Organisatie | Zuidhorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad van Zuidhorn |
Citeertitel | Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad van Zuidhorn |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-01-2015 | 17-01-2017 | Nieuwe regeling | 12-01-2015 | Onbekend |
Hoofdstuk 2 Toelating van nieuwe leden; benoeming wethouders; fracties
Artikel 8 Benoeming wethouders
Bij de benoeming van een wethouder stelt de raad een commissie in bestaande uit drie raadsleden. De commissie onderzoekt of benoeming van de kandidaat voldoet aan de vereisten van de artikelen 36a, 36b, 41b, eerste, derde en vierde lid, en 41c, eerste lid, van de Gemeentewet en brengt vervolgens advies uit aan de raad over de benoeming tot wethouder.
Indien boven de kandidatenlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie in de raad deze aanduiding als naam. Indien geen aanduiding boven de kandidatenlijst was geplaatst, deelt de fractie in de eerste vergadering van de raad aan de voorzitter mee welke naam deze fractie in de raad wil voeren.
Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderingen; voorbereidingen
Indien een aanvullende agenda wordt vastgesteld als bedoeld in artikel 11, tweede lid, worden deze agenda en de daarbij behorende stukken met uitzondering van de in artikel 25, eerste en tweede lid van de Gemeentewet bedoelde stukken zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden van de raad gezonden.
Artikel 14 Ter inzage leggen van stukken
Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. De voorzitter maakt van de ter inzage legging melding in de openbare kennisgeving bedoeld in artikel 12. Indien na het verzenden van de oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raad en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.
Indien omtrent stukken op grond van artikel 25, eerste of tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier of de gemeentesecretaris en verleent de griffier dan wel de gemeentesecretaris de leden van de raad inzage.
Paragraaf 2 Orde der vergadering
Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid van de raad onmiddellijk de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de griffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 19 Vaststelling van de agenda
Agendapunten worden als volgt door het presidium ingedeeld. Na de vaststelling van de besluitenlijst en besluitvorming omtrent de ingekomen stukken vindt achtereenvolgens beraadslaging plaats over de volgende onderdelen. Van deze volgorde kan afgeweken worden.:
**) Alleen met instemming van alle aanwezige raadsleden kan na de voorbereidende behandeling van een agendapunt direct tot besluitvorming worden overgegaan. Bestaat daarover geen eenstemmigheid dan komt het agendapunt in de eerstvolgende raadsvergadering opnieuw aan de orde als besluitvormend bespreekpunt. Uitzondering op deze regel is als volgens wettelijke richtlijnen uitstel van besluitvorming niet mogelijk is.
Artikel 20 Primus bij hoofdelijke stemming
Alvorens de aangekondigde onderwerpen aan de orde te stellen deelt de voorzitter mede, bij welk lid van de raad, de hoofdelijke stemming zal beginnen. Daartoe wordt bij loting een volgnummer van de presentielijst aangewezen; bij het daar genoemde lid begint de hoofdelijke stemming.
Degene, die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit voor de aanvang van de rgadering aan de griffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres, zijn telefoonnummer,eventueel zijn e-mailadres, namens wie hij spreekt en het onderwerp waarover hij het woord wil voeren. Hij dient aanwezig te zijn aan het begin van de raadsvergadering om
overeenkomstig artikel 18 agendapunten waarvoor zich insprekers hebben gemeld als eerste behandeld kunnen worden.
De leden, de voorzitter, de wethouders, de griffier en de secretaris hebben het recht, een voorstel tot verandering aan de raad te doen, indien de besluitenlijst onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering dient voor het vaststellen van de besluitenlijst bij de griffier te worden ingediend.
Artikel 26 Aantal spreektermijnen
De beraadslaging over de onderwerpen geschiedt als volgt:
Onderdeel OPINIËREND: Bespreking vindt plaats in ten hoogste één termijn, bedoeld om de fractiestandpunten aan te geven. Er wordt niet geïnterrumpeerd. Het college krijgt na de eerste termijn gelegenheid voor reactie, waarbij interruptie wel mogelijk is. Afhankelijk van de reactie van het college kan de voorzitter besluiten de fracties in de gelegenheid te stellen om nog een korte reactie te geven.
Onderdeel (VOORBEREIDEND) BESLUITVORMEND: Bespreking vindt plaats in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raad anders beslist. In de eerste termijn wordt niet geïnterrumpeerd. In de tweede termijn mag dat wel. De eerste termijn is bedoeld om de fractiestandpunten aan te geven. De tweede termijn is bedoeld voor debat tussen de fracties. Het college krijgt na de eerste termijn gelegenheid voor reactie, waarbij interruptie wel mogelijk is. Mocht na het debat in de tweede termijn een reactie van het college gewenst zijn, dan geeft de voorzitter het college hiertoe de mogelijkheid.
Om uitloop van de raadsvergadering te voorkomen hebben alle fracties evenveel spreektijd, naar eigen inzicht te verdelen over de geagendeerde onderwerpen. Ook het college heeft spreektijd. Het presidium kan besluiten de spreektijdverdeling aan te passen, of op te heffen.
Artikel 28 Handhaving orde; schorsing
Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de betreffende spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Op verzoek van een lid van de raad of op voorstel van de voorzitter kan de raad besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Na het sluiten van de beraadslaging en voordat de raad tot stemming overgaat, heeft ieder lid het recht zijn uit te brengen stem kort te motiveren.
Paragraaf 3 Procedures bij stemmingen
Artikel 33 Algemene bepalingen over stemming
Heeft een lid zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, dan kan hij deze vergissing nog herstellen voordat het volgende lid gestemd heeft. Bemerkt het lid zijn vergissing pas later, dan kan hij nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening vragen dat hij zich heeft vergist; in de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.
Bij het staken van de stemmen is het bepaalde in artikel 32 van de Gemeentewet van toepassing. Indien de vergadering voltallig is, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Is de vergadering niet voltallig, dan wordt het nemen van het besluit tot een volgende vergadering uitgesteld. Als ook dan de stemmen staken, wordt het voorstel geacht niet te zijn aangenomen.
Artikel 36 Herstemming over personen
Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.
Ieder lid van de raad kan tot het sluiten van de beraadslagingen amendementen indienen. Een amendement kan het voorstel inhouden om een geagendeerd voorstel in één of meer onderdelen te splitsen, waarover afzonderlijke besluitvorming zal plaatsvinden. Alleen beraadslaagd kan worden over amendementen die ingediend en ondertekend zijn door leden van de raad, die de presentielijst getekend hebben en in de vergadering aanwezig zijn.
Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behoudens in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen, ten minste 48 uur voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de voorzitter ingediend. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de te stellen vragen.
De voorzitter brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden van de raad en de wethouders. Bij de eerstvolgende vergadering na indiening van het verzoek wordt na agendapunt “Inventariseren spreekrecht” het verzoek in stemming gebracht. De raad bepaalt op welk tijdstip tijdens de vergadering de interpellatie zal worden gehouden.
Artikel 43 Schriftelijke vragen
Schriftelijke vragen worden kort en duidelijk geformuleerd. De vragen kunnen van een toelichting worden voorzien. Schriftelijke vragen kunnen zowel per brief alsook per e-mail via de griffie worden ingediend. Een ingediende vraag wordt alleen als schriftelijke vraag in de zin van dit artikel in behandeling genomen als expliciet naar dit artikel wordt verwezen.
Schriftelijke beantwoording vindt zo spoedig mogelijk plaats via de griffie, in ieder geval binnen twintig dagen, nadat de vragen zijn binnengekomen. Indien beantwoording niet binnen deze termijn kan plaatsvinden, stelt het college de vragensteller hiervan gemotiveerd in kennis, waarbij de termijn aangegeven wordt, waarbinnen beantwoording zal plaatsvinden. Dit bericht wordt behandeld als een antwoord. De overige raadsleden worden gelijktijdig op de hoogte gesteld van de beantwoording.
De vragen en antwoorden worden op de lijst van ingekomen stukken geplaatst van de eerstvolgende raadsvergadering, waarvan de stukken nog niet zijn verzonden. De vragensteller kan op het moment dat de gestelde vragen en antwoorden tijdens de raadsvergadering aan de orde zijn nadere inlichtingen vragen omtrent het door de burgemeester of door het college gegeven antwoord, tenzij de raad anders beslist.
Na de opening en het vaststellen van agenda en primus en voorafgaand aan de reguliere vergadering van de gemeenteraad is er een mogelijkheid tot het stellen van vragen door de leden van de raad aan het college. In bijzondere gevallen kan het presidium bepalen dat de mogelijkheid tot het stellen van vragen op een ander tijdstip wordt gehouden. De voorzitter bepaalt op welk tijdstip de mogelijkheid tot het stellen van vragen eindigt.
Elke fractie mag maximaal over twee onderwerpen vragen stellen. Hiervoor mag de fractie in totaal 200 woorden gebruiken. De fracties die vragen willen stellen, geven deze voor 9.00 uur op de dag waarop de raadsvergadering plaatsvindt door aan de griffier. Er kunnen geen vragen tijdens het vragenuur worden gesteld over onderwerpen die in de raadsvergadering op diezelfde dag aan de orde komen.
Hoofdstuk 6 Lidmaatschap van andere organisaties
Artikel 48 Verslag; verantwoording
Een lid van de raad, een wethouder, de burgemeester of de secretaris, die door de gemeenteraad is aangewezen tot lid van het algemeen bestuur van een openbaar lichaam of van een ander gemeenschappelijk orgaan, ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, heeft het recht (om in aansluiting op de behandeling van de lijst van ingekomen stukken òf voor het sluiten van de vergadering) verslag te doen over zaken die in het algemeen bestuur als bedoeld aan de orde zijn. De door de raad gewenste bespreking van dit verslag kan de voorzitter verwijzen naar de desbetreffende raadsvergadering.
Wanneer een lid van de raad een persoon als bedoeld in het eerste lid ter verantwoording wenst te roepen over zijn wijze van functioneren als zodanig, besluit de raad over het toestaan daarvan. De regels voor het vragen van inlichtingen, vastgesteld in artikel 45, zijn van overeenkomstige toepassing.
Hoofdstuk 7 Besloten vergadering
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raad overeenkomstig artikel 25, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raad kan besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 52 Opheffing geheimhouding
Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, artikel 55, tweede en derde lid, of artikel 86, tweede en derde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt, indien daarom wordt verzocht door het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd, in een besloten vergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.
Hoofdstuk 8 Toehoorders en pers
Artikel 54 Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens de raadsvergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.
Artikel 55 Verbod gebruik mobiele telefoons
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het standby houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering, zonder toestemming van de voorzitter, niet toegestaan.