Organisatie | Velsen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels bijzondere bijstand 2015 gemeente Velsen |
Citeertitel | Beleidsregels bijzondere bijstand 2015 gemeente Velsen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Beleidsregels ten behoeve van uitvoering van de Participatiewet |
Beleidsregels bijzondere bijstand 2014 gemeente Velsen komen te vervallen
Participatiewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 01-01-2021 | Nieuwe regeling | 16-12-2014 Elektronisch gemeenteblad, 24 december 2014 | B14.0497 |
Bijzondere bijstand wordt op aanvraag verstrekt. Kosten die zijn gemaakt voor de aanvraag is ingediend, komen niet voor bijzondere bijstand in aanmerking, tenzij het gemaakte (eigen bijdragen voor) medische kosten betreft. Hiervoor kan tot een half jaar na ontvangst van de nota een aanvraag worden ingediend.
Artikel 4. Beoordeling van de aanvraag
Bij de beoordeling van het recht op bijstand kan worden betrokken, in hoeverre de belanghebbende door eigen mogelijkheden tot een oplossing kan komen of een beroep kan doen op diens (sociale) netwerk en zijn eigen omgeving en in hoeverre hij daarin voldoende eigen verantwoordelijkheid heeft getoond.
Er is geen recht op bijzondere bijstand als er een toereikende voorliggende voorziening is of als de voorliggende voorziening een bewuste keus heeft gemaakt om de kosten niet te vergoeden. Als de voorliggende voorziening om budgettaire redenen geen vergoeding geeft kan bijzondere bijstand worden verleend.
wordt, behoudens individuele omstandigheden, ten hoogste uitgegaan van de genoemde bedragen in de bijlage bij deze beleidsregels en in aanvulling daarop bij de Prijzengids van het Nibud. Komen de kosten niet in deze bronnen voor dan wordt de bijzondere bijstand in redelijkheid vastgesteld.
Artikel 5. De in aanmerking te nemen middelen
Tenzij in deze beleidsregels anders is bepaald, kunnen belanghebbenden met een (gezamenlijk) inkomen tot 110% van de voor hen geldende bijstandsnorm en geen vermogen boven de in artikel 34, lid 3 van de wet genoemde vermogensgrens niet geheel of gedeeltelijk zelf in de kosten voorzien waarvoor met inachtneming van deze beleidsregels bijzondere bijstand wordt verleend.
In situaties waarin de belanghebbende de kosten niet eerst zelf kan betalen, kan de bijstand in overleg met de aanvrager rechtstreeks aan de leverancier worden betaald of kan de aanvrager om een voorschot verzoeken als de kosten naar verwachting meer bedragen dan € 300,00. De bijstand wordt dan verleend onder de ontbindende voorwaarde dat het betalingsbewijs achteraf wordt overgelegd.
Artikel 7. Algemene bepalingen over toeslagen
De toeslagen in de vorm van bijzondere bijstand als bedoeld in dit hoofdstuk worden verstrekt in aanvulling op de in de concrete situatie geldende bijstandsnorm. Het (netto) inkomen boven deze norm en het vermogen boven de in de wet genoemde vrijlatinggrenzen wordt volledig in aanmerking genomen.
De jongere bedoeld in het eerste lid wordt in elk geval geacht zijn onderhoudsrecht jegens zijn ouder(s) niet te gelde te kunnen maken, als de jongere op de ingangsdatum van de bijstandsverlening al 12 maanden of langer zelfstandig woont. In alle andere gevallen dient de noodzaak op grond van individuele omstandigheden te worden beoordeeld. Criteria daarvoor zijn onder meer:
Artikel 9. Toeslag alleenstaande ouders
Alleenstaande ouders in de bijstand met kinderen tot 18 jaar hebben recht op de alleenstaande ouderkop uitgekeerd door de belastingdienst. Wanneer de alleenstaande ouders hierop geen aanspraak kunnen maken omdat ze volgens de belastingdienst een toeslagpartner hebben kan er een beroep gedaan worden op de bijzondere bijstand. De algemene bijstand wordt dan ten hoogste aangevuld tot de maximale vergoeding die de belastingdienst zou verstrekken bij de afwezigheid van een toeslagpartner.
Artikel 10. Toeslag bij grote inkomensterugval
De toeslag is 75% van de basis als bedoeld onder 2. en wordt in stappen van 25% per kwartaal afgebouwd.
Artikel 11. Woonkostentoeslagen
Als de huur valt binnen de grenzen van de Wet op de huurtoeslag, maar belanghebbende krijgt door buiten zijn schuld gelegen omstandigheden (nog) geen huurtoeslag, dan kan een tijdelijke woonkostentoeslag worden verleend te hoogte van de huurtoeslag als deze wel zou zijn toegekend.
3.Woonkostentoeslag bij een woning in eigendom.
Voor de kosten van de door belanghebbende zelfbewoonde eigen woning die blijven binnen de grenzen van de Wet op de huurtoeslag voor huurwoningen met vergelijkbare kosten, kan een toeslag worden verleend ter hoogte van de huurtoeslag die bij een huurwoning met vergelijkbare kosten zou gelden.
De onder a. bedoelde toeslag wordt in geval van een huurwoning in beginsel voor maximaal een jaar toegekend met de verplichting dat belanghebbende naar vermogen tracht goedkopere woonruimte te vinden. Verlenging van de periode van een jaar wordt individueel beoordeeld en is afhankelijk van de inspanningen van belanghebbende.
In afwijking van het uitgangspunt dat geen (bijzondere) bijstand wordt verleend voor servicekosten kan voor de niet subsidiabele servicekosten van de twee woonzorgcomplexen ( De Schulpen te Velsen-Noord en De Hofstede te Velserbroek) bijzondere bijstand worden verleend. Het gaat om de volgende kosten:
In dit hoofdstuk wordt een aantal kostensoorten omschreven om zeker te stellen dat gelijke gevallen gelijk worden behandeld. De opsomming is niet limitatief. In het individuele geval kunnen zich noodzakelijke kosten voordoen die niet in dit hoofdstuk zijn te vinden maar waarvoor, gelet op de uitgangspunten van de wet wel bijzondere bijstand moet worden verleend.
Uitgangspunt is dat de belanghebbende adequaat is verzekerd voor ziektekosten, dat wil zeggen een basisverzekering, een aanvullende verzekering die tenminste het niveau heeft van de Beter Af Plus Polis 2 sterren van Zilveren Kruis Achmea, en een verzekering voor tandheelkundige hulp van het tenminste het niveau van de Beter Af Tandarts Polis 2 sterren van Zilveren Kruis Achmea.
Voor bijzondere bijstand kunnen behoudens voor het wettelijke eigen risico dat voor eigen rekening van de belanghebbende blijft, onder de in de bijlage genoemde voorwaarden en met inachtneming van de daar genoemde bedragen, elk geval in aanmerking komen de (para)medische noodzakelijke (meer)kosten of eigen bijdrage van:
niet door de zorgverzekeraar vergoede geneesmiddelen, mits er geen alternatief is dat wel wordt vergoed door de zorgverzekeraar en uit medisch advies blijkt dat belanghebbende bijzondere baat heeft bij het niet door de zorgverzekeraar vergoede geneesmiddel, nadat eerst een beroep is gedaan op de hardheidsclausule bij de zorgverzekeraar;
Voor bijzondere bijstand kunnen, onder de in de bijlage genoemde voorwaarden en met inachtneming van de daar genoemde bedragen, in elk geval in aanmerking komen de noodzakelijke (meer)kosten of eigen bijdrage van:
Artikel 15. Duurzame gebruiksgoederen
Duurzame gebruiksgoederen horen naar hun aard tot de incidenteel algemeen voorkomende bestaanskosten. Hierin dient de belanghebbende te voorzien door reservering of gespreide betaling. Uitsluitend in geval van bijzondere omstandigheden kan daarom bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen nodig zijn.
Artikel 16. Duurzame gebruiksgoederen om niet
In afwijking van het bepaalde in artikel 15, kan voor noodzakelijke aanschaf of vervanging van duurzame gebruiksgoederen een bedrag om niet worden verstrekt als de belanghebbende op de datum van de aanvraag al tenminste 36 maanden een inkomen heeft dat voldoet aan de grens als bedoeld in artikel 5 van deze beleidsregels. Een onderbreking van genoemde periode van minder dan zes maanden is niet van invloed.
Artikel 17. Regeling sociaal-culturele activiteiten
Als de niet in een inrichting verblijvende belanghebbende van 18 jaar of ouder op de datum van de aanvraag voldoet aan de algemene criteria voor het recht op bijzondere bijstand ingevolge de wet en deze beleidsregels, kan hij aanspraak maken op een tegemoetkoming voor de kosten van deelname aan sociaal-culturele activiteiten onder de in de bijlage genoemde voorwaarden.
Artikel 18. Maatschappelijke participatie van kinderen
Ter uitvoering van de door de raad vastgestelde Verordening maatschappelijke participatie schoolgaande kinderen 2012 gemeente Velsen stelt het college de volgende nadere regels vast.
Voor het schoolgaande kind in de leeftijd van vier tot achttien jaar van wie de ouder voldoet aan de algemene criteria voor het recht op bijzondere bijstand ingevolge de wet en deze beleidsregels, kan aanspraak worden gemaakt op een tegemoetkoming voor de kosten van deelname aan sociaal-culturele activiteiten en op een tegemoetkoming voor de kosten van actieve deelname aan sport en cultuur, onder de in de bijlage genoemde voorwaarden.
Voor het kind tot achttien jaar op het voortgezet onderwijs van wie de ouder voldoet aan de algemene criteria voor het recht op bijzondere bijstand ingevolge de wet en deze beleidsregels kan aanspraak worden gemaakt op een tegemoetkoming voor de indirecte schoolkosten onder de in de bijlage genoemde voorwaarden. Voor deze kinderen kan tevens aanspraak worden gemaakt op de noodzakelijke aanschaf van een computer.
Voor het kind in de leeftijd van zes tot achttien jaar van wie de ouder voldoet aan de criteria voor het recht op bijzondere bijstand ingevolge de wet en deze beleidsregels, kan aanspraak worden gemaakt op de noodzakelijke aanschaf of vervanging van een fiets onder de in de bijlage genoemde voorwaarden.
Artikel 20. Individuele inkomenstoeslag
De individuele inkomenstoeslag als bedoeld in artikel 36 van de wet wordt door het college verleend overeenkomstig de bepalingen van de Verordening Individuele inkomenstoeslag 2015 gemeente Velsen.
Artikel 21. Individuele studietoeslag
De individuele studietoeslag als bedoeld in artikel 36b, lid 1 van de wet wordt door het college verleend overeenkomstig de bepalingen van de Verordening Individuele studietoeslag 2015 gemeente Velsen.
Het hoofd van de afdeling Werk, Inkomen en Zorg is bevoegd regels vast te stellen ter uitvoering van deze beleidsregels.
Artikel 24. Citeertitel, inwerkingtreding en overgangsbepaling
Deze beleidsregels treden in werking per 1 januari 2015 onder gelijktijdige intrekking van de Beleidsregels bijzondere bijstand 2014 gemeente Velsen, met dien verstande dat de Beleidsregels bijzondere bijstand 2014 gemeente Velsen nog van kracht blijven voor aanvragen die zijn ingediend voor 1 januari 2015.Toelichting Beleidsregels bijzondere bijstand 2015 gemeente Velsen
Deze bijlage maakt onderdeel uit van de Beleidsregels bijzondere bijstand 2015 gemeente Velsen.
Uitgangspunt is, dat alleen kosten van de goedkoopste toereikende voorziening voor bijzondere bijstand in aanmerking komen. De omvang van de gevraagde bijzondere bijstand kan als regel worden getoetst aan de bedragen zoals deze voorkomen in de meest recente uitgave van de Nibud-prijzengids (vindplaats Grip op WWB).
Voor een aantal kosten geldt echter de in deze bijlage genoemde bedragen. Deze bijlage gaat voor de Nibud-prijzengids. Zie ook artikel 4, lid 7 van deze beleidsregels.
In het kader van kostenbeperking is het in toenemende mate gebruik klanten te wijzen op goedkope alternatieven; bv. bij duurzame gebruiksgoederen, maar ook bij medicijnen. Bij een aantal kostensoorten staat een korte toelichting, met name daar waar het gaat om gemeentelijk beleid. Voor meer en algemenere toelicht wordt verwezen naar Grip op WWB (Handboek Schulinck) en de relevante jurisprudentie.
Artikel 5 In aanmerking te nemen middelen
Dit artikel bepaalt dat alle inkomen (op jaarbasis) boven de grens van 110% (bij woonkostentoeslagen 100%) worden betrokken bij de vaststelling van het recht op bijzondere bijstand. Ook het vermogen boven de wettelijke grens wordt geheel in aanmerking worden genomen.
De in aanmerking te nemen middelen kunnen met een aantal kosten worden gecorrigeerd. Te denken valt aan woonkosten voor zover deze meer bedragen dan het bedrag dat iemand met een inkomen tot 110% (resp. 100%) zelf kan betalen volgens de berekening huurtoeslag. Deze redenering geldt ook voor andere inkomensafhankelijke bijdragen. Verder kan het inkomen worden gecorrigeerd met noodzakelijke kosten van woon- werkverkeer voor zover dat niet uit een bijstandsuitkering kan worden betaald en berekend naar de goedkoopste mogelijkheid. Zie ook de toelichting bij artikel 14.
Omdat het belangrijk is dat belanghebbenden kunnen beschikken over de aangevraagde bijzondere bijstand, worden de aanvragen zo spoedig mogelijk afgehandeld, zodat er tot uitkering overgegaan kan worden. Hierbij wordt natuurlijk wel alle zorgvuldigheid in acht genomen.
Artikel 9 Toeslag alleenstaande ouders
Alleenstaande ouders met een toeslagpartner die na 1 januari 2015 een bijstandsuitkering aanvragen krijgen geen alleenstaande ouderkop. Zij komen ook niet in aanmerking voor de overgangsregeling. Zij kunnen bij de gemeente een beroep doen op extra ondersteuning, in de vorm van bijzondere bijstand.
Artikel 13 Medische voorzieningen
Artikel 15 Duurzame gebruiksgoederen