Organisatie | Groningen (Gr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke regeling hulpverlening en openbare gezondheidszorg Groningen |
Citeertitel | Gemeenschappelijke regeling hulpverlening en openbare gezondheidszorg Groningen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Gemeenschappelijke regeling hulpverlening |
Voor het eerst vastgesteld bij Raadsbesluit van 23 april 1997.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-05-2009 | 01-11-2007 | 01-01-2011 | Onbekend | 31-10-2007 Gemeenteblad, 2009, 41 | GR 07.1428460 |
De raad, het college van Burgemeester en Wethouders en de Burgemeester van de gemeente Groningen in de provincie Groningen, ieder voor zover zij voor hun gemeente bevoegd zijn;
DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN;
(bijlage raadsverslag nr. 252);
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 maart 1997;
gelet op de Wet collectieve preventie volksgezondheid, de Brandweerwet, de Rampenwet, de Wet Ambulancevervoer, de Wet geneeskundige hulpverlening bij rampen;
gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Gemeentewet;
de Gemeenschappelijke regeling Hulpverlening en Openbare Gezondheidszorg Groningen vast te stellen;
HOOFDSTUK I - ALGEMENE BEPALINGEN
In deze Regeling wordt verstaan onder:
Gemeenschappelijke Taken : taken die de Deelnemende gemeenten gezamenlijk op grond van de wet of een besluit van het Algemeen bestuur verplicht ter uitvoering aan de Regeling opdragen; tenzij het Algemeen bestuur van de Regeling anders besluit zijn gemeenten verplicht aan de kosten van de uitvoering van deze Taken bij te dragen overeenkomstig de financiële bepalingen in deze Regeling;
Waar in deze Regeling artikelen van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing worden verklaard, wordt in die artikelen, met toepassing van de Wet gemeenschappelijke regelingen, gelezen, in de plaats van de raad het Algemeen bestuur onderscheidenlijk de Bestuurscommissie, in de plaats van burgemeester en wethouders het Dagelijks bestuur en in de plaats van de burgemeester de Voorzitter onderscheidenlijk de Voorzitter van de Bestuurscommissie.
Het verzorgingsgebied van de Regeling wordt gevormd door het grondgebied van de Deelnemende gemeenten.
De Regeling stelt zich ten doel om door regeling en bestuur en door een doelmatige organisatie en coördinatie via intergemeentelijke samenwerking uitvoering te geven aan de behartiging van de volgende belangen:
De Taken van de Regeling op het terrein van brandweer en rampenbestrijding omvatten, behoudens de taken waaraan de gemeentelijke brandweer van de Deelnemende gemeenten zelf uitvoering geeft, het bewerkstelligen, voorbereiden en (doen) uitvoeren van een doelmatige en gecoördineerde hulpverlening bij brand, ongevallen, rampen en crises en de samenwerking daartoe van betrokken besturen en organisaties.
De in het eerste lid bedoelde Taken van de Regeling kunnen door een gemeentelijke brandweer van een Deelnemende gemeente ten behoeve van de Regeling en andere Deelnemende gemeenten worden uitgevoerd op basis van een daartoe strekkend besluit van het Algemeen bestuur van de Regeling, onder de voorwaarde dat de gemeente die de taak gaat uitvoeren met het besluit instemt.
De algemeen directeur, de brandweercommandant stad en regio, de directeur GGD en de directeur middelen voeren de werkzaamheden uit die voor de Dienst voortvloeien uit de opdracht aan de gemeente Groningen als bedoeld in het eerste lid met in achtneming van het algemeen mandaatbesluit van de gemeente Groningen en het dienstmandaat van de Dienst.
De werkzaamheden van de directeur GGD als regionaal geneeskundige functionaris en van de regionaal commandant brandweer kunnen op voorstel van de gemeente Groningen door het Algemeen bestuur in een instructie nader worden beschreven. De instructie bevat tevens een beschrijving van de wettelijke taken van de genoemde functionarissen.
HOOFDSTUK II - BESTUURSBEPALINGEN
Het bestuur van de Regeling bestaat uit:
de op grond van artikel 25 van de Wet gemeenschappelijke regelingen ingestelde Bestuurscommissies:
de Bestuurscommissie regionale brandweer en geneeskundige hulp bij ongevallen en rampen voor de taken beschreven in artikel 6, alsmede de in artikel 7 genoemde taken ter zake van de geneeskundige hulp bij rampen en ongevallen en (voor zover daaruit taken voor de Regeling voortvloeien) de in artikel 8 genoemde taken;
De zittingsperiode van de leden van het Algemeen bestuur is gelijk aan de zittingsperiode van de leden van de gemeenteraad. De aanwijzing vindt plaats in het jaar waarin de verkiezingen voor de gemeenteraad worden gehouden, zo spoedig mogelijk na het aantreden van de gemeenteraad en overigens zo spoedig mogelijk na het ontstaan van een vacature.
De raad kan een lid van het Algemeen bestuur dat hij heeft aangewezen, nadat de inlichtingen in een vergadering of schriftelijk zijn verstrekt of dienen te zijn verstrekt, ter verantwoording roepen voor het door hem in het Algemeen bestuur gevoerde beleid. Deze verantwoording wordt afgelegd binnen twee maanden nadat het lid daarom door de raad is verzocht.
Het Algemeen bestuur heeft in het kader van de uitvoering van de Regeling alle bevoegdheden die krachtens de wettelijke bepalingen niet zijn over te dragen aan de Bestuurscommissies zoals bedoeld in artikel 10, voor zover die niet bij of krachtens de Regeling aan Voorzitter of Dagelijks bestuur zijn opgedragen.
De vaststelling van de begroting en de rekening geschiedt bij meerderheid van stemmen, waaronder de stem van de vertegenwoordiger namens de gemeente Groningen. Indien de toepassing van deze clausule leidt tot het verwerpen van een voorstel, dan zal het Dagelijks bestuur een nieuw voorstel voorleggen aan het Algemeen bestuur, zo nodig na tussentijds bestuurlijk overleg.
Het Dagelijks bestuur bestaat uit zes leden, te weten de Voorzitter, de penningmeester, de plaatsvervangend Voorzitter, die in het Dagelijks bestuur dezelfde functies bekleden als in het Algemeen bestuur, en drie leden, benoemd door het Algemeen bestuur, als gemeentelijk vertegenwoordiger deel uitmakend van het Algemeen bestuur of de Bestuurscommissies zulks met inachtneming van het gestelde in het tweede en vierde lid.
De leden van het Dagelijks bestuur verstrekken tezamen, dan wel afzonderlijk aan het Algemeen bestuur zo spoedig mogelijk in een vergadering van dat bestuur of schriftelijk, binnen een maand alle inlichtingen die door één of meer leden van het Algemeen bestuur worden verlangd, zulks voor zover dat niet strijdig is met het algemeen belang.
De leden als bedoeld in het tweede lid kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij geven hiervan terstond kennis aan de Voorzitter van het Algemeen bestuur, de voorzitter van de Bestuurscommissie en aan de gemeenteraad die hen heeft aangewezen. Zij blijven hun functie vervullen totdat in hun opvolging is voorzien.
De zittingsperiode van de leden is gelijk aan die van de leden van de gemeenteraad. De aanwijzing vindt plaats in het jaar waarin de verkiezingen voor de gemeenteraad worden gehouden, zo spoedig mogelijk na het aantreden van de gemeenteraad en overigens zo spoedig mogelijk na het ontstaan van een vacature.
De raad kan een lid van de commissie, dat namens hem of mede namens hem is aangewezen, nadat de inlichtingen in een vergadering of schriftelijk zijn verstrekt of dienen te zijn verstrekt, ter verantwoording roepen voor het door hem in de commissie gevoerde beleid. Deze verantwoording wordt afgelegd binnen twee maanden nadat hem daarom door de raad is gevraagd.
Een Bestuurscommissie kan voor de voorbereiding van onderwerpen die ter bespreking voorgelegd worden een klankbordgroep instellen; de Bestuurscommissie wijst daartoe de leden, alsmede een voorzitter aan en formuleert de opdracht voor de klankbordgroep; de Bestuurscommissie kan aanwijzingen geven voor de werkwijze van de klankbordgroep.
Indien bij wet niet anders is geregeld, kan het Algemeen bestuur besluiten adviseurs toe te voegen aan het Regionaal Veiligheidsbestuur. Het kan daartoe in het bijzonder aanwijzen één of meer van de dijkgraven als vertegenwoordiging van de waterschappen in het verzorgingsgebied van de Regeling en de hoofdofficier van justitie in het arrondissement Groningen.
Het Algemeen bestuur stelt op voorstel van het Dagelijks bestuur een vaste commissie van advies in, de Adviescommissie regionale brandweer, aan te duiden als College Commandanten Regio Groningen. Deze dient gevraagd en ongevraagd hem, alsmede het Dagelijks bestuur, de Voorzitter en in het bijzonder de Bestuurscommissie regionale brandweer en ghor van advies.
Het Algemeen bestuur stelt op voorstel van het Dagelijks bestuur een vaste commissie van advies in, het Regionaal Geneeskundig Platform. Deze dient gevraagd en ongevraagd hem, alsmede het Dagelijks bestuur, de Voorzitter en in het bijzonder de Bestuurscommissie regionale brandweer en ghor mede in zijn hoedanigheid van Regionaal Veiligheidsbestuur, van advies.
HOOFDSTUK III - FINANCIËLE BEPALINGEN
Het Algemeen bestuur stelt op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van Groningen zo nodig nadere regels vast omtrent het financieel-economisch beheer en de verrekening van de bijdragen van de Deelnemende gemeenten, zulks in aanvulling op het gestelde in de artikelen 25 tot en met 31.
Voor de procedure tot vaststelling van de begroting dan wel een begrotingswijziging wordt toepassing gegeven aan het bepaalde in artikel 13, vierde lid, van de Regeling en het gestelde in de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Het Dagelijks bestuur biedt deze rekening na toevoeging van een verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de rekening, ingesteld door de ingevolge artikel 31 eerste lid, aangewezen deskundige(n), en van hetgeen het Dagelijks bestuur te zijner verantwoording dienstig acht, met alle bijbehorende bescheiden ter vaststelling aan het Algemeen bestuur aan.
De Regeling hanteert de volgende verdeelsleutels:
gemeenschappelijke taken :de bijdragen die de Deelnemende gemeenten verschuldigd zijn, worden vastgesteld door de lasten, na aftrek van eventuele andere baten, om te slaan over de Deelnemende gemeenten naar rato van het door het Bureau voor de Statistiek (CBS, of een daarmee gelijk te stellen autoriteit) te bepalen inwonertal per 1 januari van het jaar waarop de betaling der bijdragen betrekking heeft;
gemeentespecifieke taken : Deelnemende gemeenten die taken aan de Regeling hebben opgedragen zijn een bijdrage verschuldigd die wordt vastgesteld door de lasten, na aftrek van eventuele andere baten, om te slaan over deze gemeenten naar rato van het door het CBS te bepalen inwonertal per 1 januari van het jaar waarop de betaling der bijdragen betrekking heeft;
Ten aanzien van de gemeentespecifieke taken kan een andere verdeelsteutel gehanteerd worden wanneer de afname per eenheid product meer in de rede ligt. Tekorten op de begrote tarieven worden dan naar rato van het aantal afgenomen producten over de afnemende gemeenten omgeslagen. Het Algemeen bestuur besluit op voorstel van de gemeente Groningen van te voren of op deze wijze de bijdrage zal worden vastgesteld.
Wanneer de bijdrage volgens de methode genoemd in het tweede lid wordt berekend en het tekort mede wordt veroorzaakt doordat een gemeente minder afneemt dan geraamd en begroot, dan wordt deze gemeente voor dat gedeelte van het tekort aangeslagen, indien de afwijking een door het Algemeen bestuur bepaalde marge te boven gaat. Geeft een gemeente geen raming op voor het opstellen van de begroting dan wordt de raming van het jaar daarvoor gehanteerd.
Het Algemeen bestuur stelt op voorstel van de gemeente Groningen, en in overleg met de gemeente die de afname van een gemeentespecifieke taak wenst te beëindigen, tenminste zes maanden voor het beoogde tijdstip vanaf welk de taak niet langer wordt afgenomen een regeling op over de gevolgen daarvan. Indien in de genoemde periode geen overeenstemming kan worden bereikt, wordt geacht een geschil te bestaan als bedoeld in de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Het Dagelijks bestuur draagt jaarlijks zorg voor de samenstelling van een verslag met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden die voortvloeien uit de taken genoemd in de artikelen 6 en 7 en - voorzover daaruit taken voor de Regeling voortvloeien - artikel 8.
HOOFDSTUK IV - BIJZONDERE BEPALINGEN
Overeenkomstig de vereisten in de Algemene wet bestuursrecht en de Wet extern klachtrecht kan een ieder, onverlet de vereisten in de Wet klachtrecht cliënten zorgsector, een klacht, zijnde een verzoekschrift zoals bedoeld in artikel 9:18, eerste lid Algemene wet bestuursrecht, indienen over een gedraging, in de uitoefening van zijn functie, van een bestuursorgaan van de Regeling of een voor deze Regeling werkzame ambtenaar of een daarmee op grond van diens werkzaamheid gelijk te stellen persoon (inclusief hij met wie een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht is aangegaan).
Ten aanzien van geschillen omtrent de toepassing van de Regeling in de ruimste zin, geldt het gestelde in de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Het Algemeen bestuur stelt in overleg met de uittredende gemeente tenminste zes maanden voor het tijdstip van uittreding een Regeling op van de gevolgen van de uittreding. Indien in de genoemde periode geen overeenstemming kan worden bereikt, wordt geacht een geschil te bestaan als bedoeld in de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Een besluit om een voorstel tot opheffing aan de Deelnemende gemeenten voor te leggen wordt door het Algemeen bestuur niet genomen dan nadat het college van burgemeester en wethouders van Groningen in de gelegenheid is gesteld om ter zake van de gevolgen van de opheffing voorstellen te doen aan het Algemeen bestuur. Deze voorstellen worden bij de besluitvorming over de opheffing betrokken.