Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Rijssen-Holten

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Rijssen-Holten
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges 2015
CiteertitelLegesverordening 2015
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, artikel 156, lid 1 en 2, aanhef en onderdeel h en artikel 229, lid 1, aanhef en onderdeel b
  2. Paspoortwet, artikel 2, lid 2 en artikel 7

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2015Vervangt de Legesverordening 2014

18-12-2014

Overheid.nl (via de GVOP), 30 december 2014

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

De verordening op de heffing en de invordering van leges 2015

De raad van de gemeente Rijssen-Holten

overwegingen:

 

  • 1.

    gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders ‘belastingvoorstellen 2015’ en de nota kostprijzen en tarieven gemeentelijke dienstverlening 2015 van 7 november 2014?;

  • 2.

    gelet op de artikelen 156, lid 1 en 2, aanhef en onderdeel h, en 229, lid 1, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, lid 2, en 7 van de Paspoortwet;

  • 3.

    gezien het positieve advies van de commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken en Middelen van <DATUM> 

besluit:

de verordening op de heffing en de invordering van leges 2015 (Legesverordening 2015) vast te stellen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    “dag”: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    “week”: een aaneengesloten periode van 7 dagen;

  • c.

    “maand”: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    “jaar”: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    “kalenderjaar”: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam “leges” worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, lid 3, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, lid 1, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen 3 maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.6 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdelen 1.4.5 (papieren verstrekkingen uit de basisregistratie personen);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekking op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.9.1 (verklaringen omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 16 (kansspelen).

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De ‘Legesverordening 2014’ van 19 december 2013, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, lid 2, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, lid 2, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Legesverordening 2015’

Tarieventabel leges    
Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2015, besluitnummer …    
       
Indeling tarieventabel    
Titel 1Algemene dienstverlening    
Hoofdstuk 1Burgerlijke stand    
Hoofdstuk 2Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart    
Hoofdstuk 3Rijbewijzen    
Hoofdstuk 4Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens    
Hoofdstuk 5Verstrekkingen uit het Kiezersregister    
Hoofdstuk 6Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens    
Hoofdstuk 7Bestuursstukken    
Hoofdstuk 8Vastgoedinformatie    
Hoofdstuk 9Overige publiekszaken    
Hoofdstuk 10Gemeentearchief    
Hoofdstuk 11Huisvestingswet    
Hoofdstuk 12Leegstandwet    
Hoofdstuk 13Verordening op de verblijfsrecreatie    
Hoofdstuk 14Marktstandplaatsen    
Hoofdstuk 15Winkeltijdenwet    
Hoofdstuk 16Kansspelen    
Hoofdstuk 17Kabel- en leidingwerken    
Hoofdstuk 18Verkeer en vervoer    
Hoofdstuk 19Kinderopvang    
Hoofdstuk 20Diversen    
       
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning    
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen    
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag    
Hoofdstuk 3Omgevingsvergunning    
Hoofdstuk 4 Vermindering    
Hoofdstuk 5 Teruggaaf    
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project    
Hoofdstuk 8Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten    
Hoofdstuk 9 Sloopmelding    
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking    
       
Titel 3Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn    
Hoofdstuk 1Horeca    
Hoofdstuk 2Organiseren evenementen of markten en overig APV    
Hoofdstuk 3Prostitutiebedrijven    
Hoofdstuk 4Splitsingsvergunning woonruimte    
Hoofdstuk 5Leefmilieuverordening    
Hoofdstuk 6Brandbeveiligingsverordening    
Hoofdstuk 7In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking    
       
       
Titel 1Algemene dienstverlening    
       
Hoofdstuk 1Burgerlijke stand    
1.1.1Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of de    
 registratie van een partnerschap in het gemeentehuis van Rijssen of Holten:    
1.1.1.1op maandag en woensdag tussen 9.30 en 17.00 uur en    
 op dinsdag, donderdag en vrijdag tussen 9.00 en 17.00 uur€  375,00
1.1.1.2op een andere dag, of een ander tijdstip, behoudens op    
 maandag en woensdag tussen 9.00 en 9.30 uur€  574,00
1.1.2Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een    
 partnerschap in 1 van de overige door de gemeente aangewezen locaties    
1.1.2.1op maandag tot en met vrijdag tussen 10.00 en 17.00 uur275,00
1.1.2.2op een andere dag of een ander tijdstip474,00
 N.B. de huur voor de overige locaties moeten op de locatie zelf worden voldaan.    
1.1.3De tarieven bedragen voor het omzetten van een geregisteerd partnerschap in    
 een huwelijk indien daarbij gebruik wordt gemaakt van de trouwzaal of een andere  
 door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte, zoals die zijn opgenomen onder    
 de onderdelen 1.1.1 en 1.1.2    
1.1.4Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:    
1.1.4.1een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering43,00
1.1.4.2een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering56,00
1.1.5Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in de registers van de    
 burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan21,50
1.1.6voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een    
 stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals
 dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.    
       
       
       
Hoofdstuk 2Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart    
1.2. Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:
1.2.1 van een nationaal paspoort:    
1.2.1.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is 66,50
1.2.1.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt51,00
1.2.2van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):
1.2.2.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is 66,50
1.2.2.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt 51,00
1.2.3 van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet    
 betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld    
 (faciliteitenpaspoort):    
1.2.3.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is66,50
1.2.3.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt51,00
1.2.4van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen 51,00
1.2.5 van een Nederlandse identiteitskaart:    
1.2.5.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is 52,50
1.2.5.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt28,30
1.2.6 voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met het bedrag van 47,00
       
       
       
Hoofdstuk 3Rijbewijzen    
1.3.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag    
 tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs €  38,40
1.3.2Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt:    
1.3.2.1bij een spoedlevering vermeerderd met34,10
1.3.2.2bij een aanvraag in verband met (beschadiging of) vermissing van een eerder    
 afgegeven rijbewijs vermeerderd met19,20
1.3.3De verhogingen genoemd in onderdeel 1.3.2 zijn in voorkomend geval cumulatief    
 verschuldigd    
       
Hoofdstuk 4Verstrekkingen uit de basisregistratie personen    
1.4.1Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en  
 1.4.4 wordt onder 1 verstrekking verstaan 1 of meer gegevens omtrent 1 persoon  
 waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.    
1.4.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een    
 aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking 7,20
1.4.3Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder 1 verstrekking verstaan 1 of    
 meer gegevens omtrent 1 persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie  
 personen    
1.4.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een    
 aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking 7,20
1.4.5In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling  
 nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens als bedoeld  
 in artikel 17, lid 2, van het Besluit basisregistratie personen7,50
1.4.6Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen,  
 voor ieder daaraan besteed kwartier€  21,50
       
Hoofdstuk 5Verstrekkingen uit het Kiezersregister    
 N.V.T.    
       
Hoofdstuk 6Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens    
1.6.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag    
 tot het verkrijgen van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming  
 persoonsgegevens:    
1.6.1.1bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:    
1.6.1.1.1ten hoogste 100 pagina’s, per pagina0,23
 met een maximum per bericht van 5,00
1.6.1.1.2meer dan 100 pagina’s€  22,50
1.6.1.2bij verstrekking anders dan op papier€  5,00
1.6.1.3dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking,    
 moeilijk toegankelijke registratie€  22,50
1.6.2Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3
 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.
1.6.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als    
 bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens€  4,50
       
Hoofdstuk 7Bestuursstukken    
 N.V.T.    
       
Hoofdstuk 8Vastgoedinformatie    
1.8.1Het tarief bedraagt voor:    
1.8.1.1het verstrekken van informatie aan makelaars met betrekking tot    
 bodemverontreiniging 43,00
       
Hoofdstuk 9Overige publiekszaken    
1.9Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:    
1.9.1tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag €  30,05
1.9.2tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn€  7,20
1.9.3tot het legaliseren van een handtekening 7,20
       
Hoofdstuk 10Gemeentearchief    
1.10.1Het tarief bedraagt voor het voor het op verzoek doen van nasporing in het    
 gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier 21,50
       
Hoofdstuk 11Huisvestingswet    
 N.V.T.    
       
Hoofdstuk 12Leegstandwet    
1.12Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:    
1.12.1tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte
 als bedoeld in artikel 15, lid 1, van de Leegstandwet172,00
1.12.2tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld  
 in artikel 15, lid 5, van de Leegstandwet86,00
1.12.2Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig  
 worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een
 kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal  
 geheven. (Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor  
 sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.)    
       
Hoofdstuk 13Verordening op de verblijfsrecreatie    
 N.V.T.    
       
Hoofdstuk 14Marktstandplaatsen    
 N.V.T    
       
Hoofdstuk 15Winkeltijdenwet    
 N.V.T.    
       
Hoofdstuk 16Kansspelen    
1.16.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag    
 tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel    
 30b van de Wet op de kansspelen:    
1.16.1.1voor een periode van 12 maanden voor 1 kansspelautomaat€   56,50
1.16.1.2voor een periode van 12 maanden voor 2 of meer kansspelautomaten, voor de    
 1e kansspelautomaat 56,50
 en voor iedere volgende kansspelautomaat€  34,00
1.16.1.3voor 1 kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan 4 jaar
  of voor onbepaalde tijd226,50
1.16.1.4voor 2 of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van langer
 dan 4 jaar of voor onbepaalde tijd, voor de 1e kansspelautomaat226,50
 en voor iedere volgende kansspelautomaat136,00
1.16.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het    
 verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de    
 kansspelen (loterijvergunning)€  43,00
       
       
Hoofdstuk 17Kabel- en leidingwerken    
1.17.1Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een melding    
 in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en    
 werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 4, lid 1 van de  
 Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren gemeente Rijssen-Holten 2010€  322,50
1.17.1.1In verband met het herstel van tegel-, klinker- en sierbestratingen alsmede gesloten  
 verhardingen en bermen en gazons, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden    
 in of op openbare gemeentegrond, wordt een vergoeding berekend en in rekening  
 gebracht:    
 overeenkomstig de actuele tarieventabel behorend bij de Richtlijn Tarieven (graaf-)  
 werkzaamheden Telecom van de Veereniging van Nederlandse Gemeenten, wanneer  
 de instemming is verkregen voor het uitvoeren van werkzaamheden aan een telecom-
 municatienetwerk.    
1.17.1.2Bij werkzaamheden in groenvoorzieningen zal de groenvoorziening in overleg met de  
 gemeente door een erkend groenbedrijf, op kosten van de aanvrager, hersteld worden.
1.17.1.3Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel    
 plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling    
 nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend    
 uit een begroting die terzake door het college van burgemeester en wethouders    
 is opgesteld.    
1.17.2Indien een begroting als bedoeld in 1.17.1.3 is uitgebracht, wordt een melding    
 in behandeling genomen op de 5e werkdag na de dag waarop de begroting    
 aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze 5e werkdag    
 schriftelijk is ingetrokken.    
       
Hoofdstuk 18Verkeer en vervoer    
1.18Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:    
1.18.1tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement    
 verkeersregels en verkeerstekens 1990€  43,00
1.18.2tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van het Voertuigreglement€  43,00
1.18.3tot het verkrijgen van een Gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel    
 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer    
 (BABW)    
1.18.3.1als geen medische keuring noodzakelijk is€  39,30
1.18.3.2als wel een medische keuring noodzakelijk is€  118,40
1.18.4tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 149, lid 1, sub d    
 van de Wegenverkeerswet 1994€  28,70
1.18.5tot het wijzigen van een verleende ontheffing als bedoeld in artikel 149, lid 1,    
 sub d van de Wegenverkeerswet 1994€  14,30
1.18.6tot het onttrekken van een weg of weggedeelte aan het openbaar verkeer als    
 bedoeld in artikel 11 van de Wegenwet1.112,00
1.18.7tot wijziging/herziening van de Wegenlegger1.800,00
       
Hoofdstuk 19Kinderopvang    
1.19Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag om registratie in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP):
1.19.1.1voor een gastouder 125,00
1.19.1.2voor een gastouderbureau, kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang of peuterspeelzaal 741,00
       
Hoofdstuk 20Diversen    
1.20.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag    
 tot het verstrekken van:    
1.20.1.1afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in    
 een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina0,50
1.20.1.2kaarten en tekeningen dan wel kopieën of lichtdrukken daarvan per kaart,    
 tekening, lichtdruk of kopie:    
1.20.1.2.1per pagina op papier van A4-formaat€  1,80
1.20.1.2.2per pagina op papier van A3-formaat€  3,60
1.20.2kaarten en tekeningen dan wel kopieën daarvan, al dan niet behorend bij de in de  
 subonderdelen 1.20.1.1 en 1.20.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders
 in deze tabel of in een andere wettelijke regeling eentarief is opgenomen, per kaart,  
 tekening of kopie 12,40
1.20.3kaarten en tekeningen dan wel kopieën daarvan per kaart, tekening of kopie, voor elke extra afdruk
1.20.3.1per pagina op papier van A4-formaat0,40
1.20.3.2per pagina op papier van A3-formaat0,80
1.20.4Kaarten of tekeningen, dan wel kopieën daarvan, al dan niet behorend bij de in onderdeel 1.20.3 genoemde stukken voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of kopie3,00
1.20.5Als de informatieverstrekking in de onderdelen 1.20.1 tot en met 1.20.4 plaatsvindt in digitale vorm zijn dezelfde tarieven van toepassing voor zover handelingen moeten worden verricht zoals het scannen of bewerken van documenten.
       
       
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning    
       
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen    
       
2.1.1Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:    
2.1.1.1aanlegkosten:    
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;
2.1.1.2bouwkosten:    
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft. De bouwkosten kunnen middels de vastgestelde bouwkostenlijst gewijzigd worden indien niet aan bovenstaande wordt voldaan.
2.1.1.3Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.    
2.1.2In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
2.1.3In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
       
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag    
       
2.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:    
2.2.1tot beoordeling van een principeverzoek/schetsplan250,00
2.2.2verhoogd met de kosten van het voor de aanvraag uitgebrachte advies omtrent welstand.
       
       
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning    
       
2.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
       
2.3.1Bouwactiviteiten    
2.3.1.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
2.3.1.1.1indien de bouwkosten niet meer dan € 200.000 bedragen:  2,40%
 van de bouwkosten, met een minimum van:186,00
2.3.1.1.2vermeerderd met  1,85%
 van het deel van de bouwkosten van € 200.000,- tot en met € 500.000,-;    
 en  1,60%
 van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 500.000,- te boven gaan.    
2.3.1.1.3indien de bouwkosten niet meer bedragen dan € 1.000,- 106,00
       
2.3.1.2Welstandstoets    
2.3.1.2.1Het verschuldigde bedrag tarief op grond van onderdeel 2.3.1 wordt, indien toetsing aan welstandscriteria moet plaatsvinden, verhoogd met de kosten van het voor de omgevingsvergunning uitgebrachte advies omtrent welstand.
 Deze kosten bedragen voor het  ‰ van de
 deel van de bouwkosten dat ligt  bouwkosten
 tussen € 0,00 tot en met € 230.000,00  3
 tussen € 230.000,00 tot en met € 455.000,00  1/2
 tussen € 455.000,00 tot € 680.000,00  1/4
 boven € 680.000,00  1/8
 De kosten, berekend overeenkomstig dit onderdeel, worden op gehele    
 euro’s naar boven afgerond.    
 Het minimumtarief bedraagt25,00
2.3.1.2.2Voor ieder volgend advies voor dezelfde omgevingsvergunning geldt 25,00
       
 Achteraf ingediende aanvraag    
2.3.1.4Het verschuldigde bedrag op grond van subonderdeel 2.3.1.1 wordt, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouw, verhoogd met:50%
 van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.    
       
2.3.2Aanlegactiviteiten    
2.3.2.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanleg- activitiet als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief369,00
2.3.2.2Indien de aanvraag om een aanlegvergunning uitsluitend betrekking heeft op het verwijderen van houtopstand bedragen de leges voor het in behandeling nemen van het verzoek43,00
       
 Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit/aanlegactiviteit
2.3.3Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit/aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a en b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1
2.3.3.1indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
 wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met:182,00
2.3.3.2indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
 wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met:366,00
2.3.3.3indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
 wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 of 2.3.2.1 verschuldigde bedrag verhoogd
 met:3.282,00
2.3.3.4indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):  
 wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 of 2.3.2.1 verschuldigde bedrag verhoogd
 met:366,00
2.3.3.5indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
 wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met:1.641,00
2.3.3.6indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
 wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met:366,00
2.3.3.7indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
 wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met:366,00
2.3.3.8indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
 wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met:366,00
       
2.3.4Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit    
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
2.3.4.1indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):182,00
2.3.4.2indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):366,00
2.3.4.3indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):3.282,00
2.3.4.4indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)366,00
2.3.4.5indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):1.641,00
2.3.4.6indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):366,00
2.3.4.7indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):366,00
2.3.4.8indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):366,00
       
2.3.5In gebruik nemen of gebruiken van bouwwerken in relatie tot brandveiligheid    
2.3.5.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief
 voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte:    
 van 0 t/m 500 m²629,00
 groter dan 500 m² met maximaal 3 bouwlagen914,00
 groter dan 500 m² met meer dan 3 bouwlagen984,00
2.3.5.2een aanvraag van een verklaring van overdracht van omgevingsvergunning    
 aan de nieuwe gebruiker86,00
2.3.5.3Indien een aanvraag om ontheffing of vergunning tijdens de behandeling    
 door de aanvrager wordt ingetrokken of wordt geweigerd, worden de    
 volgens subonderdeel 2.3.5.1 berekende leges met 50% verminderd.    
2.3.5.4Indien voor een aanvraag voor het verstrekken van een omgevingsvergunning    
 met betrekking tot het brandveilig gebruik van een bouwwerk extern advies    
 ingewonnen dient te worden, worden de verschuldigde leges verhoogd met    
 deze advieskosten. De meer verschuldigde leges worden door middel van    
 een door of namens burgemeester en wethouders op te stellen begroting    
 van kosten ter kennis gebracht aan de aanvrager. Voor de toepassing van    
 dit artikel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de 5e werkdag    
 na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager ter kennis    
 is gebracht.    
       
2.3.6Sloopactiviteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
2.3.6.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke erfgoedverordening 2010 een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
2.3.6.1.1voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
 artikel 37, eerste lid, van de Monumentenwet 1988    
 indien de inhoud van het te slopen pand (of gedeelte daarvan):    
 minder is dan 50 m³ en/of de aanvraag uitsluitend betrekking heeft op het verwijderen van asbest218,50
 50 m³ of meer bedraagt, met sloopveiligheidsplan369,00
 50 m³ of meer bedraagt, zonder sloopveiligheidsplan261,50
       
2.3.7Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht  
2.3.7.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief
 indien de inhoud van het te slopen pand (of gedeelte daarvan):    
2.3.7.1.1minder is dan 50 m³ en/of de aanvraag uitsluitend betrekking heeft op het verwijderen van asbest218,50
2.3.7.1.250m3 of meer bedraagt, met sloopveiligheidsplan369,00
2.3.7.1.350m3 of meer bedraagt, zonder sloopveligheidsplan261,50
       
2.3.10Kappen    
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of op grond van de 'Kapverordening gemeente Rijssen-Holten' een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:43,00
       
2.3.12Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998    
2.3.12.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:344,00
2.3.12.2Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998344,00
       
2.3.13Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet    
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief344,00
       
2.3.14Andere activiteiten    
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
2.3.14.1behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:344,00
2.3.14.2behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:344,00
2.3.14.2.1als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:344,00
2.3.14.2.2als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
       
2.3.15Omgevingsvergunning in twee fasen    
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
2.3.15.1voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
2.3.15.2voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
       
       
2.3.16Beoordeling bodemrapport    
 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met:
2.3.16.1voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport75,20
2.3.16.2voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport75,20
       
2.3.17Advies    
2.3.17.1Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
2.3.17.2Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
       
2.3.18Verklaring van geen bedenkingen    
2.3.18.1Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
2.3.18.1.1indien een ander bestuursorgaan dan de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
2.3.18.2Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.18.1.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
       
Hoofdstuk 4 Vermindering    
       
2.4.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om beoordeling principeverzoek/schetsplan als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het principeverzoek/schetsplan of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning, als bedoeld in hoofdstuk 3. Dit met uitzondering van de welstandsleges, bedoeld in onderdeel 2.2.2
2.4.2Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:
2.4.2.1bij 5 tot 10 activiteiten:  2%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges;    
2.4.2.2bij 10 tot 15 activiteiten:  3%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges;    
2.4.2.3bij 15 of meer activiteiten:  5%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges.    
       
Hoofdstuk 5 Teruggaaf    
       
2.5.1Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
 Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
2.5.1.1indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 1 maand na het in behandeling nemen ervan maar voor het verlenen van de vergunning75%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;  
2.5.1.2indien de aanvraag wordt ingetrokken na een termijn van 1 maand na het in behandeling nemen ervan maar voor het verlenen van de vergunning50%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;  
       
2.5.2Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
 Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel  
 of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onder-  
 delen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder,    
 bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is  
 ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning  
 geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:  50%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges  
       
2.5.3Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
2.5.3.1Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:50%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges  
2.5.3.2Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
       
2.5.4Minimumbedrag voor teruggaaf    
 Een bedrag minder dan € 186,00 wordt niet teruggegeven.    
       
2.5.5Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen    
 Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.
2.5.6Teruggaaf als gevolg van buiten behandeling laten van een aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
2.5.6.1Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 buiten behandeling stelt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:75%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges  
 met dien verstande dat ten minste een bedrag van € 186,00 is verschuldigd.    
       
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project    
       
2.7Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:186,00
2.7.1Verrekening als gevolg van afwijking eerder ingediend bouwplan    
 Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning betrekking    
 heeft op het bouwen in afwijking van een eerder ingediend bouwplan,    
 waarvoor al een vergunning is verleend, maar waarvan nog geen gebruik    
 is gemaakt, worden de voor de oorspronkelijke vergunning geheven leges    
 verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van het tarief    
 als vermeld in onderdeel 2.3.1.1, met dien verstande dat zij niet minder    
 zullen bedragen dan 186,00
 Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking zodanig is dat    
 naar de omstandigheden beoordeeld van een nieuw bouwplan sprake is.    
       
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten    
       
2.8.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening3.829,00
2.8.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening2.735,00
       
Hoofdstuk 9 Sloopmelding    
       
 vervallen    
       
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking    
       
2.10.1Advies derden    
 Indien bij de beoordeling van aanvragen om vergunning als bedoeld in dit hoofdstuk adviezen worden ingewonnen van externe adviseurs, waaronder een ruimtelijke onderbouwing wordt opgesteld door een extern adviseur, wordt het verschuldigde legesbedrag verhoogd met een bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van aanvragen om vergunning van de aanvrager of melder meegedeelde externe advieskosten. Het extra recht dat wordt geheven is gelijk aan het - uit een begroting blijkend - bedrag dat de adviserende organisatie de gemeente in rekening zal brengen. De aanvraag wordt niet eerder in behandeling genomen dan de vijfde dag nadat de begroting ter kennis is gebracht van de aanvrager.
2.10.2Als in verband met de wijziging van het bestemmingsplan een verzoek om hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder moet worden ingediend dan worden de leges verhoogd met:
 -indien de aanvraag betrekking heeft op een project2.785,00
 -indien de aanvraag betrekking heeft op 1 woning1.393,00
2.10.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:186,00
       
       
Titel 3Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn    
       
Hoofdstuk 1Drank- en Horecawet    
3.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:    
3.1.1een aanvraag tot het verlenen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de    
 Drank- en Horecawet€  215,00
3.1.2een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare
 inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke Verordening    
 gemeente Rijssen-Holten 2010€  43,00
3.1.3In afwijking van het bepaalde in onderdeel 3.1.1 bedraagt het tarief, wanneer    
 de aanvraag betrekking heeft op een paracommerciële instelling zoals bedoeld    
 verder van de Drank- en Horecawet€  258,00
3.1.4een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, lid 4    
 van de Drank- en Horecawet€  43,00
3.1.5een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet129,00
3.1.6een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, lid 2    
 van de Drank- en Horecawet€  43,00
3.1.7een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35    
 van de Drank- en Horecawet€  43,00
3.1.8In afwijking van het in artikel 3.1.1, 3.1.3 en 3.1.5 bepaalde wordt het tarief, indien  
 het pand waarop de aanvraag betrekking heeft niet behoeft te worden getoetst aan het
 Besluit inrichtingseisen Drank- en Horecawet, verlaagd met86,00
3.1.9De in deze legesverordening en bijbehorende tarieventabel opgenomen tarieven voor  
 het in behandeling nemen van aanvragen om een beschikking worden, indien het gaat
 om het in behandeling nemen van een verzoek van een betrokkene als bedoeld in  
 artikel 1, lid 1, onder e Wet BIBOB om een beschikking als bedoeld in artikel 1, lid 1,
 onder c Wet BIBOB of artikel 7, lid 2 Wet BIBOB    
3.1.9.1voor het doen van intern onderzoek en screening van het formulier en de overgelegde  
 bescheiden verhoogd met86,00
3.1.9.2indien daarnaast ook een advies nodig is van het landelijk bureau BIBOB als    
 bedoeld in artikel 9, Wet BIBOB, wordt het tarief bovendien verhoogd met het    
 bedrag als bedoeld in artikel 16, Wet BIBOB en artikel 5, Besluit BIBOB  p.m.
       
       
Hoofdstuk 2Organiseren van evenementen of markten en overig APV    
3.2.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, lid 1 van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft:
3.2.1.1een vergunning voor het organiseren van een grootschalig evenement of een evenement
 met een verhoogd risicoprofiel, zijnde een elke voor het publiek toegankelijke    
 verrichting van vermaak (C-evenement)€  141,50
3.2.1.2een vergunning voor het organiseren van een klein evenement, zijnde een elke    
 voor het publiek toegankelijke verrichting van vermaak (B-evenement)55,50
3.2.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen
 van een vergunning voor de verkoop van vuurwerk als bedoeld in artikel 2.72    
 van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Rijssen-Holten 2010€  28,70
3.2.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen
 van een vergunning voor het innemen van een standplaats als bedoeld in    
 artikel 5.18 van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Rijssen-Holten 2010€  43,00
3.2.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen
 van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, lid 3 van de Zondagswet7,20
       
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven    
 N.V.T.    
       
Hoofdstuk 4Splitsingsvergunning woonruimte    
 N.V.T.    
       
Hoofdstuk 5Leefmilieuverordening    
 N.V.T.    
       
Hoofdstuk 6Brandbeveiligingsverordening    
3.6.1Indien de aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2.1.1, lid 1, van    
 de Brandbeveiligingsverordening betrekking heeft op het tijdelijke gebruik    
 van een inrichting ten behoeve van evenementen en dergelijke (gebruik    
 maximaal 30 dagen) bedragen de leges 10% van het volgens onderdeel  10%
 2.3.5 berekende bedrag.    
       
Hoofdstuk 7In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking    
3.7.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter    
 verkrijging van een vergunning op grond van de "Kapverordening gemeente    
 Rijssen-Holten 2010"€  43,00
3.7.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere,  
 in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking    
 voor ieder daaraan besteed half uur 43,00
       
       

besluit genomen in de openbare vergadering van de raad van Rijssen-Holten op 18 december 2014

drs. H.A.J. van de VliertA.C. Hofland
griffiervoorzitter