Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Lisse

Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Lisse

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLisse
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingUitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Lisse
CiteertitelUitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Lisse
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht, art. 4:81 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-02-201511-04-2017nieuwe regeling

27-01-2015

https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2015-10663.html

Geen.

Tekst van de regeling

Intitulé

Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen Lisse

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lisse;

Gelet op de artikelen 6, 7, 8, 13 en 14 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 31 van de Invorderingswet 1990 in verbinding met de artikelen 231, tweede lid, onderdeel a en derde lid en artikel 237 van de Gemeentewet, op artikel 160, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentwet, op artikel 4:81van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede op het betreffende artikel van de in de gemeente Lisse geldende belastingverordeningen, waarin aan het college de bevoegdheid is toegekend nadere regels te geven met betrekking tot de heffing en invordering van de onderscheiden gemeentelijke belastingen;

besluit:

vast te stellen de volgende regeling:

UITVOERINGSREGELING GEMEENTELIJKE BELASTINGEN LISSE

Artikel 1 Algemene bepaling

Artikel 2 Aangifte

  • 1.

    De belastingplichtige voor de toeristenbelasting en de hondenbelasting aan wie niet binnen veertien dagen na afloop van het belastingtijdvak/belastingjaar een aangiftebiljet is uitgereikt of een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen veertien dagen na afloop van die termijn bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar een schriftelijk verzoek in te dienen om uitreiking van een aangiftebiljet.

  • 2.

    Indien de belastingplicht voor de hondenbelasting in de loop van het belastingjaar ontstaat dan wel het aantal honden dat door de belastingplichtige wordt gehouden wijziging ondergaat, moet de belastingplichtige binnen veertien dagen na het tijdstip waarop de belastingplicht is ontstaan of de wijziging van het aantal honden heeft plaatsgevonden, bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar schriftelijk verzoeken om uitreiking van een aangiftebiljet.

  • 3.

    Als formulieren van de aangiftebiljetten toeristenbelasting worden vastgesteld de formulieren die in overeenstemming zijn met de in de bijlagen TB1, TB2, TB3 en TB4 opgenomen modellen.

  • 4.

    Als formulieren van de aangiftebiljetten hondenbelasting worden vastgesteld:

    • a.

      voor het doen van aangifte van een of meer honden, het formulier dat in overeenstemming is met het in bijlage HB1 opgenomen model;

    • b.

      voor het afmelden van en of meer honden, het formulier dat in overeenstemming is met het in bijlage HB2 opgenomen model.

  • 5.

    Overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen dienen de in het aangiftebiljet gevraagde gegevens duidelijk, stellig en zonder voorbehoud te worden ingevuld. Het aangiftebiljet wordt ondertekend en met de daarbij gevraagde bescheiden ingeleverd of toegezonden.

Artikel 3 Gebruik nachtverblijfregister t.b.v. de heffing van toeristenbelasting

Bij de vaststelling van feiten ten behoeve van de heffing van toeristenbelasting kan de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, bedoelde gemeenteambtenaar het door belastingplichtige bijgehouden nachtverblijfregister raadplegen.

Artikel 4 Rente

  • 1.

    Bij de invordering van de gemeentelijke belastingen vindt de ministeriële regeling bedoeld in artikel 31 van de Invorderingswet 1990 overeenkomstige toepassing.

  • 2.

    In afwijking van de in het eerste lid bedoelde regeling wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht indien deze in totaal een bedrag van € 25,00 niet te boven gaat.

Artikel 5 Inwerkingtreding

  • 1.

    De ‘Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen 2004’ van 13 mei 2003 en de ‘Uitvoeringsregeling toeristenbelasting’ van 21 november 2006, beide laatstelijk gewijzigd bij besluit van 5 februari 2013, wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid vermelde datum.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

Artikel 6 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als ‘Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen 2015’.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 27 januari 2015.

de secretaris, de burgemeester,

J. Schellevis. mevrouw A.W.M. Spruit