Organisatie | Kampen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Sociaal statuut gemeente Kampen |
Citeertitel | Sociaal statuut gemeente Kampen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | personeel en organisatie |
Deze regeling vervangt het sociaal statuut gemeente Kampen 2010, vastgesteld op 19 oktober 2010.
Van rechtswege vervallen op 1-1-2020 vanwege inwerkingtreding artikel 17 Ambtenarenwet (invoering Wnra).
CAR/LAR art. 8, 12, 15
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-03-2018 | 01-01-2020 | wijz. art. 6.3 | 13-03-2018 | 18ADV00088 | |
02-03-2017 | 28-03-2018 | wijz. art. 1.1; art. 3.3; art. 3.11; toel. art. 3.5 | 14-02-2017 | 17ADV00071 | |
25-12-2014 | 02-03-2017 | nieuwe regeling | 18-11-2014 Gemeenteblad 2014, 77665 | 14ADV00564 |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen;
gelezen het voorstel van het team Personeel & Organisatie, Juridische Zaken en Communicatie
d.d. 7 november 2014, kenmerk 14ADV00564;
de bereikte overeenstemming in de commissie voor georganiseerd overleg d.d. 29 september 2014 en de gehouden ledenraadpleging;
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In dit sociaal statuut wordt verstaan onder:
Uitwisselbare functie(s): 1.) een functie die naar aard, inhoud en niveau in belangrijke mate overeenkomt met de functie die de medewerker voor de reorganisatie heeft vervuld; 2.) functies die bij toepassing van het afspiegelingsbeginsel (plaatsing) naar aard, inhoud en niveau als uitwisselbaar worden beschouwd;
organisatiewijziging: een belangrijke inkrimping of wijziging van de werkzaamheden van de gemeente (of een onderdeel daarvan) of een belangrijke wijziging van de laatst vastgestelde organisatiestructuur van de gemeente (of een onderdeel daarvan), die niet van tijdelijke aard is en die personele gevolgen met zich meebrengt;
passende functie: een functie die de ambtenaar redelijkerwijs kan worden opgedragen gelet op het werk- en denkniveau van die functie en gezien de persoonlijke en bijzondere omstandigheden van de ambtenaar. Onder persoonlijke en bijzondere omstandigheden kunnen in ieder geval worden verstaan: interesse, capaciteiten, ervaring, leeftijd, gezondheidstoestand, gezinsomstandigheden en scholing. Een passende functie is doorgaans van hetzelfde functieniveau als de functie die de ambtenaar voor de organisatiewijziging vervulde, maar kan ook één niveau hoger of maximaal twee niveaus lager zijn;
Dit sociaal statuut is van toepassing op alle organisatiewijzigingen in de gemeente Kampen, met uitzondering van organisatiewijzigingen als gevolg van een gemeentelijke herindeling.
Artikel 1.3 Bevoegdheid tot het nemen van besluiten tot organisatiewijziging
De werkgever is bevoegd tot het nemen van besluiten over de wijziging van de ambtelijke organisatie.
Artikel 1.4 Bevoegdheid tot het nemen van besluiten betreffende individuele ambtenaren
De werkgever is bevoegd tot het nemen van besluiten over wijziging van de aanstelling, overplaatsing en ontslag van ambtenaren, tenzij bij of krachtens wet anders is bepaald. De werkgever kan de bevoegdheid tot het nemen van besluiten als bedoeld in dit artikel mandateren.
Hoofdstuk 2 Procedurele bepalingen
Artikel 2.1 Overleg over de personele gevolgen en maatregelen
Als het Georganiseerd Overleg van mening is dat de bepalingen uit hoofdstuk 10d van de CAR/LAR onvoldoende zijn, worden er maatwerkafspraken gemaakt met individuele medewerkers. Bij meer dan 10 medewerkers wordt er een collectief sociaal plan opgesteld. Voor wat betreft de termijnen voor re-integratie, scholing, outplacement enz. wordt aangesloten bij de termijnen zoals genoemd in hoofdstuk 10d van de CAR.
Hoofdstuk 3 Algemene uitgangspunten voor sociaal beleid bij interne organisatiewijziging
Artikel 3.1 Werkingssfeer hoofdstuk
Dit hoofdstuk is uitsluitend van toepassing op interne organisatiewijzigingen, niet zijnde privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.
Artikel 3.2 Werkgelegenheid bij interne organisatiewijziging
De werkgever zal zich tot het uiterste inspannen om te voorkomen dat de bij de organisatiewijziging betrokken ambtenaren met een vaste aanstelling onvrijwillig ontslagen worden met inachtneming van het in 2013 bereikte Akkoord Werkgarantie versus bezuinigingen1.
Artikel 3.3. Plaatsingsvolgorde op basis van de aard van het dienstverband
Bij herplaatsing worden eerst de ambtenaren met een aanstelling voor onbepaalde tijd betrokken. Ambtenaren met een aanstelling voor bepaalde tijd kunnen na de ronde voor de ambtenaren met een aanstelling voor onbepaalde tijd hun belangstelling kenbaar maken.
Ambtenaren die geplaatst zijn of zullen gaan worden in de formatie van de nieuwe organisatie, kunnen die plaats opgeven en zich beschikbaar stellen voor de status van boventallig verklaarde ambtenaar. Voor zover een verantwoorde bedrijfsvoering dat toelaat, wordt een dergelijk aanbod gehonoreerd.
Voorkeursvolgorde bij herplaatsing
De werkgever hanteert bij het nemen van besluiten ten aanzien van de ambtenaren die betrokken zijn bij de organisatiewijziging de volgende voorkeursvolgorde:
de ambtenaar die op grond van toepassing van het afspiegelingsbeginsel zoals beschreven onder b boventallig is geworden dan wel niet geplaatst kan worden omdat zijn eigen functie zoals bedoeld onder a niet meer terugkeert in het formatieplan, wordt indien mogelijk overgeplaatst naar een passende functie binnen de gemeentelijke organisatie;
Artikel 3.7 Belangstellingsregistratie
Voordat herplaatsingsbesluiten als bedoeld in artikel 3.5, eerste lid onder c en d, worden genomen, wordt de betrokken ambtenaar in de gelegenheid gesteld zijn voorkeur voor minimaal twee functies kenbaar te maken.
Artikel 3.8 Geen passende of geschikte functie
De in het vierde lid bedoelde ambtenaar die bij de boventallig verklaring een dienstverband heeft bij de gemeente Kampen van tenminste twee jaar, heeft recht op een Van werk naar werk-traject op grond van het bepaalde in artikel 10d:12 en verder CAR/LAR. In verband hiermee wordt door de werkgever en de ambtenaar gezamenlijk een Van werk naar werk-onderzoek verricht in de zin van artikel 10d:15 CAR/LAR, waarna partijen een Van werk naar werk-contract opstellen zoals bepaald in artikel 10d:16 CAR/LAR.
Artikel 3.9 Verplichting ambtenaar
Wanneer de ambtenaar na herhaald en zorgvuldig overleg weigerachtig is ten aanzien van aanvaarding van een passende functie binnen de gemeente of van een aangeboden functie buiten de gemeente of zich anderszins niet houdt aan de afspraken die zijn vastgelegd in het Van werk naar werk-contract, kan de werkgever overgaan tot tussentijdse beëindiging van het van Werk naar werk-traject en overgaan tot ontslag. In dat geval wordt aan de ambtenaar ontslag verleend op grond van artikel 8:3 CAR/LAR met ingang van de dag volgend op die waarop het Van werk naar werk-traject is beëindigd. De werkgever kan in dat geval bij de instelling die de Werkloosheidswet uitvoert, melden dat sprake is van verwijtbare werkloosheid hetgeen kan leiden tot weigering van de WW-uitkering. De ambtenaar aan wie geen WW-uitkering wordt toegekend zal ook geen aanspraak kunnen maken op een aanvullende en een na-wettelijke uitkering.
De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie behoudt recht op het salaris en het salarisperspectief, zoals die voor hem golden in de oude functie.
Artikel 3.12 Persoonsgebonden toelagen
De ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een andere functie binnen de gemeentelijke organisatie behoudt recht op zijn persoonsgebonden toelagen.
Artikel 3.14 Aanvullende scholing
De werkgever onderzoekt of het nodig is de ambtenaar die wordt overgeplaatst naar een passende of geschikte functie binnen de gemeentelijke organisatie bij of om te scholen voor het vervullen van zijn nieuwe functie. De ambtenaar kan daartoe worden verplicht. De kosten van de scholing zijn voor rekening van de gemeente.
Artikel 3.15 Functie buiten de gemeentelijke organisatie
Indien de ambtenaar als bedoeld in het eerste lid een functie van ten minste een gelijke betrekkingsomvang accepteert buiten de gemeentelijke organisatie, vult de werkgever het brutosalaris gedurende drie jaar aan tot aan het niveau van het brutosalaris dat de ambtenaar genoot direct voorafgaand aan het ontslag. De ambtenaar die een functie accepteert met een kleinere betrekkingsomvang ontvangt gedurende drie jaar een aanvulling van zijn brutosalaris naar rato.
Hoofdstuk 5 Privatisering en taakoverheveling
Artikel 5.1 Werkingssfeer hoofdstuk
Dit hoofdstuk is alleen van toepassing op privatiseringen en publiekrechtelijke taakoverhevelingen.
Voordat de werkgever een besluit neemt over de overgang van een ambtenaar naar de betrokken privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie, biedt hij de betrokkene de gelegenheid om zijn belangstelling kenbaar te maken voor passende functies die op dat moment vacant zijn of op korte termijn vacant worden in de gemeentelijke organisatie. De ambtenaar zal als interne kandidaat in de selectieprocedure worden betrokken.
Artikel 5.4 Geen passende of geschikte functie
De onder het vierde lid bedoelde ambtenaar die ten tijde van de boventallig verklaring een dienstverband heeft bij de gemeente Kampen van tenminste twee jaar, heeft recht op een Van werk naar werk-traject op grond van het bepaalde in artikel 10d:12 en verder CAR/LAR. In verband hiermee wordt door de werkgever en de ambtenaar gezamenlijk een Van werk naar werk-onderzoek verricht in de zin van artikel 10d:15 CAR/LAR, waarna partijen een Van werk naar werk-contract opstellen zoals bepaald in artikel 10d:16 CAR/LAR.
Als het georganiseerd overleg van mening is dat de privatisering of taakoverheveling zodanig ingrijpende personele gevolgen met zich meebrengt dat hierover aanvullende afspraken moeten worden gemaakt, wordt door de werkgever een sociaal plan opgesteld. Dit plan regelt de overplaatsingsprocedure (inclusief de ontslag- en aanstellingsprocedure van het over te plaatsen personeel) en bevat rechtspositionele bepalingen. Over dit sociaal plan moet in het georganiseerd overleg overeenstemming worden bereikt.
Artikel 5.6 Rechtspositievergelijking
Indien de betrokken ambtenaren overgaan naar een privaatrechtelijke of een andere publiekrechtelijke werkgever waarvoor een afwijkende rechtspositieregeling of CAO geldt, maakt de werkgever een vergelijking tussen de arbeidsvoorwaardenpakketten die van toepassing zijn op de gemeentelijke werkgever en de nieuwe werkgever.
Indien uit de vergelijking blijkt dat het totaalpakket van arbeidsvoorwaarden (bestaande uit in ieder geval salaris, uitkeringen en toelagen, (pre)pensioen, vakantie, ziektekostenregeling en werkloosheidsuitkering) bij de nieuwe werkgever minder is dan het totaalpakket bij de gemeentelijke werkgever, worden in het sociaal plan nadere afspraken gemaakt over afbouw, behoud of compensatie van aanspraken.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 18 november 2014
burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen,
de secretaris,
J.F. Goedegebure
de burgermeester,
drs. mr. B. Koelewijn
Toelichting Sociaal Statuut Gemeente Kampen
Artikel 1.5 Domeinbepaling Met het bepalen van het domein van de organisatiewijziging kan specifiek worden aangegeven op welk deel van de organisatie de organisatiewijziging betrekking heeft. Daarmee wordt voorkomen dat functies in delen van de organisatie waarin geen wijzigingen worden beoogd toch betrokken worden, bijvoorbeeld bij toepassing van het afspiegelingsbeginsel. Als gevolg van het systeem van generieke functiebeschrijving komen vergelijkbare functies namelijk in de hele organisatie voor. Met een domeinbepaling kan worden voorkomen dat bij een relatief kleine organisatiewijziging niet vergelijkbare functies in de hele organisatie moeten worden meegenomen, maar enkel de functies in het deel waarop de organisatiewijziging betrekking heeft. Onderdeel van het bepalen van het domein zal ook zijn het bepalen van de ingangsdatum van de organisatiewijziging.
Met deze bepaling wordt het mogelijk dat in goed overleg tussen werkgever en een medewerker die in beginsel is geplaatst of naar verwachting geplaatst zal gaan worden, afspraken te maken over het vrijwillig plaatsmaken voor een collega. Dit kan bijvoorbeeld aan de orde zijn bij medewerkers die binnen relatief korte tijd met pensioen kunnen gaan. Criterium is dat wel sprake moet zijn van een verantwoorde bedrijfsvoering. Indien het effect daarvan bijvoorbeeld is dat de werkgever met extra kosten wordt geconfronteerd, kan dat reden zijn het verzoek af te wijzen. Daaronder kan bijvoorbeeld ook worden verstaan dat niet te veel medewerkers van de remplaçantenregeling gebruik gaan maken. Ook is het denkbaar dat een verzoek niet wordt ingewilligd omdat de betreffende medewerker beschikt over specifieke kennis die niet direct kan worden gemist.
Artikel 3.5 Voorkeursvolgorde bij herplaatsing In artikel 3.3 is al het uitgangspunt geformuleerd dat medewerkers met een aanstelling voor bepaalde tijd pas aan bod komen nadat voor het vaste personeel een eerste ronde is geweest. Bij de plaatsingsvolgorde is verder van belang dat eerst bezien wordt of de ambtenaar zijn eigen ongewijzigde functie kan blijven vervullen. Pas als dat niet mogelijk blijkt zal afspiegeling plaatsvinden. Bij de afspiegeling zal derhalve geen rekening worden gehouden met medewerkers met een aanstelling voor bepaalde tijd. Eerst in een eventuele tweede ronde van resterende vacatures zullen deze kunnen deelnemen. Omdat medewerkers met een aanstelling voor bepaalde tijd in zijn geheel zijn uitgezonderd, wijkt op dit punt de procedure iets af van hoofdstuk 10 van de Beleidsregels UWV. Dit geldt ook voor de domeinbepaling die afwijkt van de vestigingsregel zoals die door UWV wordt gehanteerd.
Het afspiegelingsbeginsel wordt toegepast per categorie uitwisselbare functies op basis van de leeftijdsopbouw binnen de betreffende categorie uitwisselbare functies. Het personeel van de categorie uitwisselbare functies wordt ingedeeld in vijf leeftijdsgroepen, te weten van 15 tot 25 jaar, van 25 tot 35 jaar, van 35 tot 45 jaar, van 45 tot 55 jaar en van 55 jaar en ouder. De verdeling van de ontslagen over de leeftijdsgroepen dient op een zodanige wijze plaats te vinden dat de leeftijdsopbouw binnen de categorie uitwisselbare functies vóór en ná verhoudingsgewijs zoveel mogelijk gelijk blijft. Vervolgens wordt binnen elke leeftijdsgroep de werknemer met het kortste dienstverband als eerste voor herplaatsing voorgedragen.
Afspiegeling is niet aan de orde als een unieke functie (een functie die slechts door één werknemer
wordt bekleed) komt te vervallen. Evenmin is afspiegeling aan de orde bij een categorie uitwisselbare functies die geheel komt te vervallen.
Artikel 4.3 Bedenkingen tegen voorstel In lid 3 staat vermeld dat de ambtenaar zich kan laten bijstaan door een raadsman. Dit kan een jurist zijn van een vakbond of een rechtsbijstandverzekeraar. Het recht op bijstand vloeit voort uit de Algemene wet bestuursrecht. Een raadsman kan ook een adviseur, een vriend, kennis of familielid zijn. Eventuele kosten zijn voor rekening van de ambtenaar.
Artikel 5.1 Werkingssfeer hoofdstuk Dit hoofdstuk is niet van toepassing op gemeentelijke herindelingen. Dan is de wet Wet Algemene regels herindeling (Ahri) van toepassing is.