Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Initiatievenbudget Duurzaamheid Den Haag 2015. |
Citeertitel | Subsidieregeling Initiatievenbudget Duurzaamheid Den Haag 2015. |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling loopt tot 31 december 2015
Algemene wet bestuursrecht, artikel 5 Algemene Subsidieverordening Den Haag 2014
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-03-2015 | 12-09-2017 | Nieuwe regeling | 03-03-2015 Piublicatie in gemeenteblad van week 10 van 2015 en met ingang van 5 maart 2015, inclusief bijlagen, terug te vinde op de site www.denhaag.nl/bestuurlijkestukken, onder risnummer 281124. | DSB/2015.49 RIS 281124 |
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,
- Den Haag de ambitie heeft om in 2040 een klimaatneutrale gemeente te zijn;
- dit alleen een kans van slagen heeft als grote groepen inwoners en bedrijven meewerken aan het realiseren van deze ambitie;
- er daarom een impuls moet komen om meer mensen in beweging te krijgen op het thema duurzaamheid.
Artikel 1:1. Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
advieskosten: de kosten die het wijkinitiatief maakt voor een advies om de juiste onderbouwing te krijgen op het gebied van energiebesparing en/of CO2-reductie. Deze kennis is nodig voor het opstellen van een projectverslag, waarin het aanvankelijke projectidee wordt uitgewerkt. Het gaat om de kosten voor advies van een externe professionele partij (dit is een partij die deze werkzaamheden in uitoefening van bedrijf of beroep verricht) over energiebesparingsopties en/of CO2-reductie. Daarnaast kan het ook betreffen de kosten voor organisatieadvies, financieel advies en eventueel advies of hulp bij het opstellen van een projectverslag of het uitwerken van het project door een externe professionele partij;
projectidee: het document waarin het wijkinitiatief omschrijft welk project het voornemens is te gaan uitwerken. In het projectidee staat wat het project inhoudt, hoe het bijdraagt aan CO2-reductie en energiebesparing in de stad en hoe men de wijk betrekt bij het project. Verder wordt kort ingegaan op de organisatie, planning en begroting van het project. Het projectidee moet tegelijk met de aanvraag worden ingediend en zijn opgesteld via een door het college beschikbaar gesteld format;
proceskosten: de kosten die het wijkinitiatief maakt om een project te kunnen starten, om het uit te werken en om een projectverslag te kunnen opstellen. Hieronder vallen bijvoorbeeld de kosten voor het oprichten van een stichting of een vereniging (de oprichting moet dan na inwerkingtreding van deze regeling zijn geweest), organisatiekosten, vergaderkosten, bestuurskosten, bankkosten en communicatiekosten (kosten gemaakt om het project kenbaar te maken en de wijk erbij te betrekken);
projectverslag: het document waarin de uitwerking van het projectidee tot een uitvoerbaar project staat. In het projectverslag beschrijft de aanvrager hoe de opstart van het project is verlopen, welke partijen een rol hebben gehad en wat de uitdagingen en plannen zijn voor het vervolg van het project. Het projectverslag geldt als basis voor de uitvoering van het project door het wijkinitiatief. Het wordt ook gebruikt als uitgangspunt voor een haalbare business case. Verder biedt het projectverslag de basis voor een projectplan, waarmee het wijkinitiatief naar een fonds of subsidieverstrekker gaat;
Artikel 1:2. Toepassingsbereik
Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 2:1 bedoelde activiteiten.
Artikel 1:3. Doel van de regeling
Deze subsidieregeling heeft tot doel activiteiten te stimuleren waarbij burgers, bedrijven en instellingen op wijkniveau samenwerken rond het thema ‘energiebesparing en koolstofdioxide (CO2)- reductie’ en de in de stad aanwezige kennis rond dit thema verder te mobiliseren en de lokale economie op dit vlak te stimuleren
§ 2 De activiteiten en de doelgroep
Op grond van deze regeling wordt subsidie verstrekt voor het uitwerken van een projectidee tot een uitvoerbaar project door een wijkinitiatief. De aanvrager vormt een wijkinitiatief en bedenkt een duurzaam projectidee voor en met de wijk, of een instelling in de wijk. Daarna werkt de aanvrager dit projectidee uit en beschrijft dat in een projectverslag. De kern van het project moet gaan om samenwerking op wijkniveau aan ‘energiebesparing en CO2-reductie’. Vanuit de gemeente wordt ondersteuning geboden in de vorm van netwerkbijeenkomsten en coaching, om het uitwisselen van kennis en ervaringen te bevorderen.
§ 4 Subsidieplafond en verdeling
Artikel 4:2. Wijze van verdeling
Per stadsdeel worden maximaal zeven aanvragen om subsidievaststelling toegekend. Als er meer aanvragen per stadsdeel zijn, komen eerst in aanmerking wijkinitiatieven die nog niet eerder meegedaan hebben met de subsidieregelingen Duurzaamheid door Haagse wijken 2012 en Initiatievenbudget Duurzaamheid door Haagse wijken 2014. Vervolgens komen groepen die één keer eerder hebben meegedaan in aanmerking. Groepen die eerder aan beide hiervoor genoemde regelingen komen als laatste in aanmerking. Tot slot bepaalt loting door de notaris aan welke aanvragers subsidie wordt toegekend.
Als er in een stadsdeel minder dan zeven aanvragen zijn en in andere stadsdelen meer dan zeven, dan gebeurt het volgende. In het stadsdeel waar meer dan zeven aanvragen zijn, wordt gekeken naar het aantal inwoners van dat stadsdeel. Het aantal inwoners bepaalt of er subsidiebudget voor een/of meerdere aanvragen wordt toegevoegd. Als er meerdere aanvragen in aanmerking komen voor extra subsidie bepaalt loting door de notaris de toekenning.
§ 6 Verplichtingen en verantwoording
Het projectverslag en eventuele onderliggende ingewonnen adviezen moeten vrij gebruikt kunnen worden door het college. Hieronder wordt mede verstaan de openbaarmaking van het projectverslag en eventuele onderliggende ingewonnen adviezen.