De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Steenbergen, ieder
voor zover het hun bevoegdheden betreft;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 februari
2015;
overwegende dat nieuwe ontwikkelingen en gewijzigde omstandigheden het
wenselijk maken om de Verordening commissie bezwaarschriften, door de Raad
vastgesteld op 1 maart 2012, te actualiseren en opnieuw vast te
stellen;
gelet op: artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)
besluit vast te stellen de volgende verordening;
VERORDENING COMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN STEENBERGEN 2015
Artikel 1. Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft
genomen;
- b.
commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften.
Artikel 2. Inleidende bepaling commissie
- 1.
Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren
tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.
- 2.
Naast het horen en adviseren omtrent een bezwaar door de commissie
kan, met betrekking tot door het college bij afzonderlijk besluit
daartoe aangewezen categorieën van bezwaarschriften, het horen
ambtelijk plaatsvinden. Bezwaarschriften gericht tegen besluiten van
de raad en de burgemeester zijn hiervan uitgesloten.
- 3.
De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die
zijn ingediend tegen besluiten op grond van:
- a.
wet en regelgeving inzake belastingaangelegenheden of de Wet
waardering onroerende zaken;
- b.
wet en regelgeving inzake de rechtspositie van medewerkers,
alsmede bestuurders van de gemeente Steenbergen;
- c.
wet en regelgeving inzake de Leerplichtwet 1969, voor zover
het bestreden besluit is genomen door de
leerplichtambtenaar;
- d.
wet en regelgeving die vanaf 1 januari 2012 ter uitvoering
is opgedragen aan de Intergemeentelijke Sociale Dienst
Brabantse Wal.
- 4.
De kamer voor sociale aangelegenheden van de commissie
bezwaarschriften Bergen op Zoom is belast met bezwaarschriften die
betrekking hebben op wet- en regelgeving uitgevoerd in het kader van
de Gemeenschappelijke Regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst
Brabantse Wal.
Artikel 3. Samenstelling van de commissie
- 1.
De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee
leden.
- 2.
De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst
en ontslagen.
- 3.
De voorzitter en de leden van de commissie maken geen deel uit van
of zijn niet werkzaam onder verantwoordelijkheid van een
bestuursorgaan van de gemeente Steenbergen.
- 4.
De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.
Artikel 4. Secretaris
- 1.
De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen
ambtenaar.
- 2.
Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de
secretaris aan.
Artikel 5. Zittingsduur
- 1.
De voorzitter en de leden van de commissie worden voor onbepaalde
tijd benoemd.
- 2.
De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment
ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het
college.
- 3.
De ontslag nemende voorzitter of leden van de commissie blijven hun
functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.
- 4.
Het college kan tot schorsing en ontslag van een voorzitter of lid
overgaan wegens zwaarwegende omstandigheden.
Artikel 6. Ingediend bezwaarschrift
- 1.
Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst
aangetekend.
- 2.
Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo
spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.
Artikel 7. Bemiddeling
Voordat de commissie tot inhoudelijke behandeling van het bezwaarschrift
overgaat, onderzoekt zij eerst of er andere mogelijkheden bestaan om tot
overeenstemming te komen. De secretaris verricht daartoe de nodige
handelingen.
Artikel 8. Uitoefening bevoegdheden
De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden
voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van
de commissie:
- a.
artikel 2:1 tweede lid (schriftelijke machtiging gemachtigde);
- b.
artikel 6:6 wat betreft het de indiener stellen van een
hersteltermijn (niet-ontvankelijkheid);
- c.
artikel 6:17 voor zover het de verzending van stukken betreft
tijdens de behandeling door de commissie (verzenden van stukken aan
gemachtigde);
- d.
artikel 7:4 tweede lid (terinzagelegging van de stukken);
- e.
artikel 7:6 vierde lid (bij afzonderlijk horen niet op de hoogte
brengen van de andere partij van het verhandelde).
Artikel 9. Vooronderzoek
- 1.
De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste
inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.
- 2.
De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de
commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo
nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien
daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college
vereist.
- 3.
De verkregen inlichtingen en adviezen worden aan het procesdossier
toegevoegd.
Artikel 10. Hoorzitting
- 1.
De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de
zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de
gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten
horen.
- 2.
Indien de commissie besluit af te zien van het horen, doet zij
daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend
orgaan.
Artikel 11. Uitnodiging zitting
- 1.
De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten
minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.
- 2.
Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het
verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken
het tijdstip van de zitting te wijzigen.
- 3.
De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één
week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het
verwerend orgaan meegedeeld.
- 4.
De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken
of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het
eerste tot en met het derde lid.
Artikel 12. Quorum
Voor het houden van een zitting is vereist dat tenminste twee leden, onder
wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.
Artikel 13. Niet-deelneming aan de behandeling
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de
behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het
geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.
Artikel 14. Openbaarheid zitting
- 1.
De zitting van de commissie is in principe openbaar.
- 2.
De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de
commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien
een belanghebbende daartoe een verzoek doet.
- 3.
Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen
aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten,
vindt de zitting plaats achter gesloten deuren.
- 4.
Bij de zitting kan op verzoek van een belanghebbende of op
aanwijzing van het verwerend orgaan gebruik worden gemaakt van de
diensten van een tolk. Voor de vergoeding van de kosten daarvan
wordt verwezen naar het Besluit proceskosten bestuursrecht.
Artikel 15. Verslaglegging
- 1.
Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb wordt schriftelijk
dan wel door middel van een geluidsopname gemaakt.
- 2.
In het verslag dan wel op de geluidsopname worden de namen van de
aanwezigen en hun hoedanigheid vermeldt dan wel ingesproken.
- 3.
Het schriftelijke verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat
over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is
voorgevallen.
- 4.
Het schriftelijke verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde
bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.
- 5.
Het schriftelijke verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de
secretaris van de commissie.
- 6.
Indien de zitting geheel of gedeeltelijk achter gesloten deuren
plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun
gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt
het verslag hiervan melding dan wel wordt dit op de geluidsopname
ingesproken.
- 7.
Indien er verslag wordt gemaakt door middel van een geluidsopname,
wordt er een schriftelijke samenvatting van hetgeen besproken is
gemaakt wanneer het bestuursorgaan dat nodig acht voor zijn
besluitvorming of wanneer een gerechtelijke instantie daarom
verzoekt in geval van een (hoger) beroepprocedure.
Artikel 16. Nader onderzoek
- 1.
Indien na afloop van de zitting, maar voordat het advies wordt
opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de
voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere
commissieleden dit onderzoek houden.
- 2.
De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift
aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de
belanghebbenden toegezonden.
- 3.
De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de
belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere
informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten
tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist
op een dergelijk verzoek.
- 4.
Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die
betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van
overeenkomstige toepassing.
Artikel 17. Raadkamer en advies
- 1.
De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het
door haar uit te brengen advies.
- 2.
De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te
brengen advies.
- 3.
Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de
voorzitter.
- 4.Van
een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien
die minderheid dat verlangt.
- 5.
Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen
beslissing op het bezwaarschrift.
- 6.
Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de
commissie ondertekend.
Artikel 18. Uitbrengen advies en verdaging
- 1.
Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in
artikel 15 en eventueel door de commissie ontvangen nadere
informatie en nader verslag, uitgebracht aan het bestuursorgaan dat
op het bezwaarschrift dient te beslissen.
- 2.
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de
termijn, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb,
ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies
en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan
tijdig de beslissing te verdagen.
- 3.
Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de
belanghebbenden een afschrift.
Artikel 19. Vergoedingen voor de voorzitter en de leden
- 1.
De leden ontvangen per bijgewoonde vergadering van de commissie een
vergoeding van 229,45% van het bedrag, vermeld in tabel IV van het
Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.
- 2.
De voorzitter, of het lid dat het (plaatsvervangend) voorzitterschap
in een vergadering van de commissie vervult, ontvangt per
bijgewoonde vergadering een vergoeding van 269,94% van het bedrag,
vermeld in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en
commissieleden.
- 3.
De (plaatsvervangend) voorzitter en de leden ontvangen voor het
bijwonen van een vergadering van de commissie een vergoeding van €
0,37 per kilometer voor de in redelijkheid gemaakte reiskosten op
basis van de kortste route van het woonadres naar de vergaderplaats
van de commissie.
Artikel 20. Omgang met persoonsgegevens
De verwerking van persoonsgegevens door de commissie geschiedt conform de
bepalingen van de Wet bescherming persoonsgegevens.
Artikel 21. Jaarverslag
- 1.
De commissie brengt jaarlijks aan de raad, het college en de
burgemeester verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande
kalenderjaar.
- 2.
In dat verslag worden in geanonimiseerde zin en met in achtneming
van de ter zake geldende wettelijke bepalingen vermeld:
- a.
het aantal bezwaarschriften dat de commissie heeft
ontvangen;
- b.
het aantal niet-ontvankelijk, (gedeeltelijk) gegronde en
ongegronde bezwaarschriften;
- c.
de redenen van gegrond verklaarde bezwaarschriften;
- d.
overige relevante feiten en tendensen.
- 3.
In geval er een klacht is ingediend tegen de
bezwaarschriftencommissie wordt dit in het jaarverslag vermeld.
Artikel 22. Intrekking
De Verordening commissie bezwaarschriften, vastgesteld op 1 maart 2012 wordt
ingetrokken met ingang van de dag waarop deze verordening in werking
treedt.
Artikel 23. Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op 1 april 2015.
Artikel 24. Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening commissie
bezwaarschriften 2015.
Toelichting
behorende bij de Verordening commissie bezwaarschriften 2015
Het Nederlands bestuursrecht kent bezwaarprocedures. Een belanghebbende bij een
besluit kan een bezwaarschrift indienen bij het bestuursorgaan dat het besluit
heeft genomen. Een beroepprocedure bij de rechter is in beginsel niet mogelijk
zonder eerst een bezwaarprocedure te doorlopen.
De bezwaarschriftenprocedure heeft tot doel om na bezwaar het primaire besluit
te heroverwegen op zowel de rechtmatigheid als op de doelmatigheid van het
besluit. Alvorens een bestuursorgaan een besluit op bezwaar neemt, dient de
belanghebbende de mogelijkheid te worden geboden om gehoord te worden. Dit horen
kan geschieden middels een externe adviescommissie dan wel binnen het
bestuursorgaan zelf.
Binnen de gemeente Steenbergen is gekozen voor een adviescommissie bestaande uit
leden die geen deel uitmaken van en niet werkzaam zijn onder
verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan. De commissie bestaat uit personen
die vakkundig zijn op het gebied van geschillenbeslechting (juristen) en met
gevoel voor politieke en bestuurlijke verhoudingen. De taak van de commissie is
het adviseren ten aanzien van een bestuurlijke heroverweging en toetsing van de
rechtmatigheid en doelmatigheid. De adviescommissie neemt niet zelf een besluit
op bezwaar. De adviescommissie hoort de bezwaarde, het bestuursorgaan en
eventuele belanghebbenden en brengt advies uit aan het bestuursorgaan over het
te nemen besluit op bezwaar. Het bestuursorgaan neemt vervolgens het besluit op
bezwaar en is hierbij niet gebonden aan het advies van de adviescommissie.
Het is, gelet op artikel 7:13 Awb, niet verplicht een adviescommissie te hebben.
Volgens de Verordening kan er door het college dan ook categorieën
bezwaarschriften worden aanwezen waarvoor het horen niet door de adviescommissie
plaatsvindt, maar binnen het bestuursorgaan zelf (ambtelijk horen). Daarnaast
zijn een aantal categorieën van bezwaarschriften in deze verordening uitgesloten
van behandeling door de commissie. De behandeling van bezwaarschriften die
betrekking hebben op wet- en regelgeving uitgevoerd in het kader van de
Gemeenschappelijke Regeling Intergemeentelijke Sociale Dienst Brabantse Wal
worden ter advies voorgelegd aan de kamer voor sociale aangelegenheden van de
commissie bezwaarschriften Bergen op Zoom. Per 1 januari 2012 is deze
Gemeenschappelijke Regeling in werking getreden.
Artikel 7 is in deze verordening opgenomen om ervoor zorg te dragen dat,
alvorens tot een inhoudelijke behandeling ter zitting wordt overgegaan, eerst
wordt onderzocht of er andere mogelijkheden zijn. Hierbij kan gedacht worden aan
het telefonisch contact opnemen met bezwaarde om uitleg over het besluit te
geven, dan wel bezwaarde in de gelegenheid te stellen uitleg te geven over het
bezwaarschrift. Een andere mogelijkheid is dat het bestuursorgaan het besluit
heroverweegt voordat het tot een hoorzitting komt. Ook informele bemiddeling dan
wel formele mediation kan toegepast worden indien de situatie zich daarvoor
leent. De secretaris verricht hiertoe de nodige handelingen in samenspraak met
de behandelend ambtenaar van de vakafdeling.
In artikel 15 is de mogelijkheid opgenomen om verslaglegging van de hoorzitting
te laten plaatsvinden middels een geluidsopname. Er is voor gekozen om zowel
schriftelijke verslaglegging als verslaglegging middels een geluidsopname
mogelijk te maken, zodat er flexibiliteit bestaat in de wijze van
verslaglegging.
De vergoedingen voor de leden en de voorzitter zijn vastgelegd in artikel 19. De
vergoeding is gekoppeld aan het bedrag vermeld in tabel IV van het landelijke
Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. Het bedrag in deze tabel wordt
periodiek door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties herzien
(inflatiecorrectie). De hoogte van de vergoedingen wordt uitgedrukt in een
percentage van het maximale vergoedingsbedrag zoals vermeld in deze tabel. Door
de vergoedingen op deze manier vast te stellen, is er niet bij elke wijziging
van de vergoeding een raadsbesluit benodigd. Er is op grond van artikel 15 van
het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden gekozen om naar boven af te
wijken vanwege de zwaarte van de taak en de omvang van de door de leden en de
voorzitter van de commissie te verrichten werkzaamheden.
In de aanhef van deze verordening is bepaald dat de bestuursorganen van de
gemeente, te weten de raad, het college van burgemeester en wethouders en de
burgemeester, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft, besluiten de
verordening vast te stellen. De raad heeft de verordenende bevoegdheid. Het
college en burgemeester hebben deze bevoegdheid niet, maar nemen hiermee het
besluit tot het instellen van de commissie. Op deze manier is het mogelijk dat
de bestuursorganen samen een en dezelfde commissie instellen om te adviseren op
bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester. De
ondertekening gebeurt eveneens door de drie bestuursorganen.
De wijzigingen die zijn opgenomen in deze verordening ten opzichte van de
verordening uit 2012 zijn de volgende:
De volgende artikelen zijn geschrapt:
- artikel 1 (gedeeltelijk);
- artikel 2 derde lid;
- artikel 10 tweede lid;
- artikel 4 derde lid.
De volgende artikelen zijn toegevoegd:
- artikel 2 tweede en vierde lid;
- artikel 5 vierde lid;
- artikel 7.
De volgende artikelen zijn gewijzigd:
- artikel 14 vierde lid;
- artikel 15;
- artikel 20;