Nadere regels voor het plaatsen van bewegwijzering Noord-Beveland 2015

Artikel 1. Begripsomschrijving

• 1.

  Bebouwde kom: het gedeelte dat is gelegen binnen de bebouwde komgrenzen zoals bedoeld in de Wegenverkeerswet 1994.

• 2.

  Object: een openbare gelegenheid binnen de bebouwde kom zijnde:

  • a.

    detailhandelsvoorziening: een onderneming die zich richt op het leveren van fysieke goederen voor persoonlijk gebruik aan de consument, in casu niet gelegen op een bedrijventerrein;

  • b.

    dagrecreatieve voorziening: attractieparken, speel- en siertuinen, en andere dergelijke voorzieningen die primair en permanent voor vermaak en dagrecreatie zijn ingericht;

  • c.

    verblijfsrecreatieve voorziening: voorzieningen om te recreëren, waarbij recreatief nachtverblijf centraal staat;

  • d.

    voorzieningen met een algemeen nut: de objecten zoals opgenomen in bijlage 1.

• 3.

  Bewegwijzering binnen de bebouwde kom mag alleen geplaatst worden buiten de hoofdroutestructuur zoals per kern aangegeven in bijlage 2;

• 4.

  Vooraanduiding: informatie voor het verkeer, op enige afstand voor een actie- of beslispunt, waaronder de afstand tot dat punt.  

Artikel 2. Criteria en uitzonderingen

• 1.

  Objecten buiten de hoofdroutestructuur komen voor bewegwijzering in aanmerking.

• 2.

  Hiervan uitgezonderd zijn:

  • a.

    Objecten die gelegen zijn aan de hoofdroutestructuur;

  • b.

    dagrecreatieve voorzieningen met meer dan 200.000 bezoekers;

  • c.

    horecavoorzieningen die gelegen zijn bij een ander reeds bewegwijzerd verblijfsrecreatieve voorziening;

  • d.

    jaarrond recreatieve voorzieningen die minder dan 50 weken per jaar gedurende minimaal 4 dagen per week geopend zijn;

  • e.

    seizoensgebonden recreatieve voorzieningen die gemiddeld minder dan 4 dagen per week in het desbetreffende seizoen geopend zijn;

  • f.

    verblijfsrecreatieve voorzieningen zoals:

    • -

      campings;

    • -

      kamperen bij de boer;

    • -

      groepsaccommodaties;

    • -

      camperparkeerplaatsen;

    • -

      bungalowparken;

      die niet voldoen aan een minimale omvang van 10 eenheden;

  • g.

    verblijfsrecreatieve voorzieningen zoals:

    • -

      hotels en pensions;

    • -

      appartementen;

    • -

      combinatie van kamers en appartementen;

      die niet voldoen aan een minimale omvang van 5 eenheden.

Artikel 3. Voorzieningen met een algemeen nut

Voorzieningen met een algemeen nut komen, zowel binnen als buiten de hoofdroutestructuur, voor bewegwijzering in aanmerking.

Artikel 4. Plaatsingscriteria

• 1.

  Bewegwijzering mag de verkeersveiligheid niet negatief beïnvloeden en de bruikbaarheid en instandhouding van de weg niet onaanvaardbaar belemmeren.

• 2.

  Alle bewegwijzering komt op lichtmasten of flessenpalen.

• 3.

  Een vooraanduiding wordt alleen aangebracht als de wegsituatie daar om vraagt.

• 4.

  Bewegwijzering met de richting aanduiding voor rechtdoor wordt alleen in geval van een onduidelijke verkeerssituatie of in geval van een verkeerstechnisch betere route toegestaan.

• 5.

  De herhaling van de bewegwijzering is identiek aan elkaar.

• 6.

  De volgorde van de bewegwijzering wordt bepaald door de pijlrichting: van boven naar beneden: eerst naar links, dan naar rechts.

Artikel 5.  Bordcriteria

Alle borden dienen te worden uitgevoerd conform de richtlijn bewegwijzering 2014, publicatie 322, van het kennisplatform CROW.

Artikel 6. Inwerkingtreding en citeertitel

• 1.

  Deze nadere regels treden op 2 maart 2015 in werking.

• 2.

  Deze nadere regels wordt aangehaald als "Nadere regels bewegwijzering".