Organisatie | Nijkerk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Huisvestingsverordening 2014 |
Citeertitel | Huisvestingsverordening 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2015 | 01-07-2015 | vervallen van rechtswege | 15-09-2015 | Onbekend. | |
22-11-2014 | 01-07-2015 | nieuwe regeling | 27-02-2014 | 2014-016 |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
aanbodmodel: model waarbij woonruimte te huur wordt aangeboden door middel van een advertentiemedium, waarbij de woning wordt toegewezen aan een woningzoekende die op het aanbod heeft gereageerd, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening en de aanvullende afspraken in overeenkomsten tussen de samenwerkende gemeenten en de samenwerkende toegelaten instellingen in de regio, en de eventuele aanvullende overeenkomsten tussen de gemeente Nijkerk en plaatselijke toegelaten instellingen;
economische binding: de binding van een persoon aan het gebied is daarin gelegen dat die persoon voor de voorziening in het bestaan is aangewezen op het verrichten van arbeid binnen of vanuit het gebied. Hiervan is sprake als de betreffende persoon:
als zelfstandig ondernemer in het bestaan voorziet en kan aantonen dat het bedrijf in het gebied is gevestigd.
Daarbij geldt dat een persoon met een economische binding aan Barneveld of Scherpenzeel binnen het gebied van de samenwerkende gemeenten uitsluitend in de gemeente Nijkerk in aanmerking kan komen voor de toewijzing van een woning en voor een huisvestingsvergunning;
maatschappelijkebinding: de binding van een persoon aan het gebied is daarin gelegen dat die persoon een redelijk met de plaatselijke samenleving verband houdend belang heeft zich in het gebied te vestigen. Een maatschappelijke binding wordt in ieder geval aangenomen t.a.v. een persoon die:
gedurende de voorafgaande twintig jaar ten minste zes jaar onafgebroken ingezetene is geweest van gemeenten in het gebied.
Daarbij geldt dat een persoon met een maatschappelijke binding aan Barneveld of Scherpenzeel binnen het gebied van de samenwerkende gemeenten uitsluitend in de gemeente Nijkerk in aanmerking kan komen voor de toewijzing van een woning en voor een huisvestingsvergunning;
Hoofdstuk 2 Verdeling van huurwoningen
De urgentieverklaring geeft gedurende drie maanden na de datum van afgifte recht op het bij voorrang verkrijgen van woonruimte in de gemeente Nijkerk, die wordt aangeboden via het aanbodmodel als bedoeld in artikel 2.3.2. Bij het verlenen van de urgentieverklaring kan worden bepaald dat deze alleen geldt voor bepaalde categorieën woningen.
Bij gewijzigde omstandigheden kan het college, al dan niet op verzoek van de woningzoekende, besluiten de inhoud van de afgegeven urgentieverklaring te wijzigen. Dit wordt ter kennis van de woningzoekende gebracht door middel van de verstrekking van een gewijzigde urgentieverklaring, waarbij tevens wordt meegedeeld dat de voordien verstrekte urgentieverklaring is vervallen.
Woonruimten die in de gemeente Nijkerk voor verhuur beschikbaar komen, en die niet worden toegewezen met toepassing van artikel 2.3.1, worden door de eigenaar aan woningzoekenden aangeboden door middel van een aanbodmodel. Het aanbod vermeldt eventuele doelgroepen of beperkingen in de categorieën woningzoekenden die op de woning kunnen reageren.
Gedurende een periode van drie jaar na de inwerkingtreding van deze verordening geldt aanvullend de volgende regeling.
Voor vrijkomende huurwoningen in Nijkerkerveen van Stichting De Goede Woning komen gedurende een aanbiedingsperiode van maximaal twee weken, met inachtneming van het bepaalde in artikel 2.3.3, eerst woningzoekenden in aanmerking met een economische of maatschappelijke binding aan de kern Nijkerkerveen.
Het college kan voor de toewijzing van woningen die in overleg tussen de eigenaar en het college worden ontwikkeld en bestemd ten behoeve van specifieke doelgroepen, nadere regels vaststellen dan wel met de eigenaar een overeenkomst sluiten, met het oog op de toewijzing van deze woningen aan woningzoekenden uit de doelgroep.
Paragraaf 2.5 Overeenkomsten (huurwoningen)
Ter bevordering van een evenwichtige en rechtvaardige verdeling van woonruimte kan het college met eigenaren van huurwoningen aanvullende overeenkomsten sluiten over het in gebruik geven van woonruimte. De overeenkomst is een aanvulling op de verordening en dient een evenwichtige en rechtvaardige verdeling van woonruimte te bevorderen. De inhoud van de overeenkomst wordt bekend gemaakt aan de inwoners van de gemeente en aan andere belanghebbenden.
Hoofdstuk 3 Verdeling van nieuwbouwkoopwoningen
Het college kan met bedrijven die nieuwbouwkoopwoningen gaan realiseren nadere afspraken maken over te verdeling van de te bouwen woningen, welke geheel of gedeeltelijk in de plaats treden van het bepaalde in dit hoofdstuk.
De afspraken dienen een evenwichtige en rechtvaardige verdeling van woonruimte te bevorderen.
Hoofdstuk 4 Overige bepalingen
Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot een goede en rechtvaardige verdeling van de beschikbare woonruimte in de gemeente Nijkerk en het in deze verordening bepaalde.
Het college is bevoegd in gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt,ten gunste van de aanvrager af te wijken van deze verordening. Het belang van een evenwichtige en rechtvaardige verdeling van woonruimte staat daarbij voorop.
Hij die handelt in strijd met het bepaalde in artikel 2.4.1 of 3.1 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste vier maanden of een geldboete van de derde categorie. De genoemde strafbaar gestelde
In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist het college, waarbij he belang van een evenwichtige en rechtvaardige verdeling van woonruimte voorop staat.
Bij de voorbereiding van een besluit tot wijziging van deze verordening pleegt het college overleg met de in de gemeente werkzame, ingevolge artikel 70, eerste lid van de Woningwet toegelaten instellingen en met andere daarvoor naar hun oordeel in aanmerking komende organisaties die binnen de gemeente op het gebied van de woonruimteverdeling werkzaam zijn.
HOOFDSTUK 5 Overgangs- en slotbepalingen
Een urgentieverklaring die is afgegeven vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit, staat gelijk aan een urgentieverklaring als bedoeld in paragraaf 2.2.
Van de woningzoekende die vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit aantoonbaar heeft gereageerd op een in Nijkerk aangeboden sociale huurwoning, en die zich binnen drie maanden na de datum van inwerkingtreding van dit besluit inschrijft in het register als bedoeld in artikel 2.1.1, wordt de inschrijfduur afgeleid van de datum waarop hij voor het eerst op een in Nijkerk aangeboden huurwoning heeft gereageerd, zoals geregistreerd door de Woningstichting Nijkerk of een andere in Nijkerk werkzame toegelaten instelling.
Gedurende drie jaar na de datum van inwerkingtreding van dit besluit wordt ten minste 30% van de in de gemeente Nijkerk voor verhuur beschikbare woonruimten, niet zijnde woningen als bedoeld in de artikelen 2.3.1 en 2.3.4, toegewezen aan woningzoekenden met een maatschappelijke of economische binding aan de gemeente Nijkerk, voor zover nodig in afwijking van het overigens in artikel 2.3.3 bepaalde.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Nijkerk d.d. 27 februari 2014,
de griffier,
de voorzitter,
de heer O. van Kolck.
de heer mr. drs. G.D. Renkema.
Toelichting bij de artikelen 2.1.1 en 3.2 Toepassing artikel 13c van de Huisvestingswet en artikel 6 van het Huisvestingsbesluit
Op grond van artikel 13c van de Huisvestingswet kunnen aan de volgende categorieën woningzoekenden geen bindingseisen (maatschappelijke of economische binding) worden gesteld:
Vluchtelingen. Een vluchteling moet kunnen aantonen dat hij rechtmatig langer dan drie maanden in Nederland mag verblijven, dat er geen beperkingen aan dat verblijf zijn verbonden en dat hij nog niet over eigen woonruimte beschikt. De volgende situaties kunnen van toepassing zijn:
Verblijfsdocument type EU/EER (verblijfskaart voor gemeenschapsonderdanen): dit document wordt verstrekt aan vreemdelingen uit Bulgarije en Roemenië die voor langere tijd op basis van het gemeenschapsrecht in Nederland verblijven. Daarnaast wordt het document verstrekt aan familieleden van burgers van de Unie die zelf een nationaliteit van een derde land hebben. Arbeid is vrij toegestaan en een tewerkstellingsvergunning is in de meeste gevallen niet vereist.
EU/EER-onderdanen zijn vreemdelingen met één van de volgende nationaliteiten: België, Cyprus, Duitsland, Denemarken, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Malta, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk (Groot-Brittannië en Noord-Ierland), IJsland en Zweden.
Echtscheiding. Zodra de echtscheiding definitief is (vonnis ingeschreven in GBA) of de rechter een voorlopige voorziening heeft getroffen. Als gevolg van de scheiding is woonruimte nodig, bijvoorbeeld omdat de voormalige gezamenlijke woning door de rechter aan de andere partner is toegewezen. De regels zijn van overeenkomstige toepassing op de gevolgen van het verbreken van andere samenlevingsvormen.
Woningruil. Als de bindingseisen niet gelden voor een van de bij een woningruil betrokken partijen, kan de huisvestingsvergunning voor de totale woningruil niet worden geweigerd. Datzelfde is van toepassing als er geruild wordt omdat een van de partijen verhuist wegens het accepteren van een baan elders; ook dan mag de huisvestingsvergunning niet geweigerd worden als een van de partijen niet aan de bindingseisen voldoet.
Toelichting bij artikel 5.2, tweede en derde lid Overgangsregeling inschrijfduur
Onderdeel van de regionale samenwerking is het harmoniseren van de volgordecriteria bij toewijzing van woningen. De meeste regiogemeenten kennen de inschrijfduur als volgordecriterium, met uitzondering van Soest, waar loting wordt toegepast, en Nijkerk waar voor starters leeftijd geldt, voor doorstromers woonduur en voor vestigers de reisafstand. Omwille van de transparantie en eenduidigheid is gekozen voor de volgordecriteria inschrijfduur en/of loting voor de hele regio. De keuze voor de criteria loting, inschrijfduur of een combinatie daarvan wordt per gemeente bepaald.
Een woningzoekende kan tot nu toe ingeschreven staan in een of meer lokale inschrijfregisters. Bij de start van de regionale samenwerking worden de inschrijvingen van alle woningzoekenden samengevoegd. Het gevolg hiervan kan zijn dat woningzoekenden die een lange inschrijfduur hebben opgebouwd in de ene gemeente in een andere gemeente woningzoekenden met een relatief korte inschrijftijd in hun eigen gemeente gaan verdringen.
Onderzocht is wat de gemiddelde inschrijfduur per gemeente is.
De gemiddelde inschrijfduur (per 1 oktober 2012) van ingeschreven woningzoekenden is in:
Uit de vergelijking blijkt dat de ingeschreven woningzoekenden uit Amersfoort gemiddeld de langste inschrijfduur hebben (4,3 jaar) en de woningzoekenden uit Soest en Nijkerk de kortste (1,8 jaar).
De gemiddelde inschrijfduur in Nijkerk is in vergelijking met die van andere gemeenten laag omdat de inschrijfduur niet van invloed was op de kans om voor een woning in aanmerking te komen. In Nijkerk werd de volgorde van toewijzing van vrijkomende woningen tot dusverre bepaald op grond van leeftijd, woonduur of reisafstand. In Nijkerk had een (toekomstige) woningzoekende geen reden om zich lang van tevoren in te schrijven, om daarmee inschrijftijd “op te bouwen”. Men schreef zich als woningzoekende in zodra men “kans” maakte op een woning.
De verschillen tussen de verdeelsystemen in de regiogemeenten en de verschillen in inschrijfduur per gemeente zijn zo dat een overgangsregeling noodzakelijk is om bij de start van de regionale samenwerking ongewenste verdringingseffecten tegen te gaan en woningzoekenden lokaal een gelijke startpositie te geven. Het verschil tussen de gemiddelde inschrijfduur per gemeente is de maatstaf voor de regeling. Voor Nijkerk is dit het veerschil tussen de gemiddelde inschrijfduur in Amersfoort en Nijkerk, naar boven afgerond op drie jaar.
De overgangsregeling moet mogelijke “waterbedeffecten” als gevolg van de harmonisatie van regels in de aanvangsperiode verminderen. De regeling moet uitvoerbaar zijn en rekening houden met opgebouwde rechten. Uitgangspunt is dat in de aanvangsperiode van de regionale samenwerking een woningzoekende lokaal gemiddeld niet achtergesteld wordt ten opzichte van andere woningzoekenden uit de regio.