Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nieuwkoop

Regeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNieuwkoop
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011
CiteertitelRegeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpRegeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-10-201101-01-2020Onbekend

20-09-2011

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011

 

 

Regeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011
Begripsomschrijvingen

 

Artikel 1

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

a.Medewerker:

De ambtenaar, zoals bedoeld in artikel 1:1, lid 1, onder a., van de CAR/UWO;

 

b.Studiefaciliteiten:

Het geheel van vergoedingen in geld en/of tijd voor opleidingskosten;

 

c.Bijscholingsactiviteiten:

Scholingsactiviteiten waarmee de medewerker gaat of blijft voldoen aan de gestelde functie-eisen, zoals vastgelegd in de voor hem geldende functiebeschrijving. Hieronder begrepen opleidingen voor een vacante functie binnen de organisatie;

 

d.Vakkennisgerichte activiteiten:

Scholingsactiviteiten waarbij ten opzichte van de opleidingseisen, zoals gesteld in de voor de medewerker geldende functiebeschrijving, sprake is van een verdieping/verbreding van de kennis;

 

e. Op doorgroei gerichte opleidingen:

Scholingsactiviteiten waarbij ten opzichte van de opleidingseisen, zoals gesteld in de voor de medewerker geldende functiebeschrijving, sprake is van een hoger niveau dan voor de functie vereist;

 

f.Herscholingsactiviteiten:

Scholingsactiviteiten waarmee de medewerker geschikt wordt voor een andere dan zijn eigen functie, die niet vacant is binnen de organisatie of die niet als zodanig voorkomt binnen de organisatie;

 

g.Opleidingskosten:

Cursus-, les- en/of collegegelden, reis- en verblijfskosten, examen- en diplomagelden, studiemateriaal, met uitzondering van schrijfbehoeften, verzendkosten, duurzame gebruiksartikelen en niet verplicht met de studie verband houdende kosten;

 

h.Opleidingsjaar:

Een periode van maximaal 12 maanden.

 

i.(Deugdelijke) opleiding:

Een eendaagse of meerdaagse opleiding, workshop, seminar, (opfris)cursus of training die gegeven wordt door een erkend opleidingsinstituut

 

Doel

 

Artikel 2
  • 1

    In aanvulling op hetgeen is bepaald in hoofdstuk 17 van de CAR/UWO kunnen burgemeester en wethouders aan de medewerker, op zijn verzoek, studiefaciliteiten toekennen.

  • 2

    Als de werkgever aan de medewerker de verplichting oplegt om een opleiding of cursus te volgen, dan worden de kosten hiervan altijd volledig vergoed.

Uitgangspunten

 

Artikel 3
  • 1.

    Met de studie moet een gemeentelijk belang zijn gediend en er moet sprake zijn van een deugdelijke opleiding.

  • 2.

    Over de te volgen opleiding worden afspraken gemaakt in het persoonlijke ontwikkelingsplan (POP)

  • 3.

    In het POP worden afspraken gemaakt over het al dan niet toekennen van studieverlof conform het gestelde in artikel 8 .

  • 4.

    In het jaarlijkse ontwikkelingsgesprek vindt evaluatie van de afspraken plaats.

Advies

 

Artikel 4
  • 1.

    Voordat studiefaciliteiten worden verleend kan, al dan niet op verzoek van de medewerker, een gericht studie- en/of ontwikkelingsadvies worden ingewonnen.

  • 2.

    In bijzondere gevallen kan, in overleg met de medewerker, een (ontwikkel)assessment worden uitgevoerd.

  • 3.

    De kosten die voortvloeien uit de voorgaande twee leden vallen onder de opleidingskosten.

Termijn

 

Artikel 5
  • 1.

    De studiefaciliteiten worden verleend voor een nader te bepalen termijn, die wordt afgeleid van de normaal te achten duur van de opleiding/activiteit.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde termijn kan met één jaar worden verlengd. In bijzondere gevallen kan de termijn nogmaals met één jaar worden verlengd.

  • 3.

    De in dit artikel bedoelde termijnen worden geacht te zijn verstreken op de datum waarop het dienstverband met de medewerker eindigt.

Intrekken studiefaciliteiten en inlichtingenplicht

 

Artikel 6
  • 1.

    Als burgemeester en wethouders, op grond van de door hen ingewonnen inlichtingen, van oordeel zijn dat de medewerker niet regelmatig of niet voldoende studeert, waardoor hij redelijkerwijs niet in staat kan worden geacht zijn studie binnen de termijn, zoals bedoeld in artikel 5, te volbrengen, dan zijn zij bevoegd verleende studiefaciliteiten, al dan niet tijdelijk, in te trekken.

  • 2.

    Intrekken van studiefaciliteiten vindt niet plaats wanneer de medewerker aannemelijk kan maken dat de onregelmatige of onvoldoende studie het gevolg is van feiten of omstandigheden die niet aan hem zelf zijn te wijten.

  • 3.

    De medewerker is verplicht de inlichtingen te verstrekken die burgemeester en wethouders nodig achten. In ieder geval moet hij de afdelingsmanager op de hoogte stellen van zijn besluit te stoppen met de studie.

Bekendmaken resultaten

 

Artikel 7
  • 1.

    De medewerker aan wie studiefaciliteiten zijn toegekend, is verplicht de resultaten van tentamens/examens mee te delen aan de afdelingsmanager.

  • 2.

    De medewerker die een cursus heeft gevolgd waarvoor een diploma of een certificaat is uitgereikt, zorgt ervoor dat een kopie van dat diploma of certificaat wordt ingeleverd, zodat het opgenomen kan worden in het persoonsdossier.

Vergoedingen

 

Artikel 8

Voor opleidingen en activiteiten op verzoek van de medewerker worden de opleidingskosten als volgt vergoed:

  • 1.

    Voor bijscholingsactiviteiten of op vakkennis gerichte activiteiten wordt een vergoeding van 100% van de kosten verleend. Voor het volgen van de lessen en het maken van examens/tentamens wordt verlof verleend, voor zover dit plaatsvindt op een dag waarop normaal gesproken zou worden gewerkt. Het verlof dat wordt verleend bedraagt maximaal het aantal ingeroosterde uren voor die dag. Ter voorbereiding van de examens/tentamens wordt per opleidingsjaar maximaal 18 uur studieverlof verleend bij een 36-urige werkweek. Voor deeltijders wordt dit berekend naar rato van het dienstverband. Het volgen van lessen in eigen tijd wordt volledig gecompenseerd voor maximaal het aantal ingeroosterde uren voor die dag. Deze uren dienen te worden opgenomen in het jaar dat de uren ontstaan zijn.

     

  • 2.

    Voor op doorgroei gerichte opleidingen wordt een vergoeding van 75% van de kosten verleend. Voor het volgen van de lessen en het maken van examens/tentamens wordt 75% verlof verleend. Voor deeltijders geldt dit voor zover zij normaal gesproken op deze dag zouden werken en wordt berekend over het aantal ingeroosterde uren voor die dag. Ter voorbereiding van de examens/tentamens wordt per opleidingsjaar maximaal 13,5 uur studieverlof verleend bij een 36-urige werkweek. Voor deeltijders wordt dit berekend naar rato van het dienstverband. Het volgen van lessen in eigen tijd wordt gecompenseerd voor maximaal 75%. Dit wordt berekend over het aantal ingeroosterde uren voor die dag. Deze uren dienen te worden opgenomen in het jaar dat de uren ontstaan zijn.

     

  • 3.

    Voor herscholingsactiviteiten op eigen initiatief van de medewerker wordt een vergoeding van 50% van de kosten verleend. Het volgen van de lessen en het maken van examens/tentamens gebeurt in eigen tijd. Er wordt geen studieverlof verleend ter voorbereiding van examens/tentamens.

     

  • 4.

    Voor herscholingsactiviteiten op initiatief van de werkgever wordt een vergoeding van 100% van de kosten verleend. Voor het volgen van de lessen en het maken van examens/tentamens wordt verlof verleend. Ter voorbereiding van de examens/tentamens wordt per opleidingsjaar maximaal 18 uur studieverlof verleend. Het volgen van lessen in eigen tijd wordt volledig gecompenseerd voor maximaal het aantal ingeroosterde uren voor die dag. Deze uren dienen te worden opgenomen in het jaar dat de uren ontstaan zijn.

Artikel 9
  • 1.

    Op verzoek van de medewerker kunnen verlof- en/of spaaruren geruild worden tegen een vergoeding ten behoeve van het volgen van een opleiding, waarbij het wettelijk minimum voor verlofuren wordt gewaarborgd.

  • 2.

    Als ruilvoet voor verlof- en/of spaaruren geldt het uurloon van de medewerker op 1 januari van het jaar van verrekening.

Vergoeding van reis- en verblijfkosten

 

Artikel 10
  • 1.

    De reiskostenvergoeding is op basis van openbaar vervoer, dan wel reiskosten met eigen vervoer tegen € 0,19 per kilometer. De kosten voor openbaar vervoer worden 100% vergoed.

  • 2.

    Als rechtstreeks vanaf het huisadres wordt gereisd naar de onderwijsinstelling dient de medewerker de kilometers die al vergoed worden in het kader van woon-werkverkeer op de reisafstand in mindering te brengen. Dit geldt ook als na afloop van de onderwijsinstelling naar huis wordt gereisd.

  • 3.

    Als vanaf het werk naar een onderwijsinstelling wordt gereisd wordt dit gezien als een dienstreis.

  • 4.

    De verblijfkosten worden vergoed conform de “Reisregeling Binnenland”van het ministerie van Binnenlandse Zaken, voor zover dit niet is opgenomen in de totale opleidingskosten.

  • 5.

    Kosten voor een overnachting worden alleen vergoed als het opleidingsprogramma zodanig is opgesteld dat er redelijkerwijs van de medewerker niet verwacht kan worden dat hij naar huis gaat.

Terugbetaling van opleidingskosten

 

Artikel 11
  • 1.

    Terugbetaling van opleidingskosten is van toepassing op alle opleidingen waarvan de kosten per persoon hoger zijn dan € 1.000,--, exclusief reis- en verblijfkosten, en indien voldaan wordt aan het gestelde in lid 2 van dit artikel.

  • 2.

    Een vergoeding voor opleidingskosten hoger dan € 1.000,-- wordt pas toegekend als de medewerker schriftelijk verklaard heeft dat hij de opleidingskosten zal terugbetalen als:

    • a.

      Hij de opleiding/activiteit, waarvoor vergoeding is verleend, beëindigt voordat de in artikel 4 genoemde termijn is verstreken en zonder dat de studie geleid heeft tot het behalen van het bijbehorend diploma/certificaat;

    • b.

      Hij de in artikel 6 genoemde verplichting niet nakomt;

    • c.

      Hij op eigen verzoek of ten gevolge van aan hemzelf te wijten feiten of omstandigheden wordt ontslagen voor het einde van de opleiding/activiteit of binnen twee jaar na het beëindigen van de opleiding/activiteit, al dan niet met het behalen van een diploma/certificaat.

  • 3.

    De terugbetalingsverplichting op grond van lid 2, onder b, vervalt als voortzetting van de studie redelijkerwijs niet van de medewerker kan worden verlangd.

  • 4.

    Als op de datum van het ontslag van de in het eerste lid, onder d. bedoelde termijn van twee jaar tenminste één jaar is verstreken, blijft de verplichting tot terugbetaling beperkt tot 1/24 deel van het genoten bedrag, voor iedere volle maand die van de termijn van twee jaar nog niet is verstreken.

  • 5.

    Burgemeester en wethouders kunnen de medewerker op zijn verzoek, geheel of gedeeltelijk en al dan niet tijdelijk, ontheffen van de terugbetalingsverplichting.

Onvoorziene gevallen

 

Artikel 12

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kunnen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling treffen.

Vaststelling en ingangsdatum

 

Artikel 13
  • 1.
    • 1

      Deze regeling kan worden aangehaald als de “Regeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011”.

    • 2

      Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2011.

    • 3

      De “Regeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011” vastgesteld door het college op 22 februari 2011 vervalt met ingang van de inwerkingtreding van de “Regeling studiefaciliteiten gemeente Nieuwkoop 2011” vastgesteld door het college op 20 september 2011.

       

      Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van 20 september 2011.