Organisatie | Winterswijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Organisatiebesluit gemeente Winterswijk 2014 |
Citeertitel | Organisatiebesluit gemeente Winterswijk 2014 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-02-2019 | 01-11-2020 | Wijziging art. 23 | 29-01-2019 | 167716 | |
16-12-2014 | 01-01-2014 | 15-02-2019 | nieuwe regeling | 16-12-2014 Geen | 63764 |
burgemeester en wethouders van de gemeente Winterswijk;
dat in het Organisatiebesluit Winterswijk 2008 regels zijn gesteld over de ambtelijke organisatie van de gemeente, met uitzondering van de griffie, daaronder begrepen de instructie voor de secretaris, alsmede regels op grond van de Financiële verordening gemeente Winterswijk over de uitvoering van de begroting en de inrichting van de financiële organisatie;
dat dit besluit dient te worden gewijzigd in verband met de met ingang van 1 januari 2014 doorgevoerde wijziging in de ambtelijke organisatie, zoals neergelegd in het op 15 oktober 2013 vastgestelde Organisatiedocument 2013-2018;
gelet op de artikelen 160, 103 en 212 van de Gemeentewet, alsmede de
artikelen 5 en 21 van de Financiële verordening gemeente Winterswijk 2011;
vast te stellen de navolgende regeling inzake de ambtelijke organisatie van de gemeente Winterswijk:
In dit besluit wordt verstaan onder:
budget: een taakstelling tot uitdrukking komend in inkomsten respectievelijk uitgaven verbonden aan één of meer programma’s, producten, en/of (hulp) kostenplaatsen in de begroting, dan wel aan een investering. Tot het budget worden tevens gerekend het realiseren van de in de programmabegroting en productenraming dan wel bij de investering opgenomen kwaliteit, prestaties, kengetallen en voorschriften;
Gelet op het uitgangspunt van een flexibele organisatie wordt de verdere inrichting van de organisatie, zoals vastgelegd in het Organisatiedocument ‘Wij’ 2013-2018, niet vastgelegd in dit besluit. Deze verdere inrichting van de organisatie, waaronder de indeling in teams en de clustering daarvan, kan door de directeur, in overleg met het managementteam en de ondernemingsraad en met goedkeuring van burgemeester en wethouders, worden gewijzigd.
De manager is verantwoordelijk voor een doelmatige en doelgerichte inrichting (inclusief een adequate beschrijving) van de bedrijfsvoeringsprocessen, zoals bedoeld in de door de raad op grond van artikel 213a Gemeentewet vastgestelde Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Winterswijk.
Alle mede aan de hand van de gestelde werkdoelen binnen een team uit te voeren activiteiten/werkzaamheden worden gerelateerd aan een primair proces. De uitkomst van een primair proces is altijd een product of dienst. Beleidsmatig gelijksoortige producten/diensten worden gegroepeerd in clusters, deze worden vastgesteld door het college. Het team draagt integrale verantwoordelijkheid voor de voortbrenging van de te leveren producten, ook indien andere teams daaraan bijdragen.
waarbij zijn rol binnen de financiële organisatie nader is geregeld in artikel 18.
Onder de bestuurlijke verantwoordelijkheid van het college en de ambtelijke eindverantwoordelijkheid van de directeur draagt de Concerncontroller de zorg voor:
de bewaking van de voortgang en de inhoudelijk-beleidsmatige kwaliteit van de gemeentelijke planning & controlcyclus inclusief het opstellen van de gemeentebegroting en de aansluiting op de daaraan ten grondslag liggende jaarplannen en het opstellen van de financiële prognoses en de jaarrekening en het jaarverslag voor de gemeente als geheel;
de voorbereiding en de begeleiding van de aanbesteding van de accountantscontrole van de gemeenterekening. De concerncontroller treedt hierbij op in nauw overleg met de griffier die hiervoor eindverantwoordelijk is namens de raad. De concerncontroller draagt eveneens de zorg voor de facilitering van de accountant bij de voorbereiding en uitvoering van de accountantscontrole en neemt hierbij het gestelde in artikel 5 van de “Controleverordening gemeente Winterswijk” in acht en ziet er op toe, dat ook de andere ambtenaren van de gemeente deze regels in acht nemen;
De comptabele voert zijn taken uit onder toezicht van de manager team Financieel Beheer en binnen de kaders van de Wet financiering decentrale overheden (inclusief het verplicht schatkistbankieren), de Wet houdbare overheidsfinanciën, de Financiële verordening gemeente Winterswijk 2011 (met name artikel 12 inzake de financieringsfunctie) en het Treasurystatuut gemeente Winterswijk 2014.
Onder de verantwoordelijkheid van de teamcoördinator Financieel Beheer berust de zorg voor het chartale kasbeheer inzake debiteurenbetalingen bij de kassiers. De kassiers zijn belast met alleen de inning van debiteurenbetalingen in contant geld en dienen zorg te dragen voor minimaal wekelijkse afstorting van overtollige kasgelden en een deugdelijke afrekening van de verkregen ontvangsten.
Voor het fiatteren voor akkoord van betalingsstukken en ontvangsten die voortvloeien uit de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Jeugdwet kan worden afgeweken van lid 5. De desbetreffende betalingsstukken en ontvangsten worden dan niet voor akkoord gefiatteerd door de verantwoordelijke (deel)budgethouder maar door een specialist B Financiën/Personeel/Publiek van het Team Backoffice of door een medewerker uitvoering B Administratie/Secretariaat van de afdeling Financieel Beheer.
Artikel 24 Budgetbevoegdheden en plichten
Het college kan bij specifieke verplichtingen aangegeven, dat deze pas kunnen worden aangegaan na uitdrukkelijke toestemming van het college. Verplichtingen genoemd in het vijfde en het zesde lid van artikel 7 van de “Financiële verordening gemeente Winterswijk 2011” en verplichtingen met politiek-bestuurlijke implicaties worden te allen tijde van tevoren voorgelegd aan het college.
Onderschrijdingen van door het college toegewezen werkdoelbudgetten voor uitgaven mogen niet worden aangewend voor nieuw beleid en beleidsintensiveringen maar kunnen worden aangewend ter compensatie van overschrijdingen binnen het desbetreffende product(cluster) van een programma, indien en voor zover de Programmabegroting daarvoor ruimte biedt.