Organisatie | Alphen aan den Rijn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Marktverordening Alphen aan den Rijn 2015 |
Citeertitel | Marktverordening Alphen aan den Rijn 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Verordening vervangt de marktverordeningen uit de fusiegemeenten Alphen aan den Rijn, Boskoop en Rijnwoude
Artikel 149 Gemeentewet
Inrichtingsplan woensdagmarkt Alphen aan den Rijn, Inrichtingsplan zaterdagmarkt Alphen aan den Rijn, Inrichtingsplan zaterdagmarkt Boskoop, Inrichtingsplan donderdagmarkt Hazerswoude-|Rijndijk en Inrichtingsplan vrijdagmarkt Hazerswoude-Dorp
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-04-2015 | Nieuwe regeling | 19-02-2015 Gemeenteblad 10 april 2015, nr. 30367 | 2014/60164 en 2014/57885 |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Deze verordening is van toepassing op alle door het college op grond van artikel 160 lid 1 sub h Gemeentewet ingestelde warenmarkten.
Op de kaart zijn in elk geval aangegeven:
voor zover van toepassing, de plaatsen of gebieden die bij voorrang zijn bestemd voor één of meer branches of artikelgroepen alsmede, indien van toepassing, de maximum aantallen vastemarktstandplaatsvergunningen die voor een of meer branches of artikelgroepen of combinaties daarvan kunnen worden afgegeven;
Indien bij aanvang van de markt, of gedurende de tijdsperiode waarop de markt wordt gehouden, weersinvloeden, calamiteiten e.d. de orde op de markt kunnen verstoren of dreigen te verstoren, per direct gevaar dreigt voor de vergunninghouder, marktbezoekers en/of objecten in de nabijheid van het marktterrein, waardoor de openbare orde in gevaar komt of schade kan worden toegebracht aan derden, kan het college besluiten:
Hoofdstuk 2. Vastemarktstandplaatsvergunningen
Artikel 7. Vrijgekomen standplaats; plaatsverbetering volgens anciënniteitslijst
Het college houdt een lijst bij van de houders van een vastemarktstandplaatsvergunning, met vermelding van de datum waarop de betrokkenen voor het eerst een vastemarktstandplaatsvergunning werd verleend en met vermelding van de branche waartoe zij behoren of de artikelen die zij verhandelen (anciënniteitslijst).
Als een standplaats vrijkomt die werd ingenomen door de houder van een vastemarktstandplaatsvergunning, kan deze op aanvraag worden toegewezen aan de hoogstgeplaatste aanvrager op de anciënniteitslijst in volgorde van de datum waarop hem voor het eerst een vastemarktstandplaatsvergunning werd verleend. Als de plaats bestemd is voor een specifieke branche of artikelgroep, komt alleen iemand in aanmerking die aan dat vereiste voldoet.
De inschrijving wordt doorgehaald als aan de kandidaat een vastemarktstandplaatsvergunning is toegekend, als hij reeds twee keren heeft afgezien van een vastemarktstandplaatsvergunning waarvoor hij overeenkomstig het volgende lid in aanmerking kwam, op zijn schriftelijke verzoek, na zijn overlijden, als hij onder curatele is gesteld of als hij niet vóór 1 januari van het lopende jaar een aanvraag om verlenging voor dat jaar heeft gedaan.
Als er ruimte is om een nieuwe vastemarktstandplaatsvergunning toe te kennen, komt daarvoor als eerste in aanmerking de hoogstgeplaatste kandidaat die op de wachtlijst staat en die voldoet aan de vereisten voor toekenning. Daarna komen andere aanvragers in aanmerking, in volgorde van indiening van hun aanvraag tot plaatsing op de wachtlijst. De kandidaat die in aanmerking komt voor de vergunning dient daarvoor binnen vier weken een aanvraag in te dienen.
Het college maakt bekend dat voor de markt een of meer vastemarktstandplaatsvergunningen kan worden verleend, voor welke branche of artikelgroep dit geldt en dat gegadigden voor een vergunning vóór de daarbij genoemde datum daarvoor een aanvraag kunnen indienen. Op de bekendmaking is artikel 9, derde lid, van overeenkomstige toepassing.
Artikel 11. Overschrijven vastemarktstandplaatsvergunning
Indien de houder van een vastemarktstandplaatsvergunning niet langer zelf gebruik wenst te maken van de vergunning of is hij overleden of onder curatele gesteld, dan kan het college op aanvraag van de vergunninghouder, zijn erven of zijn curator de vergunning overschrijven op naam van zijn echtgenoot, geregistreerde partner of andere persoon met wie hij duurzaam samenwoonde, of zijn kind.
Indien deze weg niet kan worden gevolgd, dan kan de vergunning op aanvraag van de vergunninghouder, zijn erven of zijn curator worden overgeschreven op een medewerker van de vergunninghouder of de mede-eigenaar van diens bedrijf als deze ten minste 3 jaren in loondienst heeft gewerkt bij de vergunninghouder of heeft gefunctioneerd als mede-eigenaar.
Artikel 12. Wijzigen vastemarktstandplaatsvergunning
Het college wijzigt een vaste-standplaats:
Artikel 15. Afwezigheid wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden
De vergunninghouder van een vaste standplaats die wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden verhinderd is zijn vaste standplaats in te nemen en niet in zijn vervanging kan voorzien, deelt dit schriftelijk mede aan het college. Bij vakantie geeft de vergunninghouder met inachtneming van het bepaalde in lid 3 aan, hoe lang zijn afwezigheid duurt.
Hoofdstuk 3. Dagplaatsen, standwerkers en bediening
Artikel 16. Dagmarktplaatsvergunning
Een dagmarktplaatsvergunning kan worden verleend voor het innemen van een standplaats voor het uitoefenen van markthandel op een markt op plaatsen die daarvoor ingevolge het inrichtingsplan in aanmerking komen en op plaatsen die niet zullen worden ingenomen door de houder van een vastemarktstandplaatsvergunning omdat voor de plaats geen vergunning geldt, de vergunning is vervallen of omdat de vergunninghouder niet in staat is de plaats in te nemen en niet is voorzien in vervanging overeenkomstig artikel 14.
Voor een dagmarktplaatsvergunning komen in aanmerking degenen die daarvoor die dag vóór de aanvang van de markttijd bij de marktmeester een aanvraag hebben ingediend, voldoen aan een eventueel van toepassing zijnde branche- of artikelgroepvereiste en die niet zijn uitgesloten omdat zij gedurende een of meer van de voorafgaande vier marktdagen:
Artikel 17. Standwerkvergunning
Een standwerkvergunning kan worden verleend met overeenkomstige toepassing van artikel 16, tweede, derde en vijfde lid. De standwerkvergunningen worden verstrekt aan de in aanmerking komende gegadigden op volgorde van ontvangst van de aanvragen. Gegadigden die een artikel of artikelsoort wensen te verkopen dat nog niet op de markt verkrijgbaar is, hebben daarbij voorrang.
Hoofdstuk 4. Algemene bepalingen voor vergunninghouders
De houder van een vastemarktstandplaatsvergunning of van een dagmarktplaatsvergunning kan zich doen bijstaan door een of meer andere personen.
Degene die een standplaats of een standwerkplaats wenst in te nemen of inneemt op een markt of die handelt met een bedienvergunning, is op eerste verzoek van een toezichthouder verplicht aan te tonen dat hij daartoe gerechtigd is.
Artikel 23. Markt schoonhouden
Een vergunninghouder is verplicht afval, waaronder verpakkingsmateriaal, dat tijdens de door hem uitgeoefende verkoop op zijn standplaats vrijkomt zodanig te bewaren dat het marktterrein daardoor niet wordt verontreinigd en het afval niet door onbevoegden kan worden verwijderd. Hij voert het afval onmiddellijk na afloop van de markt af of laat het afvoeren.
Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze verordening bepaalde zijn belast de door het college aangewezen marktmeesters en de overige door hen aangewezen toezichthouders.
Artikel 27. Onmiddellijke verwijdering
Het college kan een vergunninghouder of iemand die hem bijstaat of vervangt gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen als deze zich op de markt schuldig heeft gemaakt aan wangedrag of aan bedrog of een bij of krachtens deze verordening gestelde bepaling heeft overtreden.
Artikel 30. Intrekking oude verordeningen en overgangsrecht
Een krachtens de Marktverordening 2009 gemeente Alphen aan den Rijn, de Marktenverordening gemeente Rijnwoude en de Marktverordening gemeente Boskoop 2007 verleende vergunning of ontheffing geldt als vergunning of ontheffing verleend krachtens deze Marktverordening Alphen aan den Rijn 2015. Het college kan deze ambtshalve vervangen door een vergunning of ontheffing krachtens deze verordening. Ambtshalve vervanging kan gepaard gaan met een wijziging van beperkingen en voorschriften.
Aanvragen om vergunning of ontheffing die zijn ingediend onder de Marktverordening 2009 gemeente Alphen aan den Rijn, de Marktenverordening gemeente Rijnwoude en de Marktverordening gemeente Boskoop 2007 maar waarop nog niet is beschikt bij het in werking treden van de Marktverordening Alphen aan den Rijn 2015, worden afgehandeld overeenkomstig deze verordening.
Vastgesteld door de raad van Alphen aan den Rijn in de openbare vergadering van 19 februari 2015.
de wnd. griffier, de voorzitter,
drs. A.H. Schouten, mr. drs. J.W.E. Spies
Op grond van artikel 160, eerste lid, aanhef en onderdeel h, van de Gemeentewet (hierna: Gemw) kunnen burgemeester en wethouders jaarmarkten of gewone marktdagen instellen (en afschaffen of veranderen). Deze marktverordening is van toepassing op dergelijke van gemeentewege ingestelde markten, voor zover het warenmarkten zijn en deze met enige regelmaat plaatsvinden.
De woensdag- en zaterdagmarkt in Alphen aan den Rijn, de zaterdagmarkt in Boskoop, de donderdagmarkt in Hazerswoude-Rijndijk en de vrijdagmarkt in Hazerswoude-Dorp.
Dit artikel schrijft voor dat het college per markt een inrichtingsplan vast dient te stellen en regelt wat daarin geregeld moet en kan worden. Zo kan per markt onder andere bepaald worden wat de markttijd is, welke delen van de markt bestemd zijn voor welke marktactiviteiten en op welke wijze nieuwe vergunningen worden verleend. Ieder inrichtingsplan dient voorzien te zijn van een kaart waarop het hierboven genoemde is aangegeven. Tevens kan per markt worden bepaald wat voor instrument wordt gebruikt voor het toewijzen van nieuwe standplaatsen.
Op grond van afdeling 3.3 Algemene wet bestuursrecht en artikel 84 Gemeentewet wordt een adviescommissie ingesteld. Deze commissie is gehouden op aangeven van het college, het college te adviseren met betrekking tot marktaangelegenheden. Daarnaast kan de commissie op eigen initiatief het college van advies dienen inzake marktaangelegenheden.
Het college kan in het aanstellingsbesluit nadere regels stellen met betrekking tot de samenstelling en werkwijze van de adviescommissie.
Vastemarktstandplaatsvergunningen gelden in beginsel voor onbepaalde tijd, maar hier kan in individuele gevallen van worden afgeweken (tweede lid). Bijvoorbeeld als gewerkt wordt met een ‘proefperiode’.
Een standwerkvergunning kan beperkt worden tot het verkopen van bepaalde typen producten.
In bijzondere gevallen (eveneens tweede lid) kan een andere standplaats worden aangewezen. Daarbij kan gedacht worden aan zaken als extreme weersomstandigheden, noodzakelijke reconstructiewerkzaamheden, bepaalde evenementen (bijvoorbeeld op Koningsdag).
Door de koppeling van de vergunning aan een natuurlijke persoon en eventueel de beperking tot één vergunning per persoon per markt of voor de gemeente (lid 9) wordt een zo eerlijk mogelijke verdeling van vergunningen bewerkstelligd. Uiteraard kan het wel zo zijn dat de natuurlijke persoon een onderneming drijft in de vorm van een rechtspersoon. Ook dan wordt een natuurlijke persoon (bijvoorbeeld de bedrijfsleider) aangemerkt als vergunninghouder. Het is dus niet mogelijk de vergunning op naam van de rechtspersoon te stellen.
Doordat de eis van handelingsbekwaamheid niet gekoppeld is aan een minimumleeftijd (eveneens lid 9) komen ook zestien- en zeventienjarigen aan wie door de kantonrechter handlichting is verleend in aanmerking voor een vergunning. Er is geen reden om minderjarigen die in het rechtsverkeer als handelingsbekwaam beschouwd worden, van de vergunning uit te sluiten.
Het vereiste ‘gerechtigd in Nederland arbeid te verrichten’ (eveneens lid 9) ziet met name toe op vreemdelingen die een vergunning ingevolge de Wet arbeid vreemdelingen nodig hebben.
In totaal mag een vergunninghouder over niet meer dan twee vergunningen beschikken.
Om verzekerd te zijn van een uniform karakter op de markt, wordt een kramenverhuurder aangewezen. Deze draagt zorg voor de levering van de marktkramen, die de ondernemers op de markt bij hem huren.
Artikel 5. Vent en sampleverbod
In de Algemene plaatselijke verordening van Alphen aan den Rijn is venten niet verboden. Om oneerlijke concurrentie tegen te gaan is het op het aangewezen marktterrein verboden om te venten danwel om goederen ter promotie aan te bieden.
Dit artikel geeft het college de bevoegdheid om bij situaties waarbij weersinvloeden, calamiteiten e.d. de orde van de markt kunnen verstoren of dreigen te verstoren of dat er direct gevaar dreigt, maatregelen te treffen/op te leggen danwel de markt af te gelasten.
Artikel 7. Vrijgekomen standplaats; plaatsverbetering volgens anciënniteitslijst
Als bij een markt waarvoor een anciënniteitsstelsel wordt gehanteerd, een vaste standplaats vrijkomt, kan deze op aanvraag worden toegewezen aan de hoogstgeplaatste op de door het college bijgehouden anciënniteitslijst. Artikel 7 ziet dus niet toe op de verlening van nieuwe vergunningen, maar alleen op een wijziging van een reeds verleende vergunning vanwege de toewijzing van een andere, (veelal) betere vaste standplaats.
In dit artikel is een wachtlijststelsel uitgewerkt waarmee aanvragen voor de te verlenen nieuwe vastemarktstandplaatsvergunningen op bepaalde aspecten kunnen worden beoordeeld. Uit het inrichtingsplan van de betrokken markt blijkt of het wachtlijststelsel van toepassing is.
In dit artikel is een selectiestelsel uitgewerkt waarmee aanvragen voor de te verlenen nieuwe vastemarktstandplaatsvergunningen op bepaalde aspecten kunnen worden beoordeeld. Uit het inrichtingsplan van de betrokken markt blijkt of het selectiestelsel van toepassing is.
In dit artikel is een stelsel voor verlening van nieuwe vaste standplaatsen op basis van loting uitgewerkt. Uit het inrichtingsplan van de betrokken markt blijkt of loting van toepassing is.
De tekst van het artikel gaat ervan uit dat alleen degenen die voldoen aan de vereisten voor verlening van een vastemarktstandplaatsvergunning aan de loting deelnemen.
Artikel 11. Overschrijven vastemarktstandplaatsvergunning
Dit artikel regelt de gevallen en voorwaarden waaronder het mogelijk is om vastemarktstandplaatsvergunningen over te schrijven. Het gaat om overschrijving van een vastemarktstandplaatsvergunning met alle daaraan verbonden voorwaarden en beperkingen, waaronder dus de nader bepaalde individuele standplaats.
Artikel 13. Intrekking en vervallen vastemarktstandplaatsenvergunning
In dit artikel wordt in lid 2 sub c bepaald dat het college een vastemarktstandplaatsvergunning kan intrekken indien de vergunninghouder gedurende ten minste 6 weken aaneengesloten geen gebruik heeft gemaakt van zijn of haar standplaatsvergunning. Dit verzuim laat onverlet dat men gedurende de verzuimde weken wel standplaatskosten dient te betalen.
Artikel 14. Persoonlijk innemen standplaats; vervanging
Dit artikel regelt de mogelijkheid dat een standplaats persoonlijk ingenomen dient te worden tenzij er vervanging is aangewezen en dit kenbaar is gemaakt aan het college. Als er gebruik wordt gemaakt van vervanging dan dient de standplaats altijd ingenomen te worden. Als de vaste-vergunningsstandplaats persoonlijk wordt ingenomen dan is artikel 15 van toepassing.
Artikel 15. Afwezigheid wegens ziekte, vakantie of bijzondere omstandigheden
In dit artikel worden de uitzonderingen gegeven op het uitgangspunt dat de vergunninghouder zelf op de standplaats aanwezig dient te zijn als hij niet in zijn vervanging kan voorzien. Het is wel noodzakelijk dat het college of de marktmeester van elke verhindering tot marktbezoek zo tijdig mogelijk op de hoogte wordt gesteld. Het college kan bepalen dat kortstondige afwezigheid zonder mededeling of ontheffing is toegestaan. Dit is van belang voor vergunninghouders, bijvoorbeeld voor veilingbezoek, inkoop, bezoek aan vergaderingen en overige bedrijfs- en sociale verplichtingen. Onder bijzondere omstandigheid wordt tevens ziekte van de vergunninghouder verstaan. Er bestaat geen wettelijke basis op grond waarvan het college de vergunninghouder zou kunnen verplichten een geneeskundige keuring te ondergaan. Het college kan de vergunninghouder wel aanbieden zich door bijvoorbeeld de GG&GD of Arbodienst te laten onderzoeken om zijn ziekte aan te tonen.
Artikel 16. Dagmarktplaatsvergunning
Lid 1 kan zich bijvoorbeeld voordoen als de vergunning voor de betreffende plaats is vervallen voor die marktdag, doordat de vergunninghouder niet tijdig is komen opdagen; zie artikel 13, vierde lid.
Het in aanmerking nemen van een langere termijn ex artikel 16, derde lid, betekent dat langer dan vier marktdagen wordt ‘teruggekeken’ om te zien of de betrokkene zich heeft misdragen of in gebreke is gebleven met de betaling van zijn marktgeld.
Mocht de markt gebruik maken van een bediening van spijzen en dranken voor de marktkooplieden dan wordt hiervoor een aparte vergunning afgegeven.
In dit verband is artikel 5:16a van de Algemene wet bestuursrecht van belang. Hierin staat beschreven dat een toezichthouder bevoegd is van personen inzage te vorderen van een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht.
Artikel 21. Markttijden in acht nemen
Het marktterrein behoort tot de openbare weg. Teneinde het marktterrein tijdens de markt vrij te maken van alle verkeer dient het college een verkeersbesluit te nemen. Ten onrechte geparkeerde auto’s kunnen met toepassing van bestuursdwang, op kosten van de eigenaar, van het markterrein worden verwijderd nog vóór de eigenlijke opbouw van de markt. Voorwaarden is wel dat de tijden waarop het terrein beschikbaar moet zijn ten behoeve van de markt, duidelijk worden medegedeeld. Het is van belang de tijdsspanne zo ruim te nemen dat hieraan in de regel kan worden voldaan.
Het tweede lid maakt duidelijk dat het in het algemeen, in het belang van de orde op de markt, de vergunninghouder niet kan worden toegestaan de markt op willekeurige, vóór de sluitingstijd gelegen, momenten te verlaten. Het college dient invulling te geven aan de bijzondere omstandigheden die ontheffing mogelijk maken.
Artikel 22. Voertuigen op de markt
De bepalingen in dit artikel hebben het karakter van een huishoudelijk reglement dat is bedoeld om de orde op de markt en het marktterrein te kunnen handhaven.
Artikel 23. Markt schoonhouden
De bepalingen in dit artikel hebben het karakter van een huishoudelijk reglement dat is bedoeld om de orde op de markt en het marktterrein te kunnen handhaven.
Artikel 24. Veiligheidsnormen elektriciteit
De bepalingen in dit artikel hebben het karakter van een huishoudelijk reglement dat is bedoeld om de orde op de markt en het marktterrein te kunnen handhaven.
Artikel 25. Koken, bakken en verwarmen
De bepalingen in dit artikel hebben het karakter van een huishoudelijk reglement dat is bedoeld om de orde op de markt en het marktterrein te kunnen handhaven.
In artikel 5:11 van de Awb wordt aangegeven dat onder toezichthouder wordt verstaan: een natuurlijk persoon, die bij of krachtens een wettelijk voorschrift is belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens enig wettelijk voorschrift. Een persoon die aangewezen is als toezichthouder beschikt in beginsel over alle in afdeling 5.2 van de Awb opgenomen bevoegdheden. Op grond van artikel 5:14 van de Awb kunnen deze bevoegdheden bij verordening of bij besluit van het college worden beperkt. In dit verband is tevens artikel 5:16a van de Awb van belang. Hierin staat beschreven dat een toezichthouder bevoegd is van personen inzage te vorderen van een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht.
Het ligt voor de hand de marktmeester als toezichthouder aan te wijzen. Door toevoeging van de marktmeester is verzekerd dat deze na beëdiging als opsporingsambtenaar kan fungeren.
Een bepaling over buitengewone opsporingsambtenaren is overbodig en in strijd met Aanwijzing 92 van de Aanwijzingen voor de decentrale regelgeving. Immers, in artikel 142, eerste lid, aanhef en onder c, van het Wetboek van Strafvordering, is onder meer bepaald dat met de opsporing van strafbare feiten als buitengewoon opsporingsambtenaar zijn belast de personen die bij verordeningen zijn belast met het toezicht op de naleving daarvan, een en ander voor zover het die feiten betreft en de personen zijn beëdigd. Aangezien buitengewone opsporingsambtenaren hun aanwijzing aan het Wetboek van Strafvordering ontlenen, is een nadere regeling niet nodig. De opsporingsbevoegdheid van de buitengewone opsporingsambtenaren beperkt zich tot die zaken waarvoor zij toezichthouder zijn. Zij dienen op grond van het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar aan eisen van vakbekwaamheid en betrouwbaarheid te voldoen en te zijn beëdigd door de procureur-generaal.
Artikel 27. Onmiddellijke verwijdering
In artikel 125 van de Gemw is bepaald dat het gemeentebestuur onder andere ter uitvoering van gemeentelijke verordeningen de bevoegdheid heeft een last onder bestuursdwang op te leggen. Artikel 26 geeft het college de bevoegdheid om een bijzondere vorm van bestuursdwang (verwijdering) toe te passen als een vergunninghouder zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog op de markt of bij andere overtredingen van de marktverordening.
Bij deze vorm van bestuursdwang wordt spoedeisendheid als bedoeld in artikel 5:31, eerste lid, van de Awb, verondersteld. Dan kan de bestuursdwang worden toegepast zonder voorafgaande last. Bij zéér spoedeisende gevallen, waarbij een besluit niet kan worden afgewacht, kan bestuursdwang onmiddellijk worden toegepast (artikel 5:31, tweede lid, van de Awb). Wel dient het besluit in dat geval achteraf alsnog bekendgemaakt te worden overeenkomstig artikel 5:31, tweede lid, van de Awb jo. artikel 5:24, derde lid, van de Awb. Het hangt van de omstandigheden af of er sprake is van een spoedeisend geval, of misschien zelfs van een zeer spoedeisend geval.
Ten aanzien van de in artikel 27 opgenomen strafbepaling geldt dat van overtreding alleen sprake kan zijn indien de verordening een ge- of verbodsnorm (een verplichtende norm) inhoudt. Tegen overtredingen van de in deze verordening opgenomen bepalingen, alsmede tegen handelingen die de orde op de markt op enigerlei wijze kunnen verstoren, verdient voor wat de organisatie betreft een administratieve afhandeling de voorkeur.
Door middel van de hardheidsclausule wordt aan het college de bevoegdheid gegeven te handelen in die situaties waarin de Marktverordening of het Inrichtingsplan niet voorzien. Gewenst is om slechts in zeer beperkte mate van deze hardheidsclausule gebruik te maken en deze bevoegdheid strikt bij het college te laten.
Artikel 30. Intrekking oude verordeningen en overgangsrecht
Deze marktverordening vervangt de oude verordeningen van de fusiegemeentes Alphen aan den Rijn, Boskoop en Rijnwoude welke middels dit besluit worden ingetrokken.
Een overgangsregeling als hier opgenomen, acht de gemeente noodzakelijk voor de rechtszekerheid van de betrokkenen. Het is van belang oude rechten te eerbiedigen.