Organisatie | Zutphen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Categoriale bijzondere bijstand voor chronisch zieken en gehandicapten (2008) |
Citeertitel | Beleidsregels Categoriale bijzondere bijstand voor chronisch zieken en gehandicapten (2008) |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-07-2008 | 01-01-2008 | 01-01-2011 | Nieuwe regeling | 27-05-2008 Zutphense Koerier, 16-07-2008 | 22.4 |
Personen die in aanmerking willen komen voor een bijdrage op grond van de categoriale bijzondere bijstand voor chronisch zieken en gehandicapten, dienen een aanvraag in. De directeur van de sector Samenleving of het hoofd sociale zaken, beiden gemandateerd door burgemeester en wethouders, nemen een besluit. De directeur van de sector Samenleving en het hoofd sociale zaken kunnen ondermandaat verlenen.
Huishoudens (gezinnen/echtparen, alleenstaande ouders of alleenstaanden) met een minimuminkomen, bestaande uit tenminste 1 persoon tussen de 18 en 65 jaar die chronisch ziek is of gehandicapt, volgens de criteria zoals hieronder benoemd onder ‘Criteria’, hebben aanspraak op een tegemoetkoming voor de verborgen kosten i.v.m. chronische ziekte of handicap.
Middels het aanvraagformulier, dat moet worden ingediend in het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft, moeten de volgende gegevens verstrekt worden: naam, adres, woonplaats, telefoonnummer, sofinummer, aard en nummer van identiteitsbewijs, hoogte van het inkomen, hoogte van het vermogen, bank/gironummer en een bewijsstuk voor de indicatie van ‘chronisch ziek of gehandicapt’ zoals benoemd onder ‘Criteria’.
De WWB biedt de gemeenten de mogelijkheid om categoriale bijzondere bijstand te verlenen aan personen van 65 jaar of ouder (artikel 35, lid 3 WWB). Verlening van categoriale bijstand aan personen jonger dan 65 jaar is in beginsel niet mogelijk. Op grond van artikel 10, derde lid Invoeringswet WWB hebben de gemeenten de mogelijkheid om categoriale bijzondere bijstand te verlenen voor chronische ziekte en handicap voor deze personen tussen 18 en 65 jaar.
In tegenstelling tot de (individuele) bijzondere bijstand (artikel 35 lid 1 WWB) hoeven de kosten gemaakt noch aangetoond te worden. Het wordt aannemelijk geacht dat chronisch zieken en gehandicapten zich in bijzondere omstandigheden bevinden die leiden tot bepaalde noodzakelijke uitgaven waarin de algemene bijstand niet voorziet en die de aanwezige draagkracht te boven gaat. Men spreekt in dit verband van ‘verborgen’ kosten. Daarbij moet gedacht worden aan bijvoorbeeld hogere telefoon- en portikosten i.v.m. het regelen van aangelegenheden rondom ziekte en handicap, extra kosten i.v.m. voedingsmiddelen, kledingsslijtage, lidmaatschap patiëntenvereniging, bloemetje mantelzorg etc.
Deze wettelijke inkadering sluit verstrekking van bijstand aan chronisch zieken en gehandicapten van 65 jaar en ouder uit. Voor groep van 65 jaar en ouder is er de mogelijkheid van categoriale bijstand op grond van artikel 35 lid 3 WWB. Ook hier is de aannemelijkheid van kosten het uitgangspunt. De gemeente Zutphen kent categoriale bijzondere bijstand voor 65-plussers, waardoor er dus ook voor chronisch zieken en gehandicapten van 65 jaar en ouder met een minimuminkomen een voorziening is. De criteria van deze regeling voor 65-plussers – waaronder de inkomensgrens - zijn aangepast, zodat beide regelingen op elkaar aansluiten.
De beleidsregels Categoriale bijzondere bijstand voor chronisch zieken en gehandicapten treden in werking met terugwerkende kracht met ingang van 1-1-2008.
De gemeenten hebben maximale beleidsvrijheid om categorieën chronisch zieken en gehandicapten aan te wijzen. Om redenen van praktische uitvoerbaarheid kiezen de gemeenten er voor om aan te sluiten bij bestaande indicaties, die een voorspellende waarde hebben voor aan ziekte en handicap gerelateerde uitgaven. Dat geldt met name voor langdurige thuiszorg, hulpmiddelen voor wonen, vervoer en lopen en arbeidsongeschiktheid van 80-100%. Tevens wordt om redenen van praktische uitvoerbaarheid een forfaitair bedrag te verstrekt, hoewel aannemelijk is dat de ene chronische ziekte meer kosten met zich mee brengt dan de andere.
Bij de duur van de genoemde indicaties is gekozen voor een periode van minimaal 12 maanden, omdat in deze duur het chronische karakter van de ziekte of aandoening tot uitdrukking komt.
Evenals bij genoemde regeling voor 65-plussers wordt een forfaitair bedrag per huishouden (en dus niet per persoon) verstrekt. Dit sluit het beste aan bij de systematiek van de bijstandsverstrekking.
Door de TOG op te nemen in de lijst van criteria kunnen ook chronisch zieke minderjarige gezinsleden onder de regeling vallen.
Aansluitend bij het advies van het ministerie van SZW is ook de groep van nierpatiënten expliciet opgenomen in de regeling.
Een aanvraag voor categoriale bijstand kan gedurende het gehele kalenderjaar worden gedaan. Toekenning geschiedt indien men in het kalenderjaar een indicatie heeft ontvangen, zoals omschreven in de criteria. Dit sluit aan bij de bestaande aanvraagmethodiek van minimaregelingen in Zutphen.
De gemeente heeft de bevoegdheid om draagkracht in inkomen zelf vast te stellen. In aansluiting bij de meeste bestaande minimaregelingen is gesteld dat er tot een inkomen van 110% van de bijstandsnorm geen draagkracht aanwezig wordt geacht. Boven deze grens wordt geen vergoeding verstrekt.