Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Beveland

Nadere regels voor het houden van (straat)barbeques 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Beveland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels voor het houden van (straat)barbeques 2015
CiteertitelNadere regels voor het houden van (straat)barbeques
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is niet meer geldig door de vaststelling van de nieuwe algemene plaatselijke verordening: Algemene plaatselijke verordening Noord-Beveland 2016 (APV).

Deze regeling vervangt de Nadere regels voor het houden van (straat)barbeques 2010.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene Plaatselijke Verordening Noord-Beveland 2014 (APV), art. 2.25, lid 2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-03-201501-07-2016nieuwe regeling

03-03-2015

Elektronisch Gemeenteblad, 2015, 26198

20150303/5

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels voor het houden van (straat)barbeques 2015

 

 

Artikel 1 Bereikbaarheid

Brandkranen en overige bluswaterwinplaatsen moeten zijn vrijgehouden en altijd bereikbaar zijn voor brandweervoertuigen.

Artikel 2 Opstelplaats en gebruik van de barbecue

  • 1.

    Een barbecue moet om kans op schade te voorkomen, op een afstand van minstens 5 m van gebouwen, bouwwerken, beplanting en goederen zijn geplaatst.

  • 2.

    Een barbecue moet zodanig zijn opgesteld dat deze niet kan omvallen of omgestoten kan worden.

  • 3.

    Een barbecue mag uitsluitend onder voortdurend toezicht van een meerderjarige persoon worden gestookt.

  • 4.

    Voor het aanmaken van een barbecue mag nooit gebruik worden gemaakt van brandbare vloeistoffen.

  • 5.

    Ten einde hinder, overlast of brandgevaar tot een minimum te beperken, is het stoken van een barbecue alleen geoorloofd bij een gunstige windrichting en windsterkte. Bij windkracht 5 en hoger mag niet worden gestookt.

  • 6.

    Na afloop moeten de nog smeulende resten houtskool met water worden geblust of met een laag zand worden afgedekt.

  • 7.

    Asresten mogen uitsluitend in onbrandbare afvalemmers of containers e.d. worden gedeponeerd die in de buitenlucht staan.

Artikel 3 Elektrische barbecues

  • 1.

    Aanleg, bevestiging en plaatsing van kabels, leidingen en snoeren moeten zodanig geschieden, dat het publiek er niet mee in aanraking kan komen, en er niemand over kan struikelen of vallen.

  • 2.

    Kabels en snoeren moeten altijd volledig van de haspel zijn afgerold, tenzij anders staat aangegeven op de haspel.

Artikel 4 Gasflessen

  • 1.

    Gasflessen moeten zijn voorzien van een door Lloyds Register-Stoomwezen erkend geldig keurmerk of het Europese keurmerk PIE (p) volgens de Europese richtlijn 1999/36/EG.

  • 2.

    De aanwezigheid van gasflessen waarvan de goedkeuring volgens de ingeponste datum meer dan 10 jaar geleden heeft plaatsgevonden, is verboden. Voor Shell-benegas en Primagas flessen is dit 15 jaar.

  • 3.

    Elke verbindingsslang tussen een drukhouder en een verbruikstoestel e.d. moet:

    • a.

      voorzien zijn van het opschrift “butaangas of propaangas” en voldoen aan de eisen, gesteld in de normen NEN 5654 van juli 1980 of de NEN-EN 559.

    • b.

      zijn vervaardigd van synthetische rubber met één of meer staaldraad en/of textielinlagen.

    • c.

      bij een gebruik van de zwarte gasslangen voor butaangas niet ouder zijn dan twee jaar, en bij gebruik van de oranje slangen voor propaangas niet ouder zijn dan vier jaar;

    • d.

      door middel van slangklemmen op slangpilaren zijn bevestigd;

    • e.

      vrij en ongespannen zijn aangelegd;

    • f.

      zodanig zijn aangebracht dat blootstelling aan ontoelaatbare temperatuursinvloeden en/of mechanische beschadiging wordt voorkomen;

    • g.

      zo kort mogelijk zijn gehouden.

  • 4.

    Het gebruik van een reduceerventiel (drukregelaar) dat ouder is dan 5 jaar is verboden.

Artikel 5 Blusmiddelen

  • 1.

    In de directe nabijheid van een barbecue moet een blusmiddel voor onmiddellijk gebruik beschikbaar en bereikbaar zijn.

  • 2.

    Bij een op houtskool gestookte barbecue moet minimaal een blusmiddel in de vorm van een emmer water of een op de waterleiding aangesloten tuinslang aanwezig zijn.

  • 3.

    Bij een gas gestookte barbecue, moet ten minste een draagbaar blustoestel aanwezig zijn met een inhoud van minstens 6 kg bluspoeder of een gelijkwaardig ander blusmiddel, dat geschikt is voor het blussen van B-branden (vloeistoffen) en C-branden (gassen).

  • 4.

    Een draagbaar blustoestel moet:

    • a.

      voor iedereen duidelijk zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar zijn aangebracht;

    • b.

      voor direct gebruik gereed zijn;

    • c.

      in goede staat van onderhoud verkeren; geen uiterlijke en functie beperkende beschadigingen.

    • d.

      zijn voorzien van een geldig Rijkskeurmerk met rangnummer;

    • e.

      ten minste eenmaal per twee jaar overeenkomstig de norm NEN 2559:2001 zijn onderhouden en zijn voorzien van een label of sticker waarop de laatste controledatum is vermeld.

Artikel 6 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Nadere regels voor het houden van (straat)barbeques 2010” van 24 augustus 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van in werking treding.

  • 2.

    Deze nadere regels treden op 30 maart 2015 in werking.

  • 3.

    Deze nadere regels wordt aangehaald als "Nadere regels voor het houden van (straat)barbeques".