Organisatie | Waalwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verwijderingsregeling fietsen en bromfietsen 2004 |
Citeertitel | Verwijderingsregeling fietsen en bromfietsen 2004 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Deze verordening bevat geen expliciete gegevens over de datum van inwerkingtreding.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-01-2005 | 21-02-2019 | nieuwe regeling | 02-11-2004 Gemeenteblad, 20-01-2005 | 2004/057 |
Dat het krachtens artikel 5.1.11 van de Algemene plaatselijke verordening Waalwijk (APV) de bevoegdheid heeft op de weg gelegen plaatsen aan te wijzen, waar het in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of opheffing van overlast, dan wel ter voorkoming van schade aan de openbare gezondheid, verboden is (brom)fietsen onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen achter te laten;
Dat de voordelen van het gebruik van het APV-artikel zijn dat niet zozeer het verkeersbelang (dat meer in een verkeersbesluit geregeld wordt) maar met name het belang van het uiterlijk aanzien en de voorkoming van overlast aan het verbod ten grondslag kan worden gelegd en dat verder op een eenvoudiger wijze kosten in rekening kunnen worden gebracht;
Dat het krachtens artikel 5.1.11 APV in het centrum van Waalwijk een gebied heeft aangewezen, waarin openbare wegen of gedeelten van openbare wegen zijn gelegen, waar het verboden is (brom)fietsen te stallen:
Dat het heeft besloten in dit gebied onder de hieronder genoemde voorwaarden en met inachtneming van bepaalde regels, gebruik te maken van zijn bevoegdheid op basis van artikel 125 Gemeentewet juncto artikel 5:21 van de Algemene wet bestuursrecht, tot toepassing van bestuursdwang door middel van het verwijderen van (brom)fietsen;
Dat het in verband hiermee een verwijderingsregeling voor (brom)fietsen wil vaststellen die van kracht is in alle gevallen dat het op grond van artikel 5.1.11 van de Algemene Plaatselijke Verordening, een gebied aanwijst waar een stallingsverbod voor (brom)fietsen van kracht is;
de volgende regeling vast te stellen:
door het college aangewezen ambtenaren kunnen tot verwijdering van een (brom)fiets overgaan op:
alle plaatsen op de openbare weg indien de (brom)fiets op grond van artikel 5.1.11 lid 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening wordt aangemerkt als wrak. Onder een wrak wordt verstaan een (brom)fiets die rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud verkeert (er is niet meer mee te rijden) én in een kennelijk verwaarloosde toestand verkeert (er is lange tijd niet mee gereden).
Normaal gesproken moet aan de toepassing van bestuursdwang een waarschuwing vooraf gaan, waarna de overtreder nog gedurende een korte tijd de gelegenheid krijgt aan de overtreding van het verbod een einde te maken. In het onderhavige geval gaat het om kortdurende overtredingen en heeft het geven van een termijn geen zin, integendeel is een praktische onmogelijkheid. De wet opent de mogelijkheid om in spoedeisende gevallen af te zien van het geven van een termijn. Van deze mogelijkheid wordt in deze regeling gebruikt gemaakt. Wel dient van de ruiming “proces-verbaal” opgemaakt te worden (zie punt 6) en dient na de toepassing dan alsnog het besluit tot toepassing van bestuursdwang op schrift gezet te worden. Ten behoeve van dit laatste is als bijlage een modelbrief bij dit besluit gevoegd. Deze dient uitgereikt te worden als betrokkene zijn (brom)fiets na de ruiming op komt halen.
Met het verwijderen van de (brom)fiets wordt geacht een aanvang te zijn gemaakt indien het dienstvoertuig, bestemd om weg te slepen, op de plaats van de overtreding is gearriveerd, ook al is niet overgegaan tot het feitelijk wegnemen van de (brom)fiets. De verwijderde (brom)fiets wordt met gebruik van de daartoe geëigende middelen overgebracht naar de aangewezen stallingsruimte. Verwijderde (brom)fietsen worden in een afgesloten ruimte bewaard.
Deze verklaring wordt opgenomen in een bewaarregister.
Als plaats van bewaring van weggesleepte (brom)fietsen wordt aangewezen de fietsenstalling achter het kantoor van de Stadswachten, Stationsstraat 45, 5141 GC Waalwijk. De (brom)fietsen worden conform de landelijke wetgeving 13 weken in depot gehouden. De (brom)fietsen kunnen worden opgehaald op werkdagen van maandag t/m vrijdag van 09.00 uur tot 17.00 uur.
De verwijderde (brom)fiets wordt tegen betaling van de genoemde kosten ter beschikking gesteld aan de eigenaar. Als eigenaar wordt beschouwd degene, die redelijkerwijze aannemelijk kan maken, dat de (brom)fiets hem of haar in eigendom toebehoort (door beschrijving of fietssleutel). Zolang dit bedrag niet betaald is heeft de gemeente het recht de verwijderde (brom)fiets onder zich te houden.
Een (brom)fiets, die uiterlijk 13 weken na de datum van verwijdering niet door de eigenaar is opgehaald, kan worden verkocht. De fietsen die zijn aangemerkt als wrak en fietsen in slechte staat worden als oud ijzer afgevoerd. De eigenaar kan nog gedurende drie jaar recht doen gelden op de opbrengst van een eventuele verkoop.
Als ambtenaren, bevoegd tot uitvoering van deze regeling, worden aangewezen de ambtenaren aan wie een algemene opsporingsbevoegdheid is verleend, alsmede de ambtenaren van de afdeling Beheer en onderhoud Openbare Ruimte, die op basis van interne instructie zijn belast met de uitvoering van deze regeling.