Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wijdemeren

Verordening rioolaansluiting

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWijdemeren
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening rioolaansluiting
CiteertitelVerordening rioolaansluiting
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp
Externe bijlageOverzicht riolering

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Datum inwerkingtreding in afwijking van het bepaalde in art. 14 verordening 8e dag na publicatie

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-06-201031-07-2014Nieuwe regeling

28-04-2010

Wijdemeren Informeren, 09-06-2010

Verordening rioolaansluiting

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening rioolaansluiting

De Raad van de Gemeente Wijdemeren;

gelezen het voorstel van het college van 23 maart ’10

gelet op artikel 149 van de gemeentewet;

BESLUIT

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening rioolaansluiting

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    aansluitleiding: het particuliere riool, het aansluitpunt en de perceelaansluiting tezamen;

  • b.

    aansluitpunt: locatie waarop het particulier riool wordt aangesloten op het openbaar riool, vastgesteld:

    • 1

      bij gemengde en gescheiden stelsels het punt, gelegen op of binnen 0,50 meter afstand van de kadastrale eigendomsgrens van het aan te sluiten perceel aan de zijde van het particulier gedeelte, waar het particulier riool op de persleiding wordt aangesloten;

    • 2

      bij een drukriool het punt waar het particulier riool wordt aangesloten op de pompput;

    • 3

      bij meerdere percelen op één pompput, wordt een aansluitpunt op eigen perceel aangeboden;

  • c.

    aansluitvergunning: vergunning afgegeven door het college van burgemeester en wethouders waarbij toestemming is afgegeven voor de aanleg, wijziging of verwijdering van de perceelsaansluiting, volgens alle voorwaarden gesteld in de Verordening rioolaansluiting;

  • d.

    bedrijfsafvalwater: al het afvalwater niet afkomstig uit particuliere huishoudens.

  • e.

    bronneringswater: grondwater, onttrokken ten behoeve van tijdelijke verlaging van de grondwaterstand;

  • f.

    drainagestelsel: openbaar leidingstelsel voor de afvoer van drainagewater;

  • g.

    drainagewater: grondwater, ingezameld door een ingegraven doorlatend buizensysteem;

  • h.

    droogweerafvoer: afvalwater tijdens droogweersituatie, dus uitgezonderd neerslagwater (kleur: bruin);

  • i.

    drukriool: het openbaar riool, voor de afvoer van afvalwater, exclusief hemelwater, waarbij het transport door het riool plaatsvindt door pompinstallaties veroorzaakte overdruk;

  • j.

    gemeente: gemeente Wijdemeren;

  • k.

    gemengd riool (stelsel): het openbaar riool voor de afvoer van afvalwater, inclusief hemelwater (kleur grijs);

  • l.

    erfscheidingsput: kunststof of betonnen put ter plaatse van de erfgrens waar particulier riool eindigt en de perceelaansluitleiding begint;

  • m.

    gescheiden riool (stelsel): het openbaar riool met een buizenstelsel voor de afvoer van hemelwater en een buizenstelsel voor de afvoer van het overige afvalwater;

  • n.

    Hemelwater: verzamelnaam voor regen, sneeuw en hagel;

  • o.

    hemelwaterriool: riool alleen voor inzameling en transport van schoon neerslagwater (kleur grijs);

  • p.

    huishoudelijk afvalwater: afvalwater afkomstig van particuliere huishoudens;

  • q.

    ontstoppingsput: zie erfscheidingsput;

  • r.

    ontstoppingsvoorziening: voorziening in aansluitleiding voor inspectie en onderhoud van de leiding;

  • s.

    openbaar riool: het gedeelte van de riolering dat bij de gemeente in eigendom en beheer

is voor inzameling en transport van afvalwater, met inbegrip van de daartoe behorende rioolgemalen, persleidingen en werken en installaties van overeenkomstige aard, met uitzondering van de aansluitleidingen.

  • t.

    particulier riool: de binnen de kadastrale eigendomsgrenzen van het aan te sluiten perceel gelegen binnen-, buiten-, drainage- of terreinrioolleidingen tot aan het aansluitpunt;

  • u.

    perceelaansluitleiding: het riool en voorzieningen die deel uitmaken van het riool, tussen het openbaar riool en het aansluitpunt, in beheer bij de gemeente;

  • v.

    perceelgrens: kadastrale grens tussen perceel en openbare grond of ander perceel.

  • w.

    pompput: in de grond gegraven betonnen of kunststof bak ten behoeve van de pomp;

  • x.

    rechthebbende:

    • 1

      de eigenaar of zakelijk gerechtigde van het perceel ten behoeve waarvan de aansluiting op het openbaar riool wordt gerealiseerd en in stand gehouden;

    • 2

      de rechtverkrijgende onder algemene of bijzondere titel van de onder 1 bedoelde personen;

  • y.

    tarievenlijst: door het college bij deze verordening vast te stellen lijst met de kosten van aansluitriolen;

  • z.

    vuilwaterriool: riool alleen voor inzameling en transport van droogweerafvoer en verontreinigd neerslagwater;

  • aa.

    wijzigen aansluiting: het wijzigen van de aansluitleiding of het aansluitpunt door verhogen, verlagen, verleggen of vergroten van de diameter.

Tekening 1

Overzicht riolering

 

Artikel 2 Vergunningsplicht

  • 1.

    Het is verboden zonder een door het college verleende aansluitvergunning een aansluiting van een particulier riool op het openbaar riool tot stand te brengen, te wijzigen of te verwijderen.

  • 2.

    Het college verleent een aansluitvergunning alleen voor het tot stand brengen en in stand houden van een aansluiting van het openbaar riool tot en met het aansluitpunt:

    • a.

      voor de afvoer van afvalwater inclusief hemelwater en bronneringswater indien ter plaatse een gemengd stelsel aanwezig is;

    • b.

      voor de afvoer van afvalwater zonder hemelwater, noch bronneringswater naar het daarvoor bedoelde buizenstelsel, indien ter plaatse een (verbeterd) gescheiden stelsel aanwezig is;

    • c.

      voor de afvoer van hemelwater naar het daarvoor bedoelde buizenstelsel, indien ter plaatse een (verbeterd) gescheiden stelsel aanwezig is;

    • d.

      voor de afvoer van afvalwater vanuit stapelbouw, indien de vuilwateraansluiting wordt voorzien door de aanvrager van een erfscheidingsput met een diameter van 300mm, komt deze put in de plaats van een ontstoppingsstuk;

    • e.

      voor de afvoer van afvalwater zonder hemelwater, noch bronneringswater indien ter plaatse riolering onder overdruk aanwezig is.

  • 3.

    Indien voor meer dan één aansluiting van een particulier riool op het openbaar riool een aansluiting wordt aangevraagd, wordt hiervoor één aansluitvergunning verleend waarin alle aansluitingen afzonderlijk gemeld worden.

  • 4.

    In de aansluitvergunning kunnen voorschriften worden opgenomen met betrekking tot:

    • a.

      het tot stand brengen van de aansluiting;

    • b.

      het onderhoud, de renovatie en de vervanging van de perceelaansluitleiding;

    • c.

      sloopwerkzaamheden op het perceel van de rechthebbende;

    • d.

      de periode waarvoor de aansluitvergunning wordt verleend indien de aansluiting is bedoeld voor de afvoer van bronneringswater of indien het een tijdelijke aansluiting betreft.

Artikel 3 Vergunningaanvraag

  • 1.

    De aanvraag van een aansluitvergunning wordt schriftelijk, met behulp van een daartoe bestemd formulier, bij het college ingediend door de rechthebbende van het aan te sluiten perceel. Gelijktijdig dient de rechthebbende een verzoek in tot aanleg van de perceelsaansluiting als bedoeld in artikel 6, eerste lid.

  • 2.

    Bij de aanvraag van een aansluitvergunning dienen de volgende gegevens door de rechthebbende te worden verstrekt:

    • a.

      de naam en het adres van de rechthebbende;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      de aanduiding dat het een verzoek om een aansluitvergunning betreft;

    • d.

      de ligging van het aan te sluiten perceel:

      • 1e

        aan de hand van straat en huisnummer of, indien er nog geen huisnummer is toegekend, aan de hand van het kadastraal nummer van het betreffende perceel;

      • 2e

        aangegeven op een situatieschets 1:1000 of grotere schaal

    • e.

      voor zover het lozing van bedrijfsafvalwater betreft: De aard en de hoeveelheid van de af te voeren vloeistoffen, waarbij dient te worden aangegeven of niet verontreinigd water, zoals regen of koelwater en/of verontreinigd water, zoals huishoudelijk of industrieel afvalwater, zal worden afgevoerd;

    • f.

      indien sprake is van lozing van bedrijfsafvalwater, een verklaring van geen bezwaar, afgegeven door of namens het college van burgemeester en wethouders

    • g.

      voor zover het enkel lozing van huishoudelijk afvalwater betreft: of er huishoudelijk afvalwater of hemelwater zal worden afgevoerd;

    • h.

      van het aan te sluiten of te wijzigen particulier riool ten minste de volgende gegevens:

      • 1e

        Het leidingverloop en de dimensionering;

      • 2e

        De hoogteligging en het materiaal ter plaatse van aansluitpunt;

      • 3e

        Een duidelijk verschil in kleur of symbolen tussen droogweer- en hemelwater afvoerleidingen;

      • 4e

        De wijze waarop de functies van de verschillende leidingen van het particulier riool ter plaatse van het aansluitpunt zullen worden gemarkeerd.

  • 3.

    Indien de gegevens bedoeld in het tweede lid, reeds zijn vastgelegd in de voor het perceel afgegeven bouwvergunning kan bij de aanvraag van een aansluitvergunning voor dit perceel worden volstaan met het overleggen van een kopie van de gegevens uit de bouwvergunning.

Artikel 4 Weigering van de aansluitvergunning

  • 1.

    Een aansluitvergunning kan slechts worden geweigerd indien een aansluiting van het particuliere riool op het openbaar riool of wijziging van die aansluiting vanwege technische, juridische of milieuhygiënische redenen bezwaarlijk is.

  • 2.

    Aansluiting van het particulier riool op het openbaar riool of wijziging van die aansluiting is in ieder geval bezwaarlijk indien:

    • a.

      aansluiting in strijd zou komen met het belang van een goede werking van het riool;

    • b.

      de hoogteligging van het aansluitpunt (BOB Binnen Onderkant Buis), vertikaal gemeten op de erfscheiding, groter is dan 0,80m, of kleiner is dan 0,60m onder straathoogte/maaiveld;

    • c.

      de gevraagde aansluiting een samengevoegde voorziening betreft, terwijl een gescheiden openbaar riool aanwezig is;

    • d.

      de gevraagde aansluiting een lozing voor afvalwater en/of bronneringswater betreft, waarvoor krachtens de geldende milieuwetgeving een vergunning benodigd is, maar niet is verleend, of niet aan de geldende algemene regels is voldaan;

    • e.

      het openbaar riool ter plaatse van de aansluitleiding niet over voldoende capaciteit beschikt om de hoeveelheid te lozen vloeistoffen te kunnen afvoeren;

    • f.

      de gevraagde aansluiting een afvoerleiding voor niet verontreinigd bronneringswater betreft, die zonder bezwaar op het oppervlaktewater kan worden aangesloten of door middel van een retourbemaling kan worden afgevoerd;

    • g.

      de aansluiting op een openbaar vrij verval riool onder verhoogde druk gebeurt, zonder toepassing van een ontvangstput op eigen terrein;

    • h.

      de aansluiting van een drukriool onder verhoogde druk moet plaatsvinden, maar de door gemeente aangegeven vereiste drukhoogte niet wordt gehaald;

    • i.

      de aansluiting op een drukriool zonder een voorziening ter voorkoming van terugvloeiing van het water.

  • 3.

    Een weigering van een aansluitvergunning is met redenen omkleed, waarbij het college de nadere eisen aangeeft waaraan het particulier riool dient te voldoen om voor vergunningverlening in aanmerking te komen.

Artikel 5 Aanhoudingsplicht

Indien er geen reden is de aansluitvergunning te weigeren, terwijl voor het aan te sluiten perceel nog een aanvraag moet worden gedaan voor een bouwvergunning krachtens artikel 40 Woningwet of deze in behandeling is, houdt het college de beslissing omtrent een aanvraag van een aansluitvergunning aan.

Artikel 6 Verzoek tot aanleg of wijziging perceelaansluitleiding

Bij de indiening van een aanvraag van een aansluitvergunning, als bedoeld in artikel 3, eerste lid, verzoekt de rechthebbende de gemeente om aanleg van de aansluiting waarop vergunning betrekking heeft. Dit geschiedt met behulp van het formulier als bedoeld in artikel 3, eerste lid.

Artikel 7 Kosten van de aansluiting

  • 1.

    Onderhoud, ontstopping, reparatie of vervanging van het perceelaansluitleiding is voor rekening van de gemeente. Als onderhouds- dan wel herstelwerkzaamheden moeten worden uitgevoerd door onjuist gebruik van het aansluitriool, komen de kosten voor rekening van de rechthebbende of veroorzaker.

  • 2.

    Onder onjuist gebruik wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      het via deze aansluiting lozen van stoffen die, vanwege hun aard en samenstelling, verstoppingen in het aansluitriool of openbaar riool veroorzaken;

    • b.

      het via deze aansluiting lozen van stoffen die, door hun aard en concentratie, de constructie van het aansluitriool of openbaar riool aantasten.

Artikel 8 Uitvoering aanleg of wijziging van de perceelaansluiting

  • 1.

    De gemeente voert alle werkzaamheden uit die betrekking hebben op de perceelsaansluitleiding tot en met het aansluitpunt.

  • 2.

    De aanvrager van de aansluitvergunning dient de door de gemeente aangewezen persoon inzicht te verlenen van het uitgevoerde werk wat betrekking heeft op het particulier riool.

Artikel 9 Ongedaan maken van een aansluiting

Een aansluiting kan in ieder geval worden opgeheven of gewijzigd indien:

  • a.

    er bij verkrijging daarvan onjuiste gegevens dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    de bepalingen van deze verordening en/of de aan de aansluiting verbonden nadere voorschriften, niet zijn of worden nagekomen;

  • c.

    rechthebbende of rechtverkrijgende dit verzoekt;

  • d.

    het gebruik van een aansluiting definitief is beëindigd of wordt beëindigd.

Artikel 10 Onderhoud, renovatie en vervanging van een perceelaansluitleiding

  • 1.

    In het onderhoud, de renovatie dan wel de vervanging van de perceelaansluitleiding wordt uitgevoerd door of namens de gemeente en voor rekening van de gemeente tenzij het aannemelijk is dat de betreffende onderhouds- dan wel herstelwerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd ten gevolge van een onjuist gebruik van het particulier riool, in welk geval de kosten voor rekening van de rechthebbende of veroorzaker komen.

  • 2.

    Onder onjuist gebruik wordt in ieder geval begrepen:

    • a.

      het via deze aansluiting lozen van stoffen die, vanwege hun aard en samenstelling, verstoppingen in de aansluitleiding of het hoofdriool veroorzaken;

    • b.

      het via deze aansluiting lozen van stoffen die, door hun aard of concentratie, de constructie van de aansluitleiding aantasten;

  • 3.

    Onder renovatie wordt tevens begrepen het aanpassen van de perceelaansluitleiding ten gevolge van een wijziging van het gemeentelijk rioolstelsel.

Artikel 11 Calamiteiten

Bij een verstopping of andere storing in de aansluitleiding, graaft de rechthebbende het ontstoppingsstuk op. Er zijn twee soorten vervolgstadia:

  • a.

    de ontstoppingsput is leeg: de verstopping zit aan de zijde van het particulier terrein, de eigenaar verzorgt op eigen kosten de ontstopping;

  • b.

    de ontstoppingsput is vol: de verstopping zit aan de zijde van het openbare gedeelte, de gemeente draagt zorg voor de ontstopping.

Artikel 12 Zorgplicht

  • 1.

    Bij sloopwerkzaamheden van of andere werkzaamheden aan een op openbaar riool aangesloten perceel, moeten door de rechthebbende zodanige voorzieningen aan het particulier riool worden getroffen dat verzanding van het openbaar riool en de perceelaansluitleiding wordt voorkomen.

  • 2.

    Indien de rechthebbende bij sloopwerkzaamheden niet voldoet aan de in het eerste lid omschreven zorgplicht, heeft de gemeente de bevoegdheid de aansluiting op het openbaar riool af te sluiten en de hieraan verbonden kosten te verhalen op de rechthebbende.

  • 3.

    Indien het gebruik van een aansluitleiding definitief wordt beëindigd, wordt de op de aansluitleiding betrekking hebbende vergunning ingetrokken, waarna de aansluitleiding op kosten van de rechthebbende door de gemeente wordt afgesloten.

  • 4.

    Indien het gebruik van een aansluitleiding definitief wordt beëindigd is de rechthebbende verplicht de gemeente hiervan in kennis te stellen.

Artikel 13 Overgangsrecht

  • 1.

    De aanvragen tot aansluiting of wijziging van een aansluiting die voor de datum van inwerkingtreding zijn ingediend vallen onder de bepalingen van deze verordening.

  • 2.

    Op aansluitingen die op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening krachtens de tot dan geldende wetgeving en voorschriften tot stand zijn gebracht, zijn de artikelen 10, 11 en 12 van deze verordening rechtstreeks van toepassing.

  • 3.

    Bij strijdigheid van deze verordening met bepalingen in overeenkomsten gesloten tussen de gemeente en de rechthebbende, prevaleert het bepaalde in de overeenkomsten.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 28 mei 2010.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 28 april 2010

De griffier , J. van Ditmarsch

De voorzitter, drs. M.E. Smit