Organisatie | 's-Hertogenbosch |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden 's-Hertogenbosch 2010 |
Citeertitel | Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden 's-Hertogenbosch 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-07-2010 | Onbekend | 25-05-2010 Bossche Omroep, 30-05-2010 | 10.374 |
gemeentelijk monument, een object betreffend dat is opgenomen in het monumentenlijst als bedoeld in artikel 1, lid 5 van de “Monumentenverordening ’s-Hertogenbosch 2002”. Bij “gemeentelijke monumentencomplexen” is er sprake van een gemeentelijke monumentenstatus van de bouwmassa in zijn totaliteit (dus niet per pand afzonderlijk);
beeldbepalend pand, een object betreffend, niet vallend onder 1. - en niet beschermd volgens de Monumentenwet 1988 -, dat een kenmerkend onderdeel vormt van een beschermd stads- of dorpsgezicht dat is vastgesteld conform artikel 35 van de Monumentenwet 1988 of artikel 11 van de “Monumentenverordening ’s-Hertogenbosch 2002” en dat als zodanig is aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”;
objecten, niet in gemeentelijk eigendom, niet-gebouwen betreffend als onroerende zaak, waarbij restauratie naar het oordeel van burgemeester en wethouders aan toonbaar in het belang is van de lokale monumentenzorg en besluitvorming plaatsvindt op grond van artikel 5 respectievelijk artikel 7, lid 2 van deze verordening.
Subsidiabele restauratiekosten:
Die kosten die noodzakelijk zijn om de onderdelen van een gemeentelijk monument, beeld-bepalend pand of subsidiabel object dat monumentale of beeldbepalende waarden bezit, op sobere en doelmatige wijze te herstellen of te conserveren. Dit betreft de geraamde en door burgemeester en wethouders goedgekeurde bedragen van:
Hoofdstuk 2 Algemene bepalingen
Artikel 3 Doelgroep en behandeling
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om in het belang van het herstel en/of terug-brenging van de cultuurhistorische waarden - met inachtneming van het bepaalde in deze verordening - restauratiesubsidie toe te kennen in de vorm van een bijdrage ineens ten behoeve van de in artikel 7 bedoelde restauratievormen.
Burgemeester en wethouders kennen slechts restauratiesubsidies toe voor zover de op grond van artikel 2, lid 1 begrote financiële middelen voor het betreffende jaar en doel toereikend zijn (subsidieplafond). Aanvragen die van 1 januari tot en met 30 september van het desbe-treffende jaar worden ontvangen worden in volgorde van binnenkomst behandeld. Bij aanvra-gen die na die datum worden ontvangen kan ingeval er nog maar beperkte middelen beschik-baar zijn de in lid 3 genoemde prioritering worden toegepast. Burgemeester en wethouders zullen een dergelijk besluit nader motiveren.
Deze verordening voorziet in restauratiesubsidies ten behoeve van derden voor:
Subsidieaanvragen in relatie tot de onder A. t/m C. genoemde restauratievormen, waarbij mede voorzieningen moeten worden getroffen die noodzakelijk zijn om een ruimte gelegen boven een bedrijfspand te ontsluiten zodat deze ruimte weer geschikt wordt voor wonen, voorzien van een cultuurhistorisch onderbouwd advies van:
Subsidieaanvragen ter aanpak van knelpunten binnen de lokale monumentenzorg, waarin de onder A. tot en met D. genoemde regelingen niet voorzien, doch waarvan realisatie in het belang is van de lokale monumentenzorg. Besluitvorming door het college van burgemeester en wethouders vindt plaats met inachtneming van de bepalingen als opgenomen in artikel 5. De subsidieaanvraag dient te worden aangevraagd door de eigenaar van het object waarop het knelpunt van toepassing is en dient te zijn voorzien van de in artikel 5, 2e lid genoemde stukken.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om ten aanzien van objecten, niet in gemeentelijk eigendom, in afwijking van het 1e lid ook een restauratiesubsidie toe te kennen voor het treffen van kleine restauratiegerelateerde werkzaamheden aan niet-gebouwen, betreffende een onroerende zaak, dan wel restauratie van structureel aan/in de gevel opgenomen gevelstenen of cultuurhistorisch relevante gevelgerelateerde objecten indien daarmee de belangen van de lokale monumentenzorg naar het oordeel van het college in voldoende mate zijn gediend. Omtrent de weging van de importantie van deze belangen en het noodzakelijke inzicht in het belang daarvan voor de lokale monumentenzorg, maakt een goed gemotiveerde schriftelijke cultuurhistorische onderbouwing evenals het overige in artikel 5, lid 2 genoemde deel uit van de aan de besluitvorming betrokken stukken;
Artikel 8 Maximale Subsidiehoogte
De restaratiesubsidie in de vorm van een bijdrage ineens bedraagt:
bij gemeentelijke monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder A. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van goedgekeurde subsidiabele restau-ratiekosten tot een maximumbedrag van € 100.000,- per als zodanig geregistreerd ge-meentelijk monument, de formele waardestelling van de cultuurhistorische waarden daarbij betrekkend. Ingeval er sprake is van een “gemeentelijk monumentencomplex” als nader omschreven in artikel 1.onder a. geldt dit subsidiemaximum niet per pand, maar voor het gehele “gemeentelijk monumentencomplex” in zijn totaliteit en wordt de maximale subsidiehoogte per pand bepaald door het aantal binnen dat complex aanwezige zelfstandige eenheden;
bij beeldbepalende objecten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder A. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten tot een maximumbedrag van € 75.000,- per beeldbepalend pand als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, de beeldbepalende waarden daarbij betrekkend;
bij gemeentelijke monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder B. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten aan monumentale stoepen en keldertoegangen met een aantoonbaar historisch karakter tot een maximumbedrag van € 50.000,- per als zodanig geregistreerd gemeentelijk monument, de formele waardestelling van de cultuurhistorische waarden daarbij betrekkend;
bij beeldbepalende objecten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder B. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten aan monumentale stoepen en keldertoegangen met een aantoonbaar historisch karakter tot een maximumbedrag van € 37.500,- per beeldbepalend pand als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, de beeldbepalende waarden daarbij betrekkend;
bij gemeentelijke monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder C. van deze verordening 50% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten van historische winkelpuien tot een maximumbedrag van € 25.000,- per als zodanig geregistreerd gemeentelijk monument, de formele waardestelling van de cultuurhistorische waarden daarbij betrekkend;
bij beeldbepalende objecten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder C. van deze verordening 50% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restaura-tiekosten van historische winkelpuien tot een maximumbedrag van € 20.000,- per beeldbepalend pand als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, de beeldbepalende waarden daarbij betrekkend;
bij gemeentelijke monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder D. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde kosten voor het cultuurhistorisch verantwoord treffen van voorzieningen om een ruimte gelegen boven een bedrijfspand te ontsluiten zodat deze ruimte weer geschikt wordt voor wonen tot een maximumbedrag van € 25.000,- per als zodanig geregistreerd gemeentelijk monument, de formele waardestelling van de cultuurhistorische waarden daarbij betrekkend;
bij beeldbepalende objecten monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder D. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde kosten voor het cultuurhistorisch verantwoord treffen van voorzieningen om een ruimte gelegen boven een bedrijfspand te ontsluiten zodat deze ruimte weer geschikt wordt voor wonen tot een maximumbedrag van € 20.000,- per beeldbepalend pand als aangeduid op de op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, de beeldbepalende waarden daarbij betrekkend;
bij objecten als bedoeld in artikel 7, lid 2 van deze verordening 75% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten aangaande restauratiegerelateerde kleine werkzaamheden aan niet-gebouwen, betreffende een onroe-rende zaak dan wel restauratie van structureel aan/in de gevel opgenomen gevelstenen of cultuurhistorisch relevante gevelgerelateerde objecten tot een maximum van € 5000,-- per object indien daarmee de belangen van de lokale monumentenzorg naar het oordeel van het college in voldoende mate zijn gediend. Omtrent de weging van de importantie van deze belangen en het noodzakelijke inzicht in het belang daarvan voor de lokale monumentenzorg, maken de in artikel 5, lid 2 genoemde stukken deel uit van de bij de besluitvorming betrokken stukken.
In situaties als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder E. van deze verordening stellen burgemeester en wethouders het subsidiepercentage en de maximale subsidiehoogte vast die naar de aard en omvang van de restauratie het dichtst gelegen is bij een van de in dit artikel onder a. t/m i. nader omschreven catergoriën, daarbij de maximale subsidiehoogte als genoemd in het derde lid van artikel 8 daarbij betrekkend.
Indien het subsidieplafond als bedoeld in artikel 2 lid 1 en artikel 4 lid 1 aan het einde van het jaar in het 4e kwartaal niet is bereikt, kunnen burgemeester en wethouders bij de in lid 1 onder a. tot en met i. genoemde subsidiabele objecten in uitzonderlijke en bijzondere gevallen het in lid 1 genoemde subsidiepercentage van de subsidiabele restauratiekosten evenals het subsi-diemaximum verhogen. In dergelijke uitzonderlijke gevallen maakt een goed gemotiveerde schriftelijke cultuurhistorische onderbouwing evenals het overige in artikel 5, lid 2 genoemde deel uit van de bij de besluitvorming betrokken stukken.
Hoofdstuk 4 Indiening en Voorwaarden
Artikel 9 Aanvraag- en beschikkingsprocedure
Burgemeester en wethouders geven een beschikking af binnen twaalf weken nadat de aanvraag is ontvangen, dan wel de ontbrekende gegevens, als bedoeld in het 2e lid, genoegzaam zijn aangevuld. Zij kunnen, indien daartoe naar hun oordeel gegronde redenen bestaan, deze termijn met ten hoogste acht weken verlengen, mits zij de aanvrager daarvan kennis geven binnen de termijn van twaalf weken.
(Gereedmelding, Technische en Financiële Afwikkeling en en Uitbetaling)
Artikel 12 Gereedmelding en vaststelling subsidie
De hoogte van de vast te stellen subsidie wordt berekend op basis van de bij de verlening aanvaarde subsidiabele restauratiekosten en wordt op basis van de in lid 1 en 3 genoemde stukken vastgesteld of de werkelijke kosten van de voorzieningen ofwel overeenkomstig de voorlopige beschikking ofwel hoger dan wel lager zijn.
Hoofdstuk 6 Bijzondere Bepalingen
Artikel 14 Intrekking van subsidie
In het geval de niet-naleving van de voorwaarden als bedoeld in deze verordening de aanvrager-eigenaar niet verwijtbaar is, kunnen burgemeester en wethouders besluiten de in het 1e lid genoemde sancties geheel of gedeeltelijk niet te treffen. e lid genoemde sancties geheel of gedeeltelijk niet te treffen.
Aanvragers om toekenning van een restauratiesubsidie als bedoel in artikel 7, lid 1 kunnen op hun verzoek, indien 50% of meer van de in de aanvraag vermelde werkzaamheden zijn verricht en akkoord zijn bevonden, een voorschot op de bijdrage ineens verkrijgen van maximaal 50% van de toegekende bijdrage.
De eigenaar moet zich verbinden de als voorschot ontvangen restauratiesubsidie terstond als “onverschuldigd betaald” te restitueren, indien en voor zover de activiteiten, waarvoor de restauratiesubsidie is toegekend, niet binnen een redelijke termijn en conform de overgelegde bescheiden zijn verricht.
's-Hertogenbosch,
De gemeenteraad voornoemd,
De griffier, De voorzitter,
drs. A. van der Jagt, mr. dr. A.G.J.M. Rombouts
Bijlage A Toelichting op deze verordening Artikelsgewijs
De “Subsidieverordening Restauratie Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2010” is gericht op gemeentelijke monumenten conform de Monumentenverordening en op beeldbepalende panden die niet de status van beschermd monument hebben. Bij de subsidiëring komen objecten die de rijksmonumentenstatus hebben dus niet in aanmerking voor subsidie.
Restauratiewerkzaamheden die in zelfwerkzaamheid worden uitgevoerd zijn in het kader van deze “Subsidieverordening Restauratie van Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende beleidsregel niet subsidiabel. De reservering als bedoeld in lid e.7.dient als stelpost die eventueel tijdens de restauratie wordt ingevuld als gevolg van onvoorzien meerwerk. Deze invulling gebeurt na overleg met de gemeentelijke afdeling Bouwhistorie, Archeologie en Monumenten van de gemeente ’s-Hertogenbosch. Voor de opstelling van een onderhoudsplan als bedoeld in lid e.6.stellen burgemeester en wethouders (indien van toepassing) een model beschikbaar. In principe dient het onderhoudsplan betrekking te hebben op het gehele monument. Hiervan kan door burgemeester en wethouders worden afgeweken indien de restauratie slechts een specifiek onderdeel van het monument betreft.
Artikel 2 Raadsbesluit begroting
Normaliter neemt de gemeenteraad jaarlijks een besluit over de besteding van middelen ten behoeve van restauraties aan gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden in eigendom van derden.
Beschikbaarstelling van middelen ten behoeve van restauraties aan gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden in gemeentelijk eigendom is niet mogelijk gezien het feit dat geldstromen binnen een publiekrechtelijke rechtspersoon geen subsidie zijn. De verstrekker en de ontvanger (derden) van de aanspraak moeten immers twee te onderscheiden rechtssubjecten zijn met twee te onderscheiden vermogens. Aanspraak binnen een publiekrechtelijk rechstpersoon, in casu de gemeente, kan dus niet in een subsidieregeling (en dus ook niet in deze subsidieverordening) worden vervat.
Artikel 4+5+8 Bijzondere gevallen
In artikel 4, lid 1 en artikel 5 evenals artikel 8, lid 4 bieden burgemeester en wethouders de mogelijkheid om ingeval er in het 4e kwartaal het subsidieplafond is bereikt te prioriteren en ingeval in het 4e kwartaal het subsidieplafond niet is bereikt in bijzondere gevallen het subsidiepercentage en/of het subsidiemaximum verhogen.
Artikel 6 Grondslag en werkingsfeer
Onder casco - zijnde een zelfstandige bouwkundige eenheid wordt in ieder geval verstaan de bouwkundige hoofdstructuur bestaande uit gevels, bouwmuren, balklagen, kappen inclusief goten en hemelwaterafvoeren -,kelders, trappen of de restanten daarvan. Onder de voor subsidie in aanmerking komende kosten van voorzieningen, worden tevens begrepen de restauratie van schouwen, wandschilderingen en dergelijke. Om voor een subsidie in aanmerking te komen dienen de restauratiekosten minimaal € 1.000,00 te bedragen. De maximum subsidiebedragen staan genoemd in artikel 8 en de subsidietabel in de bijlagen. Over het meerdere wordt geen subsidie verleend en vastgesteld. In uitzonderlijke gevallen kunnen burgemeester en wethouders besluiten van de genoemde bedragen afwijken. Dit is nader geregeld in artikel 8. In het derde lid wordt dubbele subsidiëring van voorzieningen aan het casco voorkomen. Ten aanzien van het vierde lid wordt er vanuit gegaan dat een eigenaar van een object dit in voldoende mate heeft verzekerd. In het vijfde lid is de eigendomssituatie op het moment van vaststelling van de subsidie bepalend. De subsidie wordt vastgesteld in de definitieve beschikking met verrekening van meer- en minderwerk als bedoeld in artikel 12, lid 1 onder c van deze verordening.
Art. 7+ 8 Restauratievormen en Maximale Subsidiehoogte
Op grond van artikel 7 en 8 zijn - afhankelijk van de aard en de ingrijpendheid van de restauratie – de subsidies mogelijk zoals aangegeven in de in Bijlage B opgenomen “Subsidietabel restauratiecategorieën.
Naast het beroep van de traditionele vooroorlogse monumenten op de subsidieregeling voor gemeentelijke monumenten vinden in toenemende mate aanvragen voor restauratiesubsidies plaats bij gemeentelijke monumentencomplexen waarbij collectiviteit een belangrijke rol speelt. Deze ontwikkeling vloeit onder meer voort uit de toevoegingen aan het gemeentelijk monumentenbestand van met name monumenten uit de na-oorlogse periode. Ingeval er sprake is van een “gemeentelijk monumentencomplex” als nader omschreven in artikel 1onder a.3. geldt dit subsidiemaximum niet per pand, maar voor het gehele “gemeentelijk monumentencomplex” in zijn totaliteit en wordt de maximale subsidiehoogte per pand bepaald door het aantal binnen dat complex aanwezige zelfstandige eenheden.
De bepaling onder c. is opgenomen om de bouwtechnische kwaliteit van de te restaureren onderdelen vooraf vast te kunnen stellen ten behoeve van de bepaling van de kosten van voorzieningen.
Artikel 11 Subsidievoorwaarden
Gelet op het gewenste maatwerk bij monumenten en beeldbepalende panden kunnen in het subsidiebesluit de voor dat concrete geval vereiste voorwaarden worden opgenomen die voor die desbetreffende restauratie van toepassing zijn. Dientengevolge zijn de voorwaarden die specifiek aan een restauratie te verbinden zijn verwerkt in het subsidiebesluit en zijn de voor iedereen geldende subsidievoorwaarden wel opgenomen in dit artikel.
Artikel 12 Gereedmelding en vaststelling subsidie
De uiterste datum van indiening van de geldelijke verantwoordingwordt aangegeven in artikel 12, lid 1 onder subsidievoorwaarden alsmede in het op de restauratisubsidieaanvraag betrekking hebbende subsidiebesluit. In het kader van de vaststelling van de subsidie vindt een controle van het uitgevoerde werk plaats door toetsing aan het door burgemeester en wethouders goedgekeurde restauratieplan Voor de indiening van de geldelijke verantwoording wordt door burgemeester en wethouders een model ter beschikking gesteld.
Gelet op de vaststellingsdatum in de gemeenteraad en de daarop volgende inwerkingtreding (12 juli 2010) zullen alle aanvragen die zijn ingediend voordat deze verordening in werking trad, worden afgehandeld op basis van de regels die golden op het moment van de ontvangst van de aanvraag. Op verzoek van de aanvrager kan daarvan worden afgeweken.
Bijlage B Subsidietabel restauratiecategorieën
Ingeval van meerdere werkzaamheden tezamen, zoals hierboven aangegeven bedraagt de totale subsidiehoogte voor een beschermd gemeentelijk monument maximaal € 100.000,-- en voor een beeldbepalende pand maximaal
Bijlage C Aanvraagformulier Restauratiesubsidie (voorbeeld)
VERKLARINGSBLAD BEHOREND BIJ SUBSIDIEVERORDENING RESTAURATIES GEMEENTELIJKE MONUMENTEN
EN BEELDBEPALENDE PANDEN GEMEENTE ’S-HERTOGENBOSCH 2010
Aan het college van burgemeester en wethouders van ‘s-Hertogenbosch,
t.a.v. Afdeling Bouwhistorie, Archeologie
en Monumenten, Dhr.P.J.J. Duijkers
Op grond van de “Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Herto-genbosch 2010” verzoekt ondergetekende uw college om in aanmerking te komen voor een restauratiesubsidie ten behoeve van restauratiewerkzaamheden als bedoeld in artikel 7 van de hierboven genoemde subsidieverordening.
Deze aanvraag is van toepassing op het volgende doel (aankruisen wat van toepassing is):
0 Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder A. van voornoemde verordening voor de ALGEHELE RESTAURATIE voor mijn Gemeentelijk Monument/ Beeldbepalend Pand *)
(* = doorstrepen wat niet van toepassing is)
0 Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder B. van voornoemde verordening voor RESTAURATIE VAN MONUMENTALE STOEPEN EN KELDERTOEGANGEN MET EEN AANTOONBAAR HISTORISCH KARAKTER voor mijn Gemeentelijk Monument / Beeldbepalend Pand *)
(*= doorstrepen wat niet van toepassing is)
0 Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder C. van voornoemde verordening voor de ALGEHELE RESTAURATIE VAN HISTORISCHE WINKELPUIEN, voorzien van een cultuurhistorisch onderbouwd advies voor mijn Gemeentelijk Monument/ Beeldbepalend Pand *)
(* = doorstrepen wat niet van toepassing is)
0 Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder D. van voornoemde verordening voor het CULTUURHISTORISCH VERANTWOORD ONTSLUITEN VAN EEN BOVENWONING, voorzien van een cultuurhis-torisch onderbouwd advies voor mijn Gemeentelijk Monument/ Beeldbepalend Pand *)
(* = doorstrepen wat niet van toepassing is)
Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder E van voornoemde verordening ter AANPAK VAN KNELPUNTEN BINNEN DE LOKALE MONUMENTENZORG, waarin de onder A. tot en met D. genoemde regelingen niet voorzien, doch waarvan realisatie in het belang is van de lokale van de monumentenzorg als bedoeld in de “Monumentenwet 1988” en de “Monumentenverordening ’s-Hertogenbosch” evenals overig van belang zijnde monumentgerelateerde relevantie die naar het oordeel van burgemeester en wethouders aantoonbaar aanwezig is. Besluitvorming door het college van burgemeester en wethouders vindt plaats met inachtneming van de bepalingen als opgenomen in artikel 5. Het hierop van toepassing zijnde positieve advies van de Monumenten- & Welstandscommissie alsmede het hierop van toepassing zijnde positieve besluitbrief van het college heb ik bij deze aanvraag gevoegd.
Adres Gemeentelijk Monument/Beeldbepalend Pand (tevens adres eigenaar):
Indien van toepassing Postadres eigenaar:
U mag niet met de werkzaamheden aanvangen voordat de gemeente u schriftelijk in kennis heeft gesteld omtrent het al dan niet toekennen van een restauratiesubsidie. Ingeval de door u voorgenomen restauratiewerkzaamheden vergunningsplichtig zijn moet u naast de subsidiebe-schikking ook wachten totdat u de noodzakelijke vergunning(en) heeft en schriftelijke toestemming van de gemeente om met de werkzaamheden te mogen beginnen.
- Hij/zij eigenaar is van het pand waaraan de geplande restauratiewerkzaamheden zullen plaatsvinden en hij/zij een kopie van de eigendomsakte heeft bijgevoegd (bijgevoegd in Bijlage 1)
- Het pand waaraan de geplande restauratiewerkzaamheden zullen plaatsvinden:
0 een pand betreft, zijnde een beschermd Gemeentelijk Monument, WEL/NIET deel van een VVE *)
0 een pand betreft, zijnde een Beeldbepalend Pand, WEL/NIET deel van een VVE *)
(Onder VVE wordt verstaan “Vereniging Van Eigenaren” | * = aankruisen wat van toepassing is)
- Een recent periodiek (maximaal 2 jaar oud) “Inspectierapport” van “Stichting Monumentenwacht Brabant” of een vergelijkbaar restauratiedeskundig buro te hebben bijgevoegd (bijgevoegd in Bijlage 2)
- Het plan dat aan de restauratiewerkzaamheden ten grondslag ligt voldoet aan de bepalingen op grond van de Woningwet van kracht zijnde Bouwbesluit en de gemeentelijke Bouwverordening;
0 De verleende Monumentenvergunning m.b.t. het restauratieplan (bijgevoegd in Bijlage 3)
0 De verleende (Bouw)vergunning m.b.t. het restauratieplan (bijgevoegd in Bijlage 4)
0 Indien van toepassing: een gemeentelijke vrijstellingsbrief vergunningen (bijgevoegd in Bijlage 5)
(* = aankruisen wat van toepassing is)
- Nog niet met de werkzaamheden is aangevangen en dat niet met de werkzaamheden zal worden begonnen voordat de aanvrager van burgemeester en wethouders bericht heeft ontvangen welke kosten als subsidiabel zijn aangemerkt;
- De voorgenomen werkzaamheden noodzakelijk zijn voor een duurzame instandhouding en restauratie van het betreffende pand/object
- Hij/zij op de hoogte is van het feit dat enkel aanvragen in behandeling kunnen worden genomen als:
* de door het college vastgestelde subsidiabele kosten meer dan € 1.000,-- bedragen
* burgemeester en wethouders bij hun beslissing op een aanvraag zo nodig rekening houden met de prioriteit die het treffen van voorzieningen in het kader van de monumentenzorg heeft, de cultuurhistorische waarde van het pand als monument of beeldbepalend pand, de bouwtechnische staat en uiterlijke staat van het object mede in relatie tot zijn omgeving, het huidige en toekomstige gebruik van het object en de wijze van exploitatie van het pand
* alle noodzakelijke stukken en bijlagen zijn bijgevoegd;
* aan alle van toepassing zijnde voorschriften van de verordening wordt voldaan.
- De kosten van de restauratiewerkzaamheden niet door een verzekering worden gedekt
- Naast voornoemde afschriften ten behoeve van deze aanvraag te hebben geleverd:
0 dit volledig ingevuld en door de eigenaar ondertekend “Aanvraagformulier Restauratiesubsidie” op grond van de “Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2010” en zoals hierboven is aangegeven.
0 een werkomschrijving/bestek, voorzien van een nummering die identiek is aan de posten opgenomen in de gespecificeerde (open) begroting (bijgevoegd in Bijlage 6)
0 gespecificeerde (open) begroting van de kosten, voorzien van een nummering van de begrotingsposten, die identiek is aan de per post genummerde werkomschrijvingen (bijgevoegd in Bijlage 7)
De bij de aanvraag gevoegde tekeningen dienen identiek te zijn aan de tekeningen waarvoor een Monumentenvergunning c.q. Bouwvergunning en – indien van toepassing – overige vergunningen op zijn verleend. (bijgevoegd in Bijlage 8)
de naam, adres en telefoonnummer(s)van de aannemer(s) (bijgevoegd in Bijlage 9)
0 de naam, adres en telefoonnummer(s) van de architect, die belast is met het toezicht op de uitvoering (bijgevoegd in Bijlage 10)
- Bekend te zijn met alle bepalingen zoals vermeld in de “Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2009” en deze te zullen naleven alsmede bekend te zijn met de verdere behandelingsprocedure (zie “Folder Stappenplan Restauratiesubsidie”).