Organisatie | Noord-Holland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Mandaatbesluit Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Noord-Holland 2014 |
Citeertitel | Mandaatbesluit Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Noord-Holland 2014 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | natuur, landschap, platteland, mandaat |
het Mandaatbesluit Dienst Regelingen Noord-Holland 2013 wordt ingetrokken
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-02-2015 | nieuwe regeling | 03-02-2015 Provinciaal blad, 2015, 20 | 539744-558653 |
De directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, de directeur Kernprocessen EU en Klantcontact & Gegevens, de Afdelingsmanager Subsidies en de afdelingsmanager Juridische Zaken zijn gemachtigd namens gedeputeerde staten te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende de beantwoording van aan gedeputeerde staten gerichte individuele brieven en mondelinge verzoeken, die betrekking hebben op de in artikel 2:1, onderdelen a. tot en met g. genoemde regelingen, voor zover het antwoord zich beperkt tot een beschrijving van de geldende wet- en regelgeving c.q. van het vigerende beleid, althans niet van zodanige beleidsmatige, politieke of financiële betekenis is, of anderszins vanwege zijn aard of inhoud zodanig is, dat deze door gedeputeerde staten dienen te worden afgedaan.
De directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, de directeur Kernprocessen EU en Klantcontact & Gegevens , de afdelingsmanager Juridische Zaken en de teammanagers van de afdeling Juridische Zaken zijn gemachtigd om namens gedeputeerde staten te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende de afhandeling van klachten en klaagschriften als bedoeld in hoofdstuk 9.1 van de Algemene wet bestuursrecht, voor zover de gedragingen betrekking hebben op de in leden 2 en 4 van dit artikel, of op de in artikel 2:1, onderdelen a. tot en met g. genoemde regelingen en besluiten en de antwoorden zich beperken tot een beschrijving van de geldende wet- en regelgeving c.q. van het vigerende beleid.
De afdelingsmanager Juridische Zaken en de teammanagers Juridische Zaken zijn gemachtigd om, voor zover verband houdende met de uitvoering van de regelingen genoemd in artikel 2:1, onderdelen a. tot en met g., namens gedeputeerde staten te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende de afwijzing van verzoeken om schadevergoeding op grond van artikel 4:50 van de Algemene wet bestuursrecht en de toekenning van schadevergoeding op grond van artikel 4:50 van de Algemene wet bestuursrecht tot bedragen van ten hoogste € 5.000,-, alsmede de met de toekenning samenhangende besluiten bedoeld in de afdelingen 4.4.1 en 4.4.2 van de Algemene wet bestuursrecht.
Hoofdstuk 2. natuurbeheer, agrarisch natuurbeheer, landschapsbeheer en bebossing landbouwgronden
Paragraaf 2. Bezwaar en beroep
De directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, de directeur Kernprocessen EU en Klantcontact & Gegevens , de afdelingsmanager Juridische Zaken en de teammanagers Juridische Zaken van RVO.nl, zijn gemandateerd en gemachtigd namens gedeputeerde staten te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:
de verschuldigdheid en de hoogte van de dwangsom bij niet tijdig beslissen en de terugvordering van dwangsommen bij onverschuldigde betaling, voor zover de verzoeken hiertoe hangende de bezwaarprocedure worden gedaan en verband houden met de uitvoering van de regelingen, genoemd in de onderdelen a tot en met g van artikel 2:1;
bezwaarschriften tegen besluiten van paragraaf 8.1. van de Uitvoeringsregeling natuur en landschapsbeheer Noord-Holland en daarmee samenhangende beslissingen tot verdaging van beslissingen, op welke beschikkingen hetgeen in de onderdelen b, c, d, e en f van dit artikel is bepaald van overeenkomstige toepassing is.
De functionarissen bedoeld in de artikelen 1:1, 2:1 en 2:2, alsmede de onder hen ressorterende medewerkers van RVO.nl zijn gemachtigd om ter voorbereiding van de in artikel 2:1 en 2:2 bedoelde besluiten en handelingen alle nodige werkzaamheden te verrichten.
De directeur-generaal Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, de directeur Kernprocessen EU en Klantcontact & Gegevens, de afdelingsmanager Juridische Zaken zijn gemachtigd namens gedeputeerde staten te beslissen en stukken te
ondertekenen betreffende het instellen van hoger beroep of verzet, het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening of een verzoek om opheffing of schorsing van een voorlopige voorziening of het instellen van een ander rechtsmiddel, in gedingen en tegen rechterlijke uitspraken, die het gevolg zijn van de in de artikelen 2:1 en 2:2 genoemde beschikkingen, waarbij gedeputeerde staten partij zijn, na voorafgaand overleg met gedeputeerde staten.
Met betrekking tot de machtiging van juristen werkzaam bij RVO.nl om gedeputeerde staten te vertegenwoordigen bij de bestuursrechter met betrekking tot (hoger) beroepen inzake besluiten genomen namens gedeputeerde staten met betrekking tot de in de artikelen 2:1 en 2:2 genoemde beschikkingen, zijn de machtigingen die op grond van het Besluit Mandaat, volmacht en machtiging voor het directoraat-generaal Uitvoering 2013 aan de betrokken juristen zijn verstrekt van overeenkomstige toepassing.
De gemandateerde oefent zijn bevoegdheid niet uit indien hij bij de te nemen beslissing een persoonlijk belang heeft als bedoeld in artikel 2:4, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
De gemandateerde stelt gedeputeerde staten in kennis van krachtens mandaat te nemen of reeds genomen besluiten waarvan zij moeten aannemen dat kennisneming door gedeputeerde staten gewenst is. Hier is in ieder geval sprake van indien:
De uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden, verleende (onder)volmachten of machtigingen geschiedt binnen de grenzen en met inachtneming van het ter zake geldende recht, specifiek met inachtneming van artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede de geldende beleids- en uitvoeringsregels.
Op een bezwaarschrift wordt niet besloten door degene die het primaire besluit in mandaat heeft genomen of bij de voorbereiding van het primaire besluit betrokken is geweest.
Alvorens een beslissing wordt genomen op een bezwaarschrift tegen een beslissing op basis van artikel 2:2 onderdeel g. wordt advies gevraagd aan de Stichting Certificering Subsidiestelsel Natuur en Landschapsbeheer. Indien conform het eerste lid wordt getracht het geschil op te lossen met toepassing van mediation-vaardigheden, wordt dit advies in het kader van dat traject gevraagd.
Hoofdstuk 3: activiteiten genoemd in het pMJP ILG deel B – Subsidiecriteria en de Uitvoeringsregeling POP subsidies Noord-Holland 2013
Hoofdstuk 4. overige bepalingen
De ondertekening van beslissingen in mandaat, bedoeld in de artikelen 1:1, 2:1, 2:2, 2:3, 2:4 en 3:1, luidt: het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland,
Gedeputeerde staten kunnen aan de in de artikelen 1:1, 2:1, 2:2 en 3:3 genoemde functionarissen, naar aanleiding van door RVO.nl verstrekte inlichtingen in een specifiek geval of de door RVO.nl uitgebrachte rapportages, in aanvulling op hetgeen is vermeld in hoofdstuk 2 paragraaf 4 van dit besluit, nadere instructies geven omtrent de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden.