Organisatie | Peel en Maas |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning Peel en Maas |
Citeertitel | Beleidsregel maatschappelijke ondersteuning Peel en Maas |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | geen |
deze regeling heeft terugwerkende kracht tot 1-1-2015
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-01-2015 | 01-01-2015 | 20-05-2016 | nieuwe beleidsregel | 05-01-2015 | 1894/2014/573489 |
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN PEEL EN MAAS;
Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;
Gelet op het bepaalde in de Wet Maatschappelijke Ondersteuning;
Gelet op het bepaalde in de Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Peel en Maas;
Overwegende dat het wenselijk is beleidsregels vast te stellen voor de uitvoering van de verordening.
Vast te stellen de volgende beleidsregel:
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
In deze beleidsregel en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Beroepsmatige ondersteuning: ondersteuning uitgevoerd door een daartoe opgeleide beroepskracht. Er is sprake van beroepsmatige ondersteuning indien de dienstverlening geboden wordt door een thuiszorgorganisatie of door een zzp-er die als eenmanszaak staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en tevens voldoet aan de voorwaarden van het urencriterium vereist voor de zelfstandigenaftrek voor de inkomstenbelasting. (te weten minimaal 1225 uur per jaar wordt besteed aan het feitelijk drijven van de onderneming en er wordt meer tijd besteed aan de onderneming dan aan andere werkzaamheden);
Alle begrippen die in dit besluit worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wmo 2015 (in het bijzonder artikel 1.1.1), het Uitvoeringsbesluit Wmo en de Verordening Wmo Peel en Maas.
Artikel 2. Melding van de hulpvraag
De hulpvraag kan rechtstreeks bij de gemeente worden aangemeld maar ook via andere hulp- of dienstverleners (waaronder vrijwilligers) worden ingediend.
Artikel 3. Onafhankelijke cliëntondersteuning
De burger en diens mantelzorger worden voor het onderzoek gewezen op de mogelijkheid van het gebruik van kosteloze onafhankelijke cliëntondersteuning. De onafhankelijke cliëntondersteuner voert niet het onderzoek uit.
de mogelijkheden om door middel van voorliggende voorzieningen of door samen metzorgverzekeraars en zorgaanbieders als bedoeld in de Zorgverzekeringswet en andere partijen ophet gebied van publieke gezondheid, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen, tevoorzien in de behoefte aan maatschappelijke ondersteuning;
Artikel 8. Voorwaarden, verplichtingen en weigeringsgronden
Geen maatwerkvoorziening wordt verstrekt:
voor zover de aanvraag betrekking heeft op een voorziening die aan burger al eerder is verstrekt in het kader van enige wettelijke bepaling of regeling en de normale afschrijvingstermijn van de voorziening nog niet verstreken is, tenzij de eerder vergoede of verstrekte voorziening verloren is gegaan als gevolg van omstandigheden die niet aan de burger zijn toe te rekenen, of tenzij burger geheel of gedeeltelijk tegemoetkomt in de veroorzaakte kosten;
Artikel 11. Woningaanpassingen
Geen woningaanpassing wordt verstrekt:
voor zover het voorzieningen in gemeenschappelijke ruimten betreft, anders dan automatische deuropeners, hellingbanen, het verbreden van gemeenschappelijke toegangsdeuren, het aanbrengen van drempelhulpen of vlonders of het aanbrengen van een opstelplaats bij de toegangsdeur van de gemeenschappelijke ruimte;
Artikel 13. Primaat van de losse woonunit
Indien een bouwkundige woonvoorziening bestaat uit een aanbouw aan of een aanzienlijkeverbouwing van een woning, kan het college een herplaatsbare losse woonunit verstrekken indien ditde goedkoopst adequate oplossing is en daartegen geen bezwaren van overwegende aard bestaan.
Artikel 19. Ondersteuning bij vervoer i.h.k.v. de maatwerkvoorzieningen dagbesteding en kortdurend verblijf
Artikel 25. Richtlijnen omvang kortdurend verblijf
Het is denkbaar dat op lid 2 in specifieke situaties een uitzondering kan worden gemaakt om bijvoorbeeld verblijf van een week, zodat mantelzorg op vakantie kan, mogelijk te maken. Dan moet wel vaststaan dat andere oplossingen, zoals bijvoorbeeld respijtzorg vergoed door de ziektekostenverzekeraar geen optie zijn.
Artikel 27. Voorwaarden persoongebonden budget (pgb)
Bij het opstellen van het ondersteuningsplan worden de voorwaarden in artikel 2.3.6, lid 2 sub a en c van de wet getoetst. Als resultaat hiervan wordt in het ondersteuningsplan een motivering opgenomen in hoeverre:
Een pgb leidt tot het door de burger gewenste resultaat, welke vorm van ondersteuning hierbij passend is en welke kwaliteitseisen gelden voor besteding van het pgb. Hulpmiddelen, woonvoorzieningen en woningaanpassingen moeten voldoen aan een programma van eisen. De kwaliteit van de ondersteuning wordt geborgd door inzet van voorzieningen die past bij de mate van kwetsbaarheid van de burger. Dit wordt in het ondersteuningsplan bepaald en vastgelegd.
Artikel 28. Eigen verantwoordelijkheden van de budgethouder
De budgethouder is zelf verantwoordelijk voor:
Artikel 29. Hoogte pgb bij ondersteuning
Bij de hoogte van het maximum uurtarief voor het pgb gelden twee tarieven:
Artikel 31. Hoogte pgb bij woonvoorzieningen en hulpmiddelen
De afschrijvingstermijn van woonvoorzieningen en hulpmiddelen bedraagt 7 jaar. Bij woonvoorzieningen en hulpmiddelen voor kinderen geldt 5 jaar. Een uitzondering hierop is de traplift: hiervoor geldt een afschrijvingstermijn van 10 jaar. Binnen deze termijnen wordt in de regel geen nieuw pgb verstrekt, tenzij hiervoor bijzondere gronden zijn.
Artikel 32. Hoogte pgb bij sportvoorzieningen
In het ondersteuningsplan wordt de hoogte van het pgb voor sportvoorzieningen vastgesteld. Hiermee wordt rekening gehouden met de mate van het overstijgen van kosten t.o.v. gebruikelijke kosten ( zie artikel 16, lid 1).
Artikel 34. Besteding en verantwoording kosten pgb
De schriftelijke (zorg)overeenkomst die de budgethouder sluit met iedere persoon of instantie bij wie hij een maatwerkvoorziening inkoopt, moet in overeenstemming zijn met de door het college afgegeven beschikking (inclusief ondersteuningsplan). Indien het college van mening is dat de zorgovereenkomst hier niet aan voldoet, wordt de budgethouder in de gelegenheid gesteld om de overeenkomst in de gewenste zin aan te passen. De goedkeuring door het college is een voorwaarde voor de Sociale Verzekeringsbank om tot uitbetaling aan de zorgverlener over te kunnen gaan. Zonder een goedgekeurde zorgovereenkomst vindt namelijk geen uitbetaling plaats. Indien het college wel akkoord is met de zorgovereenkomst dan wordt dit doorgegeven aan de Sociale Verzekeringsbank en tevens wordt dan aangegeven wat het maximumtarief is per zorgovereenkomst.
Eenmalige pgb’s voor bijvoorbeeld woningaanpassing of hulpmiddelen verlopen vooralsnog niet via het SVB/trekkingsrecht. Bij hulpmiddelen, woonvoorzieningen en woningaanpassingen onder de 5.000 euro worden deze pgb’s rechtstreeks aan de budgethouder overgemaakt na het nemen van de beschikking. Bij woningaanpassingen boven de 5.000 euro vindt uitbetaling van het pgb plaats na indiening van de factuur van de aannemer.
Via periodiek overleg over het ondersteuningsplan vindt controle van het gebruik en de besteding van de maatwerkvoorzieningen en het persoonsgebonden budget plaats. Dit kan leiden tot bijstelling van de omvang van de maatwerkvoorzieningen en/of het persoonsgebonden budget.
Artikel 36. Waardering mantelzorgers
Het college geeft in samenspraak met het mantelzorgforum en het Steunpunt Mantelzorg Peel en Maas invulling aan de waardering van mantelzorgers die zorg verlenen aan inwoners van de gemeente Peel en Maas. Dit gebeurt jaarlijks rondom de Dag van de Mantelzorg met o.a. de mantelzorgbloem en met diverse speciale activiteiten voor mantelzorgers gedurende het jaar.
Panningen, 5 januari 2015
Burgemeester en wethouders van de gemeente Peel en Maas,
de gemeentesecretaris/directeur, de burgemeester,
drs. H. Mensink W.J.G. Delissen-van Tongerlo
Bijlage 1. Richtlijnen voor ondersteuning bij huishoudelijk werk
Ondersteuning bij huishoudelijk werk
Ondersteuning bij huishoudelijk werk zorgt voor een bijdrage in het zelfstandig leven en het voeren van een gestructureerd huishouden. Het resultaat moet zijn een schoon en leefbaar huis, dragen van schone kleding en zelfstandig thuis blijven wonen. Ondersteuning bij huishoudelijk werk bestaat dan ook uit: het overnemen van schoonmaakwerkzaamheden en het overnemen van de wasverzorging.
Leidraad tijdnormering schoonmaakwerkzaamheden
De normtijden die hieronder genoemd worden zijn bedoeld als leidraad en zeker geen vaststaand feit. Het is altijd maatwerk. Deze normering is tot stand gekomen in overleg met het Regionaal Zorgvragers Overleg (RZO) en een aantal Zorgaanbieders.
Het principe van gebruikelijke zorg heeft een verplichtend karakter en hierbij wordt geen onderscheid gemaakt op basis van sekse, religie, cultuur, gezinssamenstelling, de wijze van inkomenswerving, drukke werkzaamheden, lange werkweken of persoonlijke opvattingen over het verrichten van huishoudelijke werkzaamheden.
De boodschappenservice is algemeen gebruikelijk, beschikbaar en bruikbaar. In situaties waarbij de inwoner dusdanig beperkt is dat hij niet in staat is om gebruik te maken van een boodschappenservice, er geen mantelzorger, familie en of sociaal netwerk aanwezig is, dan is de tijdnormering voor het samenstellen van een boodschappenlijst, bestellen en opruimen van de boodschappen:
Licht huishoudelijk werk in huis
Stof afnemen, opruimen, bed opmaken
Woning met 2 slaapkamers of minder in dagelijks gebruik:
Woning met 3 slaapkamers of meer in dagelijks gebruik :
Zwaar huishoudelijk werk in huis
Stofzuigen, schrobben, dweilen, schoonmaken van sanitair en keuken, bedden verschonen
Woning met 2 slaapkamers of minder in dagelijks gebruik:
Woning met 3 slaapkamers of meer in dagelijks gebruik:
Voor slaapkamers die niet in dagelijks gebruik zijn (maximaal 2):
Meerwerk i.v.m. trappenhuis in woning:
Kleding en linnengoed sorteren en wassen in wasmachine, was drogen in droogmachine, vouwen, strijken, opbergen
Meerhulp: aantal kinderen < 16 jaar:
Het strijken van bovenkleding is opgenomen in de normtijd. Onderkleding en beddengoed wordt gevouwen.