Organisatie | Ede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel 'Uitstallingen winkelcentrum Bellestein' |
Citeertitel | Beleidsregel 'Uitstallingen winkelcentrum Bellestein' |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Externe bijlage | Plankaart uitstallingen Winkelcentrum Bellestein |
Voor de uitgebreide motivering wordt verwezen naar de bij het beleid gevoegde overwegingen op de ingediende zienswijzen.
Algemene plaatselijke verordening Ede 2001
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-05-2008 | nieuwe regeling | 22-04-2008 Ede Stad 14-5-2008 | AJZ 2007 25102 | ||
14-05-2008 | nieuwe regeling | 22-04-2008 Ede Stad 14-5-2008 | AJZ 2007 25102 |
Artikel 1.1 Winkelcentrum Bellestein
Het gebied aangegeven op de bij deze beleidsregel behorende kaart (bijlage 1, reg. nr. AJZ 2007 25102).
Eenvoudig handmatige verplaatsbare objecten op de weg zoals verkoopwaren, reclameborden en plantenbakken, niet zijnde winkelwagens en terras benodigdheden zoals tafels en stoelen.
Artikel 1.4 Uitstallingenstrook
Het terrein waarop over de gehele breedte van het eigen pand van een ondernemer, met inachtneming van artikel 2 en 4 genoemde beperkingen, vanuit de gevel tot aan de markering met landmeetnagels uitstallingen mogen worden geplaatst.
Artikel 2 Afmeting uitstallingenstrook
Uitstallingen mogen tot 1 meter vanuit de gevel worden geplaatst, met inachtneming van de in artikel 4 genoemde beperking. (zie toelichting en tekening, bijlage 1).
Als markering worden duidelijk zichtbare landmeetnagels aangebracht op de grenslijn in het winkelcentrum. Deze landmeetnagels mogen alleen van gemeentewege worden verwijderd.
De toegangspaden tot de ingang van het pand, de ingang en eventuele nooduitgangen dienen geheel vrij gehouden te worden van uitstallingen, in verband met de toegankelijkheid voor met name mindervaliden en de hulpdiensten. Indien het gaat om een deur van minder dan 1.5 meter breed, dan dient minimaal 1.5 meter vrijgehouden te worden.
Artikel 4.2 Geldautomaten, brievenbussen en fietsenstallingen
Geldautomaten, brievenbussen en fietsenstallingen dienen ook 1.5 meter rondom vrijgehouden te worden in verband met de toegankelijkheid voor het publiek.
Het is ondernemers toegestaan om maximaal 1 reclamebord op de uitstallingenstrook voor hun eigen pand te plaatsen. Dit reclamebord mag tot maximaal 1 meter uit de gevel geplaatst worden, dus binnen de uitstallingenstrook.
Het is hoekpanden toegestaan om naast hun eigen reclamebord 1 gastbord te plaatsen ten behoeve van minder gunstig gesitueerde andere panden. Op dit extra reclamebord mag alleen reclame worden gemaakt voor het minder gunstig gesitueerde pand.
Ondernemers zijn bevoegd om de uitstallingstrook voor hun pand door andere ondernemers te laten gebruiken voor hun uitstallingen. Zij blijven echter wel zelf verantwoordelijk voor de naleving van het beleid met betrekking tot uitstallingen.
Deze beleidsregel is niet van toepassing op uitstallingen en terrasbenodigdheden op terrassen tijdens het terrassenseizoen. Daarvoor geldt de terrassennota Ede 2001.
Deze beleidsregel is wel van toepassing op andere uitstallingen dan terrasbenodigdheden op terrassen buiten het terrassenseizoen.
De uitstallingen worden gekoppeld aan de Winkeltijdenwet en de terrasopeningstijden. Dit betekent dat uitstallingen buiten mogen worden geplaatst op het tijdstip dat de winkel of het terras geopend is.
Artikel 10.1 Petra’s Oosterse Markt
Gezien de bijzondere situatie is het de eigenaar van ’s Oosterse Markt toegestaan uitstallingen rondom de betonnen paal, voor het pand tot 1 meter vanuit de paal te plaatsen. Langs de gevel van dit pand mogen geen uitstallingen worden geplaatst.
Wanneer er markten plaatsvinden, mogen op de locaties waar de kramen staan geen uitstallingen worden geplaatst.
Wanneer er bij tegenovergelegen locaties verbouwingen aan de gang zijn die worden afgeschermd door schotten en dergelijke, mogen er geen uitstallingen worden geplaatst plaatsen indien de doorgang hierdoor minder dan 3 meter wordt.
Wanneer de toepassing van de beleidsregel leidt tot onbillijkheden van zwaarwegende aard, of inbreuk op de veiligheid, kunnen burgemeester en wethouders afwijken van de regeling.
Artikel 12.1 Bestuursrechtelijke handhaving
Na drie keer overtreding van de beleidsregels, binnen een periode van 12 maanden worden alsnog geplaatste uitstallingen door middel van bestuursdwang verwijderd en in een depot opgeslagen op kosten van de desbetreffende ondernemer.
Artikel 12.2 Strafrechtelijke handhaving
Op basis van artikel 6.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening Ede 2001 wordt overtreding van artikel 2.1.5.1. van deze verordening gestraft met een hechtenis van ten hoogste 3 maanden of een geldboete van de tweede categorie.
Ondernemers dienen hun eigen verantwoordelijkheid op zich te nemen door elkaar op overtredingen aan te spreken.
de secretaris
drs. J. Miedema
de burgemeester
C. van der Knaap
Bijlage 1 Plankaart uitstallingen Winkelcentrum Bellestein
Toelichting beleidsregel “Uitstallingen Winkelcentrum Bellestein”.
Naar aanleiding van het uitstallingenbeleid voor Ede Centrum is besloten om ook een uitstallingenbeleid op te stellen voor Winkelcentrum Bellestein. Dit beleid is alleen van toepassing op Winkelcentrum Bellestein. Dit gebied staat aangegeven op de bij de beleidsregel behorende en bijgevoegde kaart.
In principe mag een ondernemer over de hele breedte van zijn pand uitstallingen plaatsen tot 1 meter vanuit de gevel. Er dient rekening te worden gehouden met de doorgang voor de hulpdiensten en Beheer. Deze doorgang dient minimaal 3 meter te zijn.
De uitstallingen mogen zich niet, ook niet op een bepaalde hoogte, buiten deze markeringslijn bevinden. Dit betekent dat er ook geen parasols o.i.d. buiten deze lijn mogen hangen. Parasols zijn dus wel toegestaan mits het overhangende gedeelte binnen de markeringslijn hangt.
Luifels, andere overkappingen, hangende objecten aan de gevel e.d. vallen niet onder het uitstallingenbeleid. Hiervoor geldt een ander regime. Het uitstallingenbeleid gaat alleen over het plaatsen van objecten op de (openbare) weg/grond.
Als markering worden duidelijk zichtbare landmeetnagels aangebracht op de markeringslijn in de straten.
Wanneer toezichthouders constateren dat de uitstalling buiten de markeringen staan, kunnen zij de eigenaar/ondernemer direct sommeren deze weg te halen. Ook collega-ondernemers moeten hun verantwoordelijkheid op zich nemen door elkaar hierop aan te spreken.
De toegangspaden tot de ingang van het pand, de ingang en eventuele nooduitgangen dienen geheel vrij te worden gehouden van uitstallingen in verband met de toegankelijkheid voor met name mindervaliden en de hulpdiensten. Indien er sprake is van een deur van minder dan 1.5 meter breed, dient er minimaal 1.5 meter vrij te worden gehouden.
Door de gehanicaptenraad is aangegeven dat het in het verband met de wendbaarheid wenselijk is om 1.5 meter vrij te houden. Aangezien er deuren zijn die erg smal zijn en direct hieraan grenzend uitstallingen zijn geplaatst is het moeilijk om te manoeuvreren.
Het aantal toegestane reclameborden wordt op 1 gesteld. Dit in het kader van de wens van het college om een aantrekkelijker straatbeeld te creëren.
Hoekpanden mogen ten behoeve van minder gunstig gesitueerde andere panden naast hun eigen reclamebord 1 gastbord plaatsen, waarop slechts reclame van deze minder gunstig gesitueerde panden wordt gemaakt.
Gerealiseerd wordt dat bepaalde minder gunstig gesitueerde panden de behoefte hebben om op een andere locatie dan voor hun eigen pand een reclame/verwijsbord te plaatsen. Om hieraan tegemoet te komen, is deze mogelijkheid gecreëerd.
Voor het plaatsen van reclameborden voor tijdelijke acties en evenementen buiten de uitstallingenstrook geldt een ander regime. Hierop is het op 2 juni 2004 inwerking getreden beleid voor “Reclame in driehoekspanelen om lantaarnpalen” van toepassing. Dit beleid staat dergelijke reclame alleen nog toe in daartoe geplaatste vaste borden in de kern van Ede.
Een ondernemer mag buiten zijn eigen strook slechts op 1 locatie gebruik maken van dit gastgebruik van de strook van een andere ondernemer.
Terrasbenodigdheden vallen buiten de werking van deze beleidsregel, omdat terrasbenodigdheden geen uitstallingen zijn in de zin van deze beleidsregel. Voor terrasbenodigdheden is een nota opgesteld, namelijk de Terrassennota Ede 2001.
Gezien de toegestane omvang van een terras is er niets op tegen uitstallingen op dit gehele terras toe te staan, mits de doorgang gewaarborgd blijft, met inachtneming van de in artikel 4 genoemde beperking.
De uitstallingen worden gekoppeld aan de Winkeltijdenwet en de terrasopeningstijden. Dit betekent dat alles naar binnen moeten worden gehaald op het tijdstip dat de ondernemers hun pand en terras moeten sluiten. Op deze manier zijn de straten na sluitingstijd opgeruimd, wat het straatbeeld ook weer ten goede komt. Daarnaast vereenvoudigt dit het schoonmaken van de straten.
Artikel 10 Bijzondere omstandigheden
Artikel 10.1 Petra’s Oosterse Markt
Gezien de bijzondere situatie voor dit pand, mogen de uitstallingen worden geplaatst rondom de betonnen de paal. Hiertoe is, op verzoek van de ondernemer, besloten omdat de situatie voor het pand bouwkundig anders is dan bij de overige winkels in Winkelcentrum Bellestein en de doorgang voor het winkelend publiek gewaarborgd blijft.
Er mogen geen goederen worden uitgestald voor de gevel van dit pand, omdat de doorgang voor het winkelend publiek dan niet blijft gewaarborgd en de eigenaar anders meer mogelijkheid tot uitstallen wordt gegeven dan andere winkeliers.
Wanneer bij overname de nieuwe eigenaar geen gebruik wenst te maken van deze regeling, gelden de algemene regels van dit beleid.
Wanneer er markten plaatsvinden, mogen op de locaties waar de kramen staan geen uitstallingen worden geplaatst. Zo blijft de doorgang voor hulpdiensten gewaarborgd.
Ook vereenvoudigt dit de controle en handhaving.
Wanneer tijdens verbouwingen afschottingen worden geplaatst tot meer dan 90 cm, mogen op tegenover gelegen locaties geen uitstallingen worden geplaatst wanneer daardoor de bereikbaarheid voor de brandweer en andere hulpdiensten niet meer gewaarborgd is.
Ook vereenvoudigt dit de controle en handhaving.
Wanneer de toepassing van de beleidsregel leidt tot onbillijkheden van zwaarrwegende aard, of inbreuk op de veiligheid, kunnen burgemeester en wethouders afwijken van de regeling.
Dit artikel biedt de mogelijkheid in te springen op onvoorziene uitzonderlijke omstandigheden. Wanneer deze omstandigheden nopen tot wijziging van het beleid kan daartoe alsnog worden overgegaan.
Artikel 12.1 Bestuursrechtelijke handhaving
Na drie keer overtreding van de beleidsregels, binnen een periode van 12 maanden, worden
alsnog geplaatste uitstallingen door middel van bestuursdwang verwijderd en in een depot opgeslagen op kosten van de desbetreffende ondernemer.
De praktische uitvoering van deze handhaving ziet er als volg uit:
Bij een derde constatering wordt de overtreding beëindigd door het weghalen van de desbetreffende uitstalling(en) op kosten van de overtreder. De uitstallingen worden ook op kosten van de overtreder in een depot voorlopig bij de gemeentewerf aan de Buys Ballotstraat opgeslagen. Deze uitstallingen kunnen gedurende 13 weken daar worden opgehaald. Na 13 weken worden deze uitstallingen vernietigd (e.e.a. conform de eisen van de Algemene wet bestuursrecht)
Vanwege de snelheid en efficiëntie van deze aanpak wordt in eerste instantie dit traject gevolgd.
Artikel 12.2 Strafrechtelijke handhaving
Op basis van artikel 6.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening Ede 2001 wordt overtreding van artikel 2.1.5.1 van deze verordening gestraft met een hechtenis van ten hoogste 3 maanden of een geldboete van de tweede categorie.
Dit traject wordt vanwege de lange looptijd en het feit dat er geen einde wordt gemaakt aan de illegale situatie totdat er een boete door het OM is opgelegd niet in eerste instantie gevolgd.
Ter aanvulling op het bestuursrechtelijke traject kan en zal de strafrechtelijke handhaving, indien dit gewenst of noodzakelijk is, zeker worden benut.
Ondernemers dienen hun eigen verantwoordelijkheid op zich te nemen door elkaar op overtredingen aan te spreken.
Reacties op de concept beleidsregel “Uitstallingen Winkelcentrum Bellestein’’
De zienswijzen luiden samengevat als volgt:
De heer en mevrouw Vlaardingerbroek hebben op het brede gedeelte voor de winkel konijnenhokken en vogelhuisjes staan. Hierdoor lijkt de doorgang smaller, waardoor scooters niet met hoge snelheid kunnen rijden. Dit is destijds in overleg met de politie afgesproken in het kader van de veiligheid op het plein. Graag willen ze deze artikelen op dezelfde plaats blijven uitstallen.
Volgens de heer en mevrouw Vlaardingerbroek zou het rommelige beeld mede gecreëerd worden door de vele fietsers en scooters en een tekort aan fietsenstallingen. De politie moet vaker op de vrijdagavond controleren op de snelheid van scooters en niet op maandag ochtend.
De heer en mevrouw Metzke van Petra’s Oosterse Markt vragen of er gekeken kan worden naar het locatieprobleem dat dit pand ondervindt. Voor het pand staat een betonnen steunpilaar op een afstand van 2.75 m, gemeten vanuit de gevel van het pand. Als de uitstallingen geplaatst worden zoals voorgeschreven in de conceptbeleidsregel ‘’Winkelcentrum Bellestein’’ blijft er een doorgang over van 1.75 m. Dit vormt een belemmering voor de doorgang van het winkelend publiek. Wanneer het publiek deze paal aan de buitenkant passeert, komt zij in het geheel niet meer langs hun pand.
Overwegingen naar aanleiding van de zienswijzen:
Het gebruik van fietsen en scooters op het plein van het winkelcentrum wordt in een apart op te starten project door toezicht en politie gecontroleerd en gehandhaafd. Dit wordt wel gelijktijdig met de invoering van dit beleid opgestart om ook voor dit probleem tot een oplossing te komen. De doorgang voor het winkelende publiek is het uitgangspunt in het kader van dit beleid. In het kader van de herinrichting wordt een onderzoek naar het stallen van de fietsen verricht, dat vervolgens zal worden geëvalueerd.
De supermarkt benut al een grote strook grond voor het pand voor het stallen van winkelwagens. Dit valt dan wel niet onder de definitie van uitstallingen, maar neemt wel de nodige ruimte in. De ruimte is dus niet aanwezig en het toestaan van meer reclameborden schept een precedent naar andere bedrijven.
Gezien de bijzondere situatie voor het pand is er niets op tegen de uitstallingen te laten plaatsen rondom de betonnen paal. De situatie is bouwkundig anders dan bij de overige winkels in het winkelcentrum en de doorgang wordt niet belemmerd. Deze uitstallingen moeten echter wel binnen een straal van 1 meter rondom de paal geplaatst worden.
In verband met de waarborging van de doorgang voor het winkelend publiek en het doel van het beleid wordt in het beleid vastgehouden aan het principe van 1 meter. Wel wordt met een beroep op de hardheidsclausule gezien de hoge aanschafprijs aan het individuele verzoek mbt de kiddy ride gehoor gegeven op de volgende manier. Op basis van de hardheidsclausule wordt een individueel besluit van tijdelijk duur genomen. Dit onder de strikte voorwaarden van waarborging doorgang en een gestelde overgangstermijn. Op deze wijze wordt geen algeheel precedent geschapen en geen afbreuk gedaan aan het doel van de beleidsregel.