Tarieventabel leges
|
|
|
Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2015,
besluitnummer …
|
|
|
|
|
|
|
Indeling tarieventabel
|
|
|
Titel 1
|
Algemene dienstverlening
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Burgerlijke stand
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Rijbewijzen
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie
persoonsgegevens
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Verstrekkingen uit het Kiezersregister
|
|
|
Hoofdstuk 6
|
Verstrekkingen op grond van Wet bescherming
persoonsgegevens
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
Bestuursstukken
|
|
|
Hoofdstuk 8
|
Vastgoedinformatie
|
|
|
Hoofdstuk 9
|
Overige publiekszaken
|
|
|
Hoofdstuk 10
|
Gemeentearchief
|
|
|
Hoofdstuk 11
|
Huisvestingswet
|
|
|
Hoofdstuk 12
|
Leegstandwet
|
|
|
Hoofdstuk 13
|
Verordening op de verblijfsrecreatie
|
|
|
Hoofdstuk 14
|
Marktstandplaatsen
|
|
|
Hoofdstuk 15
|
Winkeltijdenwet
|
|
|
Hoofdstuk 16
|
Kansspelen
|
|
|
Hoofdstuk 17
|
Kabel- en leidingwerken
|
|
|
Hoofdstuk 18
|
Verkeer en vervoer
|
|
|
Hoofdstuk 19
|
Kinderopvang
|
|
|
Hoofdstuk 20
|
Diversen
|
|
|
|
|
|
|
Titel 2
|
Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/
omgevingsvergunning
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Begripsomschrijvingen
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Omgevingsvergunning
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Vermindering
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Teruggaaf
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging
project
|
|
|
Hoofdstuk 8
|
Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
|
Hoofdstuk 9
|
Sloopmelding
|
|
|
Hoofdstuk 10
|
In deze titel niet benoemde beschikking
|
|
|
|
|
|
|
Titel 3
|
Dienstverlening vallend onder Europese
dienstenrichtlijn
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Horeca
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Organiseren evenementen of markten en overig APV
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Prostitutiebedrijven
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Splitsingsvergunning woonruimte
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Leefmilieuverordening
|
|
|
Hoofdstuk 6
|
Brandbeveiligingsverordening
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere
beschikking
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 1
|
Algemene dienstverlening
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Burgerlijke stand
|
|
|
1.1.1
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of
de
|
|
|
|
registratie van een partnerschap in het gemeentehuis van
Rijssen of Holten:
|
|
|
1.1.1.1
|
op maandag en woensdag tussen 9.30 en 17.00 uur en
|
|
|
|
op dinsdag, donderdag en vrijdag tussen 9.00 en 17.00
uur
|
€
|
375,00
|
1.1.1.2
|
op een andere dag, of een ander tijdstip, behoudens op
|
|
|
|
maandag en woensdag tussen 9.00 en 9.30 uur
|
€
|
574,00
|
1.1.2
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of
de registratie van een
|
|
|
|
partnerschap in 1 van de overige door de gemeente aangewezen
locaties
|
|
|
1.1.2.1
|
op maandag tot en met vrijdag tussen 10.00 en 17.00 uur
|
€
|
275,00
|
1.1.2.2
|
op een andere dag of een ander tijdstip
|
€
|
474,00
|
|
N.B. de huur voor de overige locaties moeten op de locatie
zelf worden voldaan.
|
|
|
1.1.3
|
De tarieven bedragen voor het omzetten van een geregisteerd
partnerschap in
|
|
|
|
een huwelijk indien daarbij gebruik wordt gemaakt van de
trouwzaal of een andere
|
|
|
door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte, zoals die zijn
opgenomen onder
|
|
|
|
de onderdelen 1.1.1 en 1.1.2
|
|
|
1.1.4
|
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:
|
|
|
1.1.4.1
|
een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale
uitvoering
|
€
|
43,00
|
1.1.4.2
|
een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe
uitvoering
|
€
|
56,00
|
1.1.5
|
Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de
registers van de
|
|
|
|
burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier of
gedeelte daarvan
|
€
|
21,50
|
1.1.6
|
voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het
verstrekken van een
|
|
|
|
stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke
stand geldt het tarief zoals
|
|
dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke
stand.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
|
|
|
1.2.
|
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten
behoeve van een aanvraag:
|
1.2.1
|
van een nationaal paspoort:
|
|
|
1.2.1.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar
of ouder is
|
€
|
67,10
|
1.2.1.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de
leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
€
|
51,20
|
1.2.2
|
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden
bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in
onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):
|
1.2.2.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar
of ouder is
|
€
|
67,10
|
1.2.2.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de
leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
€
|
51,20
|
1.2.3
|
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op
grond van de Wet
|
|
|
|
betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt
behandeld
|
|
|
|
(faciliteitenpaspoort):
|
|
|
1.2.3.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar
of ouder is
|
€
|
67,10
|
1.2.3.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de
leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
€
|
51,20
|
1.2.4
|
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument
voor vreemdelingen
|
€
|
51,20
|
1.2.5
|
van een Nederlandse identiteitskaart:
|
|
|
1.2.5.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar
of ouder is
|
€
|
53,00
|
1.2.5.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de
leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
€
|
28,40
|
1.2.6
|
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en
met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde
leges vermeerderd met het bedrag van
|
€
|
47,30
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Rijbewijzen
|
|
|
1.3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag
|
|
|
|
tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs
|
€
|
38,80
|
1.3.2
|
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt:
|
|
|
1.3.2.1
|
bij een spoedlevering vermeerderd met
|
€
|
34,10
|
1.3.2.2
|
bij een aanvraag in verband met (beschadiging of) vermissing
van een eerder
|
|
|
|
afgegeven rijbewijs vermeerderd met
|
€
|
19,20
|
1.3.3
|
De verhogingen genoemd in onderdeel 1.3.2 zijn in voorkomend
geval cumulatief
|
|
|
|
verschuldigd
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Verstrekkingen uit de basisregistratie personen
|
|
|
1.4.1
|
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van
de onderdelen 1.4.3 en
|
|
|
1.4.4 wordt onder 1 verstrekking verstaan 1 of meer gegevens
omtrent 1 persoon
|
|
|
waarvoor de basisregistratie personen moet worden
geraadpleegd.
|
|
|
1.4.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
|
|
|
|
aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per
verstrekking
|
€
|
7,20
|
1.4.3
|
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder 1
verstrekking verstaan 1 of
|
|
|
|
meer gegevens omtrent 1 persoon die niet zijn opgenomen in
de basisregistratie
|
|
|
personen
|
|
|
1.4.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
|
|
|
|
aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per
verstrekking
|
€
|
7,20
|
1.4.5
|
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het
tarief voor het in behandeling
|
|
|
nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van
gegevens als bedoeld
|
|
|
in artikel 17, lid 2, van het Besluit basisregistratie
personen
|
€
|
7,50
|
1.4.6
|
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de
basisregistratie personen,
|
|
|
voor ieder daaraan besteed kwartier
|
€
|
21,50
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Verstrekkingen uit het Kiezersregister
|
|
|
|
N.V.T.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6
|
Verstrekkingen op grond van Wet bescherming
persoonsgegevens
|
|
|
1.6.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag
|
|
|
|
tot het verkrijgen van een bericht als bedoeld in artikel 35
van de Wet bescherming
|
|
|
persoonsgegevens:
|
|
|
1.6.1.1
|
bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat
uit:
|
|
|
1.6.1.1.1
|
ten hoogste 100 pagina’s, per pagina
|
€
|
0,23
|
|
met een maximum per bericht van
|
€
|
5,00
|
1.6.1.1.2
|
meer dan 100 pagina’s
|
€
|
22,50
|
1.6.1.2
|
bij verstrekking anders dan op papier
|
€
|
5,00
|
1.6.1.3
|
dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van
de verwerking,
|
|
|
|
moeilijk toegankelijke registratie
|
€
|
22,50
|
1.6.2
|
Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen
1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3
|
|
meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts
de hoogste gevraagd.
|
1.6.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
verzet als
|
|
|
|
bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming
persoonsgegevens
|
€
|
4,50
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
Bestuursstukken
|
|
|
|
N.V.T.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8
|
Vastgoedinformatie
|
|
|
1.8.1
|
Het tarief bedraagt voor:
|
|
|
1.8.1.1
|
het verstrekken van informatie aan makelaars met betrekking
tot
|
|
|
|
bodemverontreiniging
|
€
|
43,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9
|
Overige publiekszaken
|
|
|
1.9
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag:
|
|
|
1.9.1
|
tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag
|
€
|
30,05
|
1.9.2
|
tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn
|
€
|
7,20
|
1.9.3
|
tot het legaliseren van een handtekening
|
€
|
7,20
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10
|
Gemeentearchief
|
|
|
1.10.1
|
Het tarief bedraagt voor het voor het op verzoek doen van
nasporing in het
|
|
|
|
gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan
besteed kwartier
|
€
|
21,50
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 11
|
Huisvestingswet
|
|
|
|
N.V.T.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 12
|
Leegstandwet
|
|
|
1.12
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag:
|
|
|
1.12.1
|
tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur
van leegstaande woonruimte
|
|
als bedoeld in artikel 15, lid 1, van de Leegstandwet
|
€
|
172,00
|
1.12.2
|
tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van
woonruimte als bedoeld
|
|
|
in artikel 15, lid 5, van de Leegstandwet
|
€
|
86,00
|
1.12.2
|
Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en
1.12.1.2 gelijktijdig
|
|
|
worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals
een flat, een school of een
|
|
kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde
leges slechts eenmaal
|
|
|
geheven. (Dit geldt ook als het gaat om een geheel van
huurwoningen bestemd voor
|
|
|
sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden
ingediend.)
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 13
|
Verordening op de verblijfsrecreatie
|
|
|
|
N.V.T.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 14
|
Marktstandplaatsen
|
|
|
|
N.V.T
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 15
|
Winkeltijdenwet
|
|
|
|
N.V.T.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 16
|
Kansspelen
|
|
|
1.16.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag
|
|
|
|
tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als
bedoeld in artikel
|
|
|
|
30b van de Wet op de kansspelen:
|
|
|
1.16.1.1
|
voor een periode van 12 maanden voor 1 kansspelautomaat
|
€
|
56,50
|
1.16.1.2
|
voor een periode van 12 maanden voor 2 of meer
kansspelautomaten, voor de
|
|
|
|
1e kansspelautomaat
|
€
|
56,50
|
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat
|
€
|
34,00
|
1.16.1.3
|
voor 1 kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een
periode van langer dan 4 jaar
|
|
of voor onbepaalde tijd
|
€
|
226,50
|
1.16.1.4
|
voor 2 of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt
voor een periode van langer
|
|
dan 4 jaar of voor onbepaalde tijd, voor de 1e
kansspelautomaat
|
€
|
226,50
|
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat
|
€
|
136,00
|
1.16.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag tot het
|
|
|
|
verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van
de Wet op de
|
|
|
|
kansspelen (loterijvergunning)
|
€
|
43,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 17
|
Kabel- en leidingwerken
|
|
|
1.17.1
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen
van een melding
|
|
|
|
in verband met het verkrijgen van instemming omtrent
tijdstip, plaats en
|
|
|
|
werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in
artikel 4, lid 1 van de
|
|
|
Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente
Rijssen-Holten 2010
|
€
|
322,50
|
1.17.1.1
|
In verband met het herstel van tegel-, klinker- en
sierbestratingen alsmede gesloten
|
|
|
verhardingen en bermen en gazons, voor zover de
werkzaamheden plaatsvinden
|
|
|
|
in of op openbare gemeentegrond, wordt een vergoeding
berekend en in rekening
|
|
|
gebracht:
|
|
|
|
overeenkomstig de actuele tarieventabel behorend bij de
Richtlijn Tarieven (graaf-)
|
|
|
werkzaamheden Telecom van de Veereniging van Nederlandse
Gemeenten, wanneer
|
|
|
de instemming is verkregen voor het uitvoeren van
werkzaamheden aan een telecom-
|
|
municatienetwerk.
|
|
|
1.17.1.2
|
Bij werkzaamheden in groenvoorzieningen zal de
groenvoorziening in overleg met de
|
|
|
gemeente door een erkend groenbedrijf, op kosten van de
aanvrager, hersteld worden.
|
1.17.1.3
|
Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de
status van de kabel
|
|
|
|
plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan
het in behandeling
|
|
|
|
nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten,
blijkend
|
|
|
|
uit een begroting die terzake door het college van
burgemeester en wethouders
|
|
|
|
is opgesteld.
|
|
|
1.17.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 1.17.1.3 is uitgebracht,
wordt een melding
|
|
|
|
in behandeling genomen op de 5e werkdag na de dag waarop de
begroting
|
|
|
|
aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor
deze 5e werkdag
|
|
|
|
schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 18
|
Verkeer en vervoer
|
|
|
1.18
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag:
|
|
|
1.18.1
|
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel
87 van het Reglement
|
|
|
|
verkeersregels en verkeerstekens 1990
|
€
|
43,00
|
1.18.2
|
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel
9.1 van het Voertuigreglement
|
€
|
43,00
|
1.18.3
|
tot het verkrijgen van een Gehandicaptenparkeerkaart als
bedoeld in artikel
|
|
|
|
49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het
wegverkeer
|
|
|
|
(BABW)
|
|
|
1.18.3.1
|
als geen medische keuring noodzakelijk is
|
€
|
39,30
|
1.18.3.2
|
als wel een medische keuring noodzakelijk is
|
€
|
118,40
|
1.18.4
|
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel
149, lid 1, sub d
|
|
|
|
van de Wegenverkeerswet 1994
|
€
|
28,70
|
1.18.5
|
tot het wijzigen van een verleende ontheffing als bedoeld in
artikel 149, lid 1,
|
|
|
|
sub d van de Wegenverkeerswet 1994
|
€
|
14,30
|
1.18.6
|
tot het onttrekken van een weg of weggedeelte aan het
openbaar verkeer als
|
|
|
|
bedoeld in artikel 11 van de Wegenwet
|
€
|
1.112,00
|
1.18.7
|
tot wijziging/herziening van de Wegenlegger
|
€
|
1.800,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 19
|
Kinderopvang
|
|
|
1.19
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van
een aanvraag om registratie in het Landelijk Register
Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP):
|
1.19.1.1
|
voor een gastouder
|
€
|
125,00
|
1.19.1.2
|
voor een gastouderbureau, kinderdagverblijf, buitenschoolse
opvang of peuterspeelzaal
|
€
|
741,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 20
|
Diversen
|
|
|
1.20.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag
|
|
|
|
tot het verstrekken van:
|
|
|
1.20.1.1
|
afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in
deze tabel of in
|
|
|
|
een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per
pagina
|
€
|
0,50
|
1.20.1.2
|
kaarten en tekeningen dan wel kopieën of lichtdrukken
daarvan per kaart,
|
|
|
|
tekening, lichtdruk of kopie:
|
|
|
1.20.1.2.1
|
per pagina op papier van A4-formaat
|
€
|
1,80
|
1.20.1.2.2
|
per pagina op papier van A3-formaat
|
€
|
3,60
|
1.20.2
|
kaarten en tekeningen dan wel kopieën daarvan, al dan niet
behorend bij de in de
|
|
|
subonderdelen 1.20.1.1 en 1.20.1.2 genoemde stukken, voor
zover daarvoor niet elders
|
|
in deze tabel of in een andere wettelijke regeling eentarief
is opgenomen, per kaart,
|
|
|
tekening of kopie
|
€
|
12,40
|
1.20.3
|
kaarten en tekeningen dan wel kopieën daarvan per kaart,
tekening of kopie, voor elke extra afdruk
|
1.20.3.1
|
per pagina op papier van A4-formaat
|
€
|
0,40
|
1.20.3.2
|
per pagina op papier van A3-formaat
|
€
|
0,80
|
1.20.4
|
Kaarten of tekeningen, dan wel kopieën daarvan, al dan niet
behorend bij de in onderdeel 1.20.3 genoemde stukken voor
zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere
wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart,
tekening of kopie
|
€
|
3,00
|
1.20.5
|
Als de informatieverstrekking in de onderdelen 1.20.1 tot en
met 1.20.4 plaatsvindt in digitale vorm zijn dezelfde
tarieven van toepassing voor zover handelingen moeten worden
verricht zoals het scannen of bewerken van documenten.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 2
|
Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/
omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Begripsomschrijvingen
|
|
|
|
|
|
|
2.1.1
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
|
2.1.1.1
|
aanlegkosten:
|
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in
paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve
voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische
installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren
werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de
aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de
werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door
zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder
aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het
economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken
of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
|
2.1.1.2
|
bouwkosten:
|
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in
paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve
voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische
installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren
werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de
bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het
normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad
laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen
geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt
in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan
een derde in het economisch verkeer zou moeten worden
betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop
de aanvraag betrekking heeft. De bouwkosten kunnen middels
de vastgestelde bouwkostenlijst gewijzigd worden indien niet
aan bovenstaande wordt voldaan.
|
2.1.1.3
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
|
2.1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn
omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens
de Wabo bedoeld.
|
2.1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de
Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op
activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander
wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde
betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag
|
|
|
|
|
|
|
2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag:
|
|
|
2.2.1
|
tot beoordeling van een principeverzoek/schetsplan
|
€
|
250,00
|
2.2.2
|
verhoogd met de kosten van het voor de aanvraag uitgebrachte
advies omtrent welstand.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
|
|
2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som
van de verschuldigde leges voor de verschillende
activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of
gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft
en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in
verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend
naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit
hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de
vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere
grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
2.3.1.1.1
|
indien de bouwkosten niet meer dan € 200.000 bedragen:
|
|
2,40%
|
|
van de bouwkosten, met een minimum van:
|
€
|
186,00
|
2.3.1.1.2
|
vermeerderd met
|
|
1,85%
|
|
van het deel van de bouwkosten van € 200.000,- tot en met €
500.000,-;
|
|
|
|
en
|
|
1,60%
|
|
van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 500.000,- te
boven gaan.
|
|
|
2.3.1.1.3
|
indien de bouwkosten niet meer bedragen dan € 1.000,-
|
€
|
106,00
|
|
|
|
|
2.3.1.2
|
Welstandstoets
|
|
|
2.3.1.2.1
|
Het verschuldigde bedrag tarief op grond van onderdeel 2.3.1
wordt, indien toetsing aan welstandscriteria moet
plaatsvinden, verhoogd met de kosten van het voor de
omgevingsvergunning uitgebrachte advies omtrent
welstand.
|
|
Deze kosten bedragen voor het
|
|
‰ van de
|
|
deel van de bouwkosten dat ligt
|
|
bouwkosten
|
|
tussen € 0,00 tot en met € 230.000,00
|
|
3
|
|
tussen € 230.000,00 tot en met € 455.000,00
|
|
1/2
|
|
tussen € 455.000,00 tot € 680.000,00
|
|
1/4
|
|
boven € 680.000,00
|
|
1/8
|
|
De kosten, berekend overeenkomstig dit onderdeel, worden op
gehele
|
|
|
|
euro’s naar boven afgerond.
|
|
|
|
Het minimumtarief bedraagt
|
€
|
25,00
|
2.3.1.2.2
|
Voor ieder volgend advies voor dezelfde omgevingsvergunning
geldt
|
€
|
25,00
|
|
|
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
2.3.1.4
|
Het verschuldigde bedrag op grond van subonderdeel 2.3.1.1
wordt, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt
ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouw, verhoogd
met:
|
50%
|
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
|
|
2.3.2
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
2.3.2.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een aanleg- activitiet als bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief
|
€
|
369,00
|
2.3.2.2
|
Indien de aanvraag om een aanlegvergunning uitsluitend
betrekking heeft op het verwijderen van houtopstand bedragen
de leges voor het in behandeling nemen van het verzoek
|
€
|
43,00
|
|
|
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van
een bouwactiviteit/aanlegactiviteit
|
2.3.3
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste
lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een
bouwactiviteit/aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder a en b, van de Wabo, bedraagt het tarief,
onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de
Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
|
wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde
bedrag verhoogd met:
|
€
|
182,00
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de
Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
|
|
wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde
bedrag verhoogd met:
|
€
|
366,00
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de
Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
|
wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 of 2.3.2.1
verschuldigde bedrag verhoogd
|
|
met:
|
€
|
3.282,00
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast
(tijdelijke afwijking):
|
|
|
wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 of 2.3.2.1
verschuldigde bedrag verhoogd
|
|
met:
|
€
|
366,00
|
2.3.3.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
|
wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde
bedrag verhoogd met:
|
€
|
1.641,00
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang
betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn
gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet
ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c,
van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale
regelgeving):
|
|
wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde
bedrag verhoogd met:
|
€
|
366,00
|
2.3.3.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft,
de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld
krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke
ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo
wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
|
wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde
bedrag verhoogd met:
|
€
|
366,00
|
2.3.3.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
|
wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde
bedrag verhoogd met:
|
€
|
366,00
|
|
|
|
|
2.3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een
bouwactiviteit
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste
lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een
bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder
a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de
Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€
|
182,00
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de
Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
|
€
|
366,00
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de
Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€
|
3.282,00
|
2.3.4.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast
(tijdelijke afwijking)
|
€
|
366,00
|
2.3.4.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€
|
1.641,00
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang
betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn
gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet
ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c,
van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale
regelgeving):
|
€
|
366,00
|
2.3.4.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft,
de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld
krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke
ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo
wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€
|
366,00
|
2.3.4.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€
|
366,00
|
|
|
|
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken van bouwwerken in relatie tot
brandveiligheid
|
|
|
2.3.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1,
onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief
|
|
voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte:
|
|
|
|
van 0 t/m 500 m²
|
€
|
629,00
|
|
groter dan 500 m² met maximaal 3 bouwlagen
|
€
|
914,00
|
|
groter dan 500 m² met meer dan 3 bouwlagen
|
€
|
984,00
|
2.3.5.2
|
een aanvraag van een verklaring van overdracht van
omgevingsvergunning
|
|
|
|
aan de nieuwe gebruiker
|
€
|
86,00
|
2.3.5.3
|
Indien een aanvraag om ontheffing of vergunning tijdens de
behandeling
|
|
|
|
door de aanvrager wordt ingetrokken of wordt geweigerd,
worden de
|
|
|
|
volgens subonderdeel 2.3.5.1 berekende leges met 50%
verminderd.
|
|
|
2.3.5.4
|
Indien voor een aanvraag voor het verstrekken van een
omgevingsvergunning
|
|
|
|
met betrekking tot het brandveilig gebruik van een bouwwerk
extern advies
|
|
|
|
ingewonnen dient te worden, worden de verschuldigde leges
verhoogd met
|
|
|
|
deze advieskosten. De meer verschuldigde leges worden door
middel van
|
|
|
|
een door of namens burgemeester en wethouders op te stellen
begroting
|
|
|
|
van kosten ter kennis gebracht aan de aanvrager. Voor de
toepassing van
|
|
|
|
dit artikel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de
5e werkdag
|
|
|
|
na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager
ter kennis
|
|
|
|
is gebracht.
|
|
|
|
|
|
|
2.3.6
|
Sloopactiviteiten met betrekking tot monumenten of
beschermde stads- of dorpsgezichten
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd
monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f,
van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel
2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een
krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke
erfgoedverordening 2010 een vergunning of ontheffing is
vereist, bedraagt het tarief:
|
2.3.6.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht
wijzigen van een monument:
|
|
artikel 37, eerste lid, van de Monumentenwet 1988
|
|
|
|
indien de inhoud van het te slopen pand (of gedeelte
daarvan):
|
|
|
|
minder is dan 50 m³ en/of de aanvraag uitsluitend betrekking
heeft op het verwijderen van asbest
|
€
|
218,50
|
|
50 m³ of meer bedraagt, met sloopveiligheidsplan
|
€
|
369,00
|
|
50 m³ of meer bedraagt, zonder sloopveiligheidsplan
|
€
|
261,50
|
|
|
|
|
2.3.7
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd
stads- of dorpsgezicht
|
|
2.3.7.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat
een bestemmingsplan, beheersverordening of
voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief
|
|
indien de inhoud van het te slopen pand (of gedeelte
daarvan):
|
|
|
2.3.7.1.1
|
minder is dan 50 m³ en/of de aanvraag uitsluitend betrekking
heeft op het verwijderen van asbest
|
€
|
218,50
|
2.3.7.1.2
|
50m3 of meer bedraagt, met sloopveiligheidsplan
|
€
|
369,00
|
2.3.7.1.3
|
50m3 of meer bedraagt, zonder sloopveligheidsplan
|
€
|
261,50
|
|
|
|
|
2.3.10
|
Kappen
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor
op grond van een bepaling in een provinciale verordening of
op grond van de 'Kapverordening gemeente Rijssen-Holten' een
vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel
2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt
het tarief:
|
€
|
43,00
|
|
|
|
|
2.3.12
|
Projecten of handelingen in het kader van de
Natuurbeschermingswet 1998
|
|
|
2.3.12.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die
schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de
natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of
planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de
Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
€
|
344,00
|
2.3.12.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen
met gevolgen voor habitats en soorten in een door de
minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen
gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de
Natuurbeschermingswet 1998
|
€
|
344,00
|
|
|
|
|
2.3.13
|
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75,
derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is,
bedraagt het tarief
|
€
|
344,00
|
|
|
|
|
2.3.14
|
Andere activiteiten
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het verrichten van een andere activiteit of
handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk
bedoeld en die activiteit of handeling:
|
2.3.14.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur
aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen
zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€
|
344,00
|
2.3.14.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke
verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie
activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke
leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de
Wabo, bedraagt het tarief:
|
€
|
344,00
|
2.3.14.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag
dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende
vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit
zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de
activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder
omgevingsvergunning bedraagt het tarief:
|
€
|
344,00
|
2.3.14.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft:
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen
van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het
college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien
een begroting als bedoeld in de eerste volzin is
uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de
vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de
aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor
deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
2.3.15
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in
twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste
lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
2.3.15.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een
beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag
dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit
hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de
eerste fase betrekking heeft;
|
2.3.15.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een
beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag
dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit
hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de
tweede fase betrekking heeft.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.16
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van
dit hoofdstuk wordt het tarief, indien krachtens wettelijk
voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een
bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met:
|
2.3.16.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
€
|
75,20
|
2.3.16.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
€
|
75,20
|
|
|
|
|
2.3.17
|
Advies
|
|
|
2.3.17.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van
dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij
algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke
verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie
advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van
de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning,
als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het
bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van
de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het
college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
2.3.17.2
|
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1 is
uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de
vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de
aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor
deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
2.3.18
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
2.3.18.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van
dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij
wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen
bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet
afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend,
als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
2.3.18.1.1
|
indien een ander bestuursorgaan dan de gemeenteraad een
verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van
de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag
om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde
kosten, blijkend uit een begroting die door het college van
burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
2.3.18.2
|
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.18.1.1
is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op
de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de
aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor
deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Vermindering
|
|
|
|
|
|
|
2.4.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is
voorafgegaan door een aanvraag om beoordeling
principeverzoek/schetsplan als bedoeld in hoofdstuk 2,
waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de
ter zake van het principeverzoek/schetsplan of de
beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in
mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen
van de aanvraag om de omgevingsvergunning, als bedoeld in
hoofdstuk 3. Dit met uitzondering van de welstandsleges,
bedoeld in onderdeel 2.2.2
|
2.4.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op
vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel
in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen
als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De
vermindering bedraagt:
|
2.4.2.1
|
bij 5 tot 10 activiteiten:
|
|
2%
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
|
2.4.2.2
|
bij 10 tot 15 activiteiten:
|
|
3%
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
|
2.4.2.3
|
bij 15 of meer activiteiten:
|
|
5%
|
|
van de voor die activiteiten verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Teruggaaf
|
|
|
|
|
|
|
2.5.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag
omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning
voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit
bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de
onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl
deze reeds in behandeling is genomen, bestaat aanspraak op
teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf
bedraagt:
|
2.5.1.1
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van
1 maand na het in behandeling nemen ervan maar voor het
verlenen van de vergunning
|
75%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende
activiteit verschuldigde leges;
|
|
2.5.1.2
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na een termijn van 1
maand na het in behandeling nemen ervan maar voor het
verlenen van de vergunning
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende
activiteit verschuldigde leges;
|
|
|
|
|
|
2.5.2
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende
omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een
project dat geheel
|
|
|
of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten als bedoeld in de onder-
|
|
|
delen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van
de vergunninghouder,
|
|
|
|
bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges,
mits deze aanvraag is
|
|
|
ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning
en van de vergunning
|
|
|
geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:
|
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende
activiteit verschuldigde leges
|
|
|
|
|
|
2.5.3
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een
omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten
|
2.5.3.1
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat
geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2,
2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van
een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende
activiteit verschuldigde leges
|
|
2.5.3.2
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede
verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de
vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
|
|
|
2.5.4
|
Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|
|
|
Een bedrag minder dan € 186,00 wordt niet teruggegeven.
|
|
|
|
|
|
|
2.5.5
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen
bedenkingen
|
|
|
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17
en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.
|
2.5.6
|
Teruggaaf als gevolg van buiten behandeling laten van een
aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten
|
2.5.6.1
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat
geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2,
2.3.6 of 2.3.7 buiten behandeling stelt, bestaat aanspraak
op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf
bedraagt:
|
75%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende
activiteit verschuldigde leges
|
|
|
met dien verstande dat ten minste een bedrag van € 186,00 is
verschuldigd.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging
project
|
|
|
|
|
|
|
2.7
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als
gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe
wijziging in het project:
|
€
|
186,00
|
2.7.1
|
Verrekening als gevolg van afwijking eerder ingediend
bouwplan
|
|
|
|
Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een
omgevingsvergunning betrekking
|
|
|
|
heeft op het bouwen in afwijking van een eerder ingediend
bouwplan,
|
|
|
|
waarvoor al een vergunning is verleend, maar waarvan nog
geen gebruik
|
|
|
|
is gemaakt, worden de voor de oorspronkelijke vergunning
geheven leges
|
|
|
|
verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing
van het tarief
|
|
|
|
als vermeld in onderdeel 2.3.1.1, met dien verstande dat zij
niet minder
|
|
|
|
zullen bedragen dan
|
€
|
186,00
|
|
Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking
zodanig is dat
|
|
|
|
naar de omstandigheden beoordeeld van een nieuw bouwplan
sprake is.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8
|
Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
|
|
|
|
|
2.8.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als
bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke
ordening
|
€
|
3.829,00
|
2.8.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als
bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet
ruimtelijke ordening
|
€
|
2.735,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9
|
Sloopmelding
|
|
|
|
|
|
|
|
vervallen
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10
|
In deze titel niet benoemde beschikking
|
|
|
|
|
|
|
2.10.1
|
Advies derden
|
|
|
|
Indien bij de beoordeling van aanvragen om vergunning als
bedoeld in dit hoofdstuk adviezen worden ingewonnen van
externe adviseurs, waaronder een ruimtelijke onderbouwing
wordt opgesteld door een extern adviseur, wordt het
verschuldigde legesbedrag verhoogd met een bedrag van de
voorafgaand aan het in behandeling nemen van aanvragen om
vergunning van de aanvrager of melder meegedeelde externe
advieskosten. Het extra recht dat wordt geheven is gelijk
aan het - uit een begroting blijkend - bedrag dat de
adviserende organisatie de gemeente in rekening zal brengen.
De aanvraag wordt niet eerder in behandeling genomen dan de
vijfde dag nadat de begroting ter kennis is gebracht van de
aanvrager.
|
2.10.2
|
Als in verband met de wijziging van het bestemmingsplan een
verzoek om hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet
geluidhinder moet worden ingediend dan worden de leges
verhoogd met:
|
|
-indien de aanvraag betrekking heeft op een project
|
€
|
2.785,00
|
|
-indien de aanvraag betrekking heeft op 1 woning
|
€
|
1.393,00
|
2.10.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde
beschikking:
|
€
|
186,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 3
|
Dienstverlening vallend onder Europese
dienstenrichtlijn
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Drank- en Horecawet
|
|
|
3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:
|
|
|
3.1.1
|
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning ingevolge
artikel 3 van de
|
|
|
|
Drank- en Horecawet
|
€
|
215,00
|
3.1.2
|
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het
exploiteren van een openbare
|
|
inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene
plaatselijke Verordening
|
|
|
|
gemeente Rijssen-Holten 2010
|
€
|
43,00
|
3.1.3
|
In afwijking van het bepaalde in onderdeel 3.1.1 bedraagt
het tarief, wanneer
|
|
|
|
de aanvraag betrekking heeft op een paracommerciële
instelling zoals bedoeld
|
|
|
|
verder van de Drank- en Horecawet
|
€
|
258,00
|
3.1.4
|
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld
in artikel 4, lid 4
|
|
|
|
van de Drank- en Horecawet
|
€
|
43,00
|
3.1.5
|
een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en
Horecawet
|
€
|
129,00
|
3.1.6
|
een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld
in artikel 30a, lid 2
|
|
|
|
van de Drank- en Horecawet
|
€
|
43,00
|
3.1.7
|
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld
in artikel 35
|
|
|
|
van de Drank- en Horecawet
|
€
|
43,00
|
3.1.8
|
In afwijking van het in artikel 3.1.1, 3.1.3 en 3.1.5
bepaalde wordt het tarief, indien
|
|
|
het pand waarop de aanvraag betrekking heeft niet behoeft te
worden getoetst aan het
|
|
Besluit inrichtingseisen Drank- en Horecawet, verlaagd
met
|
€
|
86,00
|
3.1.9
|
De in deze legesverordening en bijbehorende tarieventabel
opgenomen tarieven voor
|
|
|
het in behandeling nemen van aanvragen om een beschikking
worden, indien het gaat
|
|
om het in behandeling nemen van een verzoek van een
betrokkene als bedoeld in
|
|
|
artikel 1, lid 1, onder e Wet BIBOB om een beschikking als
bedoeld in artikel 1, lid 1,
|
|
onder c Wet BIBOB of artikel 7, lid 2 Wet BIBOB
|
|
|
3.1.9.1
|
voor het doen van intern onderzoek en screening van het
formulier en de overgelegde
|
|
|
bescheiden verhoogd met
|
€
|
86,00
|
3.1.9.2
|
indien daarnaast ook een advies nodig is van het landelijk
bureau BIBOB als
|
|
|
|
bedoeld in artikel 9, Wet BIBOB, wordt het tarief bovendien
verhoogd met het
|
|
|
|
bedrag als bedoeld in artikel 16, Wet BIBOB en artikel 5,
Besluit BIBOB
|
|
p.m.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Organiseren van evenementen of markten en overig APV
|
|
|
3.2.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een
evenement als bedoeld in artikel 2:25, lid 1 van de Algemene
plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het
betreft:
|
3.2.1.1
|
een vergunning voor het organiseren van een grootschalig
evenement of een evenement
|
|
met een verhoogd risicoprofiel, zijnde een elke voor het
publiek toegankelijke
|
|
|
|
verrichting van vermaak (C-evenement)
|
€
|
141,50
|
3.2.1.2
|
een vergunning voor het organiseren van een klein evenement,
zijnde een elke
|
|
|
|
voor het publiek toegankelijke verrichting van vermaak
(B-evenement)
|
€
|
55,50
|
3.2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag tot het verkrijgen
|
|
van een vergunning voor de verkoop van vuurwerk als bedoeld
in artikel 2.72
|
|
|
|
van de Algemene plaatselijke verordening gemeente
Rijssen-Holten 2010
|
€
|
28,70
|
3.2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag tot het verkrijgen
|
|
van een vergunning voor het innemen van een standplaats als
bedoeld in
|
|
|
|
artikel 5.18 van de Algemene plaatselijke verordening
gemeente Rijssen-Holten 2010
|
€
|
43,00
|
3.2.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag tot het verkrijgen
|
|
van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, lid 3 van de
Zondagswet
|
€
|
7,20
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Prostitutiebedrijven
|
|
|
|
N.V.T.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Splitsingsvergunning woonruimte
|
|
|
|
N.V.T.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Leefmilieuverordening
|
|
|
|
N.V.T.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6
|
Brandbeveiligingsverordening
|
|
|
3.6.1
|
Indien de aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel
2.1.1, lid 1, van
|
|
|
|
de Brandbeveiligingsverordening betrekking heeft op het
tijdelijke gebruik
|
|
|
|
van een inrichting ten behoeve van evenementen en dergelijke
(gebruik
|
|
|
|
maximaal 30 dagen) bedragen de leges 10% van het volgens
onderdeel
|
|
10%
|
|
2.3.5 berekende bedrag.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere
beschikking
|
|
|
3.7.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag ter
|
|
|
|
verkrijging van een vergunning op grond van de
"Kapverordening gemeente
|
|
|
|
Rijssen-Holten 2010"
|
€
|
43,00
|
3.7.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag om een andere,
|
|
|
in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere
beschikking
|
|
|
|
voor ieder daaraan besteed half uur
|
€
|
43,00
|
|
|
|
|
|
|
|
|