Organisatie | Halderberge |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op het beheer en het gebruik van de algemene begraafplaats Oudenbosch |
Citeertitel | Verordening op het beheer en het gebruik van de algemene begraafplaats Oudenbosch |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet op de lijkbezorging
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-09-2010 | Onbekend | 25-09-1997 Halderbergse Bode 8 september 2010 | Onbekend |
Het beheer van de algemene begraafplaats wordt gevoerd door burgemeester en wethouders. Zij voorzien in alle gevallen met betrekking tot het beheer van de begraafplaats, waarvoor geen regeling is getroffen. Het dagelijks toezicht wordt uitgeoefend door of vanwege het sectorhoofd van de sector Ruimtelijke ordening en beheer.
Van de algemene begraafplaats kunnen burgemeester en wethouders gedeelten bestemmen om uitsluitend te dienen voor het begraven van het stoffelijk overschot van leden van bepaalde kerkelijke gezindten, indien daartoe door het bevoegd kerkelijk bestuur wordt verzocht. De bepalingen van deze verordening en die van de “Verordening op de heffing en invordering van rechten voor het gebruik van de algemene begraafplaats Oudenbosch” zijn eveneens op deze gedeelten van toepassing.
Hoofdstuk 2 De bijzondere graven
Het uitsluitend recht om een stoffelijk overschot in een bepaald graf op de algemene begraafplaats te doen begraven, wordt verleend onder de in de akte van uitgifte te stellen voorschriften. Aan de uitgifte wordt het voorschrift verbonden, dat op het verleende recht van toepassing zijn de bepalingen van deze verordening
zoals deze luiden ten tijde van de uitgifte van het graf of na eventuele wijziging of vernieuwing van de
Met inachtneming van de verordening begrafenisrechten kan onder door burgemeester en wethouders te stellen voorschriften worden toegestaan in daartoe aangewezen bijzondere graven grafkelders te doen bouwen. Deze te bouwen grafkelders moeten voldoen aan door burgemeester en wethouders te stellen eisen.
In elk bijzonder graf wordt niet meer dan één stoffelijk overschot begraven. De bijzetting van een urn of asbus kan worden toegestaan. Indien het stoffelijke overschotten van kinderen van 11 jaar oud en daar beneden geldt, beslissen burgemeester en wethouders of in een graf meer stoffelijke overschotten begraven kunnen worden.
Burgemeester en wethouders boeken het uitsluitend recht tot begraven in een graf op de algemene begraafplaats na het overlijden van de rechthebbende op aanvraag van hem (hen), die krachtens erfrecht belanghebbende bij het graf is (zijn), over op naam van een door hem (hen) aangewezen persoon, mits de begraafplaats niet gesloten verklaard is en het verzoek om overboeking is gedaan overeenkomstig het in dit lid bepaalde en binnen een jaar na het overlijden. In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders een aanvraag om overboeking, als bedoeld in dit lid, inwilligen, ook al is de aanvraag niet binnen bedoelde termijn van één jaar gedaan. Alsdan wordt de overboeking geacht te zijn geschied, gerekend met ingang van de dag, volgende op die van het overlijden van de vorige rechthebbende. Wanneer in geval van overlijden niet tijdig een aanvraag om overboeking is gedaan of burgemeester en wethouders de aanvraag afwijzen, vervalt het uitsluitend recht tot begraven aan de gemeente.
Het recht tot plaatsing van een urn, waarin aanwezig de asresten van een overledene, wordt verleend onder de in de akte van uitgifte te stellen voorschriften.Aan de uitgifte wordt het voorschrift verbonden, dat op het verleende recht van toepassing zijn de bepalingen van deze verordening, zoals deze luiden ten tijde van de uitgifte van een urnenbewaarplaats ofna eventuele wijziging of vernieuwing van de verordening zullen luiden.
Hoofdstuk 5 Maatregelen van orde
De begraafplaats is voor het publiek geopend op de dagen en uren, door burgemeester en wethouders te bepalen.
De toegang tot de begraafplaats is verboden voor kinderen beneden de leeftijd van 15 jaren, zonder geleide van ouderen.
De bestuurders of ondernemers van een begrafenis en hun personeel, bezoekers van de begraafplaats, belangstellenden voor het bijwonen van een teraardebestelling en personen, die als rechthebbende op een graf of vanwege deze, werkzaamheden op de begraafplaats verrichten, zijn verplicht zich stipt te gedragen naar de aanwijzingen van de daartoe door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaar.
Hoofdstuk 6 Voorwerpen op de graven
Een vergunning, als bedoeld in het eerste lid, wordt ten aanzien van een bijzonder graf uitsluitend verleend aan de rechthebbende op het graf. Een vergunning voor een gedenkteken op een bijzonder graf blijft van kracht, zolang de rechthebbende op het graf of een van zijn rechtverkrijgenden het uitsluitend recht tot het doen begraven van een stoffelijk overschot in dat graf heeft. Een vergunning voor een gedenkteken op een algmeen graf blijft van kracht tot aan het einde van het tienjarig tijdvlak waarin het graf niet mag worden geruimd.
Aan een vergunning als bedoeld in het eerste lid, wordt het voorschrift verbonden, dat op het aanbrengen en hebben van een gedenkteken van toepassing zijn de bepalingen van deze verordening, zoals deze luiden
ten tijde van het verlenen van de vergunning of na eventuele wijziging of vernieuwing van de verordening zullen luiden.
Door gebruik te maken van de vergunning, verleend ten aanzien van een bijzonder graf, wordt de rechthebbende op het graf en door gebruik te maken van de vergunning, verleend ten aanzien van een algemeen graf, wordt de houder van de vergunning geacht tegenover de gemeente Halderberge afstand te hebben gedaan van alle aanspraken op vergoeding van schade en de gemeente te vrijwaren voor alle vorderingen, welke derden kunnen doen gelden tot vergoeding van schade, een en ander voor wat betreft schade, welke in enigerlei verband staat met het verlenen van de vergunning.
Gedenkteken, die naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet in een behoorlijke staat van onderhoud verkeren, kunnen in opdracht van het college verwijderd en vernietigd worden na voorafgaande waarschuwing door dat college aan de rechthebbende, aan het adres vermeld in het daartoe bestemde register, en ten aanzien van een algemeen graf aan de houder van de vergunning.
De verwijdering en de vernietiging geschieden zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op het afkomend materiaal of op enigerlei vergoeding of restitutie.