2.3.1 | Bouwactiviteiten | | |
2.3.1.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.1.1.1 | indien de bouwkosten minder dan € 7.500,-- bedragen | € | 109,-- |
2.3.1.1.2 | indien de bouwkosten € 7.500,-- tot € 10.000.000,-- bedragen 1,67%van de bouwkosten; | | |
2.3.1.1.3 | indien de bouwkosten € 10.000.000,-- tot € 20.000.000,-- bedragen 1,46% van de bouwkosten, met een minimum van € 167.000,--; | | |
2.3.1.1.4 | indien de bouwkosten € 20.000.000,-- of meer bedragen 1,24% van de bouwkosten, met een minimum van € 292.000,-- en met een maximum van € 424.000,-- | | |
| | | |
| Extra welstandstoets | | |
2.3.1.2 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is verhoogd met: | € | 109,-- |
| | | |
| Verplicht advies | | |
2.3.1.3 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies zoals hierna genoemd moet worden beoordeeld: | | |
2.3.1.3.1 | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport | € | 54,50 |
2.3.1.3.2 | voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport | € | 54,50 |
| | | |
2.3.1.4 | Gereserveerd | | |
| | | |
| Achteraf ingediende aanvraag | | |
2.3.1.5 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteiten: 120% van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. | | |
| | | |
| Beoordeling aanvullende gegevens | | |
2.3.1.6 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: | € | 0,-- |
| | | |
2.3.2 | Aanlegactiviteiten | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.2.1 | 0,15% van de aanlegkosten met een minimumtarief van € 54,50 indien de aanlegkosten niet meer dan € 100.000,-- bedragen; | | |
2.3.2.2 | 0,2% van de aanlegkosten indien de aanlegkosten meer dan € 100.000,-- en minder dan € 500.000,-- bedragen; | | |
2.3.2.3 | 0,25% van de aanlegkosten indien de aanlegkosten meer dan € 500.000,-- en met een maximum van € 1.862,-- | | |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit | | |
| indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1: | | |
2.3.3.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): 0,58% van de bouwkosten met een minimum van € 275,--; | | |
2.3.3.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): 0,58% van de bouwkosten met een minimum van € 275,--; | | |
2.3.3.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking/projectbesluit)wordt het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met: | | |
2.3.3.3.1 | 0,58% van de bouwkosten met een minimum van € 275,--, indien de bouwkosten niet meer dan € 100.000,-- bedragen; | | |
2.3.3.3.2. | 0,68% van de bouwkosten indien de bouwkosten meer dan € 100.000,-- en minder dan € 500.000,-- bedragen; | | |
2.3.3.3.3 | 0,79% van de bouwkosten indien de bouwkosten meer dan € 500.000,-- bedragen, met een maximum van € 11.080,-- | | |
2.3.3.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): 116% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; | | |
2.3.3.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): 116% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; | | |
2.3.3.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): 116% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; | | |
2.3.3.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): 116% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; | | |
2.3.3.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): 116% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag. | | |
| | | |
2.3.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.4.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | € | 275,-- |
2.3.4.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | € | 550,-- |
2.3.4.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): | € | 1.100,-- |
2.3.4.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): | € | 1.100,-- |
2.3.4.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): | € | 550,-- |
2.3.4.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): | € | 921,-- |
2.3.4.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): | € | 1.100,-- |
2.3.4.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): | € | 1.100,-- |
| | | |
2.3.5 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
2.3.5.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 251,-- |
| vermeerderd met een toeslag als hieronder aangegeven voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte: | | |
| 500 m² of minder met | € | 384,-- |
| 501 – 2.000 m² met | € | 1.348,-- |
| 2.001 – 5000 m² met | € | 3.332,-- |
| 5.001 – 50.000 m² met | € | 4.662,-- |
| 50.001 m² en meer met | € | 7.319,-- |
2.3.5.2 | het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste 1, van de Wabo waarvoor al eerder een vergunning is afgegeven en deze vergunning is door het college van burgemeester en wethouders ingetrokken, wordt berekend volgens de onder 2.3.5.1 vermelde tarieven | | |
2.3.5.3 | het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, afwijkend van dan wel aanvullend op een eerder afgegeven vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wabo wordt voor wat betreft het gewijzigde dan wel aanvullende gedeelte berekend volgens de onder 2.3.5.1 vermelde tarieven | | |
2.3.5.4 | het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wabo met een geldigheidsduur van één maand | € | 200,-- |
2.3.5.5 | het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een toestemming, dan wel ontheffing als omschreven in een vergunning dan wel veiligheidsverklaring, ingediend na de in de vergunning, toestemming dan wel verklaring genoemde termijn | € | 200,-- |
2.3.6 | Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten | | |
2.3.6.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of op grond van de Monumentenverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | | |
2.3.6.1.1 | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: | € | 0,-- |
2.3.6.1.2 | voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: | € | 54,50 |
2.3.6.2 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of Monumentenverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | | |
| 1% van de sloopkosten met een minimum van: | € | 109,-- |
| en een maximum van: | € | 1.100,-- |
| | | |
2.3.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in het bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo bedraagt het tarief: 1% van de sloopkosten, met een minimum van: | € | 109,-- |
| en een maximum van: | € | 1.100,-- |
| | | |
| Aanleg of veranderen weg | | |
2.3.8 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.2.2 van de Algemene plaatselijke verordening 2006 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 61,-- |
| | | |
2.3.9 | Uitweg/inrit | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.2.2. van de Algemene plaatselijke verordening 2006 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 61,-- |
| | | |
2.3.10 | Kappen | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2 van de bomenverordening 2006 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 39,-- |
| | | |
2.3.12 | Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 | | |
2.3.12.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: | € | 54,50 |
2.3.12.2 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 | € | 54,50 |
| | | |
2.3.13 | Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief: | € | 54,50 |
| | | |
2.3.14 | Andere activiteiten | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: | | |