Organisatie | Beuningen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Financieel Besluit gemeente Beuningen Wmo 2015 en Besluit nadere regeling Jeugdhulp gemeente Beuningen 2015 |
Citeertitel | Financieel Besluit gemeente Beuningen Wmo 2015 en Besluit nadere regeling Jeugdhulp gemeente Beuningen 2015 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Tarieven Persoonsgebonden budget, versie 1, 17-02-2015 |
Voor de tarievenlijst persoonsgebonden budgetten, zie de bijlage bij paragraaf 5 artikel 12.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 20-06-2016 | Wijziging van de tarievenlijst bij Hoofdstuk 2, paragraaf 5, artikel 12 | 23-12-2014 | BW14.00998, BW15.00091 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Beuningen;
Op grond van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Beuningen 2015 en Verordening jeugdhulp gemeente Beuningen 2015
Financieel Besluit gemeente Beuningen Wmo 2015 en Besluit nadere regeling Jeugdhulp gemeente Beuningen 2015
Paragraaf 1. Begripsbepalingen
1.De begripsbepalingen genoemd in artikel 1.1.1 en 1.1.2 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, artikel 1 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Beuningen 2015, artikel 1.1 van de Jeugdwet en artikel 1 van de Verordening jeugdhulp gemeente Beuningen 2015 zijn ook op dit besluit van toepassing.
Daarnaast wordt in dit besluit verstaan onder:
Paragraaf 2. Bijdrage in de kosten
Indien een cliënt een duurdere maatwerkvoorziening wil dan de goedkoopst adequate komt het meerdere voor rekening van de cliënt.
Voor maatwerkvoorzieningen die in natura of als persoonsgebonden budget worden verstrekt is een bijdrage in de kosten verschuldigd.
b.degene die anders dan als ouder samen met de ouder het gezag uitoefent over een cliënt,
als een maatwerkvoorziening in natura of een pgb wordt verstrekt ten behoeve van een woningaanpassing voor een minderjarige cliënt.
3.In afwijking van het vorige lid is in ieder geval geen bijdrage verschuldigd als de ouders
van het gezag over de cliënt zijn ontheven of ontzet.
De bedragen en percentages die gelden voor een bijdrage in de kosten zijn gelijk aan de bedragen en percentages zoals opgenomen in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.
De maximale bijdrage in de kosten, wordt als volgt bepaald:
HOOFDSTUK 2 COMPENSATIE OP BASIS VAN LEEFGEBIED EN MAATWERKVOORZIENING
Paragraaf 1. Activiteiten dagelijks leven
De tarieven voor hulp bij het huishouden in natura worden bepaald door de gemeente bedongen uurtarieven middels een aanbesteding (zie bijlage 1: Pgb-tarieven Jeugdhulp en Wmo Beuningen 2015).
De vaststelling van een persoonsgebonden budget ten aanzien van hulp bij het huishouden vindt plaats in de vorm van een bedrag per uur (zie bijlage 1: Pgb-tarieven Jeugdhulp en Wmo Beuningen 2015).
Bij overlijden van de cliënt die een partner heeft, wordt de hulp bij het huishouden in natura beëindigd op de datum van overlijden. In het geval van een persoonsgebonden budget wordt het persoonsgebonden budget beëindigd met ingang van de eerste dag van de kalendermaand volgend op de maand van overlijden.
Het bedrag voor een maatwerkvoorziening in de vorm van een woonvoorziening zoals genoemd in het eerste lid onder a, die in natura of als eenmalig persoonsgebonden budget wordt verstrekt, wordt vastgesteld als tegenwaarde van het bedrag zoals vermeld in een aan het college overlegde offerte die voldoet aan het programma van eisen.
Het toe te kennen eenmalig persoonsgebonden budget voor een woonvoorziening, zoals genoemd in het eerste lid onder b, is gelijk aan de huurprijs per maand van de voorziening zoals die bij een verstrekking in natura in bruikleen door het college aan de contractleverancier betaald zou worden, vermenigvuldigd met de gemiddelde levensduur (zie artikel 20.1). In dit bedrag zijn de kosten van instandhouding, zoals onderhoud, reparatie en indien van toepassing, verzekering reeds opgenomen. Reparatiekosten die niet onder het onderhoudscontract vallen, worden, na goedkeuring van de offerte, vergoed op basis van de werkelijk gemaakte kosten.
Als eenmalige tegemoetkoming voor meerkosten van een verhuizing geldt als normbedrag € 2.426,40.
Voor woonaanpassingen die duurder zijn dan € 2.426,40 kan een maatwerkvoorziening worden verstrekt als er geen mogelijkheid is te verhuizen.
Het bedrag voor een maatwerkvoorziening voor huurderving (in natura of als persoonsgebonden budget) wordt verstrekt indien een leegstaande woning is aangepast of aan te passen valt voor een bedrag van meer dan € 6.546,23. De tegemoetkoming is gemaximeerd op zes maanden op basis van de netto (kale) huurprijs.
uitsluitend verleend voor de periode, waarin de aan te passen woonruimte ten gevolge van
het realiseren van de woningaanpassing niet bewoond kan worden en belanghebbende als
gevolg daarvan voor dubbele woonlasten komt te staan die redelijkerwijs niet voorkomen
3.Een eenmalige tegemoetkoming voor meerkosten in verband met tijdelijke huisvesting wordt verstrekt voor een periode van maximaal zes maanden. De vergoeding vindt plaats op basis van de werkelijk gemaakte kosten tot een maximum van € 551,00 per maand voor een zelfstandige woonruimte of € 272,79 per maand voor een niet-zelfstandige woonruimte.
Een eenmalige tegemoetkoming voor meerkosten dat als maximum verstrekt wordt bij het logeerbaar maken van de woning bedraagt € 2.022,-.
5.7 Eenvoudige losse woonvoorzieningen van niet-bouwtechnische en niet-bouwkundige aard tot € 300,- worden in eigendom verstrekt.
Paragraaf 3. Verplaatsen en vervoer
Het persoonsgebonden budget voor een rolstoel wordt vastgesteld als tegenwaarde van de goedkoopst adequate maatwerkvoorziening, verhoogd met het gemiddelde bedrag voor onderhoud en reparatie voor vergelijkbare rolstoelen in het een na vorige volledige kalenderjaar.
Het persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de goedkoopst adequate maatwerkvoorziening in natura vermeerderd met de instandhoudingskosten (voor onderhoud, reparatie en (indien van toepassing) verzekering) over een periode van 7 jaar. Het college mag bij de hoogte van het persoonsgebonden budget rekening houden met een korting die bij een verstrekking in natura zou worden ontvangen.
De te verlenen korting op het normale tarief van het collectief vervoer bedraagt: a. Voor personen tot 65 jaar: € 1,65 voor zone 1 tot en met 4 en € 3,95 voor zone 5; b. Voor personen van 65 jaar en ouder: € 1,85 voor zone 1 tot en met 4 en € 4,15 voor zone 5.
Het bedrag dat per jaar verstrekt wordt voor gebruik van een (eigen) auto bedraagt € 545,94 als eenmalig pgb met een maximum van € 1.091,88.
Het bedrag dat per jaar verstrekt wordt voor gebruik van een (rolstoel) taxi bedraagt € 545,94 als eenmalig pgb met een maximum van € 1.091,88.
Het bedrag dat per afgelegde kilometer wordt vergoed in het kader van de vervoersvoorziening onder lid 1 is € 0,19.
Artikel 12Tarieven Persoonsgebonden budget, versie 1, 17-02-2015
De tarieven voor begeleiding in natura worden bepaald door de gemeente bedongen (uur)tarieven middels een aanbesteding (zie bijlage 1 - Pgb-tarieven Jeugdhulp en Wmo Beuningen 2015).
De vaststelling van een persoonsgebonden budget ten aanzien van begeleiding vindt plaats in de vorm van een bedrag per eenheid (zie bijlage 1 - Pgb-tarieven Jeugdhulp en Wmo Beuningen 2015).
Voor het vaststellen wie een bijdrage in de kosten wordt opgelegd bij de maatwerkvoorziening omgevingsbegeleiding, is bepalend op wiens naam deze voorziening wordt verstrekt.
De tarieven voor jeugdhulp in natura worden bepaald door de gemeente bedongen (uur)tarieven middels een aanbesteding (zie bijlage 1 - Pgb-tarieven Jeugdhulp en Wmo Beuningen 2015).
De vaststelling van een persoonsgebonden budget ten aanzien van jeugdhulp vindt plaats in de vorm van een bedrag per eenheid (zie bijlage 1 - Pgb-tarieven Jeugdhulp en Wmo Beuningen 2015).
Verstrekking in de vorm van persoonsgebonden budget vindt niet of niet langer plaats als:
De persoon aan wie een persoonsgebonden budget wordt verstrekt kan de jeugdhulp betrekken van een persoon die behoort tot het sociale netwerk onder de volgende voorwaarden:
• het type hulp dat wordt geleverd;
• is er sprake van een tijdelijke hulpvraag of van hulp over een lange periode;
• de mate van verplichting (kan degene die de hulp levert een keer overslaan als hij/zij ziek is of op vakantie wil, of is dit niet mogelijk?).
De volgende deelproducten van individuele voorzieningen, zoals bedoeld in artikel 2 van de Verordening jeugdhulp gemeente Beuningen 2015 zijn beschikbaar:
Teneinde hun eigen kracht en regie te versterken stelt het college stelt tijdens het vooronderzoek de jeugdige en zijn ouders op de hoogte van de mogelijkheid om binnen een redelijke termijn een familiegroepsplan als bedoeld in artikel 1.1 van de wet op te stellen. Als de jeugdige en zijn ouders daarom verzoeken, draagt het college zorg voor ondersteuning bij het opstellen van een familiegroepsplan.
Als de jeugdige en zijn ouders een familiegroepsplan als bedoeld in artikel 1.1 van de wet hebben opgesteld, betrekt het college dat als eerste bij het onderzoek, bedoeld in artikel 6 van de Verordening Jeugdhulp.
Paragraaf 2. Specifieke bepalingen rondom het persoonsgebonden budget
Voor de duur van de verstrekking van een maatwerkvoorziening in de vorm van een pgb wordt de volgende economische afschrijvingstermijn gehanteerd:
Als een minderjarige meerderjarig wordt dan wordt de afschrijvingstermijn verminderd met het aantal jaren dat de minderjarige de maatwerkvoorziening heeft toegekend gekregen.
In afwijking van het eerste lid kan voor tweedehands maatwerkvoorzieningen voor een meerderjarige en minderjarige de afschrijvingstermijn worden verminderd met de actuele leeftijd van de maatwerkvoorziening.
Indien de met het eenmalig persoonsgebonden budget aangeschafte voorziening na het verstrijken van de in lid 1 bedoelde periode nog adequaat, kwalitatief verantwoord en compenserend is, dan wordt geen nieuw persoonsgebonden budget verstrekt. Een persoonsgebonden budget voor instandhoudingskosten kan dan wel worden verstrekt. Onder instandhoudingskosten wordt verstaan: de noodzakelijke kosten om de voorziening in stand te houden, in het bijzonder de kosten van onderhoud en reparatie en, voor zover van toepassing, de verzekeringskosten.
19.5 Een pgb is niet bedoeld voor het voldoen van: a. bemiddelingskosten; b. administratiekosten; c. een eenmalige uitkering; d. een feestdagenuitkering.
Artikel 20 – Betaling van het persoonsgebonden budget
Het eenmalig persoonsgebonden budget wordt uitsluitend betaalbaar gesteld door overmaking op een door de aanvrager of diens gemachtigde opgegeven bankrekeningnummer.
In overleg met de persoon aan wie het eenmalig persoonsgebonden budget is verleend, wordt het persoonsgebonden budget betaalbaar gesteld na de dag waarop het besluit tot verlening aan belanghebbende verzonden is.
Onverminderd het bepaalde in lid 2, wordt het eenmalig persoonsgebonden budget op een zodanig moment betaalbaar gesteld dat de aanvrager in staat is om de noodzakelijk geachte voorziening tijdig te realiseren.
De uitbetaling van een eenmalig persoonsgebonden budget vindt in beginsel in één keer plaats. Een uitzondering geldt voor een eenmalig persoonsgebonden budget voor een woningaanpassing van meer dan € 10.000,- . Dit persoonsgebonden budget kan in termijnen worden verstrekt. Het schema van de periodieke betalingen wordt in overleg met de belanghebbende opgesteld.
Bij de verlening van een persoonsgebonden budget worden de budgethouder de volgende verplichtingen opgelegd:
Verstrekking in de vorm van persoonsgebonden budget vindt niet of niet langer plaats als:
Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015.
Dit besluit is van toepassing op aanvragen voor een individuele voorziening of maatwerkvoorziening en besluiten op een individuele voorziening of maatwerkvoorziening vanaf 1 januari 2015.
Met ingang van de datum inwerkingtreding van dit besluit, wordt het Besluit nadere regels Wmo 2013 Gemeente Beuningen ingetrokken.
Deze regeling kan aangehaald worden als: Financieel besluit gemeente Beuningen Wmo 2015 en Besluit nadere regeling Jeugdhulp gemeente Beuningen 2015.
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Beuningen op 23 december 2014.