Organisatie | Someren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Cliëntenparticipatie Participatiewet Someren 2015 |
Citeertitel | Verordening Cliëntenparticipatie Participatiewet Someren 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
in te trekken de Verordening Cliëntenparticipatie Wet Werk en Inkomen Someren 2010
artikel 47 van de Participatiewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | Nieuwe regeling | 17-12-2014 't Contact, 31 december 2014 | Onbekend |
Hoofdstuk 2 Taken en bevoegdheden van de gemeente, het college, de cliëntenraad en de ambtelijk secretaris
Artikel 6 Ondersteuning cliëntenraad
Het college zorgt voor adequate ondersteuning van de cliëntenraad. Hiertoe:
Artikel 8 Regionale afstemming
Het is de cliëntenraad ter uitvoering van het bepaalde in het eerste lid eveneens toegestaan het advies te laten uitbrengen door een door hen en het college erkende regionaal samengestelde cliëntenraad. Hierin dient ten minste één vertegenwoordiger van de cliëntenraad van de gemeente Someren zitting te nemen.
Aldus besloten in de vergadering van de raad van de gemeente Someren,
de raadsgriffier,
J.Laurens Janse-Oostdijk
de voorzitter,
A.P.M. Veltman
Toelichting Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Someren 2015
Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan artikel 47 van de Participatiewet. Dit artikel draagt de gemeenteraad op bij verordening regels vast te stellen over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder a, van de Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijke beleid.
Personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder a, van de Participatiewet zijn personen:
als bedoeld in de artikelen 34a, vijfde lid, onderdeel b, 35, vierde lid, onderdeel b, en 36, derde lid, onderdeel b, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen tot het moment dat het inkomen uit arbeid in dienstbetrekking gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d is verleend;
Om een goede werking van de cliëntenraad te waarborgen worden de leden van de cliëntenraad ondersteund en gefaciliteerd door het college. De regering hecht sterk aan actieve betrokkenheid van burgers die met de Participatiewet te maken krijgen.
Toelichting Artikelsgewijze toelichting
Enkel die bepalingen die nadere toelichting behoeven worden hier behandeld.
Voor de diverse begrippen en omschrijvingen is aansluiting gezocht bij de formuleringen in de Participatiewet en/of bestaande regelgeving.
Dit artikel bepaalt hoe de cliëntenparticipatie concreet wordt vorm gegeven.
Omdat het niet mogelijk is om alle personen persoonlijk te betrekken bij het beleid ligt het voor de hand een cliëntenraad samen te stellen die bestaat uit vertegenwoordigers van de doelgroepen zelf of vertegenwoordigers uit belangenorganisaties. De leden van de cliëntenraad worden benoemd door het college. De cliëntenraad, belangenorganisaties en/of het college kunnen kandidaten voordragen voor lidmaatschap van de cliëntenraad (eerste lid). Het college zal een afgewezen voordracht moeten motiveren.
Om de actieve betrokkenheid van alle personen goed tot zijn recht te kunnen laten komen, is het van belang dat de cliëntenraad een afspiegeling is van alle in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet genoemde doelgroepen. Een evenredige vertegenwoordiging van bovengenoemde groepen in de cliëntenraad is daarom het uitgangspunt van deze verordening. Dit voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is. Dit uitgangspunt is in overeenstemming met het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.
Verder is in dit artikel geregeld het aantal leden van de cliëntenraad en dat leden van de cliëntenraad en de voorzitter voor de zittingsduur van de gemeenteraad worden benoemd; zij kunnen beiden worden herbenoemd. Er is voor gekozen om een onafhankelijk voorzitter te benoemen.
Artikel 3 Beëindiging van lidmaatschap
Een belangrijk uitgangspunt van de Participatiewet is arbeidsintegratie van uitkeringsgerechtigden.
In dit artikel wordt onder meer geregeld dat het lidmaatschap eindigt wanneer het lid geen cliënt of vertegenwoordiger meer is. Hierdoor blijft de binding met de doelgroep optimaal gewaarborgd.
Om te voorkomen dat leden plotseling wegvallen, en de cliëntenraad zijn taak niet meer naar behoren kan uitoefenen, is geregeld dat het lid de functie blijft waarnemen totdat in de vacature is voorzien. Deze bepaling is mede van belang om nieuwe leden te kunnen voorbereiden op hun taak.
Artikel 4 Ambtelijk secretaris
Op grond van artikel 47, onderdeel b, van de Participatiewet moet worden voorzien in ondersteuning om de cliëntenraad zijn rol effectief te kunnen laten vervullen. Om hierin te kunnen voorzien wordt een ambtelijk secretaris aan de cliëntenraad toegevoegd. Deze kan de communicatie tussen college en gemeenteraad enerzijds en de cliëntenraad anderzijds stroomlijnen.
Artikel 5 Taken van het gemeentebestuur
Het gemeentebestuur zal over beleidsvoornemens van de gemeenteraad en het college via de ambtelijk secretaris advies vragen aan de cliëntenraad op een dusdanig tijdstip dat dit advies van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. Als de adviesaanvraag uiterlijk vier weken voorafgaand aan de datum waarop het college of de gemeenteraad voornemens is het beleid vast te stellen, wordt toegezonden aan de cliëntenraad, dan kan het advies van de cliëntenraad van wezenlijke invloed zijn op het door de gemeenteraad of het college te nemen besluit. Cliëntenparticipatie is een proces dat moet groeien. Om dit te bevorderen is het belangrijk dat de leden, de wethouder en de ambtelijk secretaris elkaar regelmatig ontmoeten.
Artikel 6 Ondersteuning cliëntenraad
Om zijn taken effectief te kunnen vervullen is het van belang dat de cliëntenraad wordt gefaciliteerd. Niet alleen vergaderruimte is van belang, maar ook de toegang tot kantoormiddelen. Het college zorgt voor adequate ondersteuning van de cliëntenraad.
Artikel 7 Taken en bevoegdheden van de cliëntenraad
De cliëntenraad is bevoegd gevraagd en ongevraagd advies te geven over het te ontwikkelen beleid. Het advies wordt uiterlijk tien werkdagen voordat het college of de gemeenteraad voornemens is het beleid vast te stellen uitgebracht door toezending aan de betreffende beleidsafdeling.
Dit artikel regelt tevens uitdrukkelijk dat de cliëntenraad geen bevoegdheid heeft in individuele aangelegenheden. Ieder lid van de cliëntenraad is bevoegd agendapunten aan te dragen. Dit moet uiterlijk vijf werkdagen voorafgaand aan de vergadering gebeuren. De agendapunten moeten worden gezonden aan de voorzitter. Contacten tussen de cliëntenraad en de gemeente verlopen via de voorzitter en de ambtelijk secretaris.
Artikel 8 Regionale afstemming
In de Peelregio werken de gemeenten Asten, Deurne Geldrop-Mierlo (deels), Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek en Someren samen met betrekking tot de uitvoering van de Participatiewet. Die samenwerking krijgt gestalte door het onderbrengen van de taken in een gezamenlijke organisatie.
Door die samenwerking bestaat er eveneens een bereidheid gezamenlijk beleid te ontwikkelen, althans gemeentelijk beleid te harmoniseren. De inhoudelijke ontwikkelingen en de beoogde samenwerking roepen de vraag op hoe de cliëntenparticipatie in de toekomst op een effectieve en efficiënte manier vormgegeven kan worden. Blijven de huidige cliëntenraden in tact? Hoe wordt de relatie tussen de cliëntenraden en nieuwe organisatie? Hoe kunnen de verschillende cliëntenraden gezamenlijk worden betrokken bij de inhoudelijke ontwikkelingen die vanuit één organisatie gaat plaatsvinden? Welke vorm van cliëntenparticipatie is in de toekomst nog gewenst. Voorlopig is deze vraag beantwoord door het creëren van een regionale cliëntenvertegenwoordiging De cliëntenraden hebben met elkaar afgesproken dat zij uitvoering geven aan hun advies door via de regionale vertegenwoordiging het managementteam van het Werkplein – als voorloper van een gezamenlijke uitvoeringsorganisatie – gevraagd en ongevraagd te adviseren op alle aspecten met betrekking tot de uitvoering van de dienstverlening waarvoor het managementteam van het Werkplein aan zet is. Op deze wijze worden ook beleidsvoorstellen die vanuit het Werkplein richting de samenwerkende gemeenten worden voorgelegd, op een centrale plaats voorbesproken met de cliëntenvertegenwoordiging. Het advies dat die cliëntenvertegenwoordiging uitbrengt treedt dan in de
plaats van dat van de lokale raden. Was een cliëntenraad te beschouwen als een bestuursorgaan dan zou sprake zijn van een mandaat. Gemakshalve wordt die term aangehouden, al kan daar in juridische zin geen sprake van zijn. Wel is het zaak dat de onderlinge verhouding tussen cliëntenraden, regionale cliëntenvertegenwoordiging en het Werkplein in een juridisch document wordt vastgelegd. Gedacht kan worden aan een convenant.Uiteraard is het zaak dat de gemeentelijke verordeningen op elkaar worden afgestemd om regionale afstemming mogelijk te maken en goed te laten verlopen.
Artikel 9 Taken van de ambtelijk secretaris
De ambtelijk secretaris vormt de ambtelijke schakel tussen de gemeenteraad en het college en de cliëntenraad. Hij zal erop moeten toezien dat alle partijen informatie tijdig ontvangen of verstrekken, zodat alle partijen hun taak effectief kunnen vervullen. Doordat de ambtelijk secretaris (mede) is belast met de agendering en verslaglegging kan hij ervoor waken dat alle partijen naar evenredigheid aan bod komen. De ambtelijk secretaris verzendt de uitnodigingen aan de leden uiterlijk tien werkdagen voordat de vergadering plaatsvindt.
Artikel 10 Budget cliëntenraad
Voor deskundigheidsbevordering wordt jaarlijks door het college een budget beschikbaar gesteld. Ten laste hiervan kunnen onder meer kosten worden gebracht die verband houden met deskundigheidsbevordering, het inwinnen van advies, achterbanraadpleging en organisatiekosten. Deze middelen worden door het college beschikbaar gesteld op basis van een door de cliëntenraad opgestelde begroting, die door het college dient te worden beoordeeld. De cliëntenraad moet jaarlijks achteraf verantwoording afleggen over de besteding van de middelen.
Artikel 11 Vergoeding aan de leden
De leden kunnen aanspraak maken op een vaste onkostenvergoeding per bijgewoond overleg, zoals vastgelegd de verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden.
Artikel 12 Onvoorziene situaties
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.