Mandaatregeling Goeree-Overflakkee 2014

Artikel 1 Begripsbepalingen

• 1.

  In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    afdelingshoofd: het hoofd van het organisatie-onderdeel dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van de betreffende taak;

  • -

    machtiging: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan te besluiten tot feitelijke handelingen en deze te verrichten;

  • -

    machtigingverkrijger: degene die de machtiging ontvangt;

  • -

    machtigingverlener: degene die de machtiging verleent;

  • -

    mandaat: bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan een besluit in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht te nemen;

  • -

    mandans: degene die het mandaat verleent;

  • -

    mandataris: degene die het mandaat ontvangt;

  • -

    volmacht: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan te besluiten tot privaat-rechtelijke rechtshandeling en deze te verrichten;

  • -

    volmachtontvanger: degene die de volmacht ontvangt;

  • -

    volmachtverlener: degene die de volmacht verleent.

• 2.

  Voor de toepassing van deze regeling en de daarop berustende bepalingen worden met mandaat gelijkgesteld de verlening van volmacht en machtiging.

Artikel 2 Mandaatregister

• 1.

  De bevoegdheden waarvoor en de functionarissen waaraan in het kader van deze regeling mandaat wordt verleend, staan vermeld in het bij dit besluit horende bij en als zodanig gewaarmerkte mandaatregister.

• 2.

  Bij de uitoefening van de in het mandaatregister vermelde bevoegdheden worden de bepalingen van deze regeling in acht genomen.

Artikel 3 Bevoegde personen bij mandaatverlening

• 1.

  Indien het mandaat, de volmacht of de machtiging aan een bepaalde functionaris wordt opgedragen wordt daarmee het mandaat, volmacht of machtiging eveneens geacht te zijn opgedragen aan de leidinggevende van de functionaris, tevens aan de gemeentesecretaris en diens plaatsvervangers.

• 2.

  Indien een bevoegdheid aan een externe functionaris wordt gemandateerd wordt daarmee het mandaat eveneens geacht te zijn opgedragen aan het afdelingshoofd van de functionele afdeling binnen de gemeentelijke organisatie.

• 3.

  Waar in dit besluit dan wel in het mandaatregister wordt gesproken van afdelingshoofd, worden daaronder mede verstaan concerncontroller, directeur, directiesecretaris, teamleider, benoemd per of na 1 september 2017, en raadsgriffier, evenwel met dien verstande dat mandaat aan de raadsgriffier beperkt is tot onderdeel 11.1 van het mandaatregister.

Artikel 4 Grenzen aan mandaat, volmacht of machtiging

• 1.

  Bij de verlening van een mandaat, volmacht of machtiging houden burgemeester en wethouders of de burgemeester in zijn algemeenheid rekening met de volgende uitgangspunten:

  • a.

    bestuurlijk/politiek gevoelige zaken komen niet in aanmerking voor mandaat;

  • b.

    in principe wordt zo laag mogelijk in de organisatie gemandateerd;

  • c.

    de bevoegdheden in het kader van de Budgethoudersregeling Goeree-Overflakkee dienen in acht te worden genomen.

• 2.

  Onverminderd het bepaalde in het eerste lid dient een in mandaat-, volmacht- of machtiging-verhouding te nemen besluit vooraf aan burgemeester en wethouders of de burgemeester te worden voorgelegd, indien:

  • a.

    het besluit leidt tot afwijking van of aanvulling op het dan toe gevoerde beleid;

  • b.

    het besluit niet past binnen de daartoe bestemde budgetten of uit het besluit niet voorziene financiële consequenties kunnen voortvloeien;

  • c.

    de betrokken portefeuillehouder, de burgemeester of gemeentesecretaris dit kenbaar heeft gemaakt;

  • d.

    bij betrokkenheid van meerdere afdelingen een van de afdelingen over het te nemen besluit een afwijkend of negatief advies heeft uitgebracht, dan wel de hoofdbudgethouder een negatief advies heeft uitgebracht;

  • e.

    er persoonlijke betrokkenheid van de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger bij het te nemen besluit bestaat;

  • f.

    artikel 169, vierde lid van de Gemeentewet van toepassing is, of indien de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger enige twijfel heeft of dit het geval is.

• 3.

  Ingeval de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger op basis van het bepaalde in het tweede lid een te nemen besluit voorlegt aan burgemeester en wethouders of de burgemeester, nemen deze bestuursorganen het besluit zelf of geven de condities, waaronder de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger gebruik mag maken van zijn bevoegdheid, zulks onverminderd het bepaalde in het vierde lid.

• 4.

  Ingeval artikel 169, vierde lid van de Gemeentewet van toepassing is, nemen burgemeester en wethouders het besluit zelf.

• 5.

  Bij de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in de mandatenlijst wordt het daaromtrent gestelde bij of krachtens wetten, besluiten, verordeningen, regelingen, aanwijzingen en richtlijnen, hoe ook genaamd, van Europese, rijks-, provinciale en gemeentelijke wetgevers of andere bestuursorganen in acht genomen.

Artikel 5 Reikwijdte mandaat-, volmacht- of machtigingverstrekking

• 1.

  Indien burgemeester en wethouders of de burgemeester mandaat, volmacht of machtiging verleent ten aanzien van de uitvoering van een bevoegdheid, geschiedt deze verlening in de meest ruime betekenis. Naast het nemen van besluiten in positieve of negatieve zin wordt hieronder in ieder geval mede verstaan:

  • a.

    het nemen van alle voorbereidingsbesluiten en het verrichten van alle voorbereidings-handelingen;

  • b.

    het nemen van beslissingen in het kader van de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (verdaging, opschorting, hoogte dwangsom etc.);

  • c.

    het intrekken, wijzigen, opschorten, herzien, afstemmen, blokkeren, verdagen en uitstellen van besluiten, waaronder begrepen het opleggen van boetes, het stellen van nadere voorwaarden en het verhalen van kosten;

  • d.

    het uitreiken van een bewijs van ontvangst van aanvragen etc.;

  • e.

    verzoeken om aanvullende informatie;

  • f.

    verzoeken tot advisering aan derden (politie, brandweer, nutsbedrijven, Rijksdiensten etc.);

  • g.

    verzoeken tot het betalen van legeskosten op grond van vastgestelde verordeningen;

  • h.

    het voeren van correspondentie, die direct te maken heeft met de opgedragen taken;

  • i.

    het verstrekken van inlichtingen over vastgesteld beleid;

  • j.

    het vaststellen van de betalingsverplichting ex artikel 4:86 van de Algemene wet bestuurs-recht;

  • k.

    het toekennen van voorschotten ex artikel 4:95 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • l.

    het uitvoeren van selectie en gunning conform het vigerende inkoop- en aanbestedings-beleid;

  • m.

    het afleggen van verantwoording aan mede overheden;

  • n.

    Het bekendmaken van besluiten/beschikkingen, daar waar de verplichting daartoe in de wetgeving is opgenomen;

  • o.

    Het toezenden van besluiten/beschikkingen aan instanties, daar waar de verplichting daartoe in de wetgeving is opgenomen;

  • p.

    Alle andere besluiten die genomen moeten worden en alle andere handelingen die moeten worden verricht binnen het kader van de uitvoering van de verleende bevoegdheid.

• 2.

  De bevoegdheid tot het verrichten van uitvoeringscorrespondentie en het verstrekken van informatie voor niet-gemandateerde bevoegdheden worden bij mandaat opgedragen aan alle ambtelijke functionarissen, voor zover een relatie hebbend met hun functie en geen nieuwe rechtsverhoudingen worden geschapen.

• 3.

  Waar volmacht is verleend tot het besluiten en verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling aan een volmachtontvanger wordt daarmee ook de bevoegdheid verleend tot opzegging van die overeenkomst alsmede tot de eerste bewaking van de uitvoering van die rechtshandeling, waartoe een ingebrekestelling wordt gerekend.

Artikel 6 Ondertekening

• 1.

  In de ondertekening dient tot uitdrukking te worden gebracht dat het besluit is genomen krachtens mandaat, volmacht of machtiging. Hierbij wordt de volgende formulering aangehou-den: burgemeester en wethouders van Goeree-Overflakkee of de burgemeester van Goeree-Overflakkee, namens dezen of namens deze, vervolgens de functie en de handtekening met daaronder de naam van de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger.

• 2.

  Indien een besluit wordt genomen in ondermandaat, wordt bij de ondertekening de volgende formulering aangehouden: burgemeester en wethouders van Goeree-Overflakkee of de burgemeester van Goeree-Overflakkee, namens dezen of namens deze, vervolgens de functie en de handtekening met daaronder de naam van de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger.

• 3.

  Indien een besluit wordt genomen door de plaatsvervanger of waarnemer van de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger, wordt bij de ondertekening de volgende formulering aangehouden: burgemeester en wethouders van Goeree-Overflakkee of de burgemeester van Goeree-Overflakkee, namens dezen of namens deze, met daaronder de functie, vervolgens de woorden “bij afwezigheid” of de letters “b.a.” en de handtekening met daaronder de naam van de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger.

Artikel 7 Ondermandaat, het doorgeven van volmacht of machtiging

• 1.

  Ondermandatering en het doorgeven van volmacht of machtiging geschieden bij schriftelijk besluit door de mandataris, volmachtontvanger of machtigingverkrijger en dienen voldoende gespecificeerd te zijn. Het ondermandaat hoeft niet in de ondertekening tot uitdrukking te worden gebracht.

• 2.

  De voorschriften die voor het mandaat gelden zijn onverminderd van toepassing op het ondermandaat. Aan een ondermandaat kunnen extra voorschriften worden verbonden.

• 3.

  Bevoegdheden die zijn ondergemandateerd mogen niet nogmaals worden ondergemandateerd.

Artikel 8 Bekendmaking

Mandaat-, volmacht- en machtingsbesluiten worden bekendgemaakt overeenkomstig artikel 139 Gemeentewet.

Artikel 9 Afwezigheid mandatarissen, volmachtontvangers of machtingverkrijgers

Ingeval van afwezigheid van de mandatarissen, volmachtontvangers of machtigingverkrijgers worden de verleende bevoegdheden uitgeoefend door hun plaatsvervangers of waarnemers. Deze plaatsvervangers of waarnemers zijn schriftelijk aangewezen.

Artikel 10 Actualisering mandaatregister

• 1.

  Een voorstel tot wijziging van het mandaatregister wordt door het betreffende organisatie-onderdeel voorbereid. De bevoegdheid tot wijziging of aanpassing ervan ligt alleen bij het onderdeel Bestuurlijk Juridische Zaken, die het voorstel tot wijziging, aanvulling of aanpassing ter besluitvorming door burgemeester en wethouders en de burgemeester voorbereidt.

• 2.

  Het register wordt centraal bijgehouden door het onderdeel Bestuurlijk Juridische Zaken en wordt eens per jaar in geactualiseerde vorm ter besluitvorming voorgelegd aan burgemeester en wethouders en de burgemeester.

Artikel 11 Intrekking oude regeling

De Mandaatregeling Goeree-Overflakkee, vastgesteld bij besluit van 8 januari 2013, wordt ingetrokken.

Artikel 12 Overgangsrecht

Ondermandaatbesluiten, genomen op grond van de Mandaatregeling Goeree-Overflakkee, berusten op dit besluit.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2014.

Artikel 14 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaatregeling Goeree Overflakkee 2014.