Organisatie | 's-Hertogenbosch |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Bomenverordening ’s-Hertogenbosch 2010 |
Citeertitel | Bomenverordening 's-Hertogenbosch 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
meegedeeld aan het Arrondissementsparket op 19-10-2010
Gemeentewet, art. 149
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-11-2010 | 16-03-2021 | Onbekend | 12-10-2010 Bossche Omroep, 24-10-2010 | 10.831 |
De gemeenteraad van 's-Hertogenbosch in zijn openbare vergadering van
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 september 2010, regnr. 10.831;
gelet op de Gemeentewet en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
vast te stellen de Bomenverordening ’s-Hertogenbosch 2010, herziening oktober 2010 met toelichting.
Artikel 1: Begripsomschrijvingen
In deze afdeling wordt verstaan onder:
één of meer bomen of boomvormers, of andere houtachtige gewassen, mogelijk onderdeel uitmakend van hakhout, een houtwal, een grotere (lint)begroeiing van heesters en struiken, een beplanting van bosplantsoen, een struweel of een heg, met een stamomtrek van minimaal 10 centimeter op 1,3 meter hoogte.
bijzondere beschermwaardige houtopstand met een relatief hoge leeftijd en met een bijzondere schoonheid- of zeldzaamheidswaarde, of een bijzondere functie voor de omgeving die zijn opgenomen op de gemeentelijke monumentale bomenlijst.
rooien; kappen; verplanten; het snoeien van meer dan 20 % van de kroon of het wortelgestel, met inbegrip van kandelaberen;
het verrichten van handelingen, zowel boven- als ondergronds, die de dood of ernstige beschadiging of ernstige ontsiering van de houtopstand tot gevolg kunnen hebben.
de monetaire waarde van een boom zoals getaxeerd volgens de meest recente richtlijnen van de Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen.
een beoordeling van de gevolgen van voorgenomen bouw of aanleg voor houtopstand.
bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Artikel 3: Lijst van Monumentale bomen
De eigenaar van een houtopstand die vermeld staat op de lijst van monumentale bomen is verplicht het College van burgemeester en wethouders onmiddellijk schriftelijk mededeling te doen van:
Artikel 4: Aanvraag vergunning
Vervallen in verband met de inwerking treding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Artikel 8: Herplant‑/instandhoudingsplicht
Indien houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is, zonder vergunning van het bevoegd gezag is geveld, dan wel op andere wijze teniet is gegaan, kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de houtopstand bevond dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen te herplanten overeenkomstig de door het bevoegd gezag te geven aanwijzingen binnen een door het bevoegd gezag te stellen termijn.
Indien een houtopstand waarop het verbod tot vellen van toepassing is in het voortbestaan ernstig worden bedreigd, kan het bevoegd gezag aan de zakelijk gerechtigde tot de grond waarop zich de houtopstand bevindt dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om:
Artikel 8A Intrekking of wijziging van vergunning
De vergunning kan worden ingetrokken of gewijzigd:
Het College van burgemeester en wethouders beslissen op een verzoek om schadevergoeding bij weigering van een vergunning tot vellen op grond van artikel 17 van de Boswet.
Degene aan wie een voorschrift als bedoeld in artikel 3, artikel 5, eerste lid, artikel 7, eerste tweede, derde, vierde en vijfde lid is gegeven, onderscheidenlijk een verplichting als bedoeld in artikel 8, eerste, tweede, derde, vierde en vijfde lid, is opgelegd, alsmede diens rechtsopvolger, is gehouden dienovereenkomstig te handelen.
Hij die handelt in strijd met artikel 2, eerste lid, danwel een voorschrift onderscheidenlijk een verplichting als bedoeld in het vorige lid niet na komt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de tweede categorie. Tevens kan een rechterlijke beoordeling op grond van dit artikel openbaar gemaakt worden. Bij de strafmaatbepaling kan rekening worden gehouden met de boomwaarde.
's-Hertogenbosch,
De gemeenteraad voornoemd,
De griffier, De voorzitter,
drs. A. van der Jagt, mr. dr. A.G.J.M. Rombouts
In deze toelichting vindt u extra informatie over onderwerpen uit de verordening die mogelijk tot verschillende interpretaties kunnen leiden.
Bij de herziening oktober 2010 is de Bomenverordening aangepast in verband met de inwerking treding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Tevens is de mogelijkheid van intrekking van een vergunning opgenomen, welke per abuis niet was overgenomen uit de voorheen voor het kappen geldende APV. Op basis van die wet is voor het kappen van een boom een omgevingsvergunning benodigd (art. 2.2, lid 1, sub g.). Deze wet bepaald ook dat een omgevingsvergunning wordt afgegeven (of geweigerd) door het bevoegd gezag. Dat is bijna altijd wel het college van burgemeester en wethouders maar in voorkomende gevallen kan dat ook Gedeputeerde Staten zijn (bijv. bij een milieuinrichting waarbij Gedeputeerde Staten bevoegd gezag zijn en als dan in de omgevingsvergunning mede de activiteit het vellen van een boom is begrepen dan zijn GS ook ten aanzien daarvan het bevoegd gezag) dan wel de minister (bijv. bij een mijnbouwinrichting).
Artikel 1: Begripsomschrijvingen
Vellen: Elke wijze van het te gronde richten van een houtopstand ongeacht of dit gedeeltelijk is, bijvoorbeeld bij kappen, of volledig, zoals bij rooien (inclusief stobbe verwijderen). Ook ingrepen die een ingrijpende wijziging betekenen, zoals kandelaberen of het snoeien van meer dan 20 procent van het kroonvolume, vallen onder vellen. Dit om het ernstig beschadigen of ontsieren van een boomkroon tegen te kunnen gaan. Het instandhouden door periodieke snoei van de door kandelaberen of knotten ontstane kroonvorm is niet vergunningplichtig. De eerste keer kandelaberen of knotten is wel vergunningplichtig. Het verwijderen van hoofdwortels, waarvan kan worden aangenomen dat daardoor de houtopstand ernstige schade oploopt, valt eveneens onder het begrip vellen. Datzelfde geldt voor werkzaamheden die wijziging van maaiveld tot gevolg hebben en daardoor indirect tot beschadiging van de boom kunnen leiden. Door de verordening ook van toepassing te laten zijn op het ernstig beschadigen of ontsieren van samengestelde verschijningsvormen, worden grootschalige ingrepen in houtopstand eveneens vergunningplichtig.
Monetaire boomwaarde: De richtlijnen van de Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen en houtige gewassen (NVTB, Postbus 683, 7300 AK Apeldoorn, tel. 055-5999449) voor de monetaire boomwaarde worden jaarlijks vastgesteld aan de hand van de prijsindexcijfers van het CBS, marktprijsgemiddelden en andere kengetallen. De richtlijnen gelden als de meest deskundige methodiek voor de wijze van vaststellen van de geldwaarde van bomen en worden in de rechtspraak erkend. Het spreekt overigens voor zich dat bomen ook vele andere waarden dan monetaire waarde kunnen vertegenwoordigen.
Bomen effect analyse: Waardevolle houtopstanden worden regelmatig (ernstig) beschadigd of vernietigd door bouw en aanleg van huizen, wegen, rioleringen of kabels en leidingen. Vaak gebeurt dit ongewenst en onbedoeld, omdat er te laat is gekeken naar de gevolgen voor de bomen, waardoor ze niet ingepast of (onherstelbaar) beschadigd raken. De bomen effect analyse (BEA) is een hulpmiddel voor een nauwgezette en onafhankelijke beoordeling, voorafgaand aan de voorgenomen bouw of aanleg. Deze standaardisering waarborgt de boomtechnische kwaliteit en garandeert een goede beoordeling van alle effecten en mogelijke alternatieven. Een BEA dient uitgevoerd te worden door een deskundig boomverzorger of boomtechnisch adviseur. De resultaten van deze beoordeling kunnen vervolgens worden meegenomen in de besluitvorming rond bouw of aanleg.
Dit artikel regelt voor welke bomen/houtopstand een kapvergunningplicht geldt. Dit is aangegeven in de leden a t/m d. Categorie d. is opgenomen omdat na uitvoering van een herplantplicht de eis dat de stamomtrek 100 cm moet zijn om vergunningplichtig te worden natuurlijk niet geldt. Voor het kappen van bomen die op basis van een herplantplicht zijn geplant, geldt dus altijd een kapvergunningplicht.
Dode houtopstand: Er wordt voor het kapverbod geen onderscheid gemaakt tussen vitale en afgestorven houtopstand. Dit o.m. om een herplantplicht te kunnen opleggen als bijv. een boom om welke reden ook dood gaat in een belangrijke bomenstructuur of op een markante plaats.
Uitsluitingen Boswet: De bevoegdheid tot het instellen van een verbod tot vellen bij gemeentelijke verordening wordt in artikel 15 van de Boswet beperkt. Deze beperking heeft inhoudelijk betrekking op:
houtopstand, die deel uitmaakt van als zodanig bij het Bosschap geregistreerde bosbouwondernemingen en niet gelegen is binnen een bebouwde kom, tenzij de houtopstand een zelfstandige eenheid vormt die:
ofwel geen grotere oppervlakte beslaat dan 10 are;
ofwel bestaat uit rijbeplanting van niet meer dan 20 bomen, gerekend over het totale aantal rijen.
De zinsnede “die aantoonbaar op bedrijfseconomische wijze worden geëxploiteerd” bedoelt de alle hiervoor genoemde uitzonderingen conform de Memorie van Toelichting op de Boswet te beperken tot bomen met een aantoonbare economisch doel en te onderscheiden van sierbomen. Bij vrucht of fruitbomen, zijn sierbomen die vruchten dragen dus wel kapvergunningplichtig. Onder het kapverbod valt het houden en de economische exploitatie van (vrucht)bomen niet.
Artikel 3: Lijst van Monumentale bomen
De lijst met monumentale bomen bevat bijzondere beschermenswaardige bomen. De lijst kan bomen bevatten met een kleinere dwarsdoorsnede dan in artikel 2, lid c, genoemd. Duurzaam behoud van houtopstand op de lijst van monumentale bomen heeft een hoge prioriteit. De houtopstand is extra beschermd doordat alleen bij hoge uitzondering een ontheffing wordt verleend.
Artikel 4: Aanvraag vergunning.
Vervallen in verband in werking treden Wabo.
Dit artikel bevat de criteria, die in ieder besluit inzake een aanvraag tot vellen genoemd moeten worden. Indien gevaarzetting (voorkomen van letsel of schade) reden tot de kapaanvraag is, moeten voorafgaand aan een eventuele kapvergunning de (boomverzorgings) alternatieven voor kap voldoende onderzocht zijn en als onmogelijk of zeer onwenselijk zijn aangemerkt.
Vervallen in verband met de inwerkingtreding van de Wabo.
Artikel 8A Intrekking van de vergunning.Dit artikel is de standaard bepaling uit de Algemene Plaatselijke Verordening met betrekking tot intrekking van vergunningen,met dien verstande dat in het artikel voor de kapvergunning een termijn van één jaar is opgenomen. Die termijn heeft te maken met o.a. het broedseizoen. Soms mag in het broedseizoen niet gekapt worden bijv. omdat vogelnesten aanwezig zijn (Flora- en Faunawet). De termijn van één jaar omvat alle seizoenen en is daarom en praktisch en redelijk te achten.
Ratio. De strafmaatbepalingen zijn de basis voor aangifte bij de politie en eventuele strafvervolging door justitie. De bepalingen zijn overeenkomstig de grenzen van de Gemeentewet vastgesteld. Soms kan de rechter overgaan tot bijzondere maatregelen, zoals publicatie van een vonnis of voordeeltoekenning (dat wil zeggen dat justitie afziet van strafvervolging indien verdachte de schade vergoedt).
Samenloop. Ook een samengaan met andere delicten (vernieling van eigendom, belediging van personen, enz.) is vaak aanleiding om een illegale kap of beschadiging door justitie aan te laten.
De op grond van dit artikel ingestelde strafvervolging laat onverlet de mogelijkheid van het instellen door het College van burgemeester en wethouders van een privaatrechtelijke vordering tot schadevergoeding, wegens schade aan gemeentelijke bomen of houtopstanden. Dat zelfde geldt uiteraard voor particuliere eigenaren.