Organisatie | Leerdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2015 |
Citeertitel | Verordening reclamebelasting 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt per 1 januari 2015 de Verordening reclamebelasting 2014.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 01-01-2015 | 01-01-2021 | nieuwe regeling | 11-12-2014 zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-6934.html, 26-01-2015 | Z.14-08543 |
De raad van de gemeente Leerdam,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;
overwegende de begrotingsvoorstellen 2015 en de wenselijkheid om de Verordening reclamebelasting 2014 te actualiseren;
gelet op artikel 227 van de Gemeentewet;
Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2015 (Verordening reclamebelasting 2015)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
vestiging: een object als bedoeld in de Wet waardering onroerende zaken, dat duurzaam wordt gebruikt voor het aanbieden van goederen of diensten met een winstoogmerk,daaronder begrepen winkels, horeca en kantoren;
Deze verordening is van toepassing binnen het aangewezen gebied van de gemeente Leerdam, zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende kaarten ‘Gebiedsbepaling Reclamebelasting van wijk Centrum Leerdam’ en ‘Gebiedsbepaling Reclamebelasting van wijk West Leerdam’. Het gebied waarop de reclamebelasting betrekking heeft, wordt begrensd door:
Onder de titel ‘reclamebelasting’ wordt binnen de gebieden als bedoeld in artikel 2 van deze verordening een belasting geheven voor openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg.
De reclamebelasting wordt niet geheven voor openbare aankondigingen:
die korter dan 13 weken aanwezig zijn, tenzij deze openbare aankondigingen zijn geplaatst in een voorziening waarin, waaraan of waarop wisselende openbare aankondigingen worden geplaatst, die individueel korter dan 13 weken aanwezig zijn, maar waarbij de verschillende openbare aankondigingen gezamenlijk 13 weken of meer aanwezig zijn;
Daarnaast worden woningonderdelen niet in de aanslagoplegging reclamebelasting betrokken.
Artikel 6 Maatstaf van heffing en belastingtarieven
De reclamebelasting wordt geheven per vestiging naar een vast bedrag verhoogd met een percentage van de vastgestelde waarde van de vestiging als bedoeld in de Wet waardering onroerende zaken, met in achtneming van het overige in deze verordening bepaalde.
Het tarief van de reclamebelasting bedraagt voor openbare aankondigingen:
het bedrag onder onderdeel a van dit artikel wordt verhoogd met 0,055% van de voor het belastingjaar vastgestelde waarde als bedoeld in de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 7 Berekening van de reclamebelasting
De waarde en afbakening van een vestiging worden vastgesteld overeenkomstig een object als bedoeld in de Wet waardering onroerende zaken. Als in een object meerdere ondernemingen zijn gevestigd kan op verzoek de vastgestelde waarde in evenredigheid worden toegerekend.
In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet de reclamebelasting worden betaald in één termijn, die vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid van dit artikel gestelde termijn.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reclamebelasting.
Artikel 14 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘Verordening reclamebelasting 2014’, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 15 mei 2014, wordt ingetrokken met ingang van de genoemde datum van ingang van de heffing in het derde lid van dit artikel, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in de openbare vergadering
van de raad van 11 december 2014
de griffier, de voorzitter,