Organisatie | Kampen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling stimulering wonen in de binnenstad van Kampen |
Citeertitel | Subsidieregeling stimulering wonen in de binnenstad van Kampen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2015 | nieuwe regeling | 24-03-2015 Gemeenteblad 2015, 26003 | 15ADV00090 |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.
Artikel 3 Subsidiabele activiteiten
Burgemeester en wethouders kunnen aan de eigenaar of de toekomstig eigenaar van een pand of object subsidie verlenen in de kosten van:
het realiseren van zelfstandige woningen met een minimale gebruiksoppervlakte van 50 vierkante meter in leegstaande of voor opslag gebruikte ruimtes boven de op de begane grondvloer gevestigde winkels of bedrijven aan de Oudestraat, Geerstraat, Hofstraat, Boven Nieuwstraat, Voorstraat, Broederstraat, Gasthuisstraat en Buiten Nieuwstraat en in de gemeente Kampen;
Burgemeester en wethouders kunnen een aanvraag, die geweigerd wordt op grond van overschrijding van een vastgesteld subsidieplafond, aanmerken als een aanvraag voor het opvolgende jaar. Voor de bepaling van de volgorde van deze aanvragen is de volgorde van binnenkomst in het oorspronkelijke jaar van indiening bepalend.
Hoofdstuk 2 Aanvraag verlening subsidie
Artikel 6 Gegevens bij aanvraag
Een aanvraag om subsidie gaat naast de gegevens op grond van artikel 6 van de subsidieverordening vergezeld van de volgende documenten:
In afwijking van artikel 8 van de subsidieverordening nemen burgemeester en wethouders binnen acht weken een besluit op de aanvraag om verlening van subsidie.
Hoofdstuk 4 Aanvraag vaststelling subsidie
Artikel 11 Aanvraag vaststelling subsidie
In afwijking van de artikelen 13,14 en 15 van de subsidieverordening wordt door de subsidieontvanger onmiddellijk na de voltooiing van de werkzaamheden maar uiterlijk binnen drie jaren na verzending van het besluit tot verlening van de subsidie een aanvraag tot vaststelling van de subsidie ingediend.
Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 24 maart 2015,
Burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen,
secretaris,
J.F. Goedegebure
burgemeester,
drs. mr. B. Koelewijn
Toelichting Subsidieregeling stimulering wonen in de binnenstad van Kampen
Het belang van deze subsidieregeling is het realiseren van woningen en het tegengaan van leegstand in hoofdzaak van verdiepingen boven de op de begane grondvloer gevestigde winkels of bedrijven in het winkelgebied in de binnenstad van Kampen. Daarnaast beoogt de regeling de eigenaren van leegstaande woningen binnen het beschermd stadsgezicht van de gemeente Kampen die al drie jaar of langer leeg staan en (dreigen te) verpauperen, te stimuleren deze panden weer bewoonbaar te maken. Deze subsidieregeling draagt bij aan het bereiken van de beleidsdoelen uit de Erfgoednota van Kampen, onderdeel monumentenzorg.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Om te voorkomen dat alle subsidie aan één project wordt besteed is een maximum subsidie per project vastgesteld. Een project is een integraal bouwplan. Wanneer door één eigenaar meer aaneensluitende percelen worden ontwikkeld geldt dit als één project.
Om een optimale woningindeling te stimuleren bij kleine appartementen wordt de term gebruiksoppervlakte gehanteerd.
Onder de gebruiksoppervlakte als bedoeld in NEN 2580 wordt verstaan het totaal van de tussen omsluitende wanden gelegen vloeroppervlakten van in een bepaalde gebruiksfunctie gelegen ruimten. Tot die gebruiksoppervlakte worden niet gerekend de oppervlakten die worden ingenomen door dragende constructieonderdelen, de oppervlakten van vloeren waarboven een hoogte aanwezig is van minder dan 1,5 m en de vloeroppervlakten van bijvoorbeeld een buiten een woning in het woongebouw gelegen bergruimte, stookruimte of trappenhuis. De gebruiksoppervlakte van een in een woongebouw gelegen woning bestaat uit het totaal van de tussen omsluitende wanden gelegen vloeroppervlakten van de niet-gemeenschappelijke ruimten van de woonfunctie (woning), vermeerderd met het evenredig deel van bepaalde, in het woongebouw gelegen gemeenschappelijke ruimten waarop die woning is aangewezen.
De regeling richt zich op het realiseren van woningen in leegstaande verdiepingen boven winkels of bedrijven en op het opnieuw voor bewoning geschikt maken van panden die al langer dan drie jaar leeg staan en daardoor dreigen te verwaarlozen. Doel hiervan is het wonen in en de leefbaarheid van de binnenstad van Kampen te bevorderen en leegstand tegen te gaan.
Artikel 3 Subsidiabele activiteiten
Artikel 3.1 sub a beperkt het stimuleren van wonen boven winkels of bedrijfsruimtes tot het winkelgebied binnen de binnenstad uitgedrukt in concrete straatnamen. Daar ligt de hoogste prioriteit.
Omdat van een gesubsidieerde zelfstandige woning meer kwaliteit dan een minimum woning mag worden verwacht moet de oppervlak van het grondvlak minimaal 50 m2 bedragen.
Bij het realiseren van woningen boven winkels en bedrijven, is het vaak noodzakelijk of gewenst een nieuwe toegang te realiseren. Dat kan zijn een aparte trapopgang, maar het kan ook zijn het creëren van een achteringang. Voor het aanbrengen van een eigen toegang voorziet artikel 3.1 sub c in een extra subsidiemogelijkheid.
Gelet op het beperkte budget is in artikel 3 het toepassingsbereik afgebakend. Het kan voorkomen dat daarbuiten bijzondere situaties zijn waarvoor het toch wenselijk is de regeling toe te passen. Daarom maakt artikel 3.2 het mogelijk dat het college van burgemeester en wethouders in bijzondere gevallen kan afwijken van het bepaalde in lid 1. Een voorbeeld hiervan is het maken van een woning in een winkelruimte die nu in gebruik is als opslag en die een negatieve uitstraling heeft aan de openbare ruimte. Aan dergelijke woning worden kunnen ten opzichte van het bouwbesluit wel extra eisen worden gesteld op het gebied van vrij uitzicht en buitenruimte.
De subsidie is 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 10.000,-- per woning. Dit bedrag moet voldoende zijn om eigenaren te stimuleren een leegstaande verdieping of woning voor bewoning geschikt te gaan maken. Om te voorkomen dat alle subsidie aan één project wordt besteed is voor het realiseren van woningen een maximum subsidie per project vastgesteld.
Voor het realiseren van een nieuwe toegang is een subsidie van maximaal € 4.000,-- beschikbaar.
Om te voorkomen dat alle subsidie aan één project wordt besteed, is een maximum subsidie van € 60.000,00 per project vastgesteld. Onder een project wordt verstaan een bouwplan voor één of meer aansluitende kadastrale percelen. Tenslotte bepaalt dit artikel nog dat het college bij toekenning van de subsidie nadere voorwaarden kan stellen.
Het proces van het verstrekken van subsidie volgens de Awb kan als volgt worden aangeduid:
Subsidieaanvraag - subsidieverlening – uitvoeren van de activiteit waarvoor subsidie is verleend – gereedmelding en verantwoording door eigenaar- subsidievaststelling- betaling. De ontvankelijke aanvragen worden op volgorde van binnenkomst behandeld. Aanvragen die vanwege het bereiken van het subsidieplafond niet kunnen worden gehonoreerd, kunnen worden meegenomen naar het volgende jaar. Of deze aanvragen kunnen worden verleend is afhankelijk van het eventueel beschikbare budget voor dat jaar.
Artikel 6 Gegevens bij aanvraag
Artikel 3 bepaalt welke kosten voor subsidie in aanmerking komen. Naast de aanneemsom zijn dat de kosten van de architect en kosten van technische of bouwkundige adviezen van deskundigen.
In het verlengde daarvan bepaalt artikel 6 welke gegevens de subsidieaanvrager moet overleggen.
Artikel 8 Aanvullende weigeringgronden
Een aanvraag om subsidie wordt in een aantal gevallen geweigerd. De werkzaamheden mogen nog niet zijn begonnen of afgerond voordat de aanvraag is behandeld. Er wordt echter wel ruimte geboden om met toestemming van burgemeester en wethouders, hierop een uitzondering te maken.
Artikel 4:25 Awb heeft betrekking op het subsidieplafond dat wordt overschreden. Artikel 4:35 Awb noemt een aantal andere gevallen waarbij een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de activiteit niet of niet geheel zal plaatsvinden, dat niet zal worden voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen, dat niet op een behoorlijke wijze rekening en verantwoording zal worden afgelegd of in het geval dat onjuiste of onvolledige gegevens bij de aanvraag zijn verstrekt of de aanvrager failliet is verklaard of aan hem surseance van betaling is verleend. Indien op andere wijze in subsidie wordt voorzien, wordt de noodzaak voor subsidie op grond van onderhavige verordening minder en zal deze voor het betreffende bedrag geweigerd worden.
Burgemeester en wethouders verlenen de subsidie slechts indien het subsidieplafond niet wordt overschreden en geen andere weigeringgronden van toepassing zijn. Het is niet wenselijk om projecten die reeds zijn afgerond, alsnog voor subsidie in aanmerking te laten komen. Bij de verlening van subsidie wordt de voorlopige hoogte van de subsidie bepaald.
Belangrijk is dat de werkzaamheden niet de monumentale waarde van het pand mogen schaden. Ook moeten de kosten van de werkzaamheden in verhouding staan tot het resultaat.
Om andere aanvragen niet te frustreren moet bij de indiening van de aanvraag al duidelijk zijn of de benodigde vergunning voor het werk kan worden verleend
Dit artikel legt de subsidieontvanger een aantal verplichtingen op. Zo moet binnen de gestelde termijn met de werkzaamheden zijn begonnen en moet de woning zijn gerealiseerd vóór het in de subsidieverlening bepaalde tijdstip. De eigenaar mag niet zonder schriftelijke toestemming afwijken van het goedgekeurde bouwplan.
Artikel 10 Geen voorschotverlening
In afwijking van artikel 13, derde lid van de subsidieverordening wordt geen voorschot verleend voor krachtens deze subsidieregeling verleende subsidies omdat deze subsidie is gerelateerd aan de werkelijk gemaakte subsidiabele kosten. Daarom wordt per declaratie berekend wat de subsidie op grond van deze werkelijk gemaakte kosten is.