Organisatie | Noord-Holland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale Staten en Statencommissies van Noord-Holland 2015 |
Citeertitel | Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale Staten en Statencommissies van Noord-Holland 2015 |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-09-2018 | artikel 72a, 72b | 09-07-2018 | |||
18-07-2017 | 06-09-2018 | art. 1, art. 14, art. 41, art. 48, art. 53 | 10-07-2017 | PB NH 2017-82 | |
07-06-2017 | 18-07-2017 | art. 42 | 08-02-2016 | PB NH 2017-58 | |
18-02-2015 | 07-06-2017 | nieuwe regeling | 02-02-2015 Provinciaal blad, 2015, 19 | voordracht 01.2015 |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Provinciale Staten
Artikel 2 Elektronisch aanbieden/ publicatie
Waar in dit reglement sprake is van het verzenden dan wel ter kennis brengen van stukken aan de leden van Provinciale Staten of aan de leden van een Statencommissie, kan worden volstaan met elektronisch aanbieden van bedoelde stukken, tenzij het geheime karakter van de stukken zich daartegen verzet.
Provinciale Staten kunnen Gedeputeerde Staten verzoeken de secretaris in de vergadering aanwezig te laten zijn en deel te laten nemen aan de beraadslagingen, als bedoeld in dit reglement.
Hoofdstuk 2 Toelating van nieuwe leden en fracties
Indien boven de kandidatenlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie in Provinciale Staten deze aanduiding als naam. Indien geen aanduiding boven de kandidatenlijst was geplaatst, deelt de fractie in de eerste vergadering van Provinciale Staten in nieuwe samenstelling aan de voorzitter mee welke naam deze fractie in Provinciale Staten wil voeren.
Hoofdstuk 3 Vergaderingen Provinciale Staten
Artikel 13 Oproep en verspreiding vergaderstukken
Indien op stukken geheimhouding rust op grond van artikel 25, tweede lid, van de Provinciewet èn Gedeputeerde Staten daarom expliciet en gemotiveerd hebben verzocht, blijven de stukken in afwijking van het tweede lid onder de griffier die desgevraagd uitsluitend inzage verleent aan de leden van Provinciale Staten.
Een gewijzigde voorlopige agenda dan wel aanvullende documenten en voorstellen worden zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk twee werkdagen voor aanvang van de vergadering aan de leden van Provinciale Staten gezonden, op de provinciale website gepubliceerd en op het provinciehuis ter inzage gelegd. De reden van die nazending wordt daarbij aangegeven.
Paragraaf 2 Orde der vergadering
Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid van Provinciale Staten onmiddellijk de presentielijst.
Artikel 17 Opening vergadering; quorum
Wanneer een kwartier na het vastgestelde aanvangstijdstip niet het door de wet vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, met inachtneming van artikel 20 van de Provinciewet.
Artikel 18 Primus bij hoofdelijke stemming
Alvorens de aangekondigde onderwerpen aan de orde te stellen deelt de voorzitter mede bij welk lid van Provinciale Staten de hoofdelijke stemming zal beginnen. Daartoe wordt bij loting een volgnummer van de presentielijst aangewezen.
De leden, de voorzitter en, naar aanleiding van en met betrekking tot hun deelname aan de beraadslaging, leden van het college van Gedeputeerde Staten, de griffier en de secretaris kunnen een voorstel tot wijziging aan Provinciale Staten doen, indien de notulen onjuistheden bevatten of niet duidelijk weergeven hetgeen gezegd of besloten is.
Artikel 24 Handhaving orde en schorsing
Indien een spreker zich beledigend of onbetamelijk uitlaat, afwijkt van het aanhangige onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, kan hij door de voorzitter tot de orde worden geroepen. Indien de spreker zijn gedrag voortzet, kan de voorzitter hem gedurende de beraadslaging over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Provinciale Staten kunnen op voorstel van de voorzitter of een lid van Provinciale Staten besluiten om over één of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk te beraadslagen.
Op verzoek van een lid van Provinciale Staten of op voorstel van de voorzitter kunnen Provinciale Staten besluiten de beraadslaging voor een door de voorzitter te bepalen tijd te schorsen teneinde Gedeputeerde Staten of de leden van Provinciale Staten de gelegenheid te geven tot onderling beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is en de voorzitter dit heeft aangegeven.
Na het sluiten van de beraadslaging en voordat Provinciale Staten tot stemming overgaan, heeft ieder lid gedurende maximaal één minuut het recht zijn uit te brengen stem te motiveren door het afleggen van een stemverklaring.
Paragraaf 3 Procedures bij stemmingen
Indien geen stemming wordt verlangd stelt de voorzitter vast dat het voorstel zonder stemming is aangenomen.
Artikel 32 Hoofdelijke stemming
Ingeval de voorzitter dan wel een lid hoofdelijke stemming verlangt, roept de voorzitter of de griffier de leden van Provinciale Staten bij naam op om hun stem uit te brengen, te beginnen bij het lid dat daartoe is aangewezen overeenkomstig artikel 18. Vervolgens geschiedt de stemming naar volgorde van de presentielijst.
Artikel 34 Stemming over personen
Artikel 35 Herstemming over personen
Wanneer ook bij deze tweede stemming niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.
Hoofdstuk 4 Rechten van Statenleden
Ieder lid van Provinciale Staten kan tot het sluiten van de beraadslagingen amendementen indienen bij de voorzitter. Een amendement kan het voorstel inhouden om een geagendeerd voorstel in één of meer onderdelen te splitsen, waarover afzonderlijke besluitvorming zal plaatsvinden. Er wordt alleen beraadslaagd over amendementen die ingediend zijn door leden van Provinciale Staten die de presentielijst hebben getekend.
Artikel 39 Overgenomen amendement
Vanaf het moment dat een amendement wordt overgenomen door Provinciale Staten maakt het onderdeel uit van het voorstel dat in stemming wordt gebracht.
Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behoudens in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen, uiterlijk op de vrijdag voorafgaand aan de Statenvergadering om 12.00 uur schriftelijk ingediend bij de voorzitter. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de te stellen vragen.
2. De voorzitter brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden van Provinciale Staten en de gedeputeerden.
3. Bij de vaststelling van de agenda van de eerstvolgende vergadering na indiening van het verzoek wordt het verzoek in stemming gebracht. Om een interpellatie te kunnen houden is de instemming nodig van een vijfde deel van de leden van Provinciale Staten.
4. Een interpellatie kan maximaal één uur duren.
5. De voorzitter bepaalt de spreektijd voor de deelnemers aan de interpellatie.
6. De voorzitter verleent aan de interpellant het woord om één of meer vragen aan Gedeputeerde Staten of de commissaris van de Koning te stellen en een toelichting daarop te geven.
7. Na de beantwoording door Gedeputeerde Staten of de commissaris van de Koning krijgt de
interpellant desgewenst het woord om aanvullende vragen te stellen.
8. Vervolgens kan de voorzitter aan andere leden van Provinciale Staten het woord verlenen om hetzij aan de interpellant, hetzij aan Gedeputeerde Staten, hetzij aan de commissaris van de Koning vragen te stellen over hetzelfde onderwerp.
9. Indien de interpellatie de commissaris van de Koning betreft, wordt het voorzitterschap van de vergadering voor de duur van die interpellatie waargenomen door de vicevoorzitter.
Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behoudens in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen, tenminste één werkdag voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de voorzitter ingediend. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de te stellen vragen.
Artikel 45 Schriftelijke vragen
Schriftelijke beantwoording vindt zo spoedig mogelijk plaats, in ieder geval binnen dertig dagen nadat de vragen zijn binnengekomen. Indien beantwoording niet binnen deze termijn kan plaatsvinden, stellen Gedeputeerde Staten de vragensteller hiervan gemotiveerd schriftelijk in kennis, waarbij de termijn aangegeven wordt, waarbinnen beantwoording zal plaatsvinden. Op dit bericht is het bepaalde in het vierde lid van overeenkomstige toepassing.
De vragensteller kan, bij schriftelijke beantwoording in de eerstvolgende vergadering van Provinciale Staten en bij mondelinge beantwoording in dezelfde vergadering van Provinciale Staten, na de behandeling van de op de agenda voorkomende onderwerpen nadere inlichtingen vragen omtrent het door Gedeputeerde Staten of de commissaris van de Koning gegeven antwoord, tenzij Provinciale Staten anders beslissen.
Het verzoek tot het houden van een actualiteit wordt uiterlijk op de vrijdag voorafgaand aan de Statenvergadering om 12.00 uur schriftelijk ingediend bij de voorzitter. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het onderwerp en de reden van spoed.
2. De voorzitter brengt het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden van Provinciale Staten en de gedeputeerden.
3. Het presidium toetst de actualiteit op spoedeisendheid en geeft hieromtrent een advies aan Provinciale Staten. Er is sprake van spoedeisendheid wanneer beraadslaging of besluitvorming in een volgende Statenvergadering overbodig of niet meer aan de orde zou zijn, bijvoorbeeld door besluitvorming van derden.
4. Bij de vaststelling van de agenda van de eerstvolgende vergadering wordt het voorstel in stemming gebracht. Om een actualiteit te kunnen houden, is instemming nodig van een vijfde deel van de leden van Provinciale Staten.
5. Een actualiteit beslaat in de regel maximaal één pagina tekst, waarbij gebruik wordt gemaakt van het door de griffie verstrekte sjabloon.
6. Een actualiteit kan gericht zijn op het verkrijgen van een uitspraak van Provinciale Staten door middel van het indienen van een motie.
7. Een actualiteit wordt afgehandeld in dezelfde vergadering als die waarvoor de desbetreffende actualiteit is ingediend.
8. De voorzitter bepaalt de spreektijd voor de deelnemers aan de actualiteit.
9. De voorzitter verleent aan de aanvrager van de actualiteit het woord om de actualiteit aan de orde te stellen en desgewenst één of meer vragen aan Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten of de commissaris van de Koning te stellen.
10. Desgewenst verleent de voorzitter het woord aan andere leden van Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten of de commissaris van de Koning voor een reactie of ter beantwoording van een vraag en vervolgens krijgt de aanvrager van de actualiteit desgewenst het woord om te reageren of aanvullende vragen te stellen.
11. Vervolgens kan de voorzitter aan andere leden van Provinciale Staten het woord verlenen om te reageren op het onderwerp of hetzij aan de indiener, hetzij aan Gedeputeerde Staten, hetzij aan de commissaris van de Koning vragen te stellen over hetzelfde onderwerp.
Artikel 49 Verslag en verantwoording
Een lid van Provinciale Staten, een gedeputeerde, de commissaris van de Koning of de griffier, die door Provinciale Staten is aangewezen als lid van het algemeen bestuur van een openbaar lichaam of van een gemeenschappelijk orgaan, ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, heeft het recht verslag te doen over zaken die in bedoeld algemeen bestuur aan de orde zijn. Een door Provinciale Staten gewenste bespreking van dit verslag kan de voorzitter doorverwijzen naar de desbetreffende commissie.
Hoofdstuk 5 Besloten vergadering
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Artikel 54 Toehoorders en pers
De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen.
Artikel 55 Verstoring orde vergadering
De voorzitter kan personen laten verwijderen ingeval zij de orde van de openbare vergadering verstoren.
Iedere Statenfractie is vertegenwoordigd in een Statencommissie volgens de volgende verdeelsleutel:
- een fractie met maximaal 7 leden mag twee leden afvaardigen per commissie;
- een fractie met 8 of meer leden tot maximaal 11 leden mag drie leden afvaardigen per commissie;
- een fractie met 12 of meer leden mag 4 leden afvaardigen per commissie;
- elke fractie vaardigt voor iedere Statencommissie tenminste 1 plaatsvervangend lid af, dat deelneemt aan de vergaderingen bij ontstentenis van een lid.
Een duocommissielid legt, alvorens zijn functie als lid uit te oefenen, in handen van de voorzitter de volgende eed (verklaring en belofte) af:
‘ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van een commissie van Provinciale Staten benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.
Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.
Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van een commissie van Provinciale Staten naar eer en geweten zal vervullen.
Artikel 66 Aanwezigheid commissaris van de Koning en Gedeputeerde Staten bij commissievergaderingen
Artikel 68 Oproep en verspreiding vergaderstukken
Indien op stukken geheimhouding rust op grond van artikel 91, tweede lid, van de Provinciewet èn Gedeputeerde Staten daarom expliciet en gemotiveerd hebben verzocht, blijven de stukken in afwijking van het derde lid onder de griffier die desgevraagd uitsluitend inzage verleend aan de leden van Provinciale Staten.
Bij aanvang van de vergadering stelt de Statencommissie de agenda vast, waarbij onderwerpen aan de agenda kunnen worden toegevoegd of afgevoerd en de volgorde van de agendapunten kan wijzigen. Als bij het vaststellen van de agenda blijkt, dat stukken die bij een agendapunt horen, minder dan twee weekeinden tevoren bij de leden van de commissie zijn gearriveerd en niet digitaal beschikbaar waren, dan kunnen deze door de Statencommissie van de agenda worden afgehaald.
Wanneer een Statencommissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging voorbereid acht, kan zij aan Gedeputeerde Staten of aan de commissaris van de Koning nadere inlichtingen of advies vragen. De Statencommissie bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.
Tijdens de vergadering tekent ieder lid de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de commissiegriffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 72 Spreekrecht burgers
Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit ten minste één werkdag voor de aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren. Bovendien geeft hij aan of hij namens een groepering spreekt of op eigen titel.
Degene, die van het inspreekhalfuur gebruik wil maken, meldt dit ten minste één werkdag voor de aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, mailadres en telefoonnummer en het onderwerp waarover hij het woord wil voeren. Bovendien geeft hij aan of hij namens een groepering spreekt of op eigen titel.
de namen van de commissievoorzitter, de griffier, de Staten- en commissieadviseur, de commissaris van de Koning en de gedeputeerden, de provinciesecretaris en de leden, allen voor zover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben. Afzonderlijk wordt vermeld welke leden afwezig waren;
De leden, de commissievoorzitter en, naar aanleiding van en met betrekking tot hun deelname aan de beraadslaging, de leden van het college van Gedeputeerde Staten, de griffier en de provinciesecretaris, kunnen een voorstel tot wijziging aan de Statencommissie doen, indien de concept-notulen onjuistheden bevatten of niet duidelijk weergeven hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot wijziging wordt vóór het vaststellen van de notulen bij de Staten- en commissieadviseur ingediend.
Indien de commissievoorzitter van een spreektijdenregeling gebruik wil maken, maakt hij gebruik van de spreektijdenregeling voor Statencommissies die door Provinciale Staten is vastgesteld.
Artikel 78 Handhaving orde en schorsing
Indien een spreker zich beledigend of onbetamelijk uitlaat, afwijkt van het aanhangige onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, kan hij door de commissievoorzitter tot de orde worden geroepen. Indien de spreker zijn gedrag voortzet, kan de commissievoorzitter hem gedurende de beraadslaging over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Op voorstel van de commissievoorzitter of van een lid kan de Statencommissie besluiten de beraadslaging voor een door de commissievoorzitter te bepalen tijd te schorsen teneinde Gedeputeerde Staten of de leden de gelegenheid te geven tot onderling beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Artikel 82 Instelling werkgroep
Een werkgroep heeft de status van een informeel overleg tussen commissieleden. Op het moment dat het wenselijk is formeel regels te stellen over de openbaarheid van vergaderingen en geheimhouding van stukken, wordt aan PS voorgesteld een commissie in te stellen als bedoeld in artikel 82 van de Provinciewet.
Artikel 83 Besloten vergaderingen
Hoofdstuk 5, met uitzondering van artikel 51, is van overeenkomstige toepassing op besloten vergaderingen van Statencommissies.
Artikel 84 Algemene bepalingen
De artikelen 54 (Toehoorders en pers), 55 (Verstoring orde vergadering) en 57 (Geluid- en beeldregistraties) zijn van overeenkomstige toepassing op vergaderingen van Statencommissies.
Artikel 85 Buitenlandse dienstreis
Het verlengen van de buitenlandse dienstreis is toegestaan, mits voorafgaand aan de buitenlandse dienstreis toestemming is verleend door de voorzitter van Provinciale Staten na overleg met de vice-voorzitter van Provinciale Staten. De extra kosten komen volledig voor rekening van het lid van de commissie.
De Statengriffie meldt de deelnemers aan voor dekking onder de doorlopende reis- en annuleringsverzekering van de provincie. De verzekering is van kracht voor alle personen die in opdracht of op uitnodiging van de provincie reizen naar het buitenland en in het binnenland maken. De definitie van een reis is hier dat er zowel in het binnen- als het buitenland sprake is van een overnachting. Er moeten daarvan boekingsbewijzen zijn.
Individuele Statenleden kunnen op grond van een besluit van Provinciale Staten, namens een Statencommissie afgevaardigd worden naar een congres of seminar in het buitenland. De kosten van deze dienstreis worden aan het individuele Statenlid vergoed overeenkomstig de Verordening rechtspositie gedeputeerden, Staten- en commissieleden. Het aanvraagformulier moet worden ondertekend door de voorzitter van de commissie. Van de dienstreis wordt een verslag opgesteld. Dit verslag wordt in ieder geval ter kennisname toegezonden aan het presidium en aan de desbetreffende commissie uit Provinciale Staten.
In de gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van dit reglement, beslissen Provinciale Staten of de Statencommissie op voorstel van de voorzitter of de commissievoorzitter. In spoedeisende gevallen kan de voorzitter of de commissievoorzitter beslissen.
Het Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale Staten van Noord-Holland 2007 en het Reglement van orde voor Provinciale Statencommissies in Noord-Holland 2007 worden ingetrokken.