSZA brengt indien mogelijk binnen 3 weken en uiterlijk binnen 5 weken na de adviesaanvraag advies uit aan het college.

    • b.

      Indien noodzakelijk kan aan het PSZA gevraagd worden haar advies op kortere termijn uit te brengen.

  • 5.

    a. Het college voorziet het advies van het PSZA van commentaar.

    • b.

      Wanneer het college in een voorstel aan de gemeenteraad afwijkt van het advies van het PSZA, wordt dit bij het voorstel vermeld, waarbij tevens is aangegeven op welke gronden van het advies van het PSZA is afgeweken.

    • c.

      Het college voegt het schriftelijke advies van het PSZA bij de stukken die aan de gemeenteraad worden aangeboden.

  • 6.

    Het college verstrekt alle informatie aan het PSZA die noodzakelijk is om de adviserende rol te kunnen vervullen.

Artikel 5. Overlegstructuur

  • 1.

    Het PSZA organiseert haar eigen interne vergaderfrequentie op een zodanige wijze dat advisering binnen de onder 3. genoemde termijnen gegarandeerd is.

  • 2.

    Het college wijst het hoofd van de sector Samenleving aan als aanspreekpunt voor de communicatie met het PSZA.

  • 3.

    Het hoofd van de sector Samenleving en het PSZA maken afspraken over: periodiek overleg met het sectorhoofd en de portefeuillehouder, periodiek overleg met de betrokken uitvoerende- en beleids afdelingen, themabijeenkomsten rond ingrijpende ontwikkelingen op het terrein van de advisering.

  • 4.

    De onder 3. bedoelde afspraken hebben ook betrekking op de wijze waarop de agenda tot stand komt en de verslaglegging.

Artikel 6. Samenstelling van de PSZA en deelnemende organisaties.

  • 1.

    In het PSZA hebben vertegenwoordigers zitting van Alkmaarse maatschappelijke organisaties en zelforganisaties.

  • 2.

    Het PSZA bepaalt zelf welke organisaties kunnen toetreden tot het PSZA en bewaakt daarbij dat de samenstelling van dien aard is dat kan worden voldaan aan de onder artikel 2 genoemde doelstelling.

  • 3.

    Het PSZA heeft een aantal zetels die incidenteel of structureel bezet kunnen worden door individuen op basis van specifieke (ervarings)deskundigheid.

  • 4.

    Het staat het PSZA vrij om specifieke doelgroepen te betrekken bij het PSZA, zodra dit voor de behandeling van actuele onderwerpen van belang is. Advisering met betrekking tot de WIJ komt tot stand in samenspraak met de Jongerenraad Alkmaar. In het advies wordt het standpunt van de Jongerenraad afzonderlijk opgenomen.

  • 5.

    Het PSZA legt de criteria voor deelname vast in een huishoudelijk reglement.

Artikel 7 Voorzitter.

  • 1.

    Het PSZA stelt een onafhankelijke voorzitter aan.

  • 2.

    De voorzitter verricht ook voorkomende werkzaamheden ten behoeve van het PSZA, buiten de vergaderingen om.

  • 3.

    Het PSZA regelt de vervanging van de voorzittersfunctie en de invulling van overige taken in een huishoudelijk reglement.

Artikel 8 Subsidie.

  • 1.

    De gemeente Alkmaar kent het PSZA per kalenderjaar een subsidie toe.

  • Dit bedrag wordt opgenomen in de gemeentebegroting.

  • 2.

    Uit de toegekende subsidie betaalt het PSZA in ieder geval de eigen organisatie-, huisvestings- en activiteitenkosten.

  • 3.

    Drie maanden na afloop van een kalenderjaar overlegt het PSZA een schriftelijke verantwoording van de toegekende subsidie.

Artikel 9 Slotbepalingen.

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet met betrekking tot de cliëntenparticipatie WWB en Wet investeren in jongeren, beslist het college van de gemeente Alkmaar na consultatie van het PSZA.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de derde dag na die van bekendmaking.

  • 3.

    De Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand wordt ingetrokken

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ.

Vastgesteld bij raadsbesluit van 29 april 2010.

Algemene toelichting

De Wet investeren in jongeren en cliëntenparticipatie

Op 1 oktober is de Wet investeren in jongeren (WIJ) in werking getreden. Doelstelling van deze wet is de duurzame arbeidsparticipatie in regulier werk van jongeren tot 27 jaar. Om dit te bereiken is in de wet een recht op een zgn. werkleeraanbod vastgelegd. Dit werkleerrecht berust op het uitgangspunt dat jongeren die goed geschoold zijn en over voldoende kwalificaties beschikken gemakkelijker aan het werk zullen komen en daardoor zelfstandig in hun levensonderhoud kunnen voorzien.

De WIJ verplicht gemeenten om te investeren in de arbeidsinschakeling van alle jongeren, ook bij een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Daartoe moeten gemeenten jongeren in beginsel een werkleeraanbod doen. Afgeleide van het werkleeraanbod is een inkomensvoorziening voor jongeren vanaf 18 jaar als de jongere onvoldoende inkomsten heeft. Deze inkomensvoorziening is alleen beschikbaar als het werkleeraanbod wegens in de persoon van de jongere gelegen of niet verwijtbare omstandigheden zijnerzijds geen optie is, dit aanbod onvoldoende inkomsten genereert of er nog geen werkleeraanbod kan worden gedaan. De samenhang tussen het werkleeraanbod enerzijds en de inkomensvoorziening anderzijds is een bepalend element in de WIJ.

De relatie tussen werken/leren en een uitkering is fundamenteel anders dan de WWB, waarbij het recht op bijstand vooropstaat met als afgeleide de plicht tot arbeidsparticipatie. Met de WIJ wordt een ‘paradigmawisseling’ beoogd: is het uitgangspunt in de WWB ‘een uitkering, mits’ in de WIJ is dit omgedraaid en geldt als uitgangpunt ‘geen uitkering, tenzij’.

Waar het college de opdracht heeft gekregen om de WIJ uit te voeren, is het de verantwoordelijkheid van de gemeenteraad om een vijftal verordeningen vast te stellen. De verordening cliëntenparticipatie is één van die verordeningen.

Verordening cliëntenparticipatie

Met een verordening cliëntenparticipatie WIJ wordt invulling gegeven aan de in artikel 12 WIJ gegeven opdracht om regels te stellen met betrekking tot de wijze waarop jongeren, of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de WIJ. Het behoort tot de gemeentelijke beleidsvrijheid om daarin eigen beleidskeuzes te maken. Van de zijde van de regering is op vragen vanuit de Tweede Kamer opgemerkt dat het voor de hand ligt om aansluiting te zoeken bij de bestaande vormen van cliëntenparticipatie in het kader van de WWB. Deze suggestie is overgenomen en wordt geformaliseerd door een wijziging van de verordening cliëntenparticipatie WWB. Deze krijgt daardoor niet alleen een andere inhoud maar ook een andere naam en zal voortaan als verordening cliëntenparticipatie WWB en WIJ door het leven gaan.

De cliëntparticipatie rond de WWB is vormgegeven middels het Platform Sociale Zekerheid Alkmaar(PSZA). Het PSZA adviseert het college gevraagd en ongevraagd over beleidsmatige en uitvoeringsaspecten van de wet.

Het PSZA zal haar adviserende rol verbreden tot de WIJ en bij deze advisering de Jongerenraad Alkmaar betrekken. De Jongerenraad Alkmaar is een formeel adviesorgaan van de gemeente en heeft tot taak het gemeentebestuur gevraagd en ongevraagd advies te geven over beleid dat de jeugd van Alkmaar aangaat en om de belangen van deze jeugd te behartigen.

De vorm waarin dit gebeurt zal in de komende periode gevonden moeten worden. Het betrekken van de Jongerenraad Alkmaar bij de advisering rond de WIJ is een vorm van jongerenparticipatie waarvoor in zijn algemeenheid geldt dat deze vraagt om een duidelijke vraagstelling, om maatwerk en om flexibele, aansprekende participatievormen die passen bij de doelgroep. Ook is van belang dat waar mogelijk aangesloten wordt bij bestaande initiatieven en vindplaatsen. Criteria voor succesvolle activiteiten zijn naast creativiteit en flexibiliteit onder meer:

  • -

    rekening houden met leeftijd, opleidingsniveau, cultuur

  • -

    heldere en op de doelgroep afgestemde communicatie

  • -

    concrete thema’s

  • -

    gebruik maken van nieuwe vormen (bijvoorbeeld speeddaten, live chat sessies, jongerenpanels).

Het Platform Sociale Zekerheid en de Jongerenraad Alkmaar zullen, daarbij ambtelijk ondersteund, inhoud geven aan de cliëntenparticipatie rond beleidsvorming en uitvoering van de WIJ, met bovengenoemde uitgangspunten als leidraad

Het Platform verzorgt de feitelijke advisering aan het college en zal daarbij, de Jongerenraad Alkmaar betrekken. Afhankelijk van de specifieke vraagstelling bezint de Jongerenraad Alkmaar zich op de vraag op welke wijze het advies tot stand komt en hoe de stem van de doelgroep van de WIJ daarin naar voren kan komen.