Verordening Rekenkamercommissie Hoeksche Waard 2014
De raden van respectievelijk de gemeenten Binnenmaas, Cromstrijen,
Korendijk, Oud-Beijerland, Strijen;
gelezen het voorstel van het presidium;
gelet op artikel 81o van de Gemeentewet;
besluiten ieder, voor zover het hun bevoegdheid betreft, de:
Verordening op de Rekenkamercommissie Hoeksche Waard
vast te stellen.
HOOFDSTUK 1 – ALGEMEEN
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
- 1.
- 2.
Gemeenteraad: dit betreft de gemeenteraad van Binnenmaas,
Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland, Strijen;
- 3.
Rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie Hoeksche Waard die
is ingesteld bij besluit van de gemeenteraad en die ten doel
heeft om door middel van beleidsevaluaties en
doelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de
doeltreffendheid van het beoogde beleid, alsmede de doelmatige
voorbereiding en uitvoering ervan in de gemeenten Binnenmaas,
Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland en Strijen;
- 4.
Doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een
organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde
doelen of de beoogde maatschappelijke effecten te bereiken;
- 5.
Doelmatigheid of efficiency: het streven om met een zo beperkt
mogelijk inzet van de beschikbare middelen het gewenste
resultaat te bereiken;
- 6.
Gemeentelijk bestuursorgaan: de gemeenteraad, de colleges van
burgemeester en wethouders en de burgemeester (tenzij handelen
in zijn hoedanigheid van hoofd van de politie), alsmede
gemeentelijke commissies waaraan bevoegdheden van de
gemeenteraad of van burgemeester en wethouders zijn
gedelegeerd;
- 7.
Onderdeel: een gemeentelijke afdeling, kostenplaats of
fonds;
- 8.
Gesubsidieerde instelling: organisatie naar burgerlijk recht,
die een geldelijke bijdrage van de gemeente ontvangen. Onder
gemeente worden ook de in art. 82 gemeentewet genoemde
commissies begrepen.
- 9.
Ambtenaar: een ieder die in dienst is van één van de vijf
gemeenten;
- 10.
Ambtelijke secretaris: de ambtelijk secretaris van de regionale
rekenkamercommissie.
HOOFDSTUK 2 – TAAK, SAMENSTELLING EN BEVOEGDHEDEN VAN DE GEMEENTELIJKE
REKENKAMERCOMMISSIE
Artikel 2 Taak van de gemeentelijke rekenkamercommissie
- 1.
Er is een commissie die door de gemeenteraad wordt ingesteld en die
wordt aangeduid als de rekenkamercommissie Hoeksche Waard;
- 2.
De taak wordt uitgeoefend in het kader van de personele unie,
waarmee de gemeenten in de Hoeksche Waard vorm en inhoud geven aan
de rekenkamercommissiefunctie;
- 3.
De rekenkamercommissie doet onderzoek naar de (maatschappelijke)
effecten van het gemeentelijke beleid alsmede naar de doelmatigheid
en de doeltreffendheid van het gemeentelijke beheer en van de
gemeentelijke organisatie, alsmede van (gesubsidieerde) instellingen
waarvan de activiteiten geheel of gedeeltelijk door de gemeente
worden bekostigd;
- 4.
De rekenkamcommissie stelt elk jaar voor 1 april een verslag op van
haar werkzaamheden over het voorgaande jaar.
Artikel 3 Benoeming en samenstelling gemeentelijke
rekenkamercommissie
- 1.
De gemeenteraad benoemt de voorzitter en leden van de
rekenkamercommissie. De artikelen 81e en 81h van de Wet zijn van
overeenkomstige toepassing;
- 2.
Voor de benoeming van de externe voorzitter en het externe lid volgt
de raad de voordracht van de selectiecommissie;
- 3.
De in het tweede lid bedoelde selectiecommissie bestaat uit één
vertegenwoordiger van iedere gemeenteraad die tezamen de
rekenkamercommissie Hoeksche Waard hebben ingesteld;
- 4.
De rekenkamercommissie bestaat uit 7 leden:
- a.
Eén extern voorzitter en een extern lid. Voor de externe
voorzitter en de externe leden bestaat een rooster van
aftreden, in te vullen door de selectiecommissie;
- b.
Vijf interne leden, zijnde één lid namens of uit de
gemeenteraad van de deelnemende gemeenten;
- 5.
De extern voorzitter en de externe leden worden evenals de interne
leden voor een raadsperiode benoemd;
- 6.
(Oud)-bestuurders van deelnemende gemeenten, ambtenaren in dienst
van deelnemende gemeenten, opdrachtnemers voor deelnemende gemeenten
of daarbij werkzaam (geweest) en medewerkers en bestuursleden bij
instellingen met een financiële band met de deelnemende gemeenten
kunnen niet worden benoemd als extern lid of voorzitter, tenzij dit
langer dan 6 jaar geleden is bij het aanvaarden van de functie
binnen de rekenkamercommissie.
Artikel 4 Eed
Ten aanzien van de externe leden en het interne lid, niet zijnde een
raadslid is artikel 81g van de Gemeentewet van overeenkomstige
toepassing.
Artikel 5 Einde van het lidmaatschap
- 1.
De gemeenteraad ontslaat de leden of stelt hen op
non-activiteit;
- 2.
Het lidmaatschap van een intern lid zijnde een raadslid
eindigt:
- a.
- b.
Indien het lid aftreedt als lid van de raad dan wel deel
gaat uitmaken van een commissie waaraan bestuursbevoegdheden
zijn toegekend;
- c.
Indien de raad van oordeel is dat het door hem aangewezen
lid niet langer de functie van lid van de
rekenkamercommissie kan vervullen;
- 3.
Het lidmaatschap van een intern lid, niet zijnde een raadslid
eindigt:
- a.
- b.
Indien de raad van oordeel is dat het door hem aangewezen
lid niet langer de functie van lid van de
rekenkamercommissie kan vervullen;
- c.
Bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het
lidmaatschap van de rekenkamercommissie;
- d.
Wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk
een uitspraak een maatregel is opgelegd die
vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;
- e.
Indien het bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van
faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft
verkregen of wegens schulden is gegijzeld;
- f.
door het verloop van de raadsperiode, het lid kan slechts
één maal herbenoemd worden;
- 4.
De externe leden worden door de gemeenteraad ontslagen, dit kan op
voorstel van de selectiecommissie zoals bedoeld in artikel 3 lid
3;
- 5.
Een extern lid wordt uitsluitend ontslag verleend:
- a.
- b.
Bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het
lidmaatschap van de rekenkamercommissie;
- c.
Wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk
een uitspraak een maatregel is opgelegd die
vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;
- d.
Indien het bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van
faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft
verkregen of wegens schulden is gegijzeld;
- e.
Door het verloop van de raadsperiode, het lid kan slechts
eenmaal herbenoemd worden;
- f.
Bij gebleken ongeschiktheid en wanneer het lid door ziekte
of gebreken blijven ongeschikt is om zijn/haar functie te
vervullen.
Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de externe leden van de
rekenkamercommissie
- 1.
De externe leden van de rekenkamercommissie genieten een vergoeding
voor het bijwonen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie
die door de gemeenteraad is vastgesteld;
- a.
De vergadervergoeding genoemd in het eerste lid bedraagt
voor het externe lid, tevens voorzitter € 227,30 per
vergadering, voor de overige externe leden € 170,70 per
vergadering. De vergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd op
basis van de index die in de begroting wordt gehanteerd voor
de algemene uitgaven;
- b.
De werkelijke kosten ter zake van andere werkzaamheden of
bemoeiingen ten behoeve van de rekenkamercommissie, worden
op declaratiebasis vergoed;
- 2.
Voor de vergoeding van reis- en verblijfskosten is de landelijke
regeling, regeling binnenland van toepassing. Reiskosten worden
vergoed op basis van werkelijke gemaakte reiskosten;
- 3.
De vergoedingen genoemd in het eerste en tweede lid komen ten laste
van het budget van de rekenkamercommissie.
Artikel 7 Openbaarheid/geheimhouding
De externe leden en de interne leden, niet zijnde een raadslid, van de
rekenkamercommissie dienen voordat zij met hun werkzaamheden beginnen
een geheimhoudingsverklaring te tekenen. Zij verklaren daarmee
vertrouwelijkheid te betrachten ten aanzien van informatie waar zij uit
hoofde van hun functie kennis van nemen en die naar haar aard
vertrouwelijk dient te worden behandeld.
Artikel 8 Budget rekenkamercommissie
- 1.
De gemeenteraad stelt van de gelden die daartoe in de begroting zijn
opgenomen de nodige middelen ter beschikking voor een goede
uitoefening van haar werkzaamheden;
- 2.
De kosten van de rekenkamercommissie worden naar rato van het aantal
inwoners verdeeld over de deelnemende gemeenten;
- 3.
De rekenkamercommissie is bevoegd binnen de aan haar bij begroting
beschikbaar gestelde budget uitgaven te doen ten behoeve van de
uitvoering van haar taken;
- 4.
Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de
kosten gebracht van:
- a.
De vergoedingen aan de externe leden;
- b.
De secretaris van de rekenkamercommissie en facilitaire en
secretariële ondersteuning;
- c.
Externe deskundigen die eventueel door de
rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;
- d.
Eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor
de uitoefening van haar taak;
- 5.
De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget
uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de gemeenteraad;
- 6.
Indien de rekenkamcommissie besluit op verzoek van een gemeenteraad
om een onderzoek zoals bedoeld in artikel 14 lid 3 uit te voeren
stelt de raad die om dit onderzoek heeft verzocht hiervoor budget
beschikbaar.
Artikel 9 Reglement van orde en onderzoeksprotocol
- 1.
De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar
vergaderingen en andere werkzaamheden en een onderzoeksprotocol
vast;
- 2.
In het reglement van orde worden in ieder geval zaken geregeld ten
aanzien van de agendering en verslaglegging, het quorum, de
vergaderfrequenties, de vervanging van de voorzitter, de
mandatering, de gedragscode, de wijze van overleg, de wijze waarop
stemming en besluitvorming plaatsvindt, de presentatie van
rapporten, de vergoedingen, budget en budgethouden, het
jaarprogramma, de geheimhouding, het overleg met vertegenwoordigers
van de gemeenteraden en college, het jaarplan en jaarverslag, de
benoeming van nieuwe leden en de interne en externe
communicatie;
- 3.
In het controleprotocol wordt vastgelegd wat de werkwijze is van de
rekenkamercommissie bij de uitvoering van onderzoeken. In het
onderzoeksprotocol wordt aandacht besteed aan de criteria voor de
selectie van onderzoeksonderwerpen, het opstellen van de
onderzoeksopzet en de onderzoeksaanpak, de samenwerking met externe
onderzoekers en adviseurs, de afstemming met de dossiervorming, de
wijze van rapportage, de openbaarmaking van rapporten, de
organisatie van publiciteit en nazorgtraject;
- 4.
De rekenkamercommissie zendt het reglement en het onderzoeksprotocol
na vaststelling onverwijld ter kennisneming van de
gemeenteraad.
Artikel 10 Onderzoeksopdracht en bevoegdheden
- 1.
De rekenkamercommissie onderzoekt de doelmatigheid en de
doeltreffendheid van het beleid van het gemeentebestuur van
Binnenmaas, Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland, Strijen;
- 2.
De rekenkamercommissie stelt jaarlijks voor 1 maart een jaarplan op
van onderwerpen die in het verslag jaar in aanmerking komen voor een
onderzoek. Het jaarplan voorzien in een evenwichtige verdeling van
te plegen onderzoeken voor de deelnemende gemeenten;
- 3.
Voordat de rekenkamercommissie het jaarplan vaststelt, wordt de
gemeenteraad in de gelegenheid gesteld wensen en bedenkingen kenbaar
te maken ten aanzien van het jaarplan. De rekenkamercommissie
beslist welke onderwerpen worden onderzocht;
- 4.
De rekenkamercommissie kan zogenaamde quick scans uitvoeren welke
betrekking hebben op een beperkter terrein of gepaard gaan met
kleinere acties dan de onderzoeken welke normaliter worden
uitgevoerd;
- 5.
De rekenkamercommissie kan de gemeenteraad mede gebaseerd op de
uitkomsten van de in het vorige lid genoemde quick scans, gevraagd
en ongevraagd adviseren;
- 6.
De rekenkamercommissie is bevoegd bij alle leden van een
gemeentelijk bestuursorgaan en bij alle ambtenaren de mondelinge en
schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de
uitvoering van het onderzoek. De secretaris van de
rekenkamercommissie kan de rekenkamercommissie daarbij
vertegenwoordigen. De leden van het gemeentelijke bestuursorgaan en
de ambtenaren van de gemeente verstrekken desgevraagd alle
inlichtingen die de rekenkamercommissie ter vervulling van haar taak
nodig acht;
- 7.
De rekenkamercommissie is bevoegd bij de besturen en of directies
van de hierna genoemde organisaties de mondelinge en schriftelijke
inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van
het onderzoek, het betreft:
- a.
Openbare lichamen en gemeenschappelijke organen ingesteld
krachtens de Wet Gemeenschappelijke regelingen waaraan de
gemeente deelneemt;
- b.
Instellingen die een subsidie, lening of garantie van de
gemeente ontvangen;
- c.
Naamloze vennootschappen en besloten vennootschappen waarvan
de gemeente tenminste 50% van het aandelenkapitaal
houdt;
- d.
Rechtspersonen dien een bij of krachtens de wet geregelde
taak uitoefenen en daartoe geheel of gedeeltelijke worden
bekostigd uit de opbrengst van bij of krachtens de wet
ingestelde heffingen;
- 8.
De rekenkamercommissie kan zich laten bijstaan door (externe)
deskundigen;
- 9.
Om de onderzoeken van de rekenkamercommissie naar behoren te kunnen
uitvoeren zijn de stukken, die onder oplegging van geheimhouding aan
de rekenkamercommissie ter beschikking worden gesteld, ook
beschikbaar voor de secretaris van de rekenkamercommissie en de door
de rekenkamercommissie aangewezen (externe) deskundigen.
HOOFDSTUK 3 - WERKWIJZE VAN DE REKENKAMERCOMMISSIE
Artikel 11 Vergaderfrequentie
- 1.
De rekenkamercommissie vergadert op de door haar te bepalen
frequentie, dagen en uren;
- 2.
In bijzondere gevallen belegt de voorzitter in afwijking van die
regel een vergadering. Hij gaat daartoe in elk geval over wanneer
ten minste twee leden hem dat onder opgaaf van de redenen hebben
gevraagd;
Artikel 12 Agenda
- 1.
De voorzitter roept de leden schriftelijk in vergadering bijeen,
onder opgaaf van de punten die behandeld zullen worden;
- 2.
Hij zorgt dat stukken die op de agenda betrekking hebben tijdig aan
de leden worden toegezonden of tijdig voor hen ter inzage worden
gelegd;
- 3.
De rekenkamercommissie stelt bij aanvang van de vergadering de
agenda vast;
- 4.
In spoedeisende gevallen kan de voorzitter van het bepaalde in de
vorige leden afwijken.
Artikel 13 Vergaderquorum, stemmingsquorum
- 1.
De rekenkamercommissie vergadert als de voorzitter en de meerderheid
van de leden aanwezig zijn;
- 2.
De leden van de rekenkamercommissie wijzen uit hun midden een
plaatsvervangend voorzitter aan;
- 3.
De rekenkamercommissie beslist bij meerderheid van stemmen. Indien
de stemmen staken beslist de stem van de voorzitter.
Artikel 14 Initiatief met betrekking tot het uitvoeren van onderzoek
- 1.
Gemotiveerde verzoeken tot het verrichten van een onderzoek kunnen
worden gedaan door:
- a.
De gemeenteraad van Binnenmaas, Cromstrijen, Korendijk,
Oud-Beijerland, Strijen; zowel gezamenlijk als
afzonderlijk;
- b.
Commissies als bedoeld in artikel 82 van de
Gemeentewet;
- c.
De colleges van burgemeester en wethouders van Binnenmaas,
Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland, Strijen; zowel
gezamenlijk als afzonderlijk;
- 2.
Indieners van een gemotiveerd verzoek tot het verrichten van een
onderzoek krijgen schriftelijk bericht over wat er met het verzoek
worden gedaan. Indien de commissie niet aan het verzoek voldoet, zal
zij daarvoor goede gronden aanvoeren;
- 3.
Een gemeenteraad of college kan de rekenkamercommissie tussentijds
verzoeken een aanvullend extra onderzoek uit te voeren dat niet is
opgenomen in het jaarprogramma zoals bedoeld in artikel 10 lid 2. De
rekenkamercommissie beslist over dit verzoek.
Artikel 15 Uitvoering van het onderzoek en rapportage
- 1.
De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de
uitvoering van het onderzoek volgend de door haar vastgestelde
onderzoeksopzet;
- 2.
De rekenkamercommissie kan de verzoeker tot het verrichten van een
onderzoek tussentijds informeren over de voortgang van een
onderzoek;
- 3.
De vergaderingen van de rekenkamercommissie zijn besloten, haar
rapporten openbaar;
- 4.
Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de wet
Openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamercommissie rapporten die
aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim
aanmerken. De geheimhouding wordt door allen die van deze stukken
kennis dragen in acht genomen totdat de rekenkamercommissie haar
opheft;
- 5.
De rekenkamercommissie kan openbare, informatieve vergaderingen
beleggen;
- 6.
Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie, met
inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus
inschakelen;
- 7.
De rekenkamercommissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om hun
zienswijze op het concept onderzoeksrapport aan de
rekenkamercommissie kenbaar te maken. De termijn voor reactie op het
feitenrelaas bedraagt evenals de termijn voor de bestuurlijke
reactie veertien dagen. Betrokkenen zijn in elk geval degenen wier
taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De
rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden
aangemerkt;
- 8.
Na vaststelling door de rekenkamercommissie wordt het
onderzoeksrapport, de nota van conclusies en aanbevelingen en de
zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk aan de
betrokken gemeenteraad (cq gemeenteraden) aangeboden, onder
toezending van een afschrift aan het college van burgemeester en
wethouders en eventueel bij het onderzoek betrokkene organisaties en
personen;
- 9.
De gemeenteraad stelt in openbaarheid de onderzoeksresultaten, de
conclusies en aanbevelingen vast.
HOOFDSTUK 4 – ONDERSTEUNINGVAN DE REKENKAMERCOMMISSIE
Artikel 16 Secretariaat
- 1.
De griffier van een van de deelnemende gemeenten treedt op als
contactpersoon voor de rekenkamercommissie voor
afstemmingsvraagstukken;
- 2.
De rekenkamercommissie stelt ten laste van haar budget een ambtelijk
secretaris aan;
- 3.
De ambtelijk secretaris staat de rekenkamercommissie bij de
uitvoering van haar taken terzijde;
- 4.
De ambtelijk secretaris is verantwoordelijk voor de secretariële en
facilitaire ondersteuning;
- 5.
De ambtelijk secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan de
rekenkamercommissie over de wijze waarop de ondersteunende taken
worden verricht;
- 6.
De rekenkamercommissie stelt de taakomschrijving van de ambtelijk
secretaris vast.
HOOFDSTUK 5 – SLOTBEPALINGEN
Artikel 17 Voorziening
In alle gevallen, waarin deze overeenkomst niet voorziet, beslist de
rekenkamercommissie de gemeenteraad gehoord.
Artikel 18 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking na publicatie;
- 2.
De Verordening rekenkamercommissie Hoeksche Waard 2011,
vastgesteld in de raad op 23 november 2010, vervalt na de
inwerkingtreding als bedoeld in lid 1;
- 3.
Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening
rekenkamercommissie 2014.
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1
Dit artikel bevat enkele definities om te voorkomen dat bepaalde begrippen
telkens in hun geheel moeten worden uitgeschreven.
Artikel 2
Wanneer gemeenten geenrekenkamercommissie instellen, stellen zij op grond
van artikel 81o van de Gemeentewet regels vast voor de uitoefening van de
rekenkamercommissiefunctie.
Artikel 3
Anders dan bij de rekenkamer kunnen naast externe ook interne leden deel
uitmaken van de rekenkamercommissie. Iedere gemeenteraad kan namens of uit
hemzelf een lid aanwijzen.
Artikel 4
De verplichting deze eed of verklaring en belofte af te leggen vloeit voor
de rekenkamercommissie rechtstreeks voort uit artikel 81g van de
Gemeentewet. Deze bepaling wordt van overeenkomstige toepassing verklaard op
de externe leden van de rekenkamercommissie en de interne leden, niet zijnde
raadsleden.
Artikel 5
Dit artikel handelt over het ontslag van de leden en over de mogelijkheid
(of soms verplichting) hen op non-activiteit te stellen in bepaalde
situaties.
Artikel 6
In dit artikel is vastgelegd dat de externe leden voor hun werkzaamheden een
vergoeding ontvangen.
Artikel 7
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 8
De rekenkamercommissie is zelfstandig verantwoordelijk voor de besteding van
het budget dat beschikbaar is voor de uitvoering van haar taak. Ten laste
van het budget worden de in het derde lid genoemde kosten gebracht.
Artikel 9
Artikel 81i van de Gemeentewet wordt van overeenkomstige toepassing
verklaard op de rekenkamercommissie. In het reglement van orde moeten/kunnen
zaken als de verhouding secretaris/voorzitter, de procedure die wordt
gevolgd bij onderzoeken. Hoe wordt omgegaan met verzoeken van derden om
onderzoek te verrichten enzovoorts geregel.
Artikel 10
De rekenkamercommissie dient onafhankelijk te zijn en om deze
onafhankelijkheid te bevorderen is het van belang dat zij zelfstandig de
onderzoeksonderwerpen kan kiezen. Het in handen van de commissie leggen van
de uitwerking van de vraagstelling en de vaststelling van de onderzoeksopzet
bevordert de onafhankelijkheid.
De rekenkamercommissie kan op verzoek van de raad een onderzoek instellen
maar is niet verplicht het verzoek van de raad in te willigen. Zie
toelichting bij artikel 14.
Om te waarborgen dat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar
onderzoek voor het vormen van objectieve oordelen over voldoende en
relevante gegevens kan beschikken, is het van belang over zo ruim mogelijke
bevoegdheden tot het inwinnen van informatie te beschikken. Daarom is
voorzien in de bevoegdheid om inlichtingen in te winnen van alle leden van
de gemeentelijke bestuursorganen en van alle ambtenaren van alle
gemeenten.
De in lid 4 genoemde quick scans kunnen een vervolg krijgen door het geven
van commentaar op ontwikkelingsprocessen die binnen een gemeente lopen. Dit
commentaar kan dan in de vorm van een brief naar de betreffende
gemeenteraad.
Artikel 11, 12 en 13
Deze artikelen behoeven geen toelichting.
Artikel 14
Zie ook toelichting bij artikel 10. Het verzoek van de raad wordt in artikel
182, tweede lid van de Gemeentewet expliciet genoemd. Doordat deze
mogelijkheid uitdrukkelijk in de wet is genoemd, wordt er een bepaald
gewicht toegekend aan het verzoek van de raad. Indien de rekenkamercommissie
niet voldoet aan een goed gemotiveerd verzoek zal zij daarvoor goede gronden
moeten aanvoeren.
Artikel 15
Uit oogpunt van zorgvuldigheid is het van groot belang dat de onderzochte
partij de kans krijgt om te reageren op het (nog niet gepubliceerde)
ontwerp-onderzoeksrapport. Er vindt dan wederhoor plaats waarbij de
feitelijke bevindingen die uit het onderzoek voortvloeien aan de betreffende
ambtenaren worden voorgelegd met de vraag eventuele onjuistheden uit te
halen te corrigeren. Indien van toepassing wordt de verantwoordelijke
wethouder of het college de gelegenheid geboden om te reageren op de concept
aanbevelingen die de rekenkamercommissie verbindt aan de (gecorrigeerde)
bevindingen.. Tot slot brengt de rekenkamercommissie een definitief rapport
naar buiten met bevindingen, conclusies en eventueel aanbevelingen.
Ook kan de rekenkamercommissie variatie aanbrengen in de manier waarop de
uitkomsten van onderzoek naar buiten worden gebracht. Naast rapporten kan
worden gedacht aan het organiseren van conferenties en workshops of zelfs
het publiceren van handreikingen. Vanzelfsprekend zal hieraan een rapportage
ten grondslag liggen.
Artikel 16
De rekenkamercommissie wordt bijgestaan door een ambtelijk secretaris. De
rekenkamercommissie dient zelfstandig te functioneren en in het vijfde lid
is voorzien in een rechtstreekse verantwoordingsrelaties van de secretaris
ten opzichte van de rekenkamercommissie.
Artikel 17 en 18
Deze artikelen behoeven geen toelichting.