Organisatie | Leeuwarden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Overige redenen Buitengewoon verlof |
Citeertitel | Buitengewoon verlf overige redenen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Per 1 1 2020 is deze regeling vervallen door de invoering van de Wet Normalisering Rechtspositie Ambtenaren
artikel 6.4. CAR
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-02-2015 | 01-01-2020 | Onbekend | 17-02-2015 geen | geen |
Het in artikel 6:4:5, derde lid van de Arbeidsvoorwaardenregeling bedoelde verlof bedraagt maximaal voor de ambtenaar, die is gekozen of benoemd tot
Artikel 2 Omvang verlof andere publiekrechtelijke colleges
Voor de ambtenaar, die is benoemd of verkozen in een publiekrechtelijk college, niet genoemd in artikel 1, wordt het verlof bepaald door Burgemeester en Wethouders aan de hand van de omvang van de als gevolg van de benoeming of verkiezing te vervullen werkzaamheden, waarbij het gestelde in artikel 1 als richtlijn wordt genomen en met dien verstande, dat het verlof in geen geval meer dan 32 uur per week bedraagt.
Artikel 3 Inhouding bezoldiging
De in artikel 6:4:5, tweede lid van de Arbeidsvoorwaardenregeling bedoelde inhouding is gelijk aan het bedrag van de bezoldiging over de tijd, dat de ambtenaar verlof geniet, met een maximum van hetgeen de ambtenaar geacht kan worden te ontvangen aan vaste vergoeding, als bedoeld in genoemd artikel, voor de met het verlof overeengekomen tijd.
Ter bepaling van dit maximum wordt de vaste vergoeding geacht betrekking te hebben:
Artikel 4 Inhoud bezoldiging andere publiekrechtelijke colleges
Voor de ambtenaar, bedoeld in artikel 2, wordt ter bepaling van het in artikel 3 bedoeld maximum de eventuele vaste vergoeding geacht betrekking te hebben op een tijdsduur, die door Burgemeester en Wethouders wordt bepaald aan de hand van de omvang van de als gevolg van de benoeming of verkiezing te vervullen werkzaamheden, waarbij het gestelde in artikel 3 als richtlijn wordt genomen.
Dit uitvoeringsvoorschrift treedt in werking met ingang van de dag van inwerkingtreding van de Arbeidsvoorwaardenregeling (laatste wijziging B&W-besluit d.d.03-09-02 notanr.21400).