Organisatie | Dinkelland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | WMO-raad verordening gemeente Dinkelland |
Citeertitel | WMO-raad verordening gemeente Dinkelland |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Vervallen door vervallen van de Wet maatschappelijke ondersteuning per 1 januari 2015
artikel 11 en 12 Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), de Algemene wet bestuursrecht, artikel 150 van de Gemeentewet;
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-06-2007 | 01-01-2015 | Onbekend | 22-05-2007 DinkellandVisie 31 mei 2007 | Onbekend |
De raad van de gemeente Dinkelland;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 april 2007;
gelet op artikel 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), de Algemene wet bestuursrecht en artikel 150 van de Gemeentewet;
overwegende dat de gemeenteraad, op grond van artikel 11 lid 1 van de Wet maatschappelijke ondersteuning, verplicht is bij verordening regels te stellen over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 11 en 12 van voormelde wet of hun vertegenwoordigers, worden betrokken bij de uitvoering van die wet, waarbij in ieder geval wordt geregeld:
a. de wijze waarop met deze personen of hun vertegenwoordigers periodiek overleg wordt gevoerd;
b. de wijze waarop deze personen of hun vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden;
c. de wijze waarop deze personen of hun vertegenwoordigers van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie worden voorzien;
In deze verordening wordt verstaan onder
a. Wmo: de Wet maatschappelijke ondersteuning (Stb. 2006, 351);
b. de wet: de wetten als bedoeld onder a;
c. ingezetene: de persoon die woonachtig is in de gemeente Dinkelland en staat ingeschreven in de bevolkingsadministratie
d. Wmo-raad: een uit afgevaardigden van de onder e bedoelde clusters van belangenorganisaties bestaand gremium, met taken en bevoegdheden zoals in deze verordening omschreven;
e. belangenorganisaties: organisaties van ingezetenen, alsmede organisaties die mede de belangen van ingezetenen in het grondgebied van de gemeente Dinkelland behartigen;
f. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dinkelland;
g. breed overleg: overleg van de Wmo-raad met diverse consumentenorganisatie met als doel informatie en feedback te verkrijgen voor de advisering aan het college;
h. raadpleging: overleg van de Wmo-raad met ingezetenen en directe gebruikers van maatschappelijke ondersteuning met als doel informatie te verkrijgen voor de advisering aan het college
Met uitzondering van de daarbij gehanteerde gemeentelijke procedures en regelingen is de Wmo-raad niet bevoegd te adviseren over en/of zich bezig te houden met:
a. klachten, bezwaarschriften en andere aangelegenheden op het gebied van maatschappelijke ondersteuning die individueel van aard zijn, dan wel op individuele personen betrekking hebben;
b. de verplichte gemeentelijke uitvoering van wettelijke voorschriften op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, voor zover ten aanzien van de uitvoering daarvan geen ruimte voor eigen gemeentelijk beleid aanwezig is.
De Wmo-raad streeft naar een vertegenwoordiging van minimaal de navolgende clusters van belangenorganisaties: ouderen, lichamelijk gehandicapten en chronisch zieken, mantelzorgers, jeugd en jongeren, verstandelijk gehandicapten, personen behorende tot de geestelijke gezondheidszorg, vrijwilligers, kernraden e.a.
Bij tussentijds aftreden van een lid voorziet, voor de resterende zittingstermijn, het afvaardigende cluster in een voordracht van een nieuw lid vanuit deze cluster aan het college. Kan deze organisatie hieraan niet voldoen, dan kan de vacature, met toestemming van de overige leden van de Wmo-raad, worden ingevuld door een ander.
Het lidmaatschap van de Wmo-raad is onverenigbaar met:
a.het lidmaatschap van het college, de gemeenteraad en/of een ander gemeentelijk cliëntenplatform of adviescommissie;
b. het werknemerschap van de gemeente Dinkelland, of het verrichten van werkzaamheden in welke aard dan ook onder verantwoordelijkheid van het college op het beleidsterrein als bedoeld in artikel 2, derde lid.
De adviezen van de Wmo-raad worden schriftelijk, door middel van brieven, verslagen en/of rapporten uitgebracht waarbij, indien daartoe wordt verzocht, een minderheidsstandpunt van één of meer leden in het advies dient te worden opgenomen. Het streven is om te komen tot een éénstemmige advisering aan het college.
Een medewerker, of diens plaatsvervanger, van de afdeling Ontwikkeling is contactpersoon van de Wmo-raad voor zover het werkzaamheden betreffen die verband houden met de beleidsadvisering, het aanreiken van de benodigde stukken voor de agenda, het verwerken van de adviezen alsmede het in voorkomende gevallen deelnemen aan de vergadering.
a. De Wmo-raad kan geen besluiten nemen of advies uitbrengen, indien niet tenminste de helft van het aantal stemgerechtigde leden bij de vergadering aanwezig is.
b. Onverminderd het bepaalde in artikel 4, zesde lid worden alle besluiten en adviezen van de Wmo-raad met meerderheid van stemmen genomen en uitgebracht.
Onverminderd het bepaalde in het achtste lid kan de gemeente en de Wmo-raad besluiten tot het houden van een besloten vergadering. In dat geval zijn, in afwijking van het bepaalde in het achtste en negende lid, de ter behandeling in die vergadering ingebrachte stukken en de verslaglegging daarvan niet voor het publiek ter inzage beschikbaar.
In het belang van een juiste en adequate besluitvorming en advisering door de Wmo-raad draagt de medewerker, of diens plaatsvervanger, als bedoeld in artikel 5, eerste lid, zorg voor een tijdige en zo volledig mogelijke informatievoorziening aan de leden van de Wmo-raad, voor zover het aangelegenheden betreft die tot de taak- en doelstelling van de Wmo-raad behoren als bedoeld in artikel 2, tweede en derde lid.
Onverminderd het bepaalde in artikel 3, derde tot en met zevende lid, eindigt het lidmaatschap van de Wmo-raad in ieder geval indien een lid: a. geen belanghebbende of afgevaardigde meer is van het cluster van de belangenorganisatie, waarvoor dat lid zitting in de Wmo-raad heeft;
b. op persoonlijke titel of om persoonlijke redenen aftreedt.
Bij beëindiging van het lidmaatschap van de Wmo-raad als bedoeld in het eerste lid blijft het lid voor zover mogelijk de functie namens het afvaardigende cluster vervullen, totdat in de vacature is voorzien, met een maximale termijn van 3 maanden na de dag van opzegging of beëindiging van het lidmaatschap.
Het verslag als bedoeld in het eerste lid wordt, voor zover daartoe aanleiding bestaat, vergezeld van voorstellen in het belang van een integraal en evenwichtig gemeentelijk beleid op het terrein van maatschappelijke ondersteuning dan wel ter verbetering van beleidsmatige aangelegenheden die de gemeentelijke uitvoering en de kwaliteit van de dienstverlening op dit terrein betreffen.
Bij het verslag als bedoeld in het eerste lid wordt voorts een financieel verslag gevoegd waarin, door de voorzitter en/of de penningmeester, namens de Wmo-raad verantwoording wordt afgelegd over het door de raad gevoerde financiële beleid over het jaar waarvan verslag wordt gedaan ten aanzien van de wijze van besteding van de aan de raad beschikbaar gestelde subsidie als bedoeld in artikel 8, eerste lid.
Het college evalueert, in samenspraak met in ieder geval de voorzitter van de Wmo-raad, eens per jaar het functioneren van de raad.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad van 22 mei 2007.
De griffier, De voorzitter,
G.H.M. Flinkers Mr. F.P.M. Willeme
Op grond van artikel 11 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) dienen door de raad bij verordening regels gesteld te worden over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 11 en 12, van de Wmo of hun vertegenwoordigers, worden betrokken bij de uitvoering van die wet.
Met de voormelde personen worden bedoeld:
In de verordening dient in ieder geval te worden geregeld:
a. de wijze waarop met deze personen of hun vertegenwoordigers periodiek overleg wordt gevoerd;
b. de wijze waarop deze personen of hun vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden;
c. de wijze waarop deze personen of hun vertegenwoordigers van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie worden voorzien;
De begrippen die in de verordening worden gebruikt, sluiten zoveel mogelijk aan en hebben zoveel mogelijk een gelijkluidende betekenis als de omschrijving hiervan in de relevante wetgeving. Dit is mede vastgelegd in het tweede lid van dit artikel. De in het eerste lid vermelde omschrijvingen spreken verder voor zich.
Artikel 2 Taak en doelstelling Wmo-raad
In het eerste lid is bepaald dat het college de instelling en instandhouding van een Wmo-raad bevordert.
In het tweede lid wordt de doelstelling van de Wmo-raad beschreven.
In het derde lid is verankerd dat de Wmo-raad gevraagd en ongevraagd advies aan het college kan uitbrengen over beleidsmatige aangelegenheden op het terrein van maatschappelijke ondersteuning, alsmede over aangelegenheden die de gemeentelijke uitvoering en de kwaliteit van de dienstverlening op dit terrein betreffen.
Het vierde lid geeft aan omtrent welke aangelegenheden de Wmo-raad niet bevoegd is te adviseren dan wel zich daarmee bezig te houden.
Artikel 3 Samenstelling Wmo-raad
In dit artikel is geregeld, dat de belanghebbenden bij maatschappelijke ondersteuning in de gemeente Dinkelland zich door middel van belangenorganisaties kunnen laten vertegenwoordigen in de Wmo-raad. Ten aanzien van doelgroepen bestaan soms meerdere belangenorganisaties. Gekozen wordt om deze te clusteren en dat per cluster van belangenorganisaties één vertegenwoordiger lid van de raad kan zijn.
In dit artikel is voorts geregeld:
Behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 5 Ambtelijke ondersteuning
In dit artikel is vastgelegd dat de leden van de Wmo-raad zelf in de secretariaatswerkzaamheden dienen te voorzien, voor zover het geen werkzaamheden betreffen die verband houden met de taken van de medewerker van de gemeente, die als contactpersoon optreedt tussen de Wmo-raad en de gemeente. Deze werkzaamheden worden door een medewerker, of diens plaatsvervanger, van de afdeling Ontwikkeling verzorgd. Dit met het oog op het vervaardigen van het 4 jaren activiteitenplan, als bedoeld in artikel 3 van de Wmo en de coördinatie van de daaruit voortvloeiende activiteiten.
De plaats en de frequentie op jaarbasis van de vergaderingen van de Wmo-raad is in dit artikel geregeld, evenals de wijze waarop:
Voorts is in dit artikel geregeld:
Artikel 7 De informatievoorziening
De wijze waarop de leden van de Wmo-raad van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde algemene informatie op het terrein van maatschappelijke ondersteuning worden voorzien is in het eerste lid bepaald.
Artikel 8 Facilitering Wmo-raad
Aan de uitoefening van de taak van de Wmo-raad zijn kosten verbonden, o.a. voor het raadplegen van achterban en gebruikers van voorzieningen. Ter bestrijding van de door de raad en/of de leden van deze raad te maken onkosten is in dit artikel vastgelegd dat:
Artikel 9 Beëindiging lidmaatschap Wmo-raad en invulling vacature
Behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 10 Verslaglegging en verantwoording
In de eerste drie leden is geregeld dat:
het verslag zoveel mogelijk wordt vergezeld van voorstellen door de Wmo-raad in het belang van het realiseren van een integraal en evenwichtig gemeentelijk beleid op het terrein van maatschappelijke ondersteuning, alsmede van een kwalitatief zo hoog mogelijke dienstverlening op dit terrein in de gemeente Dinkelland;
de Wmo-raad zich, door middel van de voorzitter en de penningmeester, met dat verslag tevens financieel moet verantwoorden over het door de Wmo-raad gevoerde financiële beleid over het jaar waarvan verslag wordt gedaan ten aanzien van de wijze van besteding van de aan de raad beschikbaar gestelde subsidie.
Op grond van het vierde lid wordt minimaal één keer per jaar verantwoording door het college aan de gemeenteraad afgelegd inzake de uitvoering van deze verordening. Deze verantwoording vindt schriftelijk plaats in het tweede kwartaal, volgend op een vol kalenderjaar. Gelet op de datum van inwerkingtreding zoals vastgelegd in artikel 14 van deze verordening vindt deze verantwoording voor het eerst plaats in het tweede kwartaal van 2008.
Bij de verantwoording op grond van deze verordening worden door het college de bevindingen, de aanbevelingen en de financiële verantwoording van de Wmo-raad op basis van het verslag als bedoeld in het eerste lid van dit artikel, betrokken.
Het wordt van belang geacht het functioneren van de Wmo-raad periodiek te evalueren. De wijze en frequentie waarop deze evaluatie plaatsvindt is in dit artikel geregeld.
Artikel 12 Uitvoering verordening
Dat het college is belast met de uitvoering van de verordening zoals dat in het eerste lid is vastgelegd, is wettelijk bepaald. Overeenkomstig hetgeen hierover wettelijk is geregeld en met inachtneming van het gemeentelijke mandaatbesluit, kan het college deze bevoegdheid mandateren aan gemeenteambtenaren, zulks onder eventueel nader door het college te stellen regels en onder behoud van de verantwoordelijkheid van het college van de door de gemeenteambtenaren terzake namens het college genomen besluiten.
Voor een juiste uitvoering van de verordening kan het noodzakelijk zijn dat nadere uitvoeringsregels worden vastgesteld. Op grond van het bepaalde in het tweede lid heeft het college de bevoegdheid om, nadat de Wmo-raad terzake gehoord is, dergelijke regels vast te stellen.