Organisatie | Bloemendaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening materiële financiële gelijkstelling Bloemendaal 2009 |
Citeertitel | Verordening materiële financiële gelijkstelling Bloemendaal 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
1.Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2009 | 26-02-2009 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 26-02-2009 Weekblad Kennemerland-Zuid, 5 maart 2009 | 2009006394 |
Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen
De raad der gemeente Bloemendaal;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 januari 2009;
gelet op artikel 140/141 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 134/135 van de Wet op de expertisecentra en artikel 96g/96h van de Wet op het voortgezet onderwijs;
gelet op de artikelen XIII, XV en XVII van de Wet dualisering gemeentelijke medebewindsbevoegdheden;
gelet op artikel 5 van de Algemene wet bestuursrecht;
Verordening materiële financiële gelijkstelling Bloemendaal 2009.
Paragraaf 2.1: Aanvraag voorzieningen; weigeringsgronden
Een wijziging van de verordening die leidt tot het toevoegen, wijzigen of intrekken van een voorziening, wordt uiterlijk vier weken voor de indieningdatum bekendgemaakt door het college.
Het schoolbestuur dat een voorziening voor het eerste daarop volgend tijdvak wenst, dient voor de indieningdatum een aanvraag in bij het college. De indieningdatum is niet van toepassing indien voor de voorziening is bepaald dat een indieningdatum niet is voorgeschreven. Indien de aanvraag niet voor de indieningdatum is ingediend, besluit het college om de aanvraag niet te behandelen.
Bij het ontbreken van een of meer gegevens deelt het college dit schriftelijk mee aan het schoolbestuur. Daarbij krijgt het schoolbestuur de gelegenheid om binnen drie weken na de datum van verzending van de mededeling de gegevens schriftelijk aan te vullen. Indien het schoolbestuur de ontbrekende gegevens niet binnen deze termijn verstrekt, beslist het college de aanvraag niet te behandelen.
Paragraaf 2.2: Aanvraag aanvullende voorzieningen; weigeringsgronden
Paragraaf 2.3: Toekenning; Intrekking of wijziging; verbod vervreemding
Ten aanzien van het beleid tot intrekking, wijziging, stopzetting of verlaging van de afgegeven subsidiebeschikking dan wel terugvordering van gegeven subsidie is titel 4.2 van de wet van toepassing.
Vervreemding door het schoolbestuur van op basis van deze voorziening toegekende voorzieningen, is niet toegestaan zonder toestemming van het college tenzij sprake is van een overdracht van voorzieningen aan een ander schoolbestuur als gevolg van fusie c.q. overdracht van een school.
Het schoolbestuur verstrekt op verzoek van het college nadere gegevens die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het bepaalde in deze verordening.
In gevallen, de uitvoering van de verordening betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.
Binnen drie jaar na de inwerkingtreding evalueert het college in overleg met de schoolbesturen de werking van de verordening.
In afwijking van de in bijlagen bij deze verordening onder ‘Indieningsdatum’ genoemde data geldt voor aanvragen ten behoeve van het jaar 2009 de datum van 1 juli 2009.
De verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2009. Op deze datum vervallen de Verordening voorlichting over religieuze en niet-religieuze levensbeschouwingen Bloemendaal 2008, zoals vastgesteld in de raadsvergadering van 29 mei 2008, de beleidsregels incidentele subsidies natuur- en milieueducatie basisscholen Bloemendaal 2008, zoals vastgesteld door het college op 15 juli 2008 en de Regeling vakonderwijs 2005, zoals vastgesteld door het college op 25 oktober 2005.
Aldus besloten in de openbare vergadering
van de raad der gemeente Bloemendaal,
M.J. van Ravesteyn-Kramer , voorzitter
Gepubliceerd in het Weekblad Kennemerland-Zuid d.d. 5 maart 2009.
Bijlage A. Faciliteiten ten behoeve van onderwijskundige vernieuwing
Bouwkundige aanpassing van een schoolgebouw om het gebouw beter te faciliteren voor de onderwijskundige vernieuwingen.
Uiterlijk 1 oktober van het jaar voorafgaande aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
Tijdvak waarvoor de voorziening wordt goedgekeurd
Toekenningscriteria waaronder een bevoegd gezag in aanmerking komt voor een voorziening
Er kan uitsluitend een vergoeding worden gegeven voor bouwkundige aanpassingen ten behoeve van:
De voorziening is slechts van toepassing op het primair onderwijs;
De voorziening is alleen bestemd voor permanente schoolgebouwen;
De voorziening kan alleen worden toegekend indien deze voorziening in het verleden nog niet is toegekend.
Wijze van toekenning en de daarbij behorende berekeningswijze
Er is per jaar maximaal € 100.000 beschikbaar.
Na de uitvoering van de werkzaamheden worden de kosten, met betalingsbewijzen, gedeclareerd bij het college.
Het schoolbestuur dient daarbij aan te tonen, dat sprake is van werkzaamheden als genoemd onder a van het onderdeel ‘Toekenningscriteria’.
De gemeentelijke bijdrage wordt binnen zes weken na het indienen van de declaratie uitbetaald aan het schoolbestuur.
Bijlage B: Faciliteiten ten behoeve van voorlichting over religieuze en niet-religieuze levensbeschouwingen
Aan basisscholen kan een tegemoetkoming worden verleend in de kosten van aan leerlingen te geven voorlichting over religies en niet-religieuze levensbeschouwingen.
Uiterlijk 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
Tijdvak waarvoor de voorziening wordt goedgekeurd
Toekenningscriteria waaronder een bevoegd gezag in aanmerking komt voor een voorziening
De voorlichting dient gegeven te worden door organisaties die zich aan religies en niet-
religieuze levensbeschouwingen verbonden achten.
Er dient in ieder geval voorlichting gegeven te worden over de volgende hoofdstromingen:
Wijze van toekenning en de daarbij behorende berekeningswijze
De tegemoetkoming bestaat uit een bedrag voor elke leerling van 6 t/m 12 jaar waaraan
de voorlichting wordt gegeven.
Het bedrag per leerling wordt berekend door het jaarlijks door de gemeenteraad beschikbaar
gestelde bedrag te delen door het aantal leerlingen van 6 t/m 12 jaar, ingeschreven op de teldatum 1 oktober van het jaar voorafgaan aan het jaar waarvoor een aanvraag is ingediend.
De vergoeding bedraagt maximaal € 6,25 per leerling.
Voor deze faciliteit geldt een subsidieplafond. Het te besteden budget is gelijk aan het bedrag dat door de gemeenteraad voor deze voorziening in de begroting wordt opgenomen. De verdeling vindt plaats op de wijze zoals aangegeven bij het onderdeel ‘wijze van toekennen en de daarbij behorende berekeningswijze’.
Een verklaring/document, waaruit blijkt door welke organisatie de voorlichting is gegeven, en voor hoeveel uur.
Een afschrift van de betaling aan de betreffende organisatie dan wel een kopie van de door de organisatie ingediende factuur.
Betaling vindt plaats in het eerste kwartaal van het jaar waarop de tegemoetkoming betrekking heeft.
Bijlage C: Faciliteiten ten behoeve van vakonderwijs
Aan basisscholen kan een tegemoetkoming worden verleend in de kosten van door vakdocenten te verzorgen lessen gymnastiekonderwijs.
Uiterlijk 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
Tijdvak waarvoor de voorziening wordt goedgekeurd
Toekenningscriteria waaronder een bevoegd gezag in aanmerking komt voor een voorziening
Onder vakdocent gymnastiek wordt verstaan: een tot het geven van bewegingsonderwijs bevoegde persoon, niet zijnde groepsleerkracht of directeur van de betreffende school.
Een schriftelijke verklaring van het schoolbestuur, waaruit blijkt dat de tegemoetkoming van de gemeente volledig zal worden gebruikt voor de aanstelling van een (of meer) vakdocent(en) gymnastiek op de onder het bestuur vallende school of scholen;
Wijze van toekenning en de daarbij behorende berekeningswijze
Voor deze faciliteit geldt een subsidieplafond. Het te besteden budget is gelijk aan het bedrag dat voor deze voorziening door de gemeenteraad in de begroting wordt opgenomen. De verdeling van het budget vindt plaats op de wijze zoals aangegeven bij het onderdeel ‘Wijze van toekenning en de daarbij behorende berekeningswijze’.
Een document, bijv. de jaarrekening, waaruit blijkt dat de tegemoetkoming van de gemeente volledig is gebruikt voor de aanstelling van een (of meer) vakdocent(en) gymnastiek op de onder het bestuur vallende school of scholen;
90% van het toegekende bedrag wordt uitbetaald, als voorschot, in het eerste kwartaal van het jaar waarop de toekenning betrekking heeft.
De resterende 10% wordt betaald uiterlijk zes weken na het overleggen van de onder ‘Financiële verantwoording’ genoemde documenten.
Bijlage D: Faciliteiten ten behoeve van milieu-educatie
Aan basisscholen kan een tegemoetkoming worden verleend in de kosten van natuur- en milieueducatie (NME).
Uiterlijk 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
Tijdvak waarvoor de voorziening wordt goedgekeurd
Toekenningscriteria waaronder een bevoegd gezag in aanmerking komt voor een voorziening
De activiteit(en), waarop de aanvraag betrekking heeft (hebben), dient (dienen) een relatie te hebben n relatie heeft met natuur- en milieueducatie.
In het geval de subsidieaanvraag betrekking heeft op producten en/of activiteiten uit de regionale NME-wijzer gaan burgemeester en wethouders uit van het bestaan van deze relatie.
bestemd voor een jaarlijks bezoek van een of meer scholen aan Thijsse’s Hof.
c.Indien het totaal van de te honoreren aanvragen het bedrag van € 17.000 overschrijdt,
wordt het bedrag per school pondspondsgewijs verlaagd opdat uitgekomen wordt op een
totaalbedrag van maximaal € 17.000
Een document waaruit blijkt, dat de gemeentelijke bijdrage is ingezet voor het doel waarvoor het beschikbaar is gesteld.
Binnen vier weken na subsidievaststelling wordt het toegekende bedrag uitbetaald.
Bijlage E: Faciliteiten ten behoeve van bezoek Verzetsmuseum – Anne Frankhuis
Het mogelijk maken dat elke leerling van een basisschool (voorkeur gaat uit naar de groepen 7 – 8) eenmaal in de ‘schoolcarrière’ een bezoek brengt aan het Verzetsmuseum en/of het Anne Frankhuis te Amsterdam.
Uiterlijk 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
Tijdvak waarvoor de voorziening wordt goedgekeurd
Toekenningscriteria waaronder een bevoegd gezag in aanmerking komt voor een voorziening
Voor de betreffende (groep) leerlingen is nog niet eerder een vergoeding toegekend.
Wijze van toekenning en de daarbij behorende berekeningswijze
Voor deze voorziening geldt geen subsidieplafond.
De entreebewijzen en kaartjes openbaar vervoer dienen te worden overgelegd.
Na het indienen van de declaratie wordt de gemeentelijke bijdrage binnen vier weken uitbetaald.