Organisatie | Dinkelland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Kapverordening Dinkelland 2015 |
Citeertitel | Kapverordening Dinkelland 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-04-2015 | Nieuwe regeling | 21-04-2015 | 8 |
De raad van de gemeente Dinkelland,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 maart 2015
gelet op het advies van de algemene raadscommissie van 7 april 2015;
gelet op het bepaalde in artikel 2.2 eerste lid onder g en tweede lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, gelet op artikel 147 van de Gemeentewet en artikel 15 van de Boswet;
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Artikel 3. Landschapselementen
Burgemeester en wethouders stellen een indicatieve kaart vast waarop de landschapstypen binnen de gemeente zijn aangegeven en waarop ook is aangegeven welke landschapselementen typerend en welke landschapselementen minder typerend zijn voor het ter plaatse aanwezige landschap en waar compenserende beplanting kan worden gerealiseerd ter versterking van het ter plaatse aanwezige landschapstype.
Artikel 4. Geen vergunning vereist
De in de artikelen 2 en 3 gestelde verboden gelden niet voor:
het vellen of doen vellen van houtopstanden in die gevallen waarin bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit is bepaald dat daarvoor een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist.
Artikel 5. Bijzondere voorschriften en beperkingen
Aan een vergunning kunnen onder meer de navolgende voorschriften en beperkingen worden verbonden:
Artikel 6. Instandhoudingsplicht en herplantplicht
Als een houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is in zijn voortbestaan wordt bedreigd kunnen burgemeester en wethouders aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de houtopstand bevindt dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn voorzieningen te treffen, waardoor die bedreiging wordt weggenomen.
Als een houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is of waarop dit verbod niet van toepassing is op grond van artikel 4, onder 5. en 6., zonder vergunning is geveld dan wel op andere wijze teniet is gegaan, kunnen burgemeester en wethouders aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de houtopstand bevond dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen te herplanten overeenkomstig de door hen te geven aanwijzingen binnen een door hen te stellen termijn. Daarbij kan tevens worden bepaald binnen welke termijn na de herplant en op welke wijze niet geslaagde beplanting moet worden vervangen.
Burgemeester en wethouders beslissen op een verzoek om schadevergoeding bij weigering van een vergunning tot vellen.